WEEKBLAD VOOR HET EILOND THOLEN EN ST.FILIPSlflND Tijdnood. Mooie zomer het xo kunnen volhouden De tocht van de „Mayflower" „De vloot gereed tot haringvangen" MOEDERDAG. WAARIN OPGENOMEN DE THOOLSE COURANT 10 mei 1957 W eerpraat je als hogedrukgebieden Droogste Aprilmaand van de laatste zestig jaren. De redactie legt U deze week voor: Vrijdag, 24 Mei 1957, waarschijnlijk de eerste haring* 13e jaargang no. 25 Uitgevers C. J. ZACHARIASSE en G. HEIJBOER Redactie Ring 66. St. Annaland - Telefoon 47 Administratie Oudelandsestr. 34, Tholen - Tel. 57 - Giro 124407 Abonnementen 1.35 per kwartaal franko p.p. 1.85 inkassokosten Prijs per nummer 15 cent Advertenties 12 cent per millimeter - Bij contract speciaal tarief Spierinkjes t/m 20 woorden 1.25 Advertenties worden tot WOENSDAGAVOND aangenomen Het gaat eigenlijk raar toe in onze samenleving: de mensen, die de be langrijkste posities innemen, houden geen tijd meer over om tot rust te komen, terwijl zij die minder verant woordelijk werk verrichten, steeds meer vrije tijd krijgen. Dit probleem valt steeds meer op naarmate het tempo in het bedrijfsleven en in de maatschappij sneller wordt. Enerzijds wordt nagegaan of de werkweek verder kan worden ver kort zonder het inkomen te vermin deren en vraagt men zich af op wel ke wijze de gemiddelde burger zijn extra vrije tijd het best kan beste den. Maar anderzijds komen de top figuren in steeds groter tijdnood. Dat geldt niet alleen voor de direc teuren van bedrijfsleven, maar ook voor bestuurders van overheidsin stellingen, wetenschappelijke insti tuten, verenigingen, voor doktoren en geestelijken en nog verscheidene anderen. Wil men met iemand van deze „bovenlaag" van de maatschappij een afspraak maken, dan haalt hij zijn agenda voor de dag en dan is er heel wat passen en meten voor no dig om een dag en een uur vrij te vinden voor een bespreking. De agenda's zijn volgeboekt, we ken ver vooruit. Over dit probleem van het gebrek aan tijd bij de voorgeschreven per soonlijkheden heeft de heer H. J. A. Hofland een boekje geschreven on der de titel „Geen tijd", een werk, dat in ruime kringen de aandacht heeft gekregen, die het zonder twij fel verdient. De schrijver signaleert daarin niet alleen de toenemende eisen, die de bedrijfsleiding aan de voornaamste figuren van de onder nemingen stelt, maar ook de bijkom stige aanslagen op onze tijd. Vrijwel iedereen wordt betrokken in verenigingen, commissies, con- gresbesturen, werkgroepen, enz. ter wijl men persconferenties moet hou den, gasten en enquêteurs moet ont vangen, deel moet nemen aan ver gaderingen, ontvangsten, enz. enz. Op die manier blijft er te weinig tijd over die rechtstreeks nuttig voor de onderneming, de vereniging of de instelling kan worden gebruikt en al dus raakt men op den duur overbe last. Tijd voor ontspanning is er bijna niet meer en wat mogelijk nog erger is, het gezin krijgt niet ed aandacht die nodig is. Bij tal van jubilea en pensionnerin gen wordt ook hulde gebracht aan de echtgenote van de man, die in het zonnetje wordt gezet en hoe dik wijls hoort men dan zeggen: ,,U heeft zoveel avonden Uw man moe ten missen, dat we U ook in onze hulde betrekken". De vrouw van de gehuldigde trekt dan een erkentelijk gezicht, maar wie weet hoe zij die voort durende afwezigheid van haar man heeft verfoeid. Dit verschijnsel treedt in alle landen met een hoge maat schappelijke ontwikkeling op, maar in ons land is het wel heel erg, zo als de heer Hofland ook heeft op gemerkt, doordat de Nederlanders nog sterker dan andere volken de neiging hebben om voor alles en nog wat verenigingen op te richten, ter wijl deze bovendien op velerlei ter rein naar