I i WEEKBLAD VOOR HET EILAND THOLEN EN ST.FILIPSLAND De bevrijding. I I I ONZE KONINGIN» Hoe de Rompmannen werden verjaagd Plaatselijk nieuws VERSCHIJ MT IEDER VRIJDAG WAARIN OPGENOMEN DE THOOLSE COURANT Onze nationale driekleur. HOLLANDS VLAG, JE BENT MIJN GLORIE Eerbied voor het dundoek moet meer dan een beleefdheid zijn. THOLEN 16e jaargang No. 24 29 april 1960 oO Uitgevers C. J. ZACHARIASSE en G. HEIJBOER Redaktie Ring 66, St. Annaland - Telefoon 01665-375 Adm. Oudelandsestr. 34, Thojen - Tel. 01660-589 b.g.g. 531 Giro 124407 Abonnementen 1.35 per kwartaal franko p.p. 1.65 inkassokosten Prijs per nummer 15 cent Advertenties 12 cent per millimeter - Bij contract speciaal tarief Spierinkjes t/m 20 woorden 1.25 - Advertenties worden tot WOENSDAGMIDDAG 1 uur in Tholen aangenomen Wanneer het goed is gaan volgende week woensdagavond en donderdag opnieuw de -laggen uit. Woensdagavond 4 mei ten te ken van rouw en gedachtenis aan hen die vielen. Woensdagavond dus half stok. Don derdag daaraanvolgend de vlag in top als herinnering aan de bevrijding op 5 mei 1945. Het is nu bijna twintig jaar geleden, dat de oorlog ook over ons land losbrak. Vijftien jaar scheiden ons alweer van het einde en daarmee van de bevrijding. Daartussen ligt een periode van verzet en van vervolging, van onnoemlijk leed en van persoonlijke moed en zelfopoffering. Het verzet is aanvankelijk een spontane uiting van patriotisme, vermengd met woede en wraaklust om de aangedane vernedering en het verlies van vrijheden. Er is voor dit werk, ten nadele van de Duitse vijand, ont zaglijke persoonlijke moed aan de dag ge- I gd. Er is door de eerlijksten, de meest altruïstischen, kortom de besten van ons volk voor gestreden en voor geleden, zoals een mens dat alleen in de uiterste nood kan. Het was voor de besten van het verzet een kwestie van nood, van zielenood vooral. Hun gevoelens kwamen in opstand tegen de overheersing door een vreemde bezetter, tegen diens aanslagen op de menselijke rech ten, tegen zijn wreedheden, tegen de aan tasten van vrijheid in alle opzicht. De meesten onder hen verzetten zich hier tegen, omdat zij vanuit hun innerlijk niet anders konden. Met alle voorzichtigheid tot lijfsbehoud die de mens eigen is, namen zij daarom toch het risico dit te kunnen verlie zen en in duizenden gevallen hebben zij het verloren. Voor hen, die uit deze levensbehoefte tot het verzet zijn gekomen, is dit geen kwestie geweest van het behalen van roem of eer. Er zijn er helaas later velen gekomen, die er zich voor op de borst hebben geklopt, die er zich om naar voren hebben gedrongen. Zij waren de berekenenden, die veelal beter inzagen, dat deelname aan het verzet hun toekomst gunstig zou kunnen beïnvloeden Maar voor de ware, uit nood gedrongen ver zetsstrijder, hetzij man of vrouw, is dit ook nu nog geen kwestie van roem of eer, maar is zijn verzet tegen de bezetter uitsluitend ten noodzakelijk gevolg geweest. Het is goed om dat in deze dagen nog eens vast te stellen en daarbij tegelijk, dat die zichzelfzoekenden heus de algemene groep van het verzet niet vormden, zoals anderen dat zo graag willen doen voorko men. Er wordt vaak al te grif op ingegaan om de verzetsdaden te kleineren. Er zijn er die alleen die zelfverheerlijkers als verzets- voorbeelden willen aanhalen. Dan moet men oppassen. Ze hebben iets anders op het oog. Maar dit zijn slechts bijverschijnselen bij een herdenking, die verdient de werkelijke aandacht te krijgen, zoals ook de bevrijdings dag verdient feestelijk te worden gevierd. Vier mei dienen we het onze kinderen te vertellen, hoe er onder de druk van de be zetters mensen waren, die ,,den vaderland getrouwe" dat tot in den dood zijn gebleven. Tot in den dood voor de vrijheid, ook van onze kinderen. Er zijn mensen die daarvan nu maar liever zwijgen. Ten onrechte zo menen we. Want wat toen gebeurd is, kön blijkbaar