De laatste grens
Piet van Tilburg
Raadsverslag Tholen.
Procedure voor grondievering - Voor goedkeuring
rioleringsplan gunstig perspectief - Benoeming zesde
vaste leerkracht aan de ulo - Vaststelling nieuw
reglement van orde voor raadsvergaderingen.
VOOR IEDERE KAMER
DE JUISTE MEUBELEN
Raadsverslag Scherpenisse.
Boomgaard in Laban Deurloostraat gekocht voor
bouwgrond - Belangrijke subsidie voor groene
kruisafdeling - Bijdragen voor sportdag en schiet
vereniging.
Drommen van lijders
aan Brandend Maagznnr
ZITTING KANTONGERECHT.
Inhalen op kruispunt mèt helling: hoogst gevaarlijk.
Toch stilgestaan op de hoek - Glibberige klei op
de wegen.
Verlovingsringen Herbers Jenniskens
Voor de openbare raadsvergadering te
Tholen, gehouden op vrijdagavond jl. was
dhr. L. de Jonge met kennisgeving afwezig.
In zijn openingswoord complimenteerde
de voorzitter het raadslid J. H. Bal met
de ontvangen Koninklijke onderscheiding.
Bij de ingekomen stukken, waarvan het
merendeel voor kennisgeving kon worden
aangenomen werd op voorstel van b en w
afgewezen het verzoek om subsidie van de
drie provinciale organisaties voor sociaal-
pedagogische zorg, welke stichting 10 cent
per inwoner voor 1961 had verzocht. B en
w menen echter nieuwe subsidie-aanvragen
niet meer te moeten inwilligen en de raad
kon zich er ook mee verenigen, dat men het
ten aanzien hiervan wat kalmpjes aan doet.
Andere subsidie-aanvragen, welke binnen
kwamen, zullen zoals gebruikelijk worden
behandeld bij vaststelling der begroting.
De voorzitter kon vervolgens meedelen,
dat goedkeuring werd verleend op het be
sluit van b en w tot verhuur van de woning
Grindweg 52, terwijl het Groene Kruisbe-
stuur een dankbetuiging stuurde voor de
toegekende gemeentelijke subsidie over 1961
van 1450.
De voorzitter kon voorts meedelen, dat het
thans vrij zeker is, dat de heer J. van Vee-
nendaal, het nieuwe hoofd van de openbare
lagere school, per 1 september a.s. zijn func
tie kan aanvangen en dat er voor hem een
woning beschikbaar is. Zoals bekend is dhr.
Van Veenendaal thans in gelijke betrekking
te Stavenisse.
Aan dhr. M. Aalbrechtse wordt een per
ceel viswater verhuurd voor de tijd van
5 jaar.
TRANSFORMATORSTATION
AAN DE SINGEL
Aan b en w is destijds overgedragen de
bevoegdheid om ongeveer 44 m2 grond te
verkopen aan de PZEM voor de bouw van
een transformatorstation. Het betrof hier
een perceeltje gelegen achter de woning,
die aan dhr. P. Jeroense is verhuurd. Gede
puteerde Staten maakten hier echter be
zwaar tegen, omdat dit niet met het uitbrei
dingsplan overeenkomt. De PZEM wil nu
eenzelfde oppervlakte kopen aan de Singel
namelijk een perceeltje ten oosten van de
woning van dhr. J. van Zetten. De raad
heeft er geen bezwaar tegen om het besluit
van 30 september 1960 in te trekken en tot
deze nieuwe verkoop te komen.
B en w achten het gewenst dat een bouw
terreinbelasting wordt ingevoerd. Naar de
mening van het college kan de werking van
deze belastingverordening tot gevolg hebben
dat gronden gedurende minder lange tijd
worden vastgehouden, dat speculatie wordt
tegengegaan en dat het voorts een stimulans
is zgn. „open" terrein in de gemeentekom
te bebouwen. Het ontwerp van deze veror
dening wordt aan de raad voorgelegd, ter
wijl b en w voorstellen dat een commissie
zich met het onderzoek zal belasten. Door
de voorzitter wordt in deze commissie be
noemd de heren J. H. Bal, C. Boender en J.
van der Velde. Enkele begrotingswijzigingen
gaan onder de hamer door.
Zonder hoofdelijke stemming werd een
principe-besluit genomen inzake garantie
verlening van rente en aflossing van een
geldlening voor de woningbouw. Als opvol
ger van de heer W. A. v. Bezooijen werd als
lid van de commissie tot wering van school
verzuim benoemd de heer J. A. Cooman.
