WEEKBLAD VOOR HET EILAND THOLEN EN ST.FILIPSLAND <6Rstfeest;. Wie gaan naar BETHLEHEM? Het Parlementair Overzicht Afscheid van minister Mansholt. VERSCHIJNT IEDERE VRIJDAG WAARIN OPGENOMEN DE THOOLSE COURANT I I I I Meditatie De redactie legt U deze week voort 14e jaargang No. 5 20 december 1957 Uitgevers C. J. ZACHARIASSE en G. HEIJBOER Redactie Ring 66, St. Annaland - Telefoon 47 Administratie Oudelandsestr. 34, Tholen - Tel. 57 - Giro 124407 Abonnementen 1.35 per kwartaal franko p.p. 1.85 inkassokosten Prijs per nummer 15 cent Advertenties 12 cent per millimeter - Bij contract speciaal tarief Spierinkjes t/m 20 woorden 1.25 Advertenties worden tot WOENSDAGAVOND aangenomen „Want een Kind is ons geboren... Jesaja 9 5. „...Een kind is ons geboren... dat is de jubel van de profeet Jesaja reeds eeuwen geleden vóór dat dit feit werkelijkheid werd in Bethlehem waar zijn profetie zo heerlijk werd vervuld in de geboorte van een telg uit het huis van David. Hoe waar achtig is de belofte van God in dit feiR ook vervuld! Een kind is ons geboren! Ofschoon Jesaja nog maar profeteert, ziet hij reeds de zegen rijke vervulling van dit grootse ge beuren als werkelijkheid, wat de engelen later in de velden van Efra- ta boodschappen aan de herders: U is heden geboren de Zaligmaker Hier wordt tevens gezegd, wat voor een kind dit is, nl. de Zalig maker, de eeuwige en eniggeboren Zoon van God. Hij werd mens: Zijn Naam is Wonderlijk, Raad, Sterke Gods Vader der eeuwigheid, Vrede vorst. In Bethlehem gaf God het weerstrevende bewijs van Zijn ge dachten van genade voor schuldigen. Hij gaf zijn kind, opdat dit kind alles zou doen, wat nodig is tot be houd van ons leven van zonde en verlorenheid. Dit kind zou gaan lij den en zo vloek en oordeel dragen in onze plaats, opdat Hij als de Borg, die schulden overneemt, zondaren met God zou verzoenen. Hij is geboren om al Gods straf op de zonde te dragen, de hitte van Gods gramschap te blussen en de schuld van onze zonden te verzoe nen om zo de wet Gods te volbren gen, wat wij niet willen noch kunnen. Jesaja profeteert ook daarvan in het bekende gedeelte van de lijdende knecht des Heren (hfdst. 53). Deze weg is dit kind gegaan, op dat Hij als de Levensvorst door dit oordeel Gods en de opstanding heen het eeuwige leven voor zijn kerk zou verwerven. Dit van God gegeven Kind is gezonden om aan schuldige Adamskinderen de hemel te ontslui ten en de vergeving der zonden te schenken. Dat is de diepe inhoud van dit woord van Jesaja. Reeds ziet hij Hem bekleed met de heerschappij om als de grote Koning de volkeren te richten in rechtmatigheid en trouw; en armen en behoeftigen heil aan te brengen. Dat is de blijde boodschap van 't Kerstfeest voor zondige mensen, die weten, dat ze arm en behoeftig zijn. Het is het wonder van Gods ont fermende zondaarsliefde, „dat Hij Zijn eniggeboren Zoon gegeven heeft opdat een iegelijk, die in Hem gelooft, niet verderve, maar het eeu wige leven hebbe." En wie zal dat wonder verklaren? Het is slechts te aanschouwen: Zie, het Lam Gods Kerstmis 1957 gaat aanbreken. Wij gaan Kerstfeest vieren om als het goed is dat wonder te gedenken, d.w.z. om er dankbaar voor te zijn. Maar hoé zullen wij Kerstfeest vieren? Ieder mens maakt zich op om dat feest te vieren, maar vaak op velerlei wijze, die in feite niets met het geboren Kerstkind heeft heeft uit te staan. Dan is 't een feest zonder het Kind en ook zonder