godsdienstige gezindte zijn gesplitst. Daardoor hebben wij meer verenigingen, meer commis sies, meer centrale contactorganen, meer kranten en tijdschriften, dan men in andere landen naar verhou ding aantreft. Door deze veelheid van organisatie zijn de middelen per vereniging minder, zodat men zich minder kan specialiseren, waardoor de overbelasting nogmaals toeneemt. Het gebrek aan tijd, dat daaruit voortvloeit, wreekt zich in de eerste plaats dus in gezinsleven en op ont spanning, maar brengt ook tal van lichamelijke bezwarën met zich. Ziekten van h'art, maag en lever komen veelvuldig voor, overspan ning en oververmoeidheid nemen meer toe en allerlei verkeerde ge woonten zoals kettingroken zijn schering en inslag. Wat een verschil met de man, die op een lagere sport op de maat schappelijke ladder rustig zijn si gaartje rookt en voor zijn tuintje zorgt. Als men zich nu afvraagt hoe daar verbetering in gebracht kan worden dan valt de nadruk ten eerste op een goede arbeidsverdeling bij de bedrijfsleiding en wel zodanig, dat de overbelaste figuren een deel van hun taak aan hun medewerkers overdragen. De topfiguren moeten daartoe echter bereid zijn, wat lang niet altijd het geval is. Massa's men- woon moeilijk doordat zij de overbe- sen maken het zichzelf buitenge- lasting, waaronder zij gebukt gaan, voor geen geld ter wereld zouden willen missen. Dat klinkt misschien raar, maar het is veelal waar. Wanneer men zichzelf wat minder ernstig nam en meer bedacht, dat niemand onmis baar is, zou het misschien wat ge makkelijker gaan. Verder kan toch niemand aan de indruk ontkomen, dat het werk van vele commissies beter en sneller ge daan zou kunnen worden door een „commissaris", d.w.z. een man die een commissie vervangt. In de mees te commissies zijn het toch maar één of twee figuren die het werk doen. Verder zouden wij aan onze ver- enigings- en vergaderwoede pèal en perk moeten stellen, wat in de mees te gevallen zonder aanwijsbare schade kan gebeuren. De tijdnood dringt steeds verder door, ook al tot de kleinere zelfstan digen. Het wordt tijd dat we met z'n allen meer ons zelf gaan kennen. Met de daaraan verbonden vergan kelijkheid. Hoe zwaar het ons dan ook valt, dienen we ook eens „nee" te zeggen. Opdat ons gezin eens „ja" hoort. En de geest en het lichaam zich ontspannen. Om dat te onderstrepen, mag moeder die tweede zondag in mei in het bijzonder in het gezinsmiddel punt staan. Gedachtig aan de zorg, waarmee z? het gezin het gehele jaar door omringt. Gedachtig aan het werk, wat ze dag in dag uit ver richt, gedachtig aan de liefde, waar mee ze het gezin bindt. Moeder, de grote zegen van het ge zin. Dat een goed gezinsleven van grote betekenis is in onze samenle ving kan men tussen de regels van bovenstaand artikel door, gemakke lijk vinden. Wel, in dat gezin, het middenlpunt, de pit, waaromheen de vrucht zwelt Van waaruit alle draden lopen en waarnaar zich alle draden richten. Dit alles omvat, alles be dekt, alles vergeeft, allen beschermt, allen vertroost, allen bindt: moeder! Jammer dat men niet reeds als kind voldoende begrijpt wat een moeder is en wat ze betekent. Hoe wreed is het leven voor hen, die als kind reeds moeder moeten missen. Welk een voorrecht nog een moe der te bezitten, wanneer men zelf reeds moeder of vader is. Moeder, het middelpunt. Omdat ze zorgt, omdat ze liefheeft, omdat ze... moeder is. Voor haar is er dan een speciale dag gesteld in het jaar. Mogelijk is die ontstaan door een of andere (zakelijke) heledere gedachte van een zakenman of toch misschien zakenvrouw. Het doet er weinig toe. Het raakt de kern van de zaak niet. Het is veel meer dan dat er alleen maar een