ONDERWIJZER ULO
Als 6e vaste leerkracht werd met algeme
ne stemmen aan de ulo-school alhier be
noemd de 35 jarige G. van Trigt, thans
onderwijzer aan de ulo „De Oorsprong" te
Baarn. Betrokkene is in het bezit van de
hoofdakte en de akten handelskennis en En
gels. Nadat een commisssie van 7 raadsleden
het ontwerp schadevergoedingsverordening
had onderzocht werd tot ongewijzigde vast
stelling besloten. Samengevat houdt deze
verordening de rechtszekerheid in voor de
burgers bij onteigening van gronden, enz.
B en w hadden een ontwerp gemaakt voor
een nieuw reglement van orde, zowel wat
de redaktie als de bepalingen betreft, meer
aangepast aan deze tijd. Dit ontwerp was
door de raadscommissie uitvoerig bestudeerd
en had tot enkele opmerkingen aanleiding
gegeven.
Het geheel lijkt ons meer van interne
aard te zijn om het hier uitvoerig te gaan
weergeven. Een reglement van orde, waar
in de rechten en plichten van de raadsle
den met betrekking tot de vergaderingen
zijn vastgelegd is heel iets anders dan
bijvoorbeeld behandeling van de begro-l
ting, wat voor de gehele burgerij van be
lang is. Ondertussen verheugt het ons wel,
dat b en w en de overgrote meerderheid
van de raad van mening bleek, dat het in
het algemeen gewenst is aan de pers de
nodige inlichtingen en stukken te verstrek
ken, zij het dan, dat men er de voorkeur
aan gaf dit te doen bij aanvang der
vergadering en niet gelijk met de raads
leden. Dit dan een opmerking onzerzijds-
red.
Tijdens de vaststelling van dit reglement gekeurd. Daarna zijn echter moeilijkheden
onderwijs en voor die der bruikleenscholen
werden verhoogd tot respectievelijk 58,35
en 45,89 per leerling en voor het v.g.l.o
werd dit 20.hoger.
PROCEDURE VOOR
GRONDLEVERING
Per 15 nov. 1960 werd door de raad
tot aankoop van percelen tuin en boom
gaard besloten, welke toebehoren aan de
wed. J. Donken-Roggeband. Dit raadsbe
sluit werd door gedeputeerde staten goed-
bleek dat er bij het onderzoek geen grote
meningsverschillen tussen b en w en de
raadsleden naar voren zijn gekomen. Enig
verschil bestond er met betrekking tot even
tuele afwijking van het formulier gebed in
bizondere omstandigheden, terwijl met name
dhr. Bal aanvankelijk enig bezwaar maakte
tegen de bepaling dat niet meer dan twee
maal het woord mag worden gevoerd door
eenzelfde raadslid over eenzelfde onderwerp.
Hieraan zag hij enige beknotting van het
Bosstraat hoek Lindebaan - teL 5467
raadslidmaatschap. Hij wilde er drie keer
van maken. Nadat hem echter was gebleken
dat deze regel in het algemeen zo geldt en
dat hiervan steeds met toestemming van
de raad vanaf geweken mag worden,
kon hij zich bij het tweemaal het woord
voeren wel neerleggen. Na nog enige toe
lichting omtrent gemaakte opmerkingen
door dhr. Boender werd het nieuwe regle
ment van orde volgens concept en met
inachtneming van de door b en w van
de raadscommissie overgenomen wijzigin
gen, zonder hoofdelijke stemming vastge
steld. De bedragen voor het gewoon lager
mingscentrum. Drie provinciale organisaties
voor sociaal pedagogische zorg vragen f0.10
per inwoner. Waar het niet geheel duidelijk
is met welke coördinatie men hier te maken
heeft van verenigingen waaraan voordien
wel een bijdrage werd gegeven, zal eerst
een nader onderzoek worden ingesteld, zo
dat men het stuk tot de volgende vergade
ring wil aanhouden.
De stichting voor prot. geestelijke ver
zorging onder militairen krijgt ook een cent
per inwoner als gemeentelijke bijdrage, al
vindt dhr. IJzerman, dat dit in feite een
volledige taak is voor de rijksoverheid.
VOOR DE FOKVEEDAG
Evenals vorig jaar vraagt de commissie
voor organisatie van de „Thoolse dag" een
„sympathiebijdrage" van de gemeente van
25.B en w stellen voor hieraan te
voldoen. De heer IJzerman zegt te zullen
tegen stemmen. Hij meent dat zulks een
zuiver veehoudersbelang is, die dit ook zelf
wel kunnen betalen. Dhr. Polderman drukt
het zo uit: eigen zak spekken met centen
van de gemeente. De voorzitter zegt dat men
er tegen kan zijn,- maar een eigen zak spek
ken is het toch beslist niet. Het gaat om de
ontstaan. De weduwe van de vroegere
pachter liet namelijk weten, dat zij nim
mer afstand van pacht heeft gedaan en
derhalve haar rechten hierop handhaaft.