de geboren Zaligmaker. Vaak is 't een ijdele vertoning, die God onteert. En hoe zult u 't Kerstfeest gaan vieren, lezer? Voor zeer velen, ook christenen, betekent dit niet meer dan een paar vrije dagen, één of meer malen naar de kerk uit goede traditie, wat gezelligheid thuis, maar verder komen ze vaak niet. Echte Kerst vreugde kennen zij niet omdat zij geen grootheid en schoonheid zien in de geboren Koning van Kerstmis, de Here Jezus Christus. In hun hart is geen plaats voor Hem. Hun hart gaat niet naar Hem uit! En daarom is dit feest ook zo nameloos arm voor het hart. Om echte Kerstfeestviering en ware Kerstblijdschap te kennen die nen we allemaal dezelfde weg op, nl. die van vernedering en ootmoed voor God, van armoede en leegheid in onszelf, van bekering; een weg, waarop wij schuldbelijdend met een verslagen hart uitzien naar het ge boren Christuskind, de Zaligmaker, die kwam om te zoeken en zalig te maken, wat verloren was. Want wat wil Kerstfeest anders zijn dan dat aan de arme van geest het Evangelie wordt verkondigd? Die is bij dit Kind welkom! Maria getuigt ervan in haar lofzang: Nederigen heeft hij verhoogd; hongerigen, nl. naar het Brood des Levens, heeft Hij met poederen vervuld en lijken heeft Hij ledig weggezonden." En dat doet Hij nog. Wij moeten de weg of van onze vernedring, van onze overgave aan Hem, maar alleen voor de Heilige Geest, Die plaats maakt in onze harten voor de ge boren Zaligmaker en Hem zo maakt tot onze Jezus en onze Hei land. Want al vieren we dan Kerst feest en horen wij misschien Kerst preken, al zingen we van dit Kind, laten we goed bedenken dat de Heilige Geest dat Kerstkind in ons hart moet doen wonen. Zonder Zijn werk staan en blijven we buiten de Zaligheid en het heil. God geve U de werking van Zijn Heilige Geest in rijke mate bij Uw Kerstviering. Dan zullen mensen. zondaren, die niet begerig waren naar de heerlijkheid van dit kind, vanuit hun verzondigt leven tegen over de hoge God gaan dorsten naar de fontein des heils, die in deze geboren Immanuël ontspringt. Zo zullen harten, die om Hem verlegen zijn verkwikt en verzadigd worden en zal het een rijk en vrucht baar Kerstfeest worden. Dan zal het een echt Christusfeest worden, waar bij in geloofsaanbidding het geboren Kind van de kribbe de hulde des harten gebracht en de echte Kerst vreugde genoten en kerstzegen be leefd wordt. Dan zal de naam des Heren geloofd worden voor zijn on uitsprekelijke gave. Komt en laat ons Christus eren Hart en zinnen tot Hem keren, Hij kwam redden van de zonden Hem zij lof in eeuwigheid KERSTMIS Wie naar Bethlehem Afscheid van minister Mansholt Eerste Kerstfeestvieringen Opleidingsmogelijkheden bij de Technische School Over het nieuw Pachtbesluit en Eigendomsrecht Kerstverhaal voor de Jeugd T oenemende verg ader-aktiviteit Prettige Kerstdagen gewenst door redactie en administratie In een wereld vol beroering staat Kerstfeest 1957 voor ons. Die beroe ring in de wereld is niet iets van dit jaar alleen. Ook in dit opzicht is er geen nieuws onder de zon. In de tijd van Jezus' geboorte was de wereld ook niet zonder beroering. Israel ging onder bezetting gebukt. Het Romein se rijk was alleenheerser. Denkt men dan, dat er geen beroering was? Zeker, ze lijkt nu veel groter te zijn en is ook wel groter. Ze lijkt dat waar de wereld door de voort schrijdende techniek als tot een kleine kring wordt samengeperst waarbij vrijwel