gebeuren. In de herinnering ligt een waarschuwing. Zulke ontstellende din gen als toen zijn voorgevallen kunnen blijk baar mensen elkander aandoen. Maar we herinneren elkander ook aan de dag der bevrijding en het is ook daarvan dat we onze kinderen vertellen. Er mocht toen een bange periode in het leven van ons volk en van ons persoonlijk, ieder voor zich, worden afgesloten. De bevrijding was tr. Er was gekomen de vrijheid van zorg, van angst, van honger. De bevrijding van westelijk en centraal Nederland is op het uiterste nippertje geschied. De hongersdood sloeg reeds snel om zich heen en zou bij een latere capitulatie zeker nog tienduizen den slachtoffers meer hebben geëist. Zowel daarom als om de dapperheid, waarmede de bevrijding binnen en bui ten ons land werd bevochten, verdient de bevrijdingsdag in aller herinnering te blij ven voortleven. Het betekende immers de verlossing van onderdrukking, vervolging en ellende, het herkrijgen van de vrijheid, die we nimmer zó gewaardeerd hebben, wier waarde we nimmer zó bewust waren, als juist toen op die meidag in 1945. Daarom is er niet alleen gekomen de vrijheid van, maar ook de vrijheid tót. We waren van veel bevrijd en tot ontplooiing van onze nationale eigenheid en niet min der ook tot ontplooiing van onze menselijke eigenheid. Beide waren ze onder de bezetting wel zeer in het nauw gekomen. Er was geen vrijheid van spreken, om te schrijven, geen vrijheid van vereniging en vergadering. Daarmee was behalve het nationale ook het menselijke leven beknot geraakt. Veel van wat er zich in de oorlogsjaren heeft afgespeeld raakt reeds verloren en ver geten. De in en na de oorlog geboren kin deren weten er eigenlijk niet veel méér van dan ze op school van de tachtigjarige oorlog leren. Men is daarover ontsteld en ontzet en dat is begrijpelijk voor wie het bewust meemaakte. Maar is dat eigenlijk niet een normale gang van zaken Wat weten en leren wijzelf nog van lang geleden plaats3 gehad hebbende gebeurtenissen Alleen im mers de grote lijnen. Al wat persoonlijk daarbij was, is dan niet meer van belang. Alleen het doel was en is belangrijk. Maar daarom te meer is het goed zich dat te herinneren, dat ook feestelijk te her denken, want niets in ons bestaan als mens èn volk is eigenlijk belangrijker geweest dan die bevrijding. Aanstaande week vieren wij de dag van de vrijheid. Vijftien jaar geleden kwam het tot die bevrijdingsdag. Wij doen dat als volk en binnen dat volk doen wij het bovendien ieder voor zich, in de kring van ons gezin en in zo velerlei levenskring. En dan bij deze 15e bevrijdingsdag mogen we juichen om de vrijheid, dat duurgekochte bezit van thans, opdat de jongeren de blij heid daarvan zullen beseffen en bewaren. En tegelijk ook Gode dankbaar voor de uit redding uit die grote nood. Zulks in na tionale saamhorigheid en in persoonlijke waarachtigheid. Getuig daarvan ook naar buiten, al is het slechts door het uitsteken van de nationale driekleur. Morgen verjaart onze Koningin. Dan gaan allerwege de vlaggen uit en is er blijd schap en dankbaarheid bij heel ons volk. Terecht, want het koningschap, zoals wij dat bij ons kennen, is wel een bijzonder groot goed, waarin wij zeker een aanwijzing mogen zien van Gods genadig bestel over onze natie. Zien wij over de grenzen van ons land, dan is het helaas niet moeilijk, de ene staat na de andere in het vizier te krijgen, waarin allerhande spanningen heersen met betrek king tot de meest wenselijke en de meest passende regeringsvorm. Wanneer wij ook in dit opzicht bij ons een weldadige evenwichtigheid hebben bereikt, dan is dat voor een groot deel te danken aan de standvastige factor, welke juist in het koningschap is gelegen. En dan met name het koningschap, zoals het bij ons door de vorsten van Oranje is bekleed en vandaag nog wordt bekleed. Voor de enorme weldaad welke hierin ligt, mogen wij het