Voor pachtafstand zou de gemeente
3500.dienen te betalen. De eigenaresse
had evenwel verklaard dat op het perceel
geen pacht rust, zodat b en w niet op het
voorstel van wed. Donken-Meerman zijn
ingegaan. Eventuele pachtsvergoeding zou,
naar de mening van b en w door wed.
Donken-Roggeband dienen te worden be
taald en niet door de gemeente.
Het gevolg is echter, dat de wed. Donken-
Roggband nu medewerking aan de over
dracht van de grond heeft onthouden, zo- kwa]dejt van de veestapel te verhogen, wat
dat er geen voortgang meer kan worden als een streekbeiang mag worden gezien. Bij
gemaakt. B en w ziet geen andere weg stemming blijkt echter de meerderheid het
dan bij rechterlijk vonnis de nodige me- voorstel van b en w niet te steunen, want
dewerking te verkrijgen. Daarom wordt tegen stemmen de heren Bijnagte, IJzerman,
voorgesteld door b en w om a over te polderman en weth. van der Jagt. Alleen de
gaan tot het voeren van een rechtsgeding heren Hage, Joppe en weth. Kleppe willen
of b van de uitspraak in eerste aanleg die bijdrage wel verlenen.
zonodig in hoger beroep of beroep in I
cassatie te gaan.
Ter bespreking van dit voorstel wordt
in besloten zitting overgegaan. Na herope
ning blijkt de raad het voorstel van b en
w unaniem te steunen.
Bij de rondvraag informeert dhr. Boen
der na nog eens op de onhoudbare
situatie te hebben gewezen naar de
vorderingen met betrekking tot een nieuwe
riolering. De voorzitter antwoordt dat het
plan is binnengekomen en dat het re niet
ongunstig uitziet dat hierop spoedige goed
keuring zal worden verkregen.
Daarna sluiting.
Na een afwezigheid van vier maanden i OPLOPEND TEKORT
kon wethouder J. van der Jagt de open- j De plaatselijke afdeling van het Groene
bare raadsvergadering te Scherpenisse op Kruis heeft over 1960 een tekort van
donderdag 18 mei jl. weer bijwonen, waar- 1821,55. De leden betalen 10.contri-
door het een bijeenkomst werd met alle butie per jaar. B en w vinden het te sub
leden tegenwoordig. In zijn openingswoord sidiëren bedrag ook wel erg hoog, maar
wist de voorzitter zich de tolk, wanneer gezien de hoge contributie welke door de
hij namens de raad zich over dit herstel leden wordt betaald, meent het college
toch gunstig te moeten adviseren. Er is
een zeer goede kans dat ook gedeputeerde
staten hiermee akkoord kan gaan, waar het
verheugde. Burgemeester Bouwense hoop
te dat de hervatte werkzaamheden een
verder herstel zou bevorderen. Ook her
innerde hij aan de herdenking van het 25jarig tekort toch altijd nog minder bedraagt dan
ambtsjubileum van secretaris A. L. G. van 50% van de contributie-opbrengst.
Doorn, die daarna voor de taak stond zo'n j Alle leden zijn het er over eens dat het
20 minuten notulen te lezen van het verhan
delde in de vorige raadsvergadering. Er
kunnen ondanks het vele verhandelde op die
vergadering en dank zij de uitvoerigheid led
notulering geen opmerkingen.
Een reeks ingekomen stukken werden
voor kennisgeving aangenomen. Daarna
werden een groot aantal subsidieverzoeken
behandeld. De Jeugdsportdagcommissie
(jaarlijks wordt te Oud Vossemeer zo'n
dag georganiseerd voor de hoogste klas
sen der lagere scholen) vraagt een bij
drage van 0.75 per deelnemende leer
ling. Op de begroting van Scherpenisse
staat daarvoor een bedrag aangegeven van
25.—. Het meerderheidsvoorstel van b. en
w. is om de gevraagde bijdrage te verlenen.
Bij een grote deelname zou die post dan
worden overschreden, in het andere geval
kan men er ruim mee toekomen. Tot dus
ver werd hieraan slechts meegedaan door
de openbare lagere school.
Dhr. Polderman wijst er op, dat er 25
voor op de begroting staat welk bedrag
dus reeds werd goedgekeurd. Verder zou
hij echter niet willen gaan.
Dhr. Bijnagte vindt het eigenlijk een
schandaal dat iedereen maar naar de ge
meente komt om subsidie te vragen. Wan
neer men zoiets wil doen, laat men het
dan toch zelf betalen. Hij is er sterk tegen
dat het de gemeente geld kost.
