WEEKBLQD VOOR HET EILAND THOLEN EN ST.FILIPSLAND De zandloper. Jan Overeenkam's terugblik op 1957. WAARIN OPGENOMEN DE THOOLSE COURANT 14e jaargang No. 6 31 december 1957 Uitgevers C. J. ZACHARIASSE en G. HEIJBOER Redactie Ring 66, St. Annaland - Telefoon 47 Administratie Oudelandsestr. 34, Tholen - Tel. 57 - Giro 124407 Abonnementen 1.35 per kwartaal franko p.p. 1.85 inkassokosten Prijs per nummer 15 cent Advertenties 12 cent per millimeter - Bij contract speciaal tarief Spierinkjes t/m 20 woorden 1.25 Advertenties worden tot WOENSDAGAVOND aangenomen De ouderwetse zandloper is wel t meest sprekende symbool van het voorbijstromen van de tijd, dat men zich kan voorstellen Onverstoorbaar, geluidloos en beangstigend snel stroomt het zand in volkomen regelmaat weg en telkens wanneer de zandloper is leeggelopen, is er weer zo'n ondeelbaar klein stukje van de eeuwigheid voorbijgegaan. Maar al die kleine tijdeenheidjes vormen gezamenlijk ons menselijk begrip tijd, waar van wij het snelle vervlieden zo vaak ver onachtzamen. Aan zo'n zandloper dachten we, toen we ons neerzetten voor het schrijven van het Oudejaarsartikel. Deze oudejaarsdag is niet anders dan alle andere dagen van het jaar. Het is alleen maar de laatste dag van een jaar. En ook dit jaar is niet anders dan alle andere jaren. Het is weer vol geweest van sombere en van blijde en vooral ook van voor ons gevoel totaal onverschillige dingen. Waarom grijpt deze dag ons niettemin aan? Natuurlijk omdat we ons vandaag opnieuw gesteld zien voor het ons vaak irriterende feit van de vergankelijkheid. We leven in de tijd en ,,bij de dag". In het gewone bestaan zijn we daaraan gewend geraakt. Elke dag heeft tenslotte een begin en een eind, maar het zegt ons niets meer. De ene dag is een prettiger dan de andere. De maandag staat in onze waardering als regel laag genoteerd en bij het vorderen van de week zien we alweer uit naar de zater dagmiddag en naar de zondag. Maar toch .weten we soms nauwelijks in welke dag van de kalender we leven. Laten we dankbaar zijn, dat op de Oude jaarsdag het besef van de tijdelijkheid en van de vergankelijkheid weer volop gestalte in ons krijgt. Het is vandaag een dag als alle andere dagen, maar het is de laatste dag van een jaar. En mogen we onze dagen en onze weken dan niet meer tellen, het .tellen van onze jaren is het aanhoren nog wel waard. De jaren daarin valt onze tijd en daarin valt onze tijdelijkheid uiteen. Zij zijn de minuten van de eeuw. Ook ons eigen leven valt in jaren uiteen. We rekenen bij jaren en bij leeftijden. Zijn we zes jaar, dan gaan we naar school, zijn wij vijf en zestig dan krijgen we ouderdomspensioen. Jaren maken geen wijze, maar oude mensen, heef eens iemand gezegd. Maar wie goed met de jaren heeft leren rekenen, zal met die jaren ook de wijsheid bekomen. Het jaar: meer nog dan de dag het beeld van onze vergankelijkheid, van ons voorbij gaan, van ons vergaan, van onze tijdelijkheid van ons leven in de tijd. De zandloper moet weer omgekeerd. Een jaar is voorbijgegaan. Ook wij aan de krant zitten vanavond even stil. Zeker, we weten het, ook de Oudejaarskrant is nieuws". Maar de krant zelf ligt al op tafel, groter in omvang dan normaal en met heel wat in te lezen op een avond, waarop de lezer toch ook graag wat ruimte heeft voor zijn herinneringen en ver moedelijk ook wel voor een moment van bezinning. En daarbij wil de krant niet het laatste woord hebben. (vervolg pag. 2) In dit laatste nummer van 1957 wordt U door de redactie voorgelegd De Zandloper Een terugblik door ]an Overeenkam Een nieuwe school in Scherpenisse geopend Een vrede-loze raadsvergadering in Stavenisse Vredige Kerstfeestvieringen Een laatste zitting van de Kantonrechter Oud-Vossemeer sluit de rij van gemeenten voor een waterleidingsbijdrage en een adhaesiebetuiging voor de Chr. Huishoud- school Moeilijke sanering in St. Annaland Een herinnering aan 50 jaar geleden Bij elkaar in deze 12 pagina's een grote verscheidenheid van nieuws en advertenties en