Reacties opTholen en zijn toekomst'
WAARIN OPGENOMEN DE THOOLSE COURANT
RAADSVERSLAG OUD-VOSSEMEER.
De redactie legt U deze week voort
13e jaargang No. 38
9 augustus 1957
Uitgevers C. J. ZACHARIASSE en G. HEIJBOER
Redactie Ring 66, St. Annaland - Telefoon 47
Administratie Oudelandsestr. 34, Tholen - Tel. 57 - Giro 124407
Abonnementen 1.35 per kwartaal
franko p.p. 1.85 inkassokosten
Prijs per nummer 15 cent
Advertenties 12 cent per millimeter - Bij contract speciaal tarief
Spierinkjes t/m 20 woorden 1.25
Advertenties worden tot WOENSDAGAVOND aangenomen
IN PRINCIPE MEDEWERKING AAN BOUW
R.K. KLEUTERSCHOOL
EEN SCHRIJVEN VAN HET VOETBALBESTUUR.
VELE KWESTIES OPGEHELDERD.
OPKNAPPEN VAN HET OUDE GYMNASTIEK
LOKAAL GAAT TE VEEL KOSTEN.
Dinsdag jl. kwam de Gemeenteraad van
Oud-Vossemeer in voltallige vergadering
bijeen. Voorzitter Burgemeester Mr. J. J.
Versluijs.
Naar aanleiding van de gelezen notulen
merkt dhr. Aarnoudse op dat de land
bouwer Paape wel degelijk klaagde over
betreden van zijn grond door degenen die
zich van Onder de Molen over het land
naar het sportterrein begeven.
Indien dhr. Paape er bij Weth. van Driel
over had geklaagd zou deze hem naar het
gemeentehuis hebben verwezen. De voorzit
ter denkt dat de klachten niet op de laatste
tijd betrekking kunnen hebben.
Volgens dhr. v. d. Klooster is het met de
opslag van stenen op de haven nog niet
in orde. Verder is er een meerpaal afge
varen, die kan wegdrijven.
Tussen de ingekomen stukken bevinden
zich goedkeuringen van Ged. Staten op
raadsbesluiten tot:
a. wijziging van de bevoegdverklaring van
B. en W. tot het verhuren van volks
tuintjes aan de Molenweg.
b. toetreding bij de Gemeenschappelijke
Regeling tot verdeling der kosten van
de Zeeuwse Muziekschool.
c. het wijzigen van de gemeentebegroting.
Van dienst 1956 de 9e t/m de lie G.D.
en 6e t/m 8e Kap. Dienst (Slotwijzigin-
gen) en van dienst 1957 de 4e Gewone
Dienst en de 5e en 6e Kapitaal Dienst.
Het Dag. Bestuur brengt verder ter ken
nis dat Ged. Staten geen bezwaren hebben
tegen hun besluiten tot het opnieuw ver
huren van div. tuintjes aan Molenweg, Bou-
Kooijmanstraat en bij het turngebouw.
Mevr. de Wed. M, K. de Wilde dankt
schriftelijk voor de financiële medewerking
van de gemeente bij het bezoek van haar
zoontje aan de B.L.O.-School te Klundert.
Voor kennisgeving wordt eveneens aan
genomen het controlerapport van het Verifi
catiebureau over boeken en kas van de
Gemeente-ontvanger over het 2e kwartaal
en van de Penningmeester der Landarbei
dersstichting het le halfjaar 1957.
In het garantiebesluit voor een geldlening
heeft de gemeente indertijd als voorwaarde
gesteld dat begrotingen van het Tehuis voor
Ouden van Dagen vooraf ter goedkeuring
moeten worden aangeboden. Tegen de be
groting 1957, die het College van Regenten
nu overlegt, bestaan geen bezwaren. De
voorzitter leest enkele cijfers voor. Het
totaal der inkomsten ad 85980.wordt
grotendeels gevormd door het pensiongeld
van 81950.De begroting sluit met een
post voor onvoorzien van 1460.Voor
nieuwbouw is 1250.gereserveerd. Sala
rissen zonder de sociale lasten, zullen
15000.vergen, terwijl voor rente en af
lossing 18000.is geraamd.