De voorzitter merkt op, dat het hier
toch om leerlingen gaat van de eigen
gemeente. B. en w. hadden het niet eens
naar voren behoeven te brengen, ware het
niet, dat men bij eventuele deelname van
de leerlingen der chr. school mogelijk de
post van 25.zou overschrijden. Het
gaat toch niet aan om onderscheid te ma
ken als men van de chr. school zou willen
meedoen te zeggen, dat er voor hen geen
bijdrage wordt gegeven. Het voorstel in
stemming gebracht wordt aangenomen met
als voorstemmers weth. Kleppe en de raads
leden IJzerman, Joppe en Hage. Tegen stem
men weth, v. d. Jagt, Bijnagte en Polderman.
tekort hoog is. De heer Bijnagte vindt dat
het met het wijkgebouw ook te groot is
opgezet. Weth. Kleppe herinnert er aan, dat
een eenvoudiger plan niet werd goedgekeurd
Weth. v. d. Jagt meent dat men moeilijk
anders kan dan het tekort te dekken. De
voorzitter vindt het wel verblijdend dat vrij
wel ieder gezin lid is en die hoge contri
butie betaalt. Met algemene stemmen wordt
daarna het gevraagde subsidiebedrag ver
leend.
VOOR DE SCHIETVERENIGING
De plaatselijke schietvereniging „Prinses
Juliana" vraagt ook voor 1960 weer een
gemeentelijke bijdrage van 100.B en
w stellen voor het gevraagde toe te staan.
De voorzitter weet dat deze vereniging een
goed, zuinig en verantwoord financieel be
heer voert en herinnert er aan, hoe de ver
eniging een paar jaar geleden grote kosten
moest maken, wat mogelijk was wanneer
de gemeente bereid zou zijn 1000.(over
10 jaar) bij te dragen, waartoe destijds in
principe werd besloten, maar wat men jaar
lijks opnieuw zou bekijken. Niemand van de
leden is er tegen de gevraagde subsidie te
geven.
De federatie verpleging van langdurige
zieken vraagt voor 1961, een cent per in
woner. B. en w. menen dit op 5.- te moe
ten afronden, waartegen de raad evenmin-
bezwaar heeft. Afgewezen wordt het subsi
dieverzoek van de Stichting Kath. Mil. Vor
zijn lijders-al
van de ene minuut op de andere.
Dat doen dan zo'n paar Rennies. Bij de
eerste aanwijzing van overtollig maag
zuur en dat stijgt dan snerpend op,
soms tot hoog in de keel een of twee
Rennies laten smelten op de tong. En
dat is dan alles Weg zuurbrand weg
pijn weg zorgen van een verstoord
maal of angst voor 'n nieuwe aanval,
'n Wonder wat Rennis voor U doen.
Niet zonder reden houden talloze zuur-
brandlijders altijd een paar Rennies bij
de hand, waar ze' ook zijn. En zo smo
ren ze iedere brand in de kiem nog vóór
hij goede kans krijgt uit te barsten.
Bij de N.V. Bank van Nederl. Gemeenten
werd een kasgeldlening aangegaan van
ƒ80.000.—.
Een aanvulling van de algemene Politie
verordening houdt een verbod in om op de
gemeentelijke gazons te lopen. Tot dusver
kon de politie hieraan wettelijk niets doen.
Aanleg kost de gemeente geld en vaak was
dat voor niets, omdat er op die jonge ga
zons wordt gelopen en gespeeld en daardoor
is er al spoedig niets meer van te zien. Het
wordt er dan ook niet fraaier op. Voortaan
zal jong en oud dus ook blijkens wettelijke
verordening de graspaden moeten ontzien.
Tot uitvoering van de in de vorige verga
dering besproken verkeersmaatregelen werd
thans besloten, waardoor borden voor een
richtingverkeer en waarschuwingen voor
gevaarlijke kruispunten zullen worden ge
plaatst.
Als lid van de commissie tot wering van
schoolverzuim werden her- of benoemd,
mevr. M. E. v. d. Slikke-Minderhout, en de
heren Anth. Bolier, J. Kalkman, D. C.
Quaak en Johs. Mol.
Wijzigingen van de gemeentebegrotingen
1960 en 1961 omvatten veelal administra
tieve veranderingen.
Met het toekennen van een uitkering in
eens aan het geijieentepersoneel en een wij
ziging van de bezoldigingsverordening 1960
kon de raad zich eveneens verenigen. Men
had ook geen bezwaar tegen aankoop van
de boomgaard van de gebrs. van de Velde
in de Laban Deurloostraat, op welke grond
in de toekomst drie woningwetwoningen
gebouwd zullen worden.