oog nimmer sluiten. Wij mo gen er eigenlijk nooit aan gewennen. Want een weldaad is het en blijft het. Vandaar dat de verjaardag van onze geëerbiedigde Koningin voor ons zulk een bijzonder reliëf krijgt. De verjaardag is de dag, waarop wij in gedachten zo gaarne toeven bij ons vorste lijk gezin, een gezin dat wij liefhebben en hoogachten, en waarop onze gedachten uiter aard in het bijzonder uitgaan naar Haar, aan wier leven weer een jaar werd toege voegd. Maar het is ook de dag, waarop wij ons meer nog dan anders mogen realiseren, wat het koningschap als zodanig en in de vorm waarin wij het kennen mogen voor ons land en ons volk betekent. Nederland is reeds in het verleden ge worden, tot wat het vandaag nog is, onder het bestier van de Oranjes. In het jaar 1813 bijvoorbeeld, toen wij bevrijd waren van het Napoleontische juk en toen het er om ging, onze nationale zelf standigheid te herstellen, toen zijn wij niet begonnen met onze nationaal congres of iets dergelijks en ook niet met het opstellen van een grondwet, neen, wij riepen Oranje in het land, Oranje als het teken van onze vrijheid en van onze zelfstandigheid, Oranje als de spil van onze nationale eenheid. Ook in de laatste oorlog hebben wij het mogen ervaren. Onze grondwet moest toen door de omstandigheden krachteloos worden, onze grondwet, waarin ook de plaats van de koningin in ons staatsbestel zo nauwkeurig was omschreven engeregeld. Maar ook of juist toen werd ervaren de waarde van ons koningsschap, toen werden wij 't ons duide lijker dan ooit bewust, dat de koningin meer is dan een formeel staatshoofd. In dat koningschap mogen wij ook van daag nog een waarborg zien voor onze constitionele rechten en vrijheden. Morgen verjaart onze Koningin. Onze Koningin, die volgens de grondwet van ons land, regeert bij de gratie Gods. De vlaggen gaan uit. Ons volk is blij en dankbaar. En het zal zich, met een vreemd gevoel in het hart, zijn onverdiende rijkdom bewust zijn. En het daarom te meer spon taan uitroepen leve de Koningin „Hollands vlag, je bent mijn glorie, Hollands vlag, je bent mijn lust. Ik roep van louter vreugd: Victorie1 Als ik je zie aan vreemde kust." Misschien, dat velen van II lezers, deze vier regels van het zo overbekende vader landse lied wel wat hoog van toon, wat ge zwollen van inhoud zullen vinden. De Ne derlander van vandaag is te nuchter om woorden, zoals hierboven aangehaald, vol geestdrift te uiten; ook al voelt hij zich toch wel Nederlander in de goede zin van het woord. Hoewel, degenen onder U, die het werkelijk hebben beleefd: Het zien van de driekleur aan vreemde kust...? Zij zullen inderdaad toegeven; „Ja, dan gaat er toch wel wat door je heen..." Hoe is onze houding tegenover onze vlag? Hoe gaan we met onze vlag om Hoe behandelen we onze vlag „Hollands vlag, je bent mijn glorie..." Moet er nu een vraagteken worden gezet De manier, waarop sommige landgenoten de driekleur behandelen, rechtvaardigt dit vraagteken maar al te zeer. SYMBOOL De nationale kleuren vormen voor ieder volk een symbool. Het symbool van vrij heid, van eendracht, van nationale trots..., noem maar op. In de Verenigde Staten van Amerika bijvoorbeeld, geldt dit zeer sterk. Bij plechtige bijeenkomsten, demonstraties of manifestaties, overal zijn de „Stars and Stripes", de sterren en de strepen, verenigd in de vlag, het teken, waaronder men zich schaart. Meer dan de persoon van de pre sident, is de vlag het symbool van eenheid, vrijheid en democratie. De vlag wordt daar dan ook met bijzondere toewijding behan deld, nimmer wordt de vlag verwaarloosd, nimmer misbruikt. Het wapperende doek is niet zo maar een lap stof, op aardige wijze voorzien van harmonische kleuren, neen, het is de vlagfor ever". Hoe hoog staat de vlag bij ons in Ne derland aangeschreven Is het rood-wit- blauw bij ons ook het symbool van vrijheid en recht, van democratie en