Een subsidieverzoek van de Centrale voor
Katholieke Militaire Tehuizen tenslotte,
wordt afgewezen omdat deze instelling ge
legenheid heeft in de gemeente te collecteren.
De ingeleverde stembriefjes voor de ver
kiezing van de woonruimtecommissie geven
7 x het woord „dezelfden" te lezen. Dit zijn
de heren J. J. Boonman, L. J. van Dijke,
J. J. Quist, Adr. Aarnoudse en L. Istha.
VOOR HET VERKEERSONDERW1JS
De voorzitter leest een verzoek voor van
het Bestuur der Chr. School om gelden tot
het aanschaffen van leermiddelen voor het
vak Verkeersonderwijs. De betreffende boe
ken en werkschriften ontbraken tot dusver.
Voor het geheel is een bedrag van 255.95
geraamd. Een advies van de Inspekteur ont
breekt, daar deze tot stelregel heeft genomen
eerst na het principe-besluit van de Raad
te adviseren.
Aangezien het verkeersonderwijs een ver
plicht vak op de scholen wordt, besluit men
eenstemmig om in beginsel de gevraagde
medewerking te verlenen al ontveinst men
zich niet dat het bij deze school niet zal
blijven.
Tegen een voorgestelde wijziging van de
Kindertoelageverordening bestaan geen be
zwaren. De veranderingen houden verband
met een wijziging van de Kinderbijslagwet
per 1 okt. 1956.
DE R.K. KLEUTERSCHOOL
Vervolgens komt opnieuw ter tafel het
verzoek van het R.K. Kleuterschoolbestuur
om medewerking tot het stichten van een
nieuw schoolgebouw aan de Dorpsweg. De
voorzitter merkt op dat de begroting en
tekeningen, die in een vorige vergadering
werden bekeken, vermoedelijk grote wijzigin
gen zullen moeten ondergaan als gevolg van
de nieuwste voorschriften, waarbij een be
paald maximum per m2 bouwgrond te be
steden bedrag is vastgesteld. De geraamde
56754.zullen moeten worden terug
gebracht tot circa 32.000.
Volgens dhr. Mees heeft de architect
een dergelijk duur ontwerp gemaakt na een
onderhoud met de Inspektrice, die hem een
diepe indruk had gegeven van de vereisten
waaraan een moderne school moet voldoen.
Men besluit om in principe medewerking te
verlenen.
Een dik pak circulaires is gewijd aan
diverse salarisherzieningen. Het betreft op
trekking van het salaris tot het peil van
Rijkswerklieden, verhoging voor sekretaris
en ontvangers per 1 sept. 1956 en de com
pensatie voor de huurverhoging per 1 aug.
'57 Zonder discussie wordt besloten tot deze
herzieningen over te gaan.
Hierop volgt samenstelling van div.
Raadscommissies van onderzoek volgens een
aanbeveling van B en W.:
Gemeentebegroting '58: P. A. W. Mees,
J. v. d. Klooster en J. Aarnoudse.
Gemeenterekening 1956: C. P. Timmer
mans, J. Aarnoudse en L. Istha.
Rek. '56 en Begr. '58 Alg. Armbestuur: J.
Aarnoudse, C. P. Timmermans en P. v.
Driel.
Rek. '56/'57 en Begr. '57/58 Wezen Ar
men: J. Aarnoudse, C. P. Timmermans en
J. v. d. Klooster.
Rekening 1956 Fonds Huijssen van Kat-
tendijke: J. Aarnoudse, L. Istha, en C. P.
Timmermans.
Het Dagelijks Bestuur vraagt een krediet
van 2000.— voor premiën verbetering
woningen. Dit geld is voldoende voor 4 ge
vallen. Het Rijk draagt 2/3, de gemeente 1/3,
er zal dus voor 6000.besteed worden.
Nadat de voorzitter heeft toegelicht dat
een der gegadigden de schildersknecht Iz.