In een vorige vergadering werd gewezen
op de onhoudbare toestand rond de haven
in verband met het daarin gooien van huis
vuil en afval van landbouwprodukten. Van
gemeentewege werd voor afheining met
prikkeldraad gezorgd, waarmee dit probleem
echter niet is opgelost. Om dat op te lossen
zou men wel een 1000.moeten voteren.
Daarom willen b en w dit liever eerst in de
raad brengen.
Die maakt er korte metten mee. De toestand
is zo onhoudbaar en kost wat kost, dat
móet daar worden verbeterd. Dan weten
b en w tenminste waar ze aan toe zijn.
RONDVRAAG
De heer Hage wil er zijn voldoening er
over uitspreken, dat de begraafplaats er zo
keurig verzorgd bij ligt. De voorzitter erkent
en is er dankbaar voor, dat hieraan goede
verzorging wordt besteed.
Dhr. Joppe vindt het jammer dat er in
de Laban Deurloostraat voor de woningen
nogal wat verschillen voorkomen wat de
stoepen betreft. Het zou eigenlijk één trottoir
moeten zijn. De voorzitter wil het wel eens
bekijken.
Dhr. IJzerman zou de bestaande molen
graag in deze vorm behouden zien en vraagt
of hieraan iets kan worden gedaan door
Monumentenzorg. Men kan onderhoud niet
te lang uitstellen, dan zal het te duur gaan
worden. De voorzitter zal hiertoe informeren
bij de Vereniging van Nederlandse molens
en komt er dan t.z.t. wel nader op terug.
Dhr. Bijnagte meent dat er onderscheid
is gemaakt voor de particulieren tijdens ver
betering van de nieuwe Achterweg. Het ene
trapje werd (en terecht) voor gemeente
rekening aangebracht, maar bij een ander
werd weer niets gedaan. De voorzitter zegt
toe dit op korte termijn te zullen bekijken.
Dhr. Polderman heeft een soortgelijke
grief met betrekking tot de Julianastraat.
Hij meent zelfs dat die straat niet geheel
volgens bestek is gelegd, althans niet ver
genoeg doorgetrokken. Graag zou hij horen
wat hiervan de oorzaak is. Ook hierop zal
een antwoord komen.
Bovendien heeft het sommige bewoners
daar wel gegriefd daar er niet tevoren
overleg is gepleegd omtrent grondonteige
ning welke men voor verbetering van die
straat nodig had van particulieren.
De voorzitter zeg dat b en w daarvan
niets bekend is. Weth. Kleppe weet dat de
districtsopzichter dienaangaande contact met
de herverkaveling zou opnemen. De voor
zitter verzekert de raad dat men daaromtrent
uitsluitsel krijgt.
Dhr. Polderman heeft opgemerkt, dat de
gemeentewoningen in de Wilhelminastraat
er vooral aan de achterkant maar kaal bij
staan. Uok dit zal worden opgenomen.
Daarna sluiting.
Bij herhaling verscheen M. T. uit Tholen
voor het Kantongerecht te Zierikzee, dat
vrijdag jl. weer ziting in Tholen hield, om
dat zijn zaak vorig maal was aangehouden
voor het horen van de verbalisant als ge
tuige. M.T. had een procesverbaal gekre
gen, omdat hij met zijn fiets op de hoek
Kerkstraat-Markt met enkele vrienden had
staan praten binnen 10 meter van het snij
punt van die hoek. De thoolse jongeman
had tijdens de vorige zitting beweerd, dat
hij had móeten wachten voor een vracht
wagen. Getuige wachtmeester de B. uit
Tholen handhaafde evenwel zijn procesver
baal. Hij onderstreepte nog eens mondeling,
hoe hij T. al vanaf 4 a 500 meter afstand
had zien staan en het daarom beslist niet
die vrachtwagen is geweest wat voor T.
aanleiding was daar te verblijven. Verdachte
trachtte dit bewijs nog te pareren met op
te merken, dat de verbalisant hem niet had
kunnen zien op die afstand omdat hij vanaf
de Markt kwam, maar ook dat bleek weinig
steekhoudend te zijn. De verbalisant was
namelijk van huis gekomen uit de Oudeland-
sestraat, zodat hij de jongeman op genoemde
afstand zeker kon zien staan.
De officier van justitie, mr. T. Lebret
twijfelde dan ook niet meer aan het begaan
van deze overtreding en eiste 10.boete
of 2 d.h. De kantonrechter mr. W. E. van
Vlooten deed er nog een rijksdaalder af:
ƒ7.50 of 2 d.