de wens van redactie en administratie dat 1958 een in alle opzichten voorspoedig jaar moge zijn. Wanneer ik wéér op Oudejaarsavond, m'n gedachten zo laat gaan, langs alles, wat in zeven en vijftig, van invloed was op ons bestaan. Dan trekken er zo heel veel dingen, als in een film mijn oog voorbij met telkens 'wisselende beelden, in onafzienb're bonte rij. Ik zie een dag van feest en bloemen, een gouden jubileum thuis, een autobus, een zonnig reisje 't bezoekuur in een ziekenhuis. Het eerste kindje in een wiegje, wat tegenslagen bij het werk, een bruidje met een witte sluier, toen 't orgel speelde in de kerk. Dan zijn er meer gewone zaken. Aan duurte raakten we gewend. Men ging de pil wel wat vergulden, omlaag die prijzen met een cent. Maar ook was er een nieuwe woning, een wet wist heel veel goeds te doen. De oudjes kregen lichter dagen, door „volop" ouderdomspensioen. En buiten in de wijde wereld, ging 't grote rad van avontuur Zijn onbestemde rondjes draaien, die wisselden van uur tot uur. Daar was Croetsjew, wég is Zjoekow, weg Malenkow, weg zovéél. Weg ook Eden, dit door ziekte, gezondheid is niet ieders deel. Een heks vloog over 't midden-oosten, Engeland verloor daar macht. Amerika is daar aan 't scharrelen, de Sowjet gaf aan Nasser kracht, Saoed, Hoessein, Irak, Turken, de een dreigt nu, de ander dan, draai de knop maar even om zeg, want hier wor je zeeziek van. „Hallo, hallo, hier is de Spoetnik", de wereld was er van ontdaan. De Rus die lachte eens hooghartig: een satelliet vliegt rond de maan. Moord en brand brulden de Yankees: die Rus ligt ons een ronde voor. Wacht maar, klonk het kinderachtig, wij zijn ook op 't goede spoor. Dan schieten we niet èèn, maar twintig kunstmanen hét luchtruim in. Ondertussen vraag ik ieder: wat heeft het allemaal voor zin Zal het ons veel goeds gaan brengen, 'k vrees: het komt heel anders uit. Klinkt straks: tot hiertoe en niet verder, dan wordt des mensen macht gestuit. Ondertussen stond de wereld, hier voor een voldongen feit. Bundeling van kracht is nodig, werd er toen direct gezeid. Het gevolg was dat de NAVO, bijeenkwam op haar hoogst niveau. Little Rock werd nu vergeten, Parijs zei: nu doen we het zo Raketbases, opslagplaatsen, atoombommen op het vasteland De kracht schuilt in de grootste wapens wie heeft ze straks nog in de hand? Ijzig is toch te bedenken, dat één jaar dit alles geeft, razendsnel gaat de ontwikkeling: geen wonder dat de mens soms beeft. Treurig voor veel landgenoten, werd het, toen het jaar vervlood Soekarnow nog amok ging maken: onze mensen in de nood. Fel anti-Hollands werd gesproken, maar ook een fel protest gehoord tegen Commgnistenstreken, de laatste hoop is wreed vermoord. Onze mensen moeten vluchten, achterlaten geld en goed. Weg zijn er hun idealen, niemand weet hoe het verder moet. In eigen land waren ook wolken, nattigheid was er volop Menig boer had met z'n piepers niet gerooid een reuze strop. Stabilisatie werd verkregen, in de prijzenpolitiek Maar de schatkist is niet lekker, zeg maar rustig: heel erg ziek. Beperk bestedingen zeer drastisch. Spoedig werd dit zwaar gevoeld. Afschaffing van melksubsidies, ja, het is allemaal zo goed bedoeld. PTT tarieven hoger belasting op de sigaret Huren met blokkeringswaarde en toen zelfs de Deltawet. Hierover werd in Tweede Kamer, eensgezind gedébatteerd Alleen de oesters stemden tegen en de mosselen vinden 't ook verkeerd. Dat neemt niet weg, dat weer een jaartal, op de school wordt ingeprent „De Deltawet werd aangenomen", het schoolgaand kind wordt niet verwend. Voorts was er d'Euromarkt, een tunnel, een puzzlemanie van geweld, maar nu dichter bij huis gekeken, wat werd uit ónze streek gemeld Het bevolkingscijfer groeit er nauwelijks, aan industrie ontbreekt het nog. Toch kwamen industrie-terreinen, maar industrie waar blijf je toch? Hét probleem bracht vele pennen in beweging las 't je 't wel „Zeg, wat wil je?" schreef de eerste: „Tholen bouw je toekomst snel." „Tholen, intensiever boeren," schreef