nationale een dracht, van onafhankelijkheid...? Scharen we ons onder de driekleur in tij den van geluk en rampspoed „Och", zult U zeggen... „Die vlag, ja, die hoort er wel bij, het Rood-wit-blauw, het is wel mooi..., maar één kleur staat, ook als symbool, hoger aangeschreven: Het Oranje." Inderdaad, Oranje en Nederland, wat was en is nau wer verbonden Door de eeuwen heen en nu nog Was oranje niet altijd de waar borg voor vrijheid, recht en onafhankelijk heid Ja van heel ons zijn al natie Is het podium re'chts van de spreker en hangt in de zaal altijd rechts van het publiek. Ter gelegenheid van een feestdag, die ons Vorstenhuis betreft, kan een oranje wimpel, aan het Rood-wit-blauw worden toegevoegd. Dit zijn de voornaamste richtlijnen zo on geveer... O, ja, nog iets: Officieel vroe ger was daar namelijk verschil van mening over zijn de kleuren van de Nederlandse vlag: Rood, wit en blauw. Het Oranje- blanche-bleu is in de veertiger jaren door de regering als nationale driekleur afgewezen. Laten we afspreken, dat we bij komende gelegenheden deze voorschriften, uit eerbied en achting voor onze fraaie, door en door Nederlandse vlag, zullen navolgen. Zoals er ook wat meer eerbied dient te zijn bij het spelen of zingen van het Volkslied. Accoord Nadruk verboden DE REDAKTIE LEGT U IN DIT NUMMER VOOR ONZE LANDSVROUWE IS JARIG BEVRIJDINGSDAG Het zwakke geslacht een standbeeld, waard Jan Overeenkam niet vergeten Eerbied voor de vlag Een nieuwe predikant in Scherpenisse Hoe de Rompmannen verjaagd werden WHS in klasse 2 nog aan de kop Een lustrum-visjestijn De V onzer vlaggen van rood, wit en blauw. De V van de Vrijheid na droefheid en rouw. Op verzoek van het Nationaal Comité bevrijdingsdag 5 mei 1960 schreef de onder wijzer Jan Meilof een bevrijdingsspel voor schoolkinderen, dat in verschillende plaatsen in den lande en ook wel in onze omgeving op die dag zal worden opgevoerd. In „sprookjesverband" heeft de schrijver op voor de jeugd begrijpelijke en aantrekke lijke manier de bezettingstijd en de bevrij ding weten uit te beelden. Hij heeft daartoe als decorum een „sprookjesbos" genomen en neemt figuren, waar ieder kind via de ver telling van vader of moeder al eens van heeft gehoord, zoals Klein Duimpje, Holle Bolle Gijs, Doornroosje, Assepoester enz. terwijl, zoals dat ook in sprookjes voorkomt de dieren uit het bos daarbij horen. De „ver teller" zegt hiervan: De dieren zijn slim als de mensen, dom als de mensen, jaloers als de mensen, soms ook erg lief voor el kaar. Ook als de mensen. In dit kinderlijk spelletje komen dan behalve voornoemde figuren ook Hans en Grietje voor, Leep, de slimme vos, Balk, de ezel, Gluip de rat, Tam de kraai en Stekel, de egel. Ze zijn allemaal bij elkaar in het Sprookjesbos. Ze plagen elkaar een beetje, maken een beetje ruzie, sussen weer... net als bij de mensen. En denken er niet aan welk een groot ge vaar er dreigt. Want vlak naast het Sprook jesbos is het rijk van Graai, die er op uit is om zijn rijk steeds groter te maken. Graai is de hoofdman en leider van de Romp mannen, die verschrikkelijk sterk zijn, maar zonder hoofd niet kunnen nadenken en pre cies doen wat hun leider wil. Zeker voor de ouderen blijkt hieruit zon der meer wie met Graai en zijn mannen wordt bedoeld. Prachtig wordt dit jeugdspelletje verder beschreven met achtereenvolgens de zgn. „beschermers" in Graai en zijn mannen van de bosbewoners. Op leugenachtige manier dringt Graai het vredige leventje van de bosbewoners binnen en gesteund door het verraad van Gluip de rat worden Hans en Grietje gevangen gezet, bukken en beven de andere eens zo vredig levende bewoners voor de overmacht en alleen Hans de Kraai is er van overtuigd, dat de eerlijkheid het al tijd wint van de leugen. In het derde hoofd stukje wordt het verzet georganiseerd, komt men tot de verschrikkelijke ontdekking een verrader in het midden te