RECHTDOOR GAAT VOOR
A.B. te Scherpenisse was op 3 maart 1961
verbaliseerd, toen hij met zijn personenwa
gen in die gemeente rechtsaf was geslagen,
waardoor een achterop komende brommer
tegen zijn auto was terechtgekomen. B. wees
er op, hoe hij zelf met een snelheid reed van
ongeveer 20 km per uur en op het moment
dat hij iets links uitweek om de bocht naar
rechts te nemen niemand in zijn spiegeltje
achter zich had zien aankomen. Volgens de
verklaring van de bromfietser zelf had hij
een snelheid van 30 kilometer per uur, ter
wijl dat bewijs ook wel bleek uit het rem
spoor van 10 meter dat hij had getrokken
voor hij tegen de personenwagen was aan
gekomen. Verdachte was er dus wel ten
volle van overtuigd, dat hij voorrang moet
verlenen aan verkeer op dezelfde weg,
wanneer dat rechtdoor gaat, maar wanneer
geen achteropkomend verkeer te zien is, is
dat onmogelijk, zo bleek uit het verweer.
Bovendien had hij niet direct de rechterstraat
kunnen inrijden, omdat daar 2 auto's gepar
keerd waren. De kantonrechter besloot deze
zaak tot 16 juni aan te houden voor het
horen van de bromfietser als getuige in deze
zaak.
VOORWAARDELIJKE
ONTZEGGING RIJBEVOEGDHEID
Zelden werd er zitting van he kantonge
recht te Tholen gehouden zonder dat de
Mb
Voor een echie „mannenbril" met pit
Bergen op Zoom
J.P.J.J.P. te Halsteren was verbaliseerd
omdat hij als grondvervoerder op 18 maart
te Sint Maartensdijk klei op de provinciale
weg had laten liggen met gevolg dat later
een auto en scooter daar waren geslipt.
Verdachte verklaarde toezicht te hebben
op het kleivervoer en inderdaad verantwoor
delijk was voor het schoonhouden van de
weg. Daartoe had hij dan ook studieaan
twee man aan het werk gezet en op die be
wuste vrijdagmiddag was men reeds om
half vijf gestopt om met de volle ploeg
nog een uur te kunnen schonen. Daarna had
het echter weer geregend en bovendien wa
ren de boeren daar ook reeds aan het werk.
Het slippen was eerst respectievelijk zater
dagavond en zondag ontstaan en verdachte
kon zich niet indenken, dat dit nog van klei
kon zijn die vrijdagmiddag niet zou zijn ge
ruimd. Hij had althans alles gedaan wat
mogelijk was de weg schoon te houden.
De verbalisant getuige wachtm. A. H. te
Sint Maartensdijk verklaarde dat hij ver
dachte inderdaad wel had bezig gezien met
het schoonhouden van de weg, zij het dan
niet op die vrijdagmiddag. Toch moet die
klei wel van die vrachtwagens afkomstig
zijn geweest.
De officier van justitie achtte het tenlaste
gelegde bewezen, al hing dit alles wel sa
men met het bizonder natte najaar. Met die
omstandigheden wilde hij wel rekening hou
den, al dient men ook te weten hoe gevaar
lijk het is om klei op de weg achter te la
ten. De eis werd 30.of 6 d. De kanton
rechter was er evenzeer van overtuigd dat
door verdachte de weg niet voldoende was
schoongemaakt, maar wilde eveneens met
die bizondere omstandigheden rekening hou
den, zodat de uitspraak 25.of 5 d.h.
werd.
rijksweg St. Filipsland - Anna Jacobapolder
in het geding is. Een uitzondering daarop
bracht deze zitting niet. Nu was het de
vertegenwoordiger J.J.v.d.B. uit Den Haag,
die zich op dat weggedeelte niet alleen had
schuldig gemaakt aan het inhalen op een
kruispunt terwijl hij van de veerpont
kwam in de richting Steenbergen maar
daarbij ook nog had „gesneden" om aan
een naderende tegenligger te ontkomen. Het
eerste ten laste gelegde werd door ver
dachte erkend, van een naderende tegenlig
ger was hij zich niet bewust geweest, maar
wilde wel aannemen dat dit door de verba
lisant was geconstateerd.
De officier van justitie vond de handel
wijze van verdachte hoogst gevaarlijk, niet
alleen voor hem zelf, maar ook voor anderen
op de weg. Hij eiste 10.boete voor het
inhalen op een kruispunt en 150.voor
het snijden op een helling. De kantonrech
ter hield verdachte voor, dat juist de nabij
heid van het veer Zijpe deze weg en dan
zeker de kruispunten en hellingen gevaarlij
ker maakt. De auto's die naar het veer rij
den menen de pont niet te zullen halen of
te veel voorgangers te zullen vinden en
zij die van het veer komen menen de wacht
tijd te moeten inhalen. Waar bovendien
voor verdachte al eerder een veroordeling
voor te snel rijden was gevallen bepaalde
de kantonrechter het vonnis op 10. of
2 d.h. voor het inhalen en 50.boete voor
het tweede feit (snijden op helling) met een
voorwaardelijke ontzegging van de rijbe
voegdheid van 6 maanden met een proeftijd
van 2 jaar.