vervolgens nummer twee „Tholen, laat je stem toch horen, anders tel je niet meer mee." „Alleen mannenwerk is nodig," schreef daarachter nummer vier „Zou er nog wel toekomst wezen Hou de jeugd toch in 't vizier." „Een goede naam heeft onze werker, Tholen is nooit lui geweest," bracht een ander weer naar voren: „pendelen is ook geen feest." „De Kerk mag hier niet achterblijven," concludeerde nummer zes. Een zevende een maatschappelijk werkster stond voor het „mens-zijn" op de bres. „Aan het werk voor Tholens toekomst," besloot de laatste: „en collectief, dit probleem nu aan te pakken," werkloosheid brengt ongerief. Zo werd de aandacht toch gevestigd, op een probleem dat steeds meer dringt En zelfs door ingezonden stukken, vroeg men: waar die schoen toch wringt. De streek had méér gemeenschapszorgen, het Waterschap geconcentreerd, maar toch zèlfstandigheid behouden, dan is dat zeker niet verkeerd. Smerdiek, die krijgt de Polderzetel, Ten Anker had een hoge gast, toen televisie werd geschonken, het heeft ook al een diepvrieskast. Belangrijk was toen er de Pluimpot, als zeearm had afgedaan. Tenslotte toch werd afgesloten, er was veel aan voorafgegaan. Men had met vele materialen, een proef genomen, zo ik vernam dat nam niet weg, dat een maand later, een bres sloeg in die nylondam. Maar nu is het toch zonder twijfel, dat er twee havens niet meer zijn. dat mag dan veiliger wel wezen, maar voor Smerdiek toch niet zo fijn. Er was óók vreugde in ons midden, de Vrouwenbond van 't Platteland, was vijf lustrums in de „ether", ze vormt een flinke eilandband. Er is nog meer tot stand gekomen, de school tot lering van Techniek nog wel niet officieel geopend een rijke aanwinst voor Smerdiek, maar ook tot nut van 't hele eiland, vraag dat de leerlingen maar af, die er nu al flink studeren, onder een bekwame staf. Gehengeld werd er op een botje, dat was op Tweede Pinksterdag. De BB een wisselbeker, men zie wat oefening vermag. Een huishoudschool vergde principes, CBTB of ZLM, gelukkig in een land van vrijheid heeft iedereen een vrije stem. THOLENS badhuis werd geopend, een nieuwe veiling wordt gebouwd en in het nieuw verbouwde raadhuis, wordt er weer als voorheen getrouwd. Het carillon hoort men weer spelen, een openluchtspel goed geslaagd, maar de straten zijn niet best in orde en meer verlichting wordt gevraagd. De brandweer is ook niet tevreden, de spuit doet hét niet zo best meer, maar ja men zit er met de centjes, 't draait toch maar alles om de smeer. Toch zijn er nog wel grote plannen: ruim 30 huizen nog gebouwd, wanneer de vergunning af wil komen, (misschien ben ik dan al stok-oud). Er komt ook nieuwe riolering, nee van een sportveld zeg ik niets, wél een nieuw pand voor de politie en niet door 't Bosje op je fiets. POORTVLIET had z'n brandweer nodig, het brandd'r zelfs tot tweemaal toe. Eerst een schuur en toen de molen en vraag me liever maar niet hoe. 't Jonge, wat een schouwspel was dat, daar zo midden in de nacht. Wieken, razend, brandend, draaiend veel schade werd er aangebracht. Van der Slikke onderscheiden, er was voor 't eerst ook fokveedag. Toen het gemeentehuis werd heropend, woei van de gevel fier de vlag. Vooruitstrevend als geen ander, is er een verenigingszaal, hoe mooi dat er van binnen uitziet, wel, das een apart verhaal. SCHERPENISSE's raadslid Hartog, nam er afscheid met veel zwier. Het „Holland Huis" is er gevestigd en brengt daar heel wat meer vertier. Trouwens, die gehele wijk daar, trekt veel volk, 't zij groot of klein 'n Landbouschool, de Boerenleenbank, de lagere school mag er ook zijn. Ze is deze week zojuist geopend, het verslag ervan in deze krant. Twee in één is het geworden, geheel opgezet in nieuwe trant. Is me dat hier een vooruitgang, nou het was ook nodig, niet Moet je d'ouwe eens bekijken, dan weet je echt niet wat je ziet. En straks komt nu ook de rondweg, ja zeg, dat wordt ook eens tijd, vooral door bewoners van de Kerkstraat, is die reeds zo lang verbeid. SINT MAARTENSDIJK had 'n