hebben en is het tenslotte Klein Duimpje, zoals hij het in het bekende sprookje met de „steentjes" heeft gedaan, die het plan beraamd de „gevangen verzetsstrijders" te bevrijden. Tegelijkertijd wordt Gluip de verrader ontmaskerd. En wanneer Graai de overweldiger meent dat hij alle macht in het Spookjesbos heeft ver overd, wordt zijn rijk reeds ondermijnd en tenslotte wordt Graai uit zijn web gehaald en machteloos gemaakt. Dan blijkt dat Graai inderdaad zols zijn rompmannen iemand zon der verstand is geweest en alleen maar heb zuchtig en machtswellustig. In het laatste hoofdstuk vieren de bosbe woners het bevrijdingsfeest en daarbij mag ook Balk de ezel, die zich tijdens die be zetting maar erg kinderachtig heeft gedra gen, weer meedoen. De auteur besluit zijn stukje: „En zo gaat het leven in het Sprook jesbos weer z'n gewone gang." De bosbe woners spelen weer met elkaar, ze maken weer ruziek met elkaar. Maar het duurt nog een hele tijd voordat Gluip weer mee mag spelen in de kring. Ik heb het al eerder ge zegd: ...net als bij de mensen... misschien hierom, dat de driekleur bij ons niet zo „hoog in de mast" prijkt Mogelijk, maar dat wil nog niet zeggen, dat we on verschillig kunnen zijn tegenover de drie kleuren. Want Oranje en Rood-wit-blauw, ze behoren toch bij elkaar Men kan nu eenmaal niet de ene kleur eerbiedigen en de andere kleuren veronachtzamen. Ook de na tionale driekleur is een symbool. SLORDIGHEDEN „Is er dan reden om dit zo nadrukkelijk te stellen zult U zich afvragen .„Wap peren niet trots van vele gevels de vlaggen, tijdens nationale feestdagen. Worden niet hoog de vlaggen gedragen bij optochten Natuurlijk, gelukkig steken steeds meer men sen de vlag uit, wanneer dit nodig is, maar toch... Om maar eens te noemen: Een vlag mag niet in het duister hangen. Hoeveel meters dundoek moeten echter in de buiten lucht overnachten Let U maar eens op, 's morgens na Koninginnedag. Een vlag moet vrij kunnen waperen. Hoeveel vlaggen wor den op een ballustrade of balcon gedrapeerd? Een vlag is geen reclamemiddel. Maar des ondanks kunt U op het wit van de vlag lezen, dat de nieuwe haring is uitgekomen, dat een of andere verfrissende drank zo lekker is, dat souvenirs worden verkocht, dat „ansichtkaarten" te koop zijn.... en ga zo maar door. Gelukkig treedt de overheid meer tegen dit laatste vergrijp ten aanzien van onze vlag meer en meer op en is de driekleur-met-opschrift vrijwel overal ver dreven van de patattes-frites-kramen, sou venir-winkels en andere, op het langskomen de publiek gerichte zakenpanden. HOE HOORT HET EIGENLIJK? We moeten het nu ook weer niet te som ber zien. Meestal is het onkunde en geen j slechte bedoeling, welke aanleiding geeft tot misbruik of belediging van de bij iedere rechtgeaarde Nederlander toch zeer geliefde driekleur. Daarom enige richtlijnen. We weten al: De vlag mag niet in het donker hangen, uitzondering; tenzij door schijnwerpers verlicht nog al logisch zult U zeggen, want dan is er van donker geen sprake. Ook moet elk Nederlands vaartuig, zelfs in de pikdonkerste nacht, de driekleur blijven voeren. Elk schip moet nu eenmaal „kleur bekennen". Nooit mag de vlag door middel van een opschrift een „reclame-lading" dekken. De vlag mag nimmer verfrommeld worden, al is het op een nog zo artistieke wijze, dus weg van balcons en omheiningen. Het dundoek moet natuurlijk schoon en heel zijn. In ons weer en windklimaat soms een probleem. In een bijeenkomst staat de vlag op het Zaterdag 30 april a.s. hoopt koningin Juliana haar 51ste verjaardag te vieren. Zoals elk jaar is dit voor het koninklijk gezin, evenals voor ons, weer een belangrijke dag, die wij in gepaste vreugde willen beleven. Ongetwijfeld zullen de gedachten van hare majesteit op die dag nog even verwijlen bij haar verjaardag van twintig jaar geleden, toen zij 31 werd. Dat was een angstige tijd. Nauwelijks