Moerland is en dat dhr. Adr. Aarnoudse
t.b.v. de verbouwing van zijn winkel niet
voor premie in aanmerking kwam, volgt
goedkeuring van de betrekkelijke begrotings
wijziging.
De voorzitter informeert of er onder de
leden bezwaar tegen is om buiten de wo
ningwet-woningen ook een huurverhoging
toe te passen voor de andere gemeentelijke
woningen.
Hoewel een verhoging voor deze wonin
gen niet verplicht is, ziet dhr. Istha geen
reden om de wettelijke bijslag niet in reke
ning te brengen.
Dhr. Aarnoudse heeft gezien dat am
bachtslui aan de woning van onderwijzer
N. v. d. Houten werkten. De voorzitter
antwoordt dat in de gang platen worden
aangebracht, overigens is dit een huis dat
inderdaad veel aan onderhoud vergt.
RONDVRAAG.
De voorzitter stelt het punt rondvraag
aan de orde.
Dhr. Istha zegt dat alle raadsleden een
schrijven hebben ontvangen van het Be
stuur der Voetbalver, naar aanleiding van
de critiek, die in de vorige raadsvergadering
op deze vereniging werd uitgebracht. Het
Bestuur betwist a.m. dat ooit opdracht tot
toezicht op de brandweergarage e.d. zijn
gegeven.
De voorzitter deelt mede dat het Dage
lijks bestuur met de Voetbalver, over deze
kwestie een onderhoud heeft gehad. Ver
schillende dingen konden daarbij worden
opgehelderd nadat het Bestuur der Voet
balver. hun moeilijkheden uiteen hadden
gezet.
Dhr. v. d. Klooster vindt het niettemin een
krasse brief. Ze hebben veel durven schrij
ven. Dhr. Aarnoudse sluit zich hierbij aan.
Wat de ballen betreft die achter de gool-
oalen in de moestuintjes worden geschopt,
zijn B. en W. voornemens om door een rij
bomen tot afsluiting van het terrein te
komen. Een ijzeren scherm wordt te duur.
Voor het idee van dhr. Istha om het
sportterrein geheel met een rij bomen te om
geven, voelt dhr. Aarnoudse niet veel. Men
moet er rekening mede houden dat het
sportterrein aan 3 zijden grenst aan bouw
grond van derden, die niet zo zeer gesteld
zullen zijn op hoge bomen, die het zonlicht
wegnemen. Ook kan het schadelijk zijn voor
de grasmat. De voorzitter zegt dat hoog
opgaande bomen volgens het Burgerlijk
Wetboek niet dichter dan 20 palm bij een
erfscheiding mogen worden geplant.
Dhr. Istha is blij dat een en ander met
de voetbalver, kon worden opgehelderd
en hoopt op een goede samenwerking.
,Dhr. Mees zegt dat de verstandhouding in
zekere zin altijd goed is geweest. Uit deze
geschiedenis kan z.i. zeker iets goeds ge
boren worden. Men treft nu b.v. geen fiet
sen meer aan in de heg van ds. Breure.
Volgens dhr. v. d. Klooster was de Voet
balver. hier ook niet verantwoordelijk voor.
Dhr. Mees constateert dat „Vosmeer"
zich verschillende dingen heeft aangetrok
ken, die in de Raad waren gezegd om de
houding van het publiek te laken.
Dhr. Timermans vindt, dat de kunstmest-
bezaaiing van het sportveld met de hand
veel te wensen overlaat. De voorzitter zegt
dat hij en de heren Wethouders het niet
beter kunnen en nodigt dhr. Timmermans
uit hen een lesje te geven. Men komt la
chend tot de conclusie dat kunstmestzaaien
een grote kunst is.
Weth. van Driel, terugkomend op het
voetballen, zegt persoonlijk te hebben gezien
dat Bestuursleden van „Vosmeer" meerma
len het publiek, vooral kinderen, van bin
nen de lijnen wegjoegen, 't Bestuur van de
voetbal is verantwoordelijk wanneer er ie
mand van het publiek tijdens het spelen
verongelukt. De mensen werken niet mee
en kruipen onder de draad door.