iedereen direct op de hoogte is met de beroeringen van de ander. Een aardbeving aan het andere eind van de wereld is na twee dagen in geheel die wereld oud nieuws. Van het belangrijke nieuws dat de NA- VO-conferentie brengt is men de zelfde dag overal ter wereld op de hoogte. Wat in Indonesië plaats vindt beroerd het hart dagelijks. En temidden van dat alles zouden we de vraag kunnen doen, evenals bijna 2000 jaar geleden: Wie gaan naar Bethlehem De kunst mens trekt er niet heen. Hij trekt naar strand, bos en veld om wat zijn visie is op het doel met het penseel weer te geven. Hij grijpt naar de pen om in schoon proza of in warme poëzie u te doen leven in het heiligdom zijns harten. Rome met zijn kunstgewrochten trekt hem meer dan Bethlehem. De k e n n i s-mens dan misschien? Ook niet. Zijn richting gaat naar de scholen der wijzen, naar zijn boeken vol filosofie of fantasie. Athene is zijn stad met haar wijsgeren van vroeger. i De genot-mens dan? Ook die niet. Hij gaat naar restaurant of tin gel tangel, naar luxe bioscoop of weelderige schouwburg. Parijs is zijn stad waar de nacht een dag gewor den is. Wat is Bethlehem daartegen over triest. De macht s-mens voelt er ook niet voor. Hij bewondert wel Augus tus, die de gehele wereld wilde be schrijven. Hem boeit Napoleon, Hit- Ier Croetsjew. Nietsche is zijn man met de leuze: De wil tot macht ver heven. En in Bethlehem is dat niet te vinden. Daar alleen: stal, kribbe, kindeke in doeken. We kunnen zo verder gaan en daarbij ongetwijfeld ieder van ons ontdekken. Wie dan wel naar Bethlehem gaan? Twee eeuwen geleden de her ders die geloofden. De wijzen die geloofden. En nu de mensen die ge loven, die eerst overal heen trokken, hetzij in werkelijkheid, hetzij in de geest, om het geluk en de vrede te vinden, maar overal de dood, de on rust, de teleurstelling en het verdriet tegenkwamen. Reizigers, die geen bevrediging vonden voor hun arm hart, dat naar iets anders vroeg dan schoonheid, macht, wijsheid en genot. Mensen, die de wijsheid der we reld zochten, maar ingezien hebben dat al die wijsheid geen licht ver spreidt op het mysterie van eigen hart, van graf en van eeuwigheid. Mensen, die wilden genieten van vrolijkheid, maar geen ware vreugde vonden, die blijvend was. Zij hebben ervaren, dat voor wat ze achterlieten een duizendvoudige vergoeding is weergegeven. Zij gaan straks met hun hart naar Bethlehem. Zullen we hen volgen Voorzitter Kortenhorst heeft de Kamer dan ook een motie laten aannemen, waarin minister Mansholt hulde werd gebracht. In dit voorstel werd uitgesproken, dat minister Mansholt met onbezweken trouw, toewijding en bekwaamheid zijn taak heeft vervuld. De Kamer wenste hem voldoening en succes toe bij de vervulling van zijn nieuwe taak en zij sprak het vertrouwen uit, dat deze minister ook in het raam van Europa de belangen van ons land zou blijven dienen. Ook de scheidende minister heeft een afscheidsrede gehouden. Er zijn naar zijn oordeel twee factoren, die in het landbouw beleid een dominerende rol hebben ge speeld: de wens naar het behoud van wat er is, zowel hrier als waar ook ter wereld en in de tweede plaats: de vrees, dat de landbouw weer zal verzinken in de onzeker heid, de verpaupering van weleer. VEEL KRITIEK Ondanks al deze prettige woorden kan men niet zeggen dat de laatste begrotings behandeling voor minister Mansholt de pret tigste is geweest. Er was nogal wat kritiek