zakelijke gedachte aan verbonden zou zijn. En het moge dan zo zijn, dat iede re dag een moederdag zou moeten zijn in de zin van liefde en zorg voor moeder, het is heus niet kwaad, wanneer daar eens in het bijzonder aandacht, aan wordt geschonken Die aandacht moet en mag niet in de eerste plaats bestaan uit het voor moeder overigens wel aantrekkelijke van een cadeautje van haar kinde ren, maar moet veeleer zijn het be seffen wat moeder voor een gezin is. Het bijzonder droge weer dat de aprilmaand dit jaar heeft geken merkt moet voornamelijk worden toegeschreven aan de grote activi teit van de hogedrukgebieden. Dit zo vlak vóór de zomer is wel be moedigend. Het is met onze zomers na de laatste wereldoorlog niet daverend geweest. Na 1945 hebben wij alleen in 1947 en in 1949 een boven nor maal aantal zomerse dagen (warmer dan 25 C) gehad, welk cijfer voor De Bilt 23 bedraagt. Verleden jaar was het diep treu rig. Van zomerweer is zo goed als geen sprake geweest in 1956. De Bilt kreeg totaal vier zomerse dagen, hetgeen na het begin van de tempe- ratuur-waarnemingen in 1849 niet was voorgekomen. Het is helaas geen regel meer dat er op een vroeg en mooi voorjaar een mooie zomer volgt, maar wel komt het dikwijls voor dat wanneer wij in de buurt van een zonnevlek- kenmaximum leven, en dat doen wij momenteel, de hogedrukgebieden vooral boven Scandinavië zeer ac tief zijn. Hieraan hadden wij ook de hete zomer van 1947 te danken toen er in De Bilt maar even 62 zomerse dagen voorkwamen. Nu moeten wij ook weer niet gaan beweren dat het de laatste jaren he lemaal niets is geweest met de zo mers. Zeker, de zomer van 1954 en die van verleden jaar waren natter en kouder dan maar zelden voor komt, maar de zomer van 1955 mag dan niet bijzonder warm zijn ge weest, wel zonnig en ook droog. Er zijn in 1955 bijna geen vacantiegan- gers geweest die van de meegeno men regenjas gebruik hebben moe ten maken. De Meimaand, die soms ook al met zeer warme dagen uit de slof kan schieten, heeft ons de laatste jaren ook in de steek gelaten. In 1947 begon de zomer reeds op 8 mei en ook mei 1952 was vrij warm, maar de overige meimaanden na de laatste oorlog stelden teleur. Er moet nog een gevaarlijke klip omzeild worden en dat zijn de .IJs- heiligen". Juist nu de natuur zo vroeg is en tal van aardappelen al boven de grond staan, aardbeien en fruitbomen in volle bloei, kan de schade door nachtvorst aangericht in het begin van mei heel wat groter zijn dan bijvoorbeeld verleden jaar toen alles een ongeveer drie weken later bloeide dan dit jaar. Het parool is daarom de komende weken nog „weest op uw hoede voor de ijsheiligen,,, welke vooral in het binnenland nog heel wat schade kunnen aanrichten, vooral nu het er allemaal zo goed voor staat. APRIL NA 1893 NIET MEER ZO DROOG In een groot deel van Nederland is april na 1893 niet meer zo droog geweest. Vooral in Brabant, Twen- the en in het kustgebied van Gro ningen bleef het zeer droog, met 5 tot 8 mm. regen. In Den Helder viel 10 mm. In Groningen 11 mm. en in De Bilt 17 mm. Normaal valt er in april ongeveer 48 mm. regen. De temperatuur was vrijwel gelijk aan die van normaal en ook bijna gelijk aan die van de warme maand maart van dit jaar. Het was ook een zeer zonnige maand met in De Bilt 206 uren zonneschijn tegen normaal 155 uren. Zoveel uren zon heeft verle den jaar niet een van de zomer maanden kunnen opbrengen. (nadruk verboden) Velen verkeren in tijdnood Het middelpunt van een gezin De reis van de Mayflower" Hogedrukgebieden welkom Zaterdag bevrijdingsfeest in Oud-Vossemeer Te St. Maartensdijk startte het damesconfectie bedrijf Op 24 mei de eerste Hollandse nieuwe De