Dhr. Mees is verbaasd wanneer de voor
zitter zegt dat het niet tot de taak van de
Politie behoort hierop toe te zien. Dit is
een zuiver particuliere aangelegenheid. De
voetbalver, moet hier zelf voor zorgen. Dhr.
Istha beroept zich op het geval dat parti
culieren kunnen rekenen op steun van de
politie wanneer ze iemand buiten de deur
willen zetten. De. voorzitter: dat is geheel
iets anders, nl. huisvredebreuk en dat is
strafbaar.
Van het voorstel van dhr. v. d. Klooster
om een bord te plaatsen verwacht de voor
zitter ook geen heil. Door het plaatsen van
een bord wordt iets niet strafbaar dat het
tevoren ook niet was.
Weth. van Driel zegt dat het Bestuur
dus in een moeilijk parket zit. Het is prak
tisch ondoenlijk het publiek altijd buiten de
lijn te houden, maar indien er iets gebeurt
is ze toch verantwoordelijk.
Dhr. Mees dringt aan op verwijdering
van de krotwoning in de Kalisbuurt, laatste
lijk bewoond door wijlen P. G. Daane. In
de omgeving klaagt men over ongedierte.
Ja, wat het toppunt vormt, dhr. F. van
Treijen ving onlangs een geheel bunzing
gezin, 8 in totaal.
De voorzitter, deze onwelriekende dieren
latend voor wat ze zijn, zegt een eventuele
afbraak reeds met de eigenaar, dhr. A. C.
Rijstenbil te hebben besproken. Deze voelde
er niet veel voor.
Onteigening of aankoop is te duur nu
enkele raadsleden menen te weten dat dhr.
Rijstenbil er veel te veel voor vraagt.
Evenwel kan de toestand zo niet blijven.
De voorzitter zal nazien of er dwangmaat
regelen toegepast kunnen worden. Onbe
woonbaarverklaring heeft natuurlijk geen
zin. Intussen hoopt de voorzitter dat Monu
mentenzorg geen bezwaar zal hebben tegen
sloping..
De voorzitter zal ook doen nagaan wat er
gedaan kan worden tegen de dakgoot van
het pakhuis van dhr. Hanse, in gebruik bij
dhr. A. Deurloo, die volgens dhr. Aar
noudse op instorten staat.
Wanneer dhr. Timmermans vraagt of de
rioolputten ook nog wel eens worden
schoongemaakt, zegt de voorzitter te menen
dat dit wel gebeurt.
De vraagsteller heeft nl. klachten over de
put bij dhr. J. Vos aan de Ring.
Dhr. v. d. Klooster sluit er zich geheel
bij aan. Het is tijden geleden dat de putten
werden schoongemaakt. In de Kalisbuurt
blijft het regenwater ook staan.
WAT TE DOEN MET HET
TURNLOKAAL?
De volgende vraag is van de heer van de
Klooster. Hij vraagt het Dag. Bestuur wat
men met het oude gymnastieklokaal wil
doen nu het nieuwe turngebouw in gebruik
is genomen. Nadat de voorzitter heeft ge-
antwoordt, dat wordt gedacht aan afbraak
en vergroting van 't schoolplein doet dhr.
v. d. Klooster het voorstel om het gebouw
met weinig geld en veel goede wil op te
knappen. Indien de gemeente het materiaal
levert zouden enkele ambachtslieden onder
de leden van de Muziekver. er wel voor te
vinden zijn gratis een plafond aan te bren
gen. In de winter hebben ze daar 's avonds
wel tijd voor.
De voorzitter voelt er niet veel voor.
Met een nieuw plafond is men niet gehol
pen. De toestand van muren, gang en toe
gang noemt hij eenvoudig verschrikkelijk.
Bovendien moet er nog gezorgd worden
voor verwarming en licht. Inderdaad is de
muziekver. met afbraak van haar repetitie
lokaal gedupeerd, maar in de Chr. School
staat een lokaal leeg. Laat men vragen dat
te huren. Nu het aantal leerlingen op de
Openbare school dalende is, blijkt het mis
schien niet mogelijk om de 4e leerkracht te
handhaven, ook al is er nu een brief naar
Den Haag om het bij wijze van uitzondering
nog toe te staan. Het gevolg hiervan kan
zijn, dat in de Openbare School een lokaal
vrij komt.
