EENDRACHTBODE
Batig Saldo
Van de milj ioenenerfenis»
en twintig jaar „W.H.S/' - St. Annaland
Sporthoekje
12e JAARGANG No» 30
TWEEDE BLAD
8 JUNI 1956
Een familielrust wacht op historisch rechtsherstel
Het laatste nieuws dat we van de miljoenen erfenis in onze
omgeving beter bekend als de Boogaerts miljoenen brachten
was de konklusie van een bekende notaris en de mededeling dat
mevrouw Riet-van den Boogaert per vliegtuig uit Salt Lake City
naar ons land zou komen en daarbij onder meer Sint Annaland
zou bezoeken.
Mevrouw Riet arriveerde 25 april op Schiphol en op 3 mei werd
er te Utrecht een familievergadering gehouden van een 600
personen, waaronder Duitsers, Belgen en Nederlanders met het
doel gezamenlijk maatregelen te nemen om in het bezit te komen
van een erfenis van bijna 100 miljoen gulden of 23 miljoen
Amerikaanse dollars of 82 miljoen Belgische goudfranken.
Daarna bezocht mevrouw Riet aanverwante families in Duitsland,
in België en Nederland en kwam ook in Scherpenisse en Sint
Annaland,
Ondertussen hebben de meer dan 600 erfgenamen zich voor
genomen eendrachtig samen te werken om hun gemeenschappelijke
familiezaak tot een goed einde te brengen. Een zaak van inter
nationaal allure, die zich mogelijk nog eens voor het Internationaal
Gerechtshof zal afspelen.
DE ERFENIS DE GRUYTER
Het is nu zo'n vijftal jaren geleden, dat
mrs. Riet zich via onze rubriek „Raad en
Daad" wendde tot lezers, die mogelijk tot
haar verwanten behoorden. Dit was haar
eerste daad niet. Al jarenlang is zij bezig
met deze nalatenschap. Maar in Nederland
kwam het begin van publicatie via onze
uitgave en daarna zijn er in de Nederlandse
pers al verschillende kolommen mee gevuld.
Niet omdat het de eerste erfeniszaak zou
zijn, zoals het ook wel niet de laatste is,
want het schijnt nu eenmaal het lot te zijn
van een ontzaglijk fortuin dat zij slechts
na talrijke moeilijkheden haar wettige erf
genamen bereikt en soms helemaal niet.
Daarom ook neemt men deze zaken vaak
met een korreltje zout. Zelf hebben we deze
erfenis berichten ook altijd vrij gereserveerd
doorgegeven. Door sommige dagbladen is de
kwestie sarcastisch opgevat en ze brachten
artikelen, uitspraken, die voor mevrouw
Riet op het randje van belediging stonden
of die lijn overschreden. Er werd gedacht
aan een genealogische hobby, een stam
boom-idee, fixe, ja zelfs aan oplichterij. Zelfs
haar man, mr. William Riet werd er bij
betrokken. Mr Riet is superintendent (laten
we het maar vertalen als zaakvoerder) van
de Judge Building te Salt-Lake City, een
reusachtig kantoorgebouw waarin bank
instellingen, verzekeringsmaatschappijen en
dergelijke zijn ondergebracht, een gebouw
van 14 verdiepingen hoog en 2 straten lang.
Dit heeft met de erfeniskwestie vanzelf
sprekend weinig te maken, maar is slechts
bedoeld als toelichting en rechtzetting van
misverstanden, welke door al die berichten
zijn ontstaan.
Laten we nog maar eens in het kort de
geschiedenis in herinnering brengen.. In 1791
maakte Emanuel Ferdinand Frances Joseph
de Bette, de markies van Lede (dat is een
klein Belgisch stadje) zijn testament. De
markies stierf op 6 juli 1792 en was onge
huwd. Volgens zijn laatste wilsbeschikking
moesten zijn uitgestrekte bezittingen, bossen,
akkers en weiden ten goede komen aan de
erfgenamen De Gruteres, een naam die ver
nederlandst werd als De Gruyter.
Deze tak was immer de enige overblijven
de familietak. De overgrootvader van Mar
kies de Bette was inderdaad gehuwd geweest
met Isabella De Gruyter.
Ten tijde van de dood van de markies
heerste Napoleon met zijn legers over
Europa. Deze heerschappij werd eerst in
1812 opgeheven met de slag bij Waterloo.
Gedurende die periode werd het testament
van de markies „vergeten" en zijn bezittin
gen kwamen in handen van avonturiers.
De tak De Gruyter was op dat ogenblik
reeds zo verspreid, vooral door uitwijking
naar Holland en Duitsland, dat in 1799,
toen een eerste procedure betreffende de
erfenis begon, niemand van de tak De
Gruyter zich aanbood, wat met de gebrek
kige toen heersende verkeersmiddelen en de
napoleontische situatie wel begrijpelijk was.
In 1833 werd door de tak Claessens uit
Holland een poging gedaan om een ver
effening te bekomen, doch zonder succes.
Het scheen wel ernstiger te worden in
1846 toen de Duitse tak Kroes, verwant aan
de De Gruyter's bij de Belgische rechtbank
van Dendermonde een procedure instelde.
Doch ook deze poging strandde bij gebrek
aan macht en geld.
Een soortgelijk procedure zou in 1898
ondernomen worden door een nederlandse
vereniging van rechthebbenden, waarvan de
grootvader van mevrouw Riet, de heer
Abraham Machiels, de leiding nam. Ook
deze aktie werd stilgelegd.
De tak Kroes probeerde het in 1911 nog
eens tevergeefs met een familievergadering
in België.
Deze erfeniszaak is dus nooit een dode
of onbekende affaire geweest en de betrok
kenen hebben er altijd een levendige aan
dacht aan geschonken.
EEN INTERNATIONALE KWESTIE
Zowel uit het oogpunt der verspreiding
van de erfenis (men vindt de eigendommen
in België-Duitsland, Frankrijk en Nederland)
als door het feit, dat de erfgenamen over
verschillende landen verspreid zijn, blijkt
deze zaak werkelijk van internationale
allure te zijn.
Terwijl haar grootvader reeds een klein
fortuin besteedde aan 't naspeuren naar ver
klaringen, wettelijke documenten en het
orginele testament, vervolgde mevrouw Riet
dit werk en bracht het bewijs van de erfenis,
terwijl zij thans in 64 laden de talrijke aan
verwante familieleden op kaart heeft gere
gistreerd. Dit zijn niet allemaal ook erf
genamen. Mevrouw Riet kan U dit binnen
een paar minuten vertellen, nu ze over deze
registratie beschikt.
Niet alleen om gezamenlijk op te kunnen
trekken, maar ook omdat zij meende dat
eerst alle wettelijke erfgenamen dienden te
worden opgespoord, is mevrouw Riet tot dit
uitgebreid onderzoek overgegaan. Volgens
notaris De Vries uit Dirksland een van
haar gemachtigden is het voor het ver
krijgen van de erfenis evenwel niet nood
zakelijk, dat zich alle erfgenamen melden.
In elk geval, toen mevrouw Riet deze
registratie had, achtte zij het tijd om naar
Nederland te vliegen en een familievergade
ring te beleggen. En zo had zij op 3 mei jl.
de leiding van een vergadering, waarbij een
600 personen tegenwoordig waren. Mevrouw
Riet verklaarde hoever deze zaak er thans
bij stond en de vele moeilijkheden die er nog
te overwinnen zullen zijn. Nadat haar thans
82 jarige vader, de heer Antoon Johannes
van den Boogaert enkele jaren geleden haar
aandacht op deze zaak vestigde en kostbare
aanwijzingen verstrekte heeft zij er voor
registratie en onderzoek tot op heden zo'n
7500 gulden aan besteed. Het is haar dus
wel volkomen ernst om het recht te ver
krijgen. Daartoe werkt voor haar ook de in
Amerika bekende advocaat David S. King.
HET BESLUIT VAN DE
VERGADERING
Al die verwanten in Utrecht bijeen hebben
op 3 mei jl. besloten om deze zaak door
te zetten. Daartoe is dan ook een familie
trust gevormd met Belgen, Duitsers en Ne
derlanders. Zij weten zeer goed dat het
rechtsherstel, dat zij beogen een dure zaak
zal zijn, maar denken er evenmin aan zich
hierdoor te laten afschrikken. Naast de
reeds genoemde amerikaanse advocaaat
David S. King, heeft mevrouw Riet ook
haar nederlandse verdediger, J. Jolles, een
eminente rechtsgeleerde met deze zaak be
last, evenals notaris J. de Vries te Dirks
land. Notaris de Vries be.hartigt onder meer
de belangen van de mogelijke Flakkeese
erfgenamen. Zoals we reeds eerder schre
ven, zou het volgens notaris de Vries wel
zeer gelukig zijn, indien er na een tijdsbestek
van 160 jaren een definitief einde aan de
zaak zou kunnen komen. Hoewel hij een
kans op succes niet uitgesloten acht, zijn
de verwachtingen niet hooggespannen. Im
mers, de boedel van de Bette is opengeval
len in de tijd van het Directorium en door
franse rechtbanken naar het oud Vlaamse
recht beoordeeld, daarna is het beheer over
het betwistbaar deel der erfenis gekomen
onder staatsbeheer van het Koninkrijk der
Nederlanden van 1813, terwijl de afsplitsing
van Belgiëde erfenis mede beinvloedde. Het
beheer is telkens overgedragen.
Er zit dus veel aan vast, maar in elk
geval besloot de familievergadering te laten
onderzoeken of er een mogelijkheid bestaat
dat men deze erfenis „los" zal krijgen.
ER IS NOG EEN KANS MEE TE DOEN
Bovenstaande mededelingen deed mevrouw
Riet ons dinsdagmiddag jl. tijdens haar be
zoek aan St. Annaland. Zij neemt aan dat
notaris de Vries gelijk heeft en het wette
lijk niet persé nodig is, dat alle erfgenamen
meedoen om de erfenis los te krijgen, maar
mevrouw Riet acht het wel billijk dat zij
er de gelegenheid toe hebben. Daarom kan
ieder, die meent tot de al herhaalde malen
opgenoemde families te behoren, zoals ie
dere vorm van Boogerts en v. d. Boogerts
Roodsant, Overweel, Zeedijk, Noordijk, van
Gulick, van Putten, de Gruiter, van Schu
wen, van Prooyen, Oosterling, de Haas,
de Koning, Verweij, den Braber enz. nog
toetreden tot de familietrust. Deze trust
heeft besloten voor dekking van de onkos
ten, die door de rechtsgeleerde worden ge
maakt om na te gaan of de mogelijkheid er
is die erfenis vrij te maken, 25.te stor
ten. Indien U er dan ook zeker van bent,
tot de erfgenamen te behoren, schrijft U
maar aan de heer H. Schlink, Aalbrechts-
kade 94b Rotterdam, dat U tot de trust
wilt toetreden. Indien U daaromtrent eerst
zekerheid wilt hebben vraagt U 't aan mevr.
Riet-van den Boogaert 735 3e Avenue, Salt
Lake City (U.S.A.).
Behoort U dus tot de erfgenamen, dan is
U nog volkomen vrij om mee te doen in de
familietrust, volkomen vrij of U het „gok
je" want dat is het nog steeds wilt
wagen en de uitslag van de rechtsgeleerde
of er kans is op vrijmaking der erfenis af
te wachten. Doet U mee, dan hebt U kans
er 25.bij in te schieten, wanneer blijkt
dat de internationale moeilijkheden van dien
aard zijn, dat losmaking der erfenis een
sinecure is, lukt het, dan is de erfenis groot
genoeg, ook al zijn er 1000 erfgenamen, om
behoorlijk wat van de onkosten over te hou
den, zelfs na aftrek van de 15% kosten
voor advocaten, die nu nog gratis werken
en na aftrek van diverse belastingen.
De laatste gelegenheid is er thans en het
wordt eerlijk genoeg voorgesteld. Belangheb
benden zijn volkomen vrij. In elk geval,
de trust bestaat en de opdracht te onderzoe
ken of er kans is de erfenis vrij te krijgen,
reeds gegeven, ook zonder U toedoen.
Mevrouw Riet zet door tot het recht ver
kregen is of tot onomstotelijk vast staat, dat
daartoe geen enkele mogelijkheid is.
Voorlopig zullen belanghebbenden (en voor
nader nieuws ook wij) dienen te wachten
op het rapport van de rechtskundige, waar
van mevrouw Riet ons op de hoogte zal
brengen. En hiermee hebben we de al 160
jaar lange geschiedenis van de erfenis „De
Gruyter" tot zover weer ge- en vervolgd.
Het was op 1 juni 1931, dat een drietal jongelui in St. Annaland
het initiatief namen om een voetbalclub op te richten. Ze voegden
de daad bij het woord en noteerden direct 25 leden en 16 donateurs.
Bij de heer C. J. C. Kooijman werd een terrein gehuurd en 8 juni
daaraanvolgend werd de eerste ledenvergadering belegd.
In die tijd was er in Oud-Vossemeer al een bloeiende voetbal
vereniging (O.V.C, met 3 elftallen), was er ook al één in Tholen,
Smerdiek en zelfs in Scherpenisse (Devo).
W.H.S. groeide eveneens en enkele jaren later waren er ook in
Sint-Annaland 6 elftallen (3 bij W.H.S., 2 bij D.O.S. en het jeugd-
elftal Dosko). Tot tweemaal toe wist W.H.S. de kampioenstitel in
de thoolse afdeling te behalen, nl. in 1943 en 1953.
Dit en nog veel meer waren de herinneringen, welke tijdens de
jubileumavond op vrijdag 1 juni jl. in de zaal van dhr. F. Rijnberg
werden opgehaald en waar onder meer het woord werd gevoerd
door burgemeester J. van den Bos en door de heer A. L. M.
Schroder, voorzitter van de K.N.V.B. afdeling Brabant,
Een mooie jubileumavond, waar naast vele opgehaalde oude her
inneringen evenwel ook moest worden vastgesteld, dat de laatste
jaren de animo voor de voetbalsport ter plaatse is verminderd, de
jeugd na een soms nog wel enthousiast begin, althans onvoldoende
doorzet.
OUD-BESTUURSLEDEN WAREN
OVERGEKOMEN.
Behalve leden en donateurs waren aanwe
zig, burgemeester en mevrouw van den Bos
wethouder G. Goedegebuure en de raads
leden Stols en Ridderhof, de voorzitter van
de K.N.V.B. afdeling Brabant, de heer
Schroder, de ereleden J. Kurvink en N.
Burggraaf, de oud-bestuursleden J. Klink,
overgekomen uit Arnhem één van de oprich
ters, oud-voorzitter A. Levering te Vlissin-
gen, W. Keur, met verlof uit Amerika, af
gevaardigden van de Scheidsrechtersbond,
van Smerdiek, Vosmeer en van de plaatse
lijke muziekvereniging, ijsclub en A.N.A.B.
Zij werden allen door de voorzitter, de
heer Abr. J. Soeters Jaczn. een welkom toe
geroepen, waarna spreker een toelichting
gaf op het programma van die avond. Hij
hoopte dat er behalve de officiële toespra
ken nog vele oude herinneringen zouden
worden opgehaald en wenste allen een ple
zierige avond. Na d^.„terugblik" waaruit we
hiervoor al iets aantipten, voerde burge
meester J. van den Bos als eerste het woord.
EEN NIEUW SPORTTERREIN.
De burgemeester begon met een door de
voorzitter toegespeelde bal (om in sportter-
men te blijven) zodanig terug te schieten,
dat ze in een doelpunt werd omgezet, stond
vervolgens stil bij de noodzaak van een
goede vrije tijdsbesteding en het jeugdpro
bleem, waarmee uiteraard ook Sint Anna
land te maken heeft. Hij zag de voetbalsport
onder meer in een goede vrije tijdsbesteding
ontspanning gevend voor lichaam en geest
en meende dan ook dat een dergelijke ver
eniging door het gemeentebestuur gesteund
mag en moet worden. Vandaar ook dat ter
plaatse wordt gesubsidieerd. Spreker ge
waagde van de plannen die er bestaan ten
aanzien van een nieuw sportveld, geprojec
teerd tegenover het huidige terrein, wat mo
gelijk zal worden aangelegd door de Ned.
Heide Mij. Het zou naar zijn mening even
wel te betreuren zijn, wanneer door de ge
meente kosten worden gemaakt en de animo
voor de sport zou verflauwen, zoals hij
van vorige sprekers heeft gehoord. Met een
felicitatie tot bestuur en leden en in de hoop
dat „W.H.S." de jeugd ook in de toekomst
zal kunnen animeren sloot de burgemeester
zijn toespraak.
TEVREDEN GEVOEL.
De heer A. L. M. Schroder te Breda, voor
zitter der K.N.V.B. afdeling Noord- Bra
bant stelde in een vloeiende toespraak vast,
dat het de initiatiefnemers en huidige be
stuursleden in elk geval een innerlijk gevoel
van tevredenheid zal geven, wanneer ze
op deze periode terugblikken en nagaan wat
ze gedaan hebben om de lichaamsontwikke
ling en de geestelijke ontspanning te bevor
deren. Dat ik niet eerder in Sint Annaland
ben geweest pleit voor W.H.S., omdat er
dan immers ook nimmer reden is geweest
om van Bondszijde in te grijpen. Spreker wist
wat het zeggen wil, in een kleine gemeen
schap als deze een voetbalclub 25 jaar
staande te houden en daarbij toch ook nog
tot hoogtepunten te komen. Naast morele
overheidssteun is de materiele bijstand on
ontbeerlijk. De heer Schroder wees er in
dit verband op, hoe in 1953 het Brabants
elftal de Moorman beker wist te winnen,
waarbij tijdens de oefenwedstrijden bleek,
tot welk een hoogte ook thoolse voetballers
zich wisten op te werken, nu er op een
goed terrein werd gespeeld. Met vreugde
had hij dan ook de verklaring van burge
meester Van den Bos aangehoord, waaruit
bleek, dat ook ter plaatse een goed terrein
in het verschiet ligt.
Tenslotte bood de heer Schroder, die ove
rigens niemand in de zaal had verveeld, het
bestuur van W.H.S. een plaqette aan als
een blijk van waardering bij dit jubileum en
het prettige contact tussen vereniging en
Bond.
MEERDERE FELICITATIES.
De voorzitter van de zustervereniging
Smerdiek de heer A. L. Hage constateerde
dat in de voorbije periode de wedstrijden
W.H.S. - Smerdiek en omgekeerd voor beide
clubs altijd een behoorlijk kasstuk vormden.
Aan de ene kant vond hij het dan ook jam
mer, dat de komende competitie in twee ver
schillende afdelingen gespeeld zal worden
en hij hoopt dat de clubs weer spoedig in
één afdeling hun ontmoetingen zouden voort
zetten.
De heer de Leeuw sprak namens de voet
balvereniging „Vosmeer" en deelde mede,
dat zijn vreniging het cadeau zou bewaren
tot de komende nederlaagwedstrijd. Hij
hoopte voorts dat het tot nu toe te geringe
onderlinge contact verstevigd zou worden,
met name door jeugdontmoetingen.
De voorzitter van de muziekvereniging
„Accelerando" de heer M. P. Lanooy stelde
vast dat het jeugd-enthousiasme niet alleen
bij een voetbalvereniging, maar eveneens
bij de muziek ontbreekt. Daarom kan hij er
van meepraten, hoe moeilijk het is, wanneer
men door gebrek aan actieve leden onvol
doende tot op- of uitbouw van de vereni
ging kan komen.
De voorziter van de IJsclub, de heer Adr.
Burgers Fzn. feliciteerde tevens namens de
brandweer en wenste W.H.S. ook een gou
den jubileum toe. Raadslid F. J. Stols felici
teerde mede namens de A.N-A.B. en bood
eveneens een prachtig bloemstuk aan, zoals
trouwens van het merendeel der genoem
de verenigingen bloemstukken waren ont
vangen, evenals van de scheidsrechtersbond,
erelid N. Burggraaf en donateur Jansens te
Bergen op Zoom.
SPORTPRAATJE.
De oud-voorzitter van W.H.S„ thans voor
zitter van „Vlissingen" hield een causerie
over de betekenis van de sport. In het kort
releveerde hij daarbij, hoe reeds in de oudste
tijden aan sport werd gedaan, hoe de voet
balsport vervolgens in Engeland als eerste
land van Europa, werd ingeburgerd en welk
een omvang de sport in het algemeen thans
heeft genomen. Hij was het niet eens met
vorige sprekers omtrent het jeugdprobleem.
Dit was er vroeger net zo goed. Het ligt
misschien wat anders door de ontwikkeling
van de tijd. Wel is het zo, dat het probleem
van vrije tijdsbesteding thans groter is dan
vroeger. Dat sport geen culturele waarde
zou hebben, is bepaald onjuist, aldus de heer
Levering, die tenslotte meende, dat, indien
er door de ouderen leiding gegeven zal
worden het ter plaatse zeker ook geen blij
vende depressie behoeft te zijn, omdat er
nog evenveel animo is dan vroeger. Wel
ontstelde het hem, dat er na twintig jaar,
toen hij hier als onderwijzer was, nog steeds
geen gymnastieklokaal is gekomen. Hij had
na de welwillende houding van de burge
meester gehoord te hebben, moed, dat ook
dit nog zou veranderen. Om tenslotte de
sport bij de jeugd, met name dan de voetbal
sport te stimuleren schonk hij „W.H.S."
een beker, bestemd om als wisselprijs te
verspelen onder de jeugdclubs op het eiland
Tholen.
ZILVEREN SPELD.
Voorzitter Soeters dankte alle sprekers
voor hun goede wensen en welmenende feli
citaties, voor de cadeaux en de toezeggingen
en hoopte dat er naast het nieuwe speel- ook
een oefenterrein zal worden aangelegd. Ver
volgens ging hij over tot huldiging van die
leden, welke sinds de oprichting lid gebleven
waren, t.w. L. van Poortvliet, J. Kurvink,
J. A. Heijboer, Johs. Quist, F. Rijnberg en
Johs. Kurvink (de laatste was afwezig).
Onder dank voor hun diensten voor de
vereniging werd hun een zilveren speld op
de revers geprikt, waarin de oprichtings-
en jubileumdatum was gegraveerd. Deze ju
bilarissen kregen bovendien nog een flink
applaus van de aanwezigen.
De laatste speld was voor het nog wel
geen 25 jaar lange lidmaatschap, maar in
elk geval toch voor het 10 jarig voorzitter
schap van de heer Abr. Soeters, die de speld
met een toepasselijk woord uit handen van
de burgemeester kreeg.
Het laatste woord had uiteraard weth. G.
Goedegebuure, die zich oud van jaren noem
de, maar zich nog jong van hart voelde.
Hij kon zich indenken dat de jeugd z'n ver
maak vindt in deze tak van sport en achtte
het als een geleide en gepaste vrije tijds
besteding geen bezwaar. Ook hij feliciteerde
tenslotte „W.H.S." met dit 25 jarig jubi
leum.
GEZELLIGHEID.
Een na de pauze gehouden tweetal voor
drachten, waaronder zelfs nog een drama
tisch stukje, werd tenslotte besloten met een
gezamenlijk loflied op „W.H.S.". Het was
bij twaalven, toen voorzitter Soeters nog
maals allen dankte voor hun tegenwoordig
heid en nog een laatste gift kon bekend ma
ken, nl. het schenken van nieuwe netten voor
de doelen door de clublokaalhouder F. Rijn
berg. De voorzitter nodigde tenslotte allen
uit om nog enige tijd gezellig bijeen te blij
ven en daarmee aan deze 25 jarige her
denking een vrolijk besluit te geven.
NABESCHOUWING
In de eerste klasse A liep de competitie
een paar weken geleden ten einde, in de
tweede klasse A vorige week.
Zoals gebruikelijk is geven we ook nu na
afsluiting de eindstand.
Deze luidt in de
1ste klasse
A:
gs
gw gl vl
Pt
vr
tg
V.V.N.
16
13 1 2
27
58
20
Smerdiek
16
10 3 3
23
53
28
Kogelvangers
16
10 1 5
21
52
27
Chrislandia
16
8 2 6
18
40
35
V rederust
16
8 0 8
16
46
36
NACveteranen
16
6 3 7
15
38
40
Seolto
16
4 2 10
10
50
67
W.H.S.
16
3 2 11
8
45
84
Tholense boys
16
3 0 13
6
28
74
Hoewel bovenstaande cijfers
voldoende
inlichtingen geven, willen we er nog wel het
een en ander aan toevoegen en elke club af
zonderlijk onder de loupe nemen. Degenen,
die het sporthoekje vanaf het begin der com
petitie volgden, kunnen zich nog herinneren
hoe het begin van de kampioen V.V.N. uit
Noordschans niet zo best was. Ook in dit
elftal waren enige wijzigingen gebracht en
dat lukte aanvankelijk niet zo best. Aange
zien evenwel deze afdeling bepaald niet
sterk genoemd kon worden, had V.V.N.
maar weinig nodig, om zich te herstellen en
na de derde wedstrijd werd het een gesta-
digde winst. Het was vooral het middenveld,
dat voor dit elftal de grootste steun was en
dat is nog steeds heel wat waard. Het blijkt
dan ook niet alleen uit het puntental, maar
ook uit de gemaakte doelpunten voor en
tegen, dat Noordschans z'n titel volkomen
verdiende. Intussen verloor het de wedstrijd
tegen The Gunners zodat ze geen promotie
speelt voor de vierde klasse KNVB.
Smerdiek heeft een mooie tweede plaats
veroverd. Ook dat zag er in het begin niet
naar uit. De eerste wedstrijden zijn welis
waar niet verloren, maar het spelpeil was
niet hoopgevend. Smerdiek had dan weer
eens een uitschieter, dan moest het weer
alles op alles zetten om met de hakken over
de sloot te winnen, maar die winst was er
toch bijna altijd: 10 gewonnen, 3 gelijk, 3
verloren.
(zie vervolg pagina 2)
verhaal van de Zuidhollandse Eilanden
21 door HENK VAN HEESWIJK
Ov de morgen van mijn thuiskomst had ik verwacht,
dat U voor het raam van Uw werkkamer in het ge
meentehuis zou staan om me te verwelkomen. Inplaats
daarvan zag ik enkel Van Suchtelen. En daarna nim
mer heb ik meer wat van U vernomen. Mijn uitnodi
ging, om het tuinfeest bij te wonen, hebt U gewoon
genegeerd en
„Wat"' Als bij toverslag veranderde het gezicht
van Drenth. „Uitnodiging voor het tuinfeest? U bent
waarschijnlijk in de war met Jonkheer Van Suchtelen.
Ik heb nimmer een uitnodiging gehad."
Het meisje keek hem enige ogenblikken verbaasd
aan. „U hebt geen uitnodiging gehad? Maar ik weet
zeker, dat ik haar geschreven heb. Hebt U die dan
nooit ontvangen?"
Drenth schudde ontkennend het hoofd. „Neen, ik
heb nimmer een uitnodiging van „Hoogstede gekre
gen. Afgezien van het feit, dat ik de uitnodiging niet
zou hebben aangenomen, want daar hoor ik niet thuis.
In dat geval zou ik haar natuurlijk niet genegeerd
hebben, zoals U dat zegt, maar teruggestuurd met een
briefje er bij. Tenslotte weet ik nog wel e enbeetje
hoe het hoort. En wat dat kijken voor het raam be
treft, op de morgen van Uw thuiskomst, ik was juist
een kwartier van te voren bij de burgemeester geroepen
en kon toen moeilijk zeggen: het spijt me burgemeester,
U zult een kwartiertje moeten wachten, want zo straks
komt de freule hierlangs en die wil ik zien."
Het meisje schoot in een gulle lach. „Nee, dat zou
werkelijk idioot geweest zijn. Jammer dat dit allemaal
misverstanden zijn. Ik kreeg nu de indruk, dat U mij
ontweek, of dat U niets meer met me te maken wilde
hebben."
Hij dacht een poosje na, voor hij zijn antwoord gaf
en het meisje bemerkte, dat hij zijn antwoord zorgvuldig
had overwogen. „Misschien is dat ontwijke wel een
beetje waar. Wat moet ik op „Hoogstede" doen? Daar
hoor ik niet. Ik ben maar gewoon de gemeente-amb
tenaar Drenth en zou me heel niet thuis gevoeld hebben
temidden van het adellijke gezelschap, dat op het tuin
feest is uitgenodigd. Onze wegen lopen nu eenmaal
uiteen."
„Mijnheer Drenth, de wegen van ieder mens lopen
zo, dat ze elkaar steeds kruisen. Dat ziet U vanavond
weer, Het lot is dikwijls grillig en het lot heeft ge
wild, dat U en ik elkaar opnieuw ontmoeten. Denkt
U, dat dit toevallig zo geschiedt?"
Drenth was onthutst en wist zo gauw geen antwoord.
Hij bleef dan ook zwijgen.
„Drenth", vervolgde het meisje resoluut, ditmaal het
vormelijke mijnheer weglatend, „we moeten nog eens
samen praten. Maandag kom ik je met mijn wagen halen
in je pension bij de dames Berghuis en dan rijden we
ergens heen, waar we rustig eens kunnen babbelen
en
Drenth hief afwerend zijn arm omhoog. „Nee, zeg,
ben jeNiet aan mijn pension. Wat zullen de men
sen in Donkervoort er wel van zeggen? Stel je voor!"
„Ik trek me hoegenaamd niets aan van hetgeen de
inwoners van Donkervoort wensen te beroddelen. Maar
ik zal aan jouw positie denken en verwacht je met de
tram, die kwart over zes uit Donkervoort vertrekt in
Rotterdam. Ik pik je dan wel ergens op met mijn wagen.
Loop maar in de richting van de brug, dan zie je me wel.
En ik reken er op, dat je komt."
„Ja, maar
„Och, Drenth, spaar me nu alsjeblieft bezwaren. Doe
het dan om mij een plezier te doen."
Hij zuchtte. „Goed dan, hoewel ik het nut er niet
van inzie."
Ze stapte in, en keek nog even naar de man, die
daar stond met de fiets aan de hand. „Denk er om, de
tram van kwart over zes. En neem maar een enkele reis
want ik breng je wel thuis, althans dicht bij huis. A-
dieu! en bedankt voor de hulp!"
Ze startte de motor, schakelde in en reed in de rich
ting van Donkervoort. Even later stapte Drenth hoofd
schuddend op de fiets en reed in gedachten verzonken
eveneens huiswaarts. Het was reeds kwart over tien,
toen hij de fiets in het schuurtje achter de woning
zette, maar hij had geen erg in de zure gezichten van
de beide oude vrijsters, die bij wijze van gratie nog een
kop koffie voor hem inschonken, hoewel het tijdstip
van het tweede kopje al reeds lang verstreken was.
Op zijn kamer gekomen, viel hij op een stoel neer en
bleef zo lange tijd in gepeins verzonken zitten turen naar
de punten van zijn schoenen. Waar dreef het lot, het
grillige lot hem heen, dat hem weer het pad deed kruisen
met de freule? En wat wilde ze van hem? Wat had
ze te bepraten?
Het was maar goed dat Drenth niet wist, wat er op
dit ogenblik gebeurde op „Hoogstede". Daar had een
stormachtig gesprek plaats tussen de baron en zijn doch
ter, die hem op heftige toon verweet de uitnodiging, die
zij voor de heer Drenth geschreven had, vernietigd te
hebben. En de baron erkende dit.
„Inderdaad, die uitnodiging heb ik verscheurd. Niet
omdat de man niet in onze kringen past. Maar om hem
zelf. Hij zou er niets aan gehad en zich zeker de ge
hele avond ongelukkig gevoeld hebben."
„U vergeet, dat hij eenmaal mijn leven gered heeft
en dat wij hem daarvoor dank verschuldigd zijn."
„Onzin. De man is er voor beloond en heeft zelfs
de cheque, die ik hem zond, geretourneerd. Overigens,
je hoeft hem er toch niet eeuwig dankbaar voor te zijn?
Als ik eens ergens een plaatje voor hem weet, waar hij
promotie kan maken, dan zal ik hem wel steunen. Wat
wil de man nog meer? Gebruik alsjeblieft je redelijke
verstand en nodig geen mensen uit, die niet bij ons
horen."
Nettie, die evenwel onverzettelijke wil van haar vader
had, zweeg, maar was toch van plan haar eigen weg
te gaan. Maar welke die was, daarover sprak zij niet.
(wordt vervolgd)