kampioen in klasse 2 Het is gemakkelijker een deugd te veinzen dan een ondeugd Vanuit de Britse haven Portsmouth is een schip van 180 ton zeilend vertrokken naar de gelijknamige haven in Massa- chussets in de Verenigde Staten. Het is de „Mayflower II" een getrouwe copie van de notedop, waarmee in 1620 de Pilgrim Fathers uitzeilden vanuit het zelfde Plymouth naar de Nieuwe Wereld. Amerika's geschiedenis is gemaakt door de groepen emigranten, die in de 17e eeuw de overtocht waagden van Europa naar de Nieuwe We reld. Een groot deel hunner werd ge vormd door mensen die tengevolge van de toen heersende religieuze on verdraagzaamheid hun land verlie ten om elders God te kunnen dienen in vrijheid. Met hen gingen avontu riers, zakenmensen en soldaten. Toch hebben deze groepen Amerika het stempel opgedrukt van een pro testantse natie, met een tikje puri tanisme, en vóór alles van een ge meenschap van vrije mensen... al heeft men dit ideaal, o.a. ten aan zien van de negers, maar ook van joden en katholieken, niet immer hoog gehouden! De Pilgrim Fathers ontlenen hun reputatie vooral hieraan, dat ze de eersten waren. Hun landing is in werkelijkheid niet van zo grote be tekenis geweest als die van latere groepen, o.a. van de Quakers onder leiding van William Penn, die de staat Pennsylvania stichten. Maar hun komst is door de Ame rikanen omgeven met een waas van romantiek, de rots waarop zij land den (Plymouth Rock) is min of meer een nationaal monument ge worden en het is een eer wanneer men (al of niet met kunst- en vlieg werk) zijn afkomst kan voeren tot de mensen die meekwamen op de „Mayflower"! DE BRUINISTEN Dit schip met zijn schone naam (Meibloem) vertrok eerst in sep tember, dus met de winter in zicht, en arriveerde 21 december 1620 na bij Plymouth Rock. Aan boord bevonden zich onge veer honderd mensen, mannen, vrouwen en kinderen. Onderweg kwamen er nog twee „fathers" bij, waarvan één met de toepasselijke naam „Oceanus" werd gedoopt. De meerderheid werd gevormd door hen die de naam kregen van „Pilgrim Fathers". Zij maakten deel uit van de Engelse groep der „non conformisten" die gekant waren te gen de Engelse staatskerk en tegen het régime van Koning Jacobus I. Zij namen de wijk o.a. naar Neder land, waar zij zich vestigden in Lei den en in Amsterdam. Naar hun voorganger Brown werden zij Brui- nisten genoemd. Zij waren niet alleen uitermate orthodox met een puriteinse inslag, maar zij leefden ook sterk in de ver wachting van het einde aller dingen. Zij wensten zich zoveel mogelijk van de wereld los te maken. In Neder land voelden ze zich niet thuis. De calvinisten daar maakten zich te druk om de „dingen der wereld". Zo waren ze dan weer naar Enge land teruggekeerd, om van daaruit met een schip van de Londense Com pagnie, op verre van voordelige voor waarden, naar Amerika te vertrek ken. Vele anderen voegden zich bij hen, maar door de opstelling van een „Compact" een soort grondwet, zorgden de Pilgrim Fathers er wel voor, dat de nieuwe kolonie naar hun inzichten zou worden geregeerd. BARRE WINTER Enkele dagen voor Kerstmis 1620 liet de Mayflower het anker vallen bij Plymouth Rock. Op tal van schil derijen en gravures is het moment vereeuwigd, waarop de Pilgrim Fa thers voet aan wal zetten... het was dan ook een historisch moment! In werkelijkheid kwam er bij deze gebeurtenis maar weinig romantiek te pas. Het was bitter koud, de wintr ongenadig streng. Men had wel het minst geschikte jaargetijde voor de tocht uitgezocht. Voorlopig bleven de mensen dan maar op het scheepje hokken, zo goed en zo kwaad als het ging. In derdaad... meer kwaad dan goed. Want de dood hield gruwelijk huis onder deze