Weth. van Engelen denkt dat de lasten
van het oude gebouw toch te zwaar zul
len worden, en dhr. Mees heeft er een mooi
spreekwoord voor: Een dood paard hoefij
zers aandoen.
Dhr. Mees voorziet bij afbraak niet al
leen moeilijkheden voor de Muziekver., maar
stelt de vraag waar voortaan bazars e.d.
moeten worden gehouden. De voorzitter zegt
dat men voor een gebeurtenis die eenmaal in
de 3 jaren plaatsvindt, moeilijk een gebouw
in stand kan houden.
Weth. van Driel komt terug op de rio
lering en zegt te weten dat de putten nodig
geruimd moeten worden. Men moet evenwel
niet vergeten dat de gemeentewerklieden
het de laatste tijd zeer druk hebben. Deze
nalatigheid is niet aan hun schuld te wijten
en zo zal het door de raadsleden ook niet
zijn bedoeld.
Wat het oude gymnastieklokaal betreft,
de Burgemeester en Weth. van Engelen
voelden niet veel voor herstel. Het is zoals
dhr. Aarnoudse zegt: De Gemeente blijft
met een duur gebouw zitten.
Het is in dit verband dat dhr. Aarnoudse
nog een ernstig woord van waarschuwing
spreekt. De gemeente moet voorkomen dat
ze te veel verplichtingen op zich neemt.
Wanneer straks de conjunctuur omslaat
zal haar dat zwaar opbreken. Dus geen
dingen aankopen of aanhouden die veel
in onderhoud kosten, zoals een oud gymna
stieklokaal. Het turngebouw, het sportveld
en de brandweergarage zijn allemaal objec
ten die veel hebben gekost maar niets op
brengen.
Dhr. Istha hoopt dat de hoogconjunctuur
in stand blijft en zegt dat het sportveld toch
Vermakelijkheidsbelasting opbrengt.
Weth. van Engelen voelt de bezwaren
van dhr. Aarnoudse goed aan. Dergelijke
dingen zijn naar de eisen des tijds, maar ons
dorpje is eigenlijk te klein om de zware
financiële lasten er van te dragen.
Wanneer dhr. Aarnoudse zegt dat men
dergelijke voorzieningen op de andere plaat
sen in de omgeving toch niet ziet, zegt dhr.
Istha dat Tholen genoeg heeft aan zijn
stadhuis.
Waarna sluiting.
Met onderstaande 3 reacties op de in onze uitgave lopende
artikelenserie wordt deze week een zodanige ruimte ingenomen,
dat we het slotartikel een week moeten laten overstaan. In ons
volgend nummer zal dus de bijdrage worden afgedrukt van
drs. A. H. Paape te Amsterdam.
Bovendien zal er dan zeer waarschijnlijk ook het antwoord in
worden opgenomen van Ds. A. Breure, op wiens artikel de hierna
volgende eerste twee reacties kwamen. Een afschrift hiervan is
reeds aan genoemde predikant toegezonden, maar door zijn
vakantie hebben we niet tijdig een antwoord van ds, Breure
terugontvangen.
Naar aanleiding van de artikelenreeks
„Tholen en zijn toekomst" enkele opmer
kingen en vragen.
l.Voor een streek met een sterk agrarisch
karakter als Tholen kan men zeggen, dat
de vrije-tijds besteding geen probleem
vormt: de gewassen eisen voortdurende
zorg. Hoogstens zou men kunnen spreken
van een zaterdagavond-probleem. Een ont
wikkeling in de richting van industriali
satie zou echter ten deze wel problemen
meebrengen; de arbeid in de industrie is
over 't algemeen minder vermoeiend en
de werkuren zijn korter (in de toekomst
misschien zelfs de vrije zaterdag). Het
gevolg van deze ontwikkeling zou zijn,
dat velen een paar uur per dag over heb
ben. En daar ligt de moeilijkheid: men
weet de vrije tijd niet te vullen. Dan is
het getij gunstig voor bioscoop, dancing,
etc., een ontwikkeling die de industrieves
tiging schier overal meebrengt. Moge ons
eiland hier echter voor gespaard blijvenl
Er zijn gelukkig nog andere methoden
om de vrije tijd door te brengen op meer
zinvolle wijze. We noemen: het beoefenen
van liefhebberijen in clubverband b.v.