zangfeest, met zingen heeft men de primeur. Noch Mannenkoor, noch ook „De Lofstem", „VZOS" stelt nooit teleur. De Automaat schonk veertig jaren, de busjes bij de mensen vol, maar met de toestand van het sportveld, wordt het nu toch al te dol. De havenmeester moest ontslagen, de havenloods ging met pensioen. En vele oudjes hoor je zeggen: zeg weet je nog die haven ...toen In STAVENISSE een ander liedje 'k Wou dat Riedijk daar ook maar was, om de raad te dirigeren: vierstemmig koor komt daar van pas. Nu hoor ik veelal dissonanten, óf hoe noemt men dat in de muziek. Afijn, U zult het wel begrijpen. Ligt 't soms aan de accoustiek? Nog kan een mens maar niet begrijpen, dat er elders oorlog is. Je hoeft anders niet ver te lopen, hier is het dikwijls ook ver mis. En toch wordt het riool gezuiverd, de installatie werkt er voor. Het is de eerste op ons eiland, van slechte lucht geen enkel spoor. De muziek is weer aan 't repeteren, de fontein spuit op het mooie plein Wat is er hier een grote reden, om blij en zeer tevrêe te zijn. SINT ANNALAND de bouwgemeente, kreeg zo'n vijftig huizen klaar. Een van den Bos-, een Zuid-, een Schoolstraat, nou ja, het gebeurt toch maar. Een veiling van groot oppervlakte, de kerk vergroten als het kon. zo'n vijftigduizend piek gegeven, maar ja, het kost ook ruim twee ton. Brandend „Bleijendaal" beroerde brandweer rukte zeer snel uit. de kapitale schuur verbrandde, de woning hield men door die spuit. Een nieuwe haan kraait op de toren, in eer hersteld naar goed gebruik, maar het havenplan en de minister, zijn geen twee handen op één buik. OUD-VOSSEMEER, in rij de laatste, besloot ook voor elektrisch licht, zoals in d'andere gemeenten, dat moest toch ook in dit gedicht. Nu krijgen ook de buitenmensen, dank zij de Hèrverkaveling, -draaiend aan een simpel knopje licht in heel de Thoolse ring. Oud-Vossemeer heeft ook een gymzaal, zag U die daar dan niet staan Je moet ver zoeken voor een tweede, zoals men dat hier heeft gedaan. Het was ook de eerste der gemeenten, die bouwde voor de curve-prijs. Van Amsterdam won daar de ronde, Nitóp maakt' een vierdaage reis. ST. PHILIPSLAND, ja dat hoort toch, streeksgewijze ook bij ons. De middenstand gaat met vakantie, mag ze dit dan ook niet soms Een wethouder van vele jaren, nam afscheid toen hij wegging hier, Aan het Roode Kruis veel gulle gaven, daar geeft men veel en met plezier. „Concordia" had elf lustrums, het werd dus vijf en vijftig jaar De dirigent werd onderscheiden, het werd een prettig feestje daar. Met zit er slechts nog met één puzzel, dat is een nieuw gemeentehuis, want nu staat er geen permanente, het ontbreekt er aan een goeie kluis. Een eindje verder in de POLDER, schoot de Commissaris in de roos Toen men hem na de Dorpshuisopening, op de bazar als gast verkoos. Kleuterschool en medisch Centrum, Badhuis en Vereengingszaal Heeft men daar, ja hoe bestaat het, onder één dak allemaal. Kijk mijn vrienden, het is niét alles, maar toch véél wat is gebeurd, hier onder de loupe genomen, voor 't laatste blad wordt afgescheurd. NIEUWJAARSDAG brengt straks zijn wensen, voor een zeer voorspoedig jaar En de vrienden en bekenden, komen even bij elkaar. Kaartjes, brieven, telegrammen, dwarrelen de wereld door Telefoontjes, advertenties, vinden overal gehoor. Lieflijk zijn de ansichtkaarten: 'n vogeltje zingt op een tak, 'n Schoorsteen kringelt lichte wolkjes, boven 't dichtbesneeuwde dak. 'n Gouden klok wijst iets na 12, zie hoe vader Tijd, bedaagt, 't Nieuwe jaar als frisse baby, hoopvol in zijn armen draagt. Ga maar weer met nieuwe plannen, overal de toekomst in Er is heel veel werkkracht nodig, voor ons eigen volksgezin. Om de tijden bij te blijven, wordt er veel van ons gevraagd Dat steeds niet alleen de réchten, maar ook plichten met zich draagt. Moge God U de gezondheid, gevenda s m'n nieuwjaarswens RECHT EN VRIJHEID, WERK'EN BLIJHEID VOOR ELK VOLK EN IEDER MENS.

Krantenbank Zeeland

Eendrachtbode /Mededeelingenblad voor het eiland Tholen | 1957 | | pagina 1