pioniers. Vooral de vrou wen hadden het te kwaad. Twintig gingen er in Engeland aan boord. Slechts vier daarvan overleefden het avontuur. Van de honderd mensen die met de Mayflower in zee waren gestoken, bleven er slechts vijftig over Voor een deel was dit hun eigen schuld, of liever gevolg van hun na latigheid. Men kan aan de indruk niet ontkomen, dat deze Pilgrim Fa thers weinig practische mensen wa ren, en inderdaad te weinig om de „dingen dezer wereld" hadden ge dacht. Het was van de aanvang af duide lijk, dat zij in Amerika een land- bouw-kolonie zouden moeten vor men, maar ze hadden nóch zaad, nóch gereedschappen voor de land bouw aan boord. Het duurde twaalf jaren vóór ze een ploeg hadden! Ook wisten ze onvoldoende gebruik te maken van de mogelijkheden zich te voeden met wild en vis. Het is een zeer barre winter geweest, die eerste winter in het nieuwe land! HERDENKING Amerika heeft een jonge geschie denis, maar is er buitengewoon trots op en in die geschiedenis wandelen dan ook schier legendarische figuren rond. De legendevorming heeft ook de Pilgrim Fathers niet onberoerd gelaten. Men heeft hen sterk gero mantiseerd. Brengt men het hele ge val tot de feiten terug, dan is hun kolonisatie-poging eigenlijk een voor beeld van „hoe het niet moet", en een Amerikaans commentator zei zelfs dat het beter ware geweest, indien niet de pelgrims op de rots, maar de rots op de pelgrims ware te recht gekomen... Inmiddels zijn de meesten van zijn landgenoten dit niet met hem eens en al is het ook aardig gevonden, waar is het niet. In het kader van de herdenking van deze tocht is nu een getrouwe copie van de Mayflower naar Ame rika uitgevaren. Het schip vertrouwt, evenals zijn voorganger, alléén op de zeilen en heeft zelfs geen hulpmotor (maar wel radio) aan boord. Men kreeg al meteen een indruk van de moeilijkheden die de Pilgrim Fathers ondervonden, toen het scheepje op nog geen vijftig mijl van Plymouth hulpeloos bleef liggen; er was geen wind! Wat ook de fouten en tekortko mingen van de Pilgrim Fathers zijn geweest, zij hebben meegeholpen Amerika te maken tot een land, dat trots is op zijn voornaamste tradi tie... die van de Vrijheid! (Nadruk verboden) Zaterdag en zondag, 18 en 19 mei a.s. wapperen de vlaggen op de fraai geschilderde loggers in Schevenin- gen, Vlaardingen en IJmuiden, waar ook de Katwijkse vloot ligt. Dan is het Vlaggetjesdag. Uitgebreide fees telijkheden zijn voor de zaterdag ge organiseerd. Het accent valt dit jaar op IJmuiden. Daar zal de voorzitter van het Produktschap voor Vis en Visprodukten de wimpel voor de best verzorgde haring hijsen op de IJM 72. Vooraf trekt een grote op tocht door de plaats. Hiervan maken ook verschillende folkloristische groepen deel uit. De stoet marcheert naar de vlaggende vloot. Na het wimpel-hijsen zullen genoemde groe pen met volksdansen, muziek, zang en vendelzwaaien opvoerenLand groet zee, een folkloristische verto ning. 's Avonds komt Koning Haring met „zijn jonge vrouw". Op het Sta tionsplein wordt de bruiloft van Ko ning Haring gevierd. Een groots fes tijn. Tenslotte zal het „echtpaar", omgeven door fakkeldragers uitge leide worden gedaan naar de Kop van de haven. Koning Haring en ge volg trekken naar zee, terwijl de dag wordt besloten met een taptoe bij de vlaggende schepen in het licht der schijnwerpers. In Scheveningen wordt een grote vlootrevue voor de kust gehouden. Vlaggetjesdag te Scheveningen krijgt dit jaar een bijzonder tintje door de landing van Neptunus. Via de Boulevard gaat Neptunus in optocht (waaraan vele verenigingen

Krantenbank Zeeland

Eendrachtbode /Mededeelingenblad voor het eiland Tholen | 1957 | | pagina 1