de ontwikkeling van de studiezin, ge
paste vormen van ontspanning (muziek)
en goede sportbeoefening. Is ds. Breure
met me eens, dat hier een taak ligt voor
de Kerk en overheid die vooral tijdig moet
worden aangepakt? Wat zou men dan nu
reeds kunnen doen?
2. Ds. Breure schrijft: „Te weinig kerkleden
hebben oog voor het behoudende en be
warende van de christelijke organisaties,
die Gods Woord als richtsnoer hebben
ook bij de vragen op sociaal terrein."
Inderdaad, hoeveel leden heeft het CNV
of de CBTB bv. op Tholen? Ligt hier een
taak voor de Kerk om haar leden te wij
zen op hun plicht ten dezen? Kan een
lidmaat van de Kerk tevens lid zijn van
een z.g.n. neutrale organisatie?
3. Bij de materiele winst, die de industrie
ongetwijfeld zou brengen, paart zich meest
al een geestelijk verlies. Er zijn streken
in ons land, waar in ettelijke jaren het
percentage onkerkelijken enorm steeg bij
industrievestiging. Getracht zal moeten
worden, met alle mogelijke middelen, een
dergelijke ontwikkeling te voorkomen op
ons eiland. Is ds. Breure het met me eens,
dat het christelijk onderwijs hier één van
de meest belangrijke middelen is? En wat
denkt ds. van het christelijk onderwijs op
Tholen? Laten we zeggen dat 70% van de
eilandbevolking behoort tot een kerk van
gereformeerd belijden. Hoe groot zou het
percentage zijn van de leerplichtige jeugd,
dat een school met de Bijbel bezoekt?
En na de lagere school, waar gaan on
ze jongens en meisjes dan heen? Heeft
Hoe de nieuwe huurverhoging werkt.
Een raadsverslag van Oud-Vossemeer.
Graszaai in de Weihoek.
Reacties op Tholens probleem.
Ons geluk hangt niet af van wat we hebben, maar van wat wij zijn.
de Kerk hier niet de taak om, enerzijds,
de ouders op hun plicht te wijzen en,
anderzijds, de oprichting en de groei en
bloei van de Scholen met de Bijbel te be
vorderen? Ligt hier niet de prachtige taak
en de mogelijkheid om door samenwerking
der Kerken iets, ja veel!, te bereiken?
J. B. Aarnoudse
Sint Annaland.
REACTIE OP KERK EN INDUSTRIE
De zienswijze van mensen is nogal ver
schillend, zo ook de mijnen en die van ds.
A. Breure.
Om mijn zienswijze te schetsen is het no
dig terug te gaan naar die tijd, toen de
industrie gering in omvang was en er nog
geen sprake was van een vakorganisatie.
Het coalitieverbod, daterend van voor
1800, was een wet, die de arbeiders ver
bood zich te verenigen ter verkrijging van
betere arbeidsvoorwaarden.
Het is ondanks de vrijheden, die de grond
wet van 1848 gaf, tot 1872 blijven bestaan.
Het werd opgeheven in hetzelfde jaar, waar
in Thorbecke, de maker van de grondwet
van 1848, stierf.
De ruimere omvang der industrie begint
ongeveer gelijktijdig met de eerste stappen
tot de oprichting van de vakbonden. De
toestand van de arbeidersklasse was erbar
melijk. In de eerste plaats door de slechte
voeding. De gemiddelde leeftijd van de Ne
derlander was omstreeks 1850... 54 jaar en
van de nederlandse arbeider 34 jaar. Tussen
1850 en 1860 werd meer dan de helft van de
lotelingen afgekeurd. De armoede was dan
ook onbeschrijfelijk, in 1830 werden van de
34.000 inwoners van Leiden ongeveer 17.000
bedeeld. In de veenkoloniën begon de arbeid
reeds op jeugdige leeftijd. Er werd gezegd:
zodra een kind een turf kan torsen, moet hij
werken.