10
ALISTAIR MACLEAN
Na enkele seconden werd het portier aan de kant van Reynolds
geopend. Twee handen ontdeden hem van de kettingen en maakten
dan de handboeien weer vast. Dezelfde handen hielpen hem uit
de auto en namen hem de blinddoek af. Reynolds kneep zijn ogen
samen en gluurde om zich heen. Ze bevonden zich in een grote
garage zonder ramen. De deuren achter hen waren gesloten en
na het donker van de blinddoek en de nacht was Reynolds even
verblind door het felle licht van een hangende bollamp, dat door
de witgekalkte muren en zoldering weerkaartst werd. Aan de
andere kant van de garage, niet ver van hem vandaan, zag hij een
andere deur die half open was en naar een goed verlichte, wit
gekalkte gang leidde. Witkalk, dacht Reynolds grimmig, schijnt
een onafscheidelijk begeleidend verschijnsel van alle moderne fol
terkamers te zijn.
Tussen Reynolds en de deur stond de man die hem van de
kettingen verlost had en hem nog steeds bij de arm vasthield.
Reynolds kon zijn ogen nauwelijks van hem afwenden. Met de
beschikking over een dergelijk individu, behoefde de AVO eigen
lijk helemaal niet op martelwerktuigen te vertrouwen, want die
geweldige handen waren best in staat om gevangenen heel lang
zaam en stukje voor stukje uit elkaar te scheuren. De man was
ongeveer even groot als Reynolds, maar leek toch gedrongen,
bijna misvormd zelfs. Zijn schouders boven de enorme borstkas
waren de breedste, die Reynolds ooit gezien had. De man woog
minstens een honderdtien kilo. Zijn neus was gebroken en zijn
gezicht afschuwelijk lelijk, hoewel er geen spoor van verdorven
heid of dierlijkheid op te bespeuren viel en het met al zijn lelijk
heid zelfs een prettige indruk maakte. Reynolds liet zich hier
echter niet door misleiden. Gezichten hadden in zijn beroep niets
te betekenen. De meest meedogenloze man die hij gekend had
een Duits geheim-agent, die de tel was kwijt geraakt van het
aantal mensen dat hij vermoord had bezat het gezicht van een
koorknaap.
Kolonel Szendrö sloeg het portier van de auto dicht, liep om
de wagen heen naar Reynolds, keek naar de andere man en duidde
dan met zijn hoofd op zijn gevangene:
„Een gast, Sandor Een klein kanarievogeltje, dat heel mooi
voor ons zal gaan zingen, eer de nacht voorbij is. Is de chef
naar bed
„Hij wacht op u in zijn kantoor De stem van de man was
precies wat Reynolds ervan verwacht had: een soort van onder
aards gerommel diep achter in zijn keel.
„Uitstekend Ik ben in een paar minuten terug en houd jij
intussen onze vriend heel goed in het oog, want ik vermoed dat
hij gevaarlijk is."
„Ik zal hem in het oog houden," beloofde Sandor op genoeg
lijke toon.
Hij wachtte tot Szendrö met de papieren en de tas van Reynolds
was verdwenen, leunde dan lui tegen een witgekalkte muur en
kruiste zijn massieve armen voor de borst. Nog geen minuut later
duwde hij zich weer van de muur af en deed een stapje in
Reynolds' richting.
„U ziet er niet best uit," zei hij.
Zijn stem klonk schor, hij haalde snel en moeilijk adem en
zwaaide licht op zijn benen. Dan hief hij zijn geboeide handen
over de rechterschouder en masseerde de achterkant van zijn hals.
„Mijn hoofd," mompelde hij, terwijl hij huiverde, „mijn achter
hoofd".
Traag deed Sandor een tweede stapje in zijn richting, maar hij
bewoog zich eeensklaps veel sneller toen hij zag dat Reynolds zijn
ogen verdraaide, tot enkel het wit nog maar zichtbaar was, naar
voren zwaaide en links voorover begon te vallen. Hij had. zich
lelijk kunnen verwonden en zelfs dood kunnen zijn, wanneer hij
met zijn onbeschermde hoofd op de betonnen vloer terecht was
gekomen en daarom sprong Sandor vlug met uitgestrekte armen
naar voren om de val te breken.