op het huidige landbouwbeleid. Nu is het de vraag of de scheidende minister daarvoor de schuld moet dragen of dat hij de rest van het kabinet niet heeft weten te over tuigen, dat er nog meer geld voor de land bouw moet worden uitgetrokken. In ieder geval was de Kamer ontevreden over drie vraagstukken: het varkensbeleid, de ver traagde uitbetaling van de melkgelden en de verhoging van de normen voor pach- en koopprijzen. Het tweede punt werd politiek het meest interessant. Minister Mansholt had nl. de Kamer laten weten dat het technisch on mogelijk is om de blokkeringspolitiek door te voeren. Men zal zich herinneren, dat in het begin van dit jaar is afgesproken 50 min van de verhoogde eigenaarslasten te blokkeren. In het kader van de bestedings beperking was de regering van oordeel, dat deze 50 min niet direct aan de boeren kon worden uitbetaald. Deze kwestie is bij de behandeling van de bestedingsnota een heet hangijzer geweest. De heer Biewinga (A.R.) heeft toen een motie ingediend om de blokkering ongedaan te maken. Er dreig de een kabinetscrisis, omdat deze motie „on aanvaardbaar" werd verklaard. Zij werd echter verworpen, daar het meerendeel van de K.V.P. en alle socialisten niets voor een crisis voelden. En nu kwam de minister met de medede ling dat de blokkering technisch niet uit voerbaar was. Daarom is gegrepen naar het middel van de vertraagde uitbetaling. In de praktijk maakt dat niet veel verschil. Nu is bepaald dat de boeren de 50 min. eerst in 1959 krijgen uitbetaald. Op zich zelf is het reeds een belangrijke verbetering, want in het oorspronkelijk blokkeringsvoor- stel werd geen datum genoemd. De gehele Kamer was echter tegen de vertraagde uitbetaling. Men was van me ning dat de 50 min. nog wel te vinden zou zijn geweest in een ander potje op de De Tweede Kamer heeft verleden week reeds afscheid genomen van de minister van Landbouw, Visserij en Voedselvoorziening, Dr. Mansholt. Zij ging er dus van uit, dat de bewindsman inderdaad gekozen zal wor den tot lid van de Europese commissie van de Gemeenschappelijke Markt. De kansen zijn inderdaad groot. Evenals het trouwens wel vaststaat dat Mr Sassen (lid der Eerste Kamer voor de K.V.P. en voorzitter van de christelijk-democratische fractie in het E.G.K.S.-parlement) lid van het uitvoerend orgaan van Euratom zal worden. Maar een feit is, dat de benoemingen nog moesten plaatsvinden toen de Tweede Kamer reeds feestelijk afscheid nam. De zes regeringen van „klein Europa" moeten over de be noeming van de candidaten beslissen. Zo zou men kunnen zeggen dat het afscheid uit hoffelijkheids oogpunt niet bijzonder ge slaagd was. Anderzijds kunnen we ons voor stellen dat de Tweede Kamer bij de be handeling van de landbouwbegroting de ge legenheid wilde aangrijpen om enige waar derende woorden tot deze bewindsman te richten. Alle sprekers hebben over zijn be langrijk werk op dit departement gesproken. Niet minder dan twaalf en een half jaar heeft de heer Mansholt dit departement beheerd. Er was dus reden om daar waar derende woorden over te spreken. Temeer, daar in het algemeen de verhouding tussen de Kamer en deze minister vrij goed ge weest is. Natuurlijk waren er wel eens spanningen, maar deze behoren bij het po litieke bedrijf. begroting. Bovendien vond men het onjuist, dat alleen de melkveehouders niet direct konden profiteren van de verhoging van de eigenaarslasten. Het was de heer Droesen (K.V.P.) die een amendement indiende om deze vertraagde uitbetaling niet te laten doorgaan. Dit voorstel werd door minister Mansholt „onaanvaardbaar" verklaard. Dit was zijn laatste woord voor de feestelijke afscheidsredevoeringen. De heer Droesen trok daarop zijn amendement in, omdat hij gezien de politieke omstandigheden, bijv. de verhouding met Indonesië, geen kabinets crisis wenste te riskeren. De heer Biesheuvel (A.R.), die evenals de rest van de Kamer dit verloop van zaken echter reeds had zien aankomen, kon het niet nalaten om de heer Droesen te plagen. Hij hoopte, dat de heer Droesen even standvastig zou zijn als des tijds de heer Biewenga met zijn motie. Deze had zijn voorstel tot het einde toe staande gehouden, ook al zou er een crisis op volgen. En waarom niet, zo zeide de heer Biesheuvel, want blokkering en de ver traagde uitbetaling is toch precies dezelfde zaak. Deze week heeft de Tweede Kamer het mogelijk gemaakt, dat onderwijzers bij het bijzonder lager onderwijs lid van de ge meenteraad kunnen worden. Minister Struy- ken wenste de mogelijkheid voor alle on derwijzers te openen. Daar waren de heer Oud (V.V.D.) en de meerderheid van de Kamer op tegen omdat de onderwijzers bij de gemeentelijke scholen ondergeschikt zijn aan de raad. Niet het ooderwijzersambt maar het dienstverband is beslissend. De socialisten, communisten, en enige C.H.-ers vonden dit echter psychologisch niet juist. Formeel heeft de heer Oud gelijk, maar ma terieel mag nu de onderwijzer bij het open baar lager onderwijs geen lid van de raad worden. Dat vond de minderheid een ten achterstelling van het openbaar onderwijs. Het wetsontwerp werd tenslotte met 73-54 stemmen aangenomen. (Nadruk verboden) WERELDVERLANGEN Wanneer zal eindelijk de vrede komen. Wanneer zal zij zich weten los te wringen, uit de macht van die duivelse atomen. Ach de mensheid zal de hemel zingen. Wanneer zal men kunnen spreken van liefde, vrede en geluk zolang de „Heren" oorlog blijven preken smijt toch weg, gij Chroestsjof al dit oorlogsgesmuk Laten wij vertrouwen op God's hand die ons volgens Goddelijk plan zal bestieren en eens zal blussen deze wereldbrand Laten we daarom, gelukkig Kerstfeest vieren. R. de Brabagon Hadden we vorige jaren achtereenvolgens de Kerk van Tholen en St. Maartensdijk in ons kerstnummer, die beide een grondige restauratiebeurt kregen, dit jaar laten we de Ned. Herv. Kerk van Sint-Annaland zien, omdat het wel de laatste Kerst zal zijn, dat ze er zo bijstaat. Immers, uitbrei ding van onze kerk is een paar weken geleden aan besteed en zodra de Rijksgoed keuring officieel binnen is, kan met de werkzaamheden worden begonnen. Aan de achterzijde (dus niet bij de toren) zullen twee zijbeuken worden aangebouwd, waar door het dus een kruiskerk wordt. Of het gebouw er op zichzelf fraaier van wordt is nog een vraag, althans zolang aan de ene kant de scholen nog staan. Het ver dwijnen van deze scholen voor nieuwe el ders is voorshands wel toekomstmuziek. Dan zou de kerk heel wat beter uitkomen. On dertussen komt deze uitbreiding niet tot stand tot verfraaiing van het gebouw, maar om de zitplaatsennood te lenigen. Dat die er is valt op te maken uit 't feit, dat er 300 zitplaatsen die er door uitbreiding zullen bijkomen, alle zijn verhuurd. De verbouw zal wel een jaar duren.

Krantenbank Zeeland

Eendrachtbode /Mededeelingenblad voor het eiland Tholen | 1957 | | pagina 1