Een Engelsman, Thomas Ainsworth, die
een snelspoel had uitgevonden wilde in 1823
hiermee in Leiden een weefindustrie opzet
ten. Hij gaf zijn poging op omdat hij de
Leidse wevers, die zich sleepten van de
bedstede naar het weefgetouw, te verpau
perd vond. In Twente slaagde hij en daar
ontstond na de eerste weefschool te Goor
een textielindustrie.
Deze 19e eeuwse ellende werd door de
heer A. Stapelkamp, voormalig voorzitter
van het CNV voor enkele jaren in aijn
brochure zo uitgedrukt:
De stem van de kerk werd niet gehoord,
het ging hier immers om het stoffelijke en
het officiële Christendom dier dagen be
moeide zich alleen met het geestelijke. De
Kerk wees de weg naar boven. Op zon
dag en voor zondag. Een licht op het
pad dat haar leden zes dagen der week
moest bewandelen.
Moeten wij daaruit concluderen dat de Kerk
de nood der arbeiders niet zag? U schrijft:
„Het moet voor het lid van de Kerk een
grote steun zijn te weten, dat hij zijn kerk
hierin achter zich heeft."
Tijdens de achtste conferentie van „Kerk
en Wereld" te Driebergen heeft de heer
M. Ruppert, de huidige voorzitter van het
C.N.V. daaromtrent het volgende gezegd:
Het is zakelijk onjuist te zeggen, dat het
socialisme in de vorige eeuw de nood der
arbeiders wel gezien heeft en de kerk
niet. De „afgescheidenen" waren er zich
wel degelijk van bewust, terwijl er einde
19e eeuw ook in de hervormde kerk oog
voor was.
De kerk moet de nood der arbeiders heb
ben gezien, de diaconie functioneerde mid
den in deze nood en had er dus alle dagen
mee te maken.
Toch heeft de kerk de werkelijke nood
niet gezien, in die zin dat de verontrustingen
over deze nood om de onmenselijk slechte
sociale toestanden en de mens onwaardige
toestanden in het arbeidsproces, ontbrak.
Er werd BERUSTING gepredikt.
In 1871 werd het Algemeen Nederlands
Werklieden Verbond opgericht, dat liberaal
vrijzinnig van inslag was, maar anti-socia
listisch. De prot. christelijken verlieten het
ANWV en zo ontstond in 1881 „Patrimo
nium". Uit deze organisatie zijn later ver
schillende christelijke vakbonden ontstaan.
Door christelijke leiders als jhr. mr. A. F.
de Savornin Lohman (A.R., later C.H.)
werd het oprichten van christelijke organi
saties afgekeurd, onder verwijzing naar de
Engelse Trade Unions als juiste vorm.
In 1893 werd het Nationaal Arbeids Se
cretariaat (NAS) opgericht, dat weldra ge
heel door anarchisten werd gevormd, de
ontkenners van de staat. Zij verwachten
alles van de grote dag. wanneer het prole
tariaat door een algemene werkstaking de
maatschappij ineen te doen storten.
Het CNV is gegroeid uit de in april 1896
opgerichte Twentse Christelijke Katoenbe-
werkersbond „Unitas", waarvan zowel
Rooms Katholieken als Prot. Chr. lid waren.
Het was dus een interconfessioneel geheel.
Het optreden van het Episcopaat der R.K.
kerk heeft na een langdurige strijd rondom
„Unitas tot gevolg gehad dat er confessio
nele vakbonden zijn ontstaan.
De verklaring van de gezamenlijke Ned.
Bisschoppen van juni 1906 maakte de katho
lieke arbeiders bijna onmogelijk deel uit te
maken van de christelijke vakbonden. Niet
alleen het samengaan met Protestanten werd
verboden, zelfs het vormen van Nationale
Rooms Katholieke vakbonden werd nog in
1907 door de R.K.kerk afgekeurd.