Reynolds raakte Sandor harder dan hij ooit in zijn leven
iemand gedaan had. Terwijl hij zich op de bal van zijn voet naar
voren wierp, zijn lichaam zich met de snelheid van een zweepslag
van links naar rechts draaide, kwamen zijn geboeide handen in
een felle, venijnige en korte beweging omlaag. Het werd een
klap, waarin alle krachten van zijn gespierde schouders en armen
zich samengebundeld hadden. De stijf tegen elkaar gedrukte platte
kanten van zijn twee handen raakten Sandor juist onder de lijn
van kaakbeen en oor in zijn nek. Het was, alsof Reynolds op
een boomstronk sloeg en een ogenblik meende hij dat zijn beide
pinken gebroken waren en hijgde hij van pijn. Het was een judo
slag, een dodelijke judoslag, die inderdaad veel mannen gedood
of in ieder geval verlamd en urenlang bewusteloos gemaakt moest
hebben. Reynolds wist tenminste niet beter. Sandor gromde echter
alleen maar, schudde even het hoofd, kwam nader, week naar
links om niet door Reynolds' voeten of knieën geraakt te worden
en drukte zijn tegenstander genadeloos tegen de zijkant van de
Mercedes.
Reynolds was machteloos. Ook met koel overleg zou hij zich
niet verzet kunnen hebben en hij was zó verbaasd, dat iemand
een dergelijke slag kon overleven, vrijwel negeren zelfs, dat hij
niet eens meer aan verzet dacht. Sandor leunde met zijn hele
gewicht tegen hem aan, dreigde hem tegen de auto te verpletteren,
greep Reynolds bij de onderarmen en kneep. Er lag geen wrok,
geen enkele uitdrukking op het gezicht van de reus, toen hij op
een afstand van hoogstens tien centimeter Reynolds zonder met de
ogen te knipperen aanstaarde. Hij stond er alleen maar en kneep.
Reynolds beet zijn tanden op elkaar, tot zijn kaken moe werden
en wist nog net een kreet van pijn te bedwingen. Het was alsof
zijn armen in twee onverbiddelijk dichtdraaiende bankschroeven
geklemd zaten. Hij voelde hoe het bloed uit zijn gezicht trok, het
koude zweet op zijn voorhoofd begon te parelen en de beenderen
van zijn armen leken verbrijzeld te zullen worden. Zijn polsen
hamerden, de muren van de garage zag hij alleen nog maar in
een waas, tot Sandor eensklaps los liet, een stapje achteruit deed
en voorzichtig de linkerkant van zijn hals wreef.
„De volgende keer zal ik wat hoger knijpen," zei hij goed
moedig, „precies, waar u me geslagen hebt. Doet u zulke dwaas
heden alstublieft niet meer, want we hebben ons beiden bezeerd
en dat was niet nodig."
Er verstreken vijf minuten, waarin de hevige pijn in Reynolds'
armen eindelijk wat minder begon te worden en de wijde, starende
ogen van Sandor geen ogenblik van hem afweken. Toen ging
plotseling de deur van de gang open en verscheen er een jonge
man bijna een jongen nog die op de drempel bleef staan
en naar Reynolds keek. Hij was mager en had een valse kleur,
een weerbarstige pruik zwart haar en even zwarte ogen, die vlug
en zenuwachtig heen en weer flitsten.
„De chef wil hem spreken, Sandor," zei hij, terwijl hij met
zijn duim over een schouder wees. „Breng hem even."
Sandor nam Reynolds mee door de nauwe gang, een smal trapje
af, dan opnieuw door een gang en duwde hem een van de vele
deuren in, die aan weerskanten op de gang uitkwamen. Reynolds
struikelde, wist nog net zijn evenwicht te bewaren en keek om
zich heen.
Het was een ruim vertrek met houten panelen. Het versleten
linoleum op de vloer werd slechts voor een klein gedeelte bedekt
door een stukje nog erger versleten tapijt, dat voor een bureau
helemaal achter in de kamer lag. Het vertrek werd helder verlicht
door een gewone plafondlamp en een verstelbare muurlamp, die
achter het bureau bevestigd was. Ze was op dat moment op het
blad van het bureau gericht en wierp een kegel van scherp licht
op Reynolds' door elkaar geworpen kleren en andere eigendom
men, die niet lang geleden nog zo keurig in zijn weekendtas op
geborgen waren geweest. Naast de kleren lagen de stuk ge
scheurde overblijfselen van de tas zelf. De voering was aan flarden,
de ritssluiting eraf gerukt, het leren handvat aan repen gesneden
en zelfs de vier metalen noppen onderaan de tas waren er met
een eveneens op het bureau liggende buigtang afgetrokken. Stil
zwijgend erkende Reynolds het werk van de vakman.
(Wordt vervolgd.)