tien dagen later brak voor ons koningshuis en voor ons land de donkerste tijd aan. Gedurende de volgende vijf jaren beleefde onze huidige vorstin deze dag in ballingschap, terwijl haar volk slechts verholen in een kleine kring van vertrouwden uiting kon geven aan zijn blijdschap over het feit dat de toenmalige kroonprinses jarig was. Gelukkig zijn er sinds vijftien jaar betere tijden aangebroken. Overal wapperen weer de vlaggen en heerst er openlijke vreugde op deze ver jaardag. Zo zal het ook dit jaar weer zijn: een blij volk geschaard rond zijn vorstin. EEN DAG EERDER Waar donderdag 5 mei het werk wordt neergelegd van wege de bevrijdingsherdenking zal voor het volgend nummer de copie van advertenties en plaatselijk nieuws een dag eerder binnen moeten zijn. De krant verschijnt normaal op vrijdagmiddag. DOKTERSDIENSTEN op ZONDAG Dr. P. J. Duinker, te Tholen, Tel. 01660-500 Dr. H. Menger, Sint-Filipsland, Tel. 01677-500. Dr. H. Zoeteman, Stavenisse, Tel. 01663-400. HOOGWATER in de week van 1 t.e.m. 7 mei zondag vm. 7.12 nm. 7.28 uur maandag 7.51 8.05 dinsdag 8.39 8.57 woensdag 9.39 10.01 donderdag 10.51 11.20 vrijdag 0.10 12.36 zaterdag 1.17 1.35 Woensdag 4 mei Eerste Kwartier te 2.01 u. JAARVERGADERING „CONCORDIA" Vrijdagavond jl. hield de Kon. muziek vereniging „Concordia" in de zaal van hotel Zeeland haar jaarvergadering. Voorzitter A. F. Goedemondt dankte in zijn openings woord allen die zich het afgelopen vereni gingsjaar op enigerlei wijze voor „Con cordia" verdienstelijk hebben gemaakt. Van het gemeentebestuur was bericht ontvangen, dat iedere eerste zaterdag van de maand gebruik kan worden gemaakt van de ge meentelijke vrachtauto voor het ophalen van oud papier. Met waardering zal van dit aan bod gebruik worden gemaakt. Uit het jaarverslag van secretaris J. H. Bal bleek, dat de harmonie 23 leden telt, de drumband 20 en Tremolando 27. Een sa menvatting van het vele gebeuren in het gepasseerde verenigingsjaar werd gerele veerd, waarvan wel het voornaamste was, dat de harmonie het preadicaat „Konink lijke" verkreeg, dat er nieuwe uniformen kwamen en werd meegewerkt aan het oester feest in Yerseke. Penningmeester J. Quist bracht zoals van hem bekend, een uitvoerig financieel verslag van baten en lasten der vereniging. Er bleek uiteindelijk een nadelig saldo van 315,89. Het blijft dus nodig, zo stelde de penning meester vast, niet te verslappen in aktivi- teiten zoals de papierinzameling, emmertjes- aktie en werving van donateurs. Het uni formenfonds wordt nog altijd verzorgd door 't daartoe gevormde comité met dhr. H. Ne- lisse als penningmeester. Wel is destijds het uniformenfonds overgedragen, maar de reke ning daarvan staat nog buiten de normale inkomsten en uitgaven der vereniging. Via de kascommissie werd tot goedkeuring van alle bescheiden en bedragen besloten. Tot leden van de kascommissie werden herbe noemd de heren P. Ottevanger en M. C. Meerman. Ook beide periodiek aftredende bestuursleden de heren J. H. Bal en S. van Duivendijk kregen het vertrouwen voor een nieuwe zittingsperiode. Meegedeeld werd dat het in de bedoeling ligt om deze zomer een bezoek te brengen aan jhr. J. van Vredenburch te Kapellen om dan op de avond van die dag een con cert te geven in Putte (N.Br.). 28 mei gaat de harmonie naar het festival te Steenber gen, terwijl in juli medewerking wordt ver leend aan het festival te Oud-Vossemeer. Het is nog niet zeker dat men ook zal kun nen meedoen aan de op 3 september te St. Filipsland te houden muziekavond, daar het mogelijk is dat men weer aan de opening van het mossel- en oesterseizoen te Yerseke zal deelnemen. Voor wat de Koninginnedag 1960 betreft zal de harmonie uitrukken om de drumband af te halen aan de zaal van dhr. J. van Boven, die in nieuwe uniformen gestoken

Krantenbank Zeeland

Eendrachtbode /Mededeelingenblad voor het eiland Tholen | 1960 | | pagina 1