Dit alles was aanleiding om een algemeen
vakverbond te stichten, want de arbeiders
gemeenschap in het algemeen, hetzij op
kantoor, fabriek, op het land, ter zee of
waar ook, wij allen werken samen voor één
doel, het vergroten van het nationaal inko
men, waardoor beter in de behoeften kan
worden voorzien. De techniek is thans zo
ver dat iedere werker slechts een deel van
de arbeid vericht om het gehele produkt
te vervaardigen. Echter, het komt er op aan
dat allen samenwerken; bij zgn. deelarbeid
moet hij de medewerker aanvullen, er moet
rekening worden gehouden met het tempo
van een ander, hij moet gelijk optreden met
zijn collega, dit alles komt dus neer op
SAMENWERKING en werken zij SAMEN
aan de behoefte van het geheel.
Door de behoeftevoorziening van het
geheel moet de werker o.i. gerechtigd zijn
in de behoefte van zich en zijn gezin te kun
nen voorzien.
Samenwerking van allen die dezelfde be
langen hebben ligt dus het meest voor de
hand.
Het N.V.V. werd daarom op 30 juli 1905
opgericht en ging functioneren op 1 januari
1906.
Het is nog steeds gebruikelijk het NVV
aan te duiden als de „socialistische vakbe
weging", dit is het zeker niet in de zin,
zoals men het vroeger vaak heeft beschouwd
als een richting met een bepaalde levensbe
schouwelijke grondslag. Men veronderstelde
en misschien nog, dat de onkerkelijkheid
wordt bevorderd door het lid zijn van een
harer organisaties. Dit moet worden aange
merkt als een onbillijke gedachte, want in
de worsteling der arbeiders om vorm te ge
ven aan hun sociaal streven, is het juist
het N.V.V. geweest dat de anti-godsdiens
tige invloed van het anarchisme onder de
arbeiders heeft te niet gedaan.
Ja, het N.V.V. dankt zijn bestaan aan
de noodzaak van een tweezijdig verweer
tegen de anarchie in het maatschappelijk be
stel, omdat het daarin de oorzaak der maat
schappelijke ongelijkheid zag, maar ook
en in de aanvang vooral keerde het zich
tegen de anarchie in de vakbeweging. Als
men vandaag van christelijke zijde de men
sen van het N.V.V nog verwijt, dat zij,
door het scheppen van een eigen geestelijk
klimaat en het stichten van culturele orga
nisaties, in het verleden de onkerkelijkheid
hebben bevorderd, dient vooral niet te
worden vergeten, dat dit verwijt niet de
christen treft, die hun geloof midden in de
wereld van het NVV hebben beleden, maar
de christenen, die zich opgesloten in het
isolement van de confesionele organisatie,
waardoor hun appèl op de wereld geen
effect had.
Of is hun geloof dan zo zwak dat zij
het dreigen te verliezen als zij misschien
eens met een onkerkelijke in aanraking ko
men?
C. J. Bazen
Wilhelminastraat Sint Maartensdijk
M.d.R.
Nimmer tevoren is het bij ons weten in
de geschiedenis van Tholen voorgekomen,
dat er zoveel vooraanstaande figuren de
pen hebben opgenomen om het arbeids
vraagstuk in al zijn geledingen naar voren
te brengen. Men tracht een oplossing te vin
den op zodanige wijze dat het probleem
van W.W. en andere sociale steun voor
goed is afgelopen. Bij alle voorgaande
schrijfsters en schrijvers in deze overigens
belangwekkende serie komt het zo ongeveer
op hetzelfde neer: industrie.
Een fabriek, die de een wat kleiner en
een ander in wat groter omvang wil zien.
Had men er ook maar over gedacht, toen
daarvoor de kans was. Helaas. Men ziet
nu, dat onze arbeiders niet meer twijfelen,
dat ze op eigen gelegenheid elders gaan
werken, wegtrekken naar havenwerken te
Rotterdam en verschillende fabrieken. Dat
vindt men nu niet goed. De mens enzijn
toch veel te lang onderweg (wat een mooi