WEEKBLAD VOOR HET EILAND THOLEN EN ST.FILIPSLAND
Een warme zon, enorme belangstelling en uiteraard ook nog Vis
WAARIN OPGENOMEN DE THOOLSE COURANT
Het Parlementair Overzicht
Critiek en waardering voor minister Cals.
Een succesvolle internationale
zeehengel wedstrijd»
Teveel makelaar» te weinig regent»
Dc redactie legt II deze week voort
Gemeentebestuur
ging in beroep.
Landbouw
Onderhoud
van het grasland
12c jaargang no. 28
25 mei 1956
Uitgevers Firma C. Dieleman en G. Heijboer
Redactie Ring 66, St. Annaland - Telefoon 47
Administratie Oudelandsestraat 9, Tholen - Telef. 57 - Giro 124407
Abonnementen 1.20 per kwartaal
franco p.p. 1.45 incassokosten
Prijs per nummer 10 cent
Advertentiën 0.10 per millimeter Minimum 2.00
Spierinkjes tot en met 20 woorden 1.00, elk woord meer 0.05
Advertenties worden tot uiterlijk Donderdagmiddag 1 uur ln Tholen aangenomen
of moeten daar binnen zijn
Er waren 634 sportvissers, er zijn op iedere visser minstens
10 toeschouwers geweest, zodat we veilig mogen schatten, dat
er zo'n 6000 personen op die stralende tweede Pinksterdag aan
de Strijenhamse zeedijk zijn geweest en een gedeelte of het
gehele 6 km lange traject hebben afgelopen.
Ja, wat heeft het de initiatiefnemers meegezeten, wat was het
een geluk voor de zo talrijke deelnemers, dat uitgezocht
Tweede Pinksterdag de zomer in het land was. Want daaraan
moet het toch wel in de eerste plaats worden toegeschreven,
dat Strijenham een drukte beleefde, zoals ze nimmer tevoren
aanschouwde, een toerisme liefst van internationaal allooi.
De vangst had groter kunnen zijn, indien we al enkele weken
dat zelfde mooie weer hadden beleefd, maar nog een andere
faktor om de belangstelling groter te maken is er beslist niet
te vinden.
En daarom is het doel van dit eerste zeehengelconcours, dat
de V.V.V. Tholen zich stelde voor honderd procent bereikt,
want dit doel was niet meer en niet minder dan ons eiland in
de belangstelling te plaatsen van de toeristen, inzonderheid
dan van de zeehengelaars. Voor honderd procent geslaagd ook,
omdat de organisatie als gesmeerd liep.
HALF TWAALF STARTSCHOT
Nou goed, van die honderd pro
cent hiervoor genoemd, willen we er
één afdoen, omdat de organisatoren
bij de prijsuitreiking niet over een
luidspreker beschikten en die was
bij de bestaande belangstelling beslist
v/el nodig. Maar overigens kan het
wel bij deze kleine aanmerking wor
den gelaten, omdat alles perfect ver
liep vanaf de verkeersregeling door
de politie bij het gaan en komen tot
en met de sluiting van de prijsuitrei
king toe.
Al heel vroeg waren de deelne
mers gekomen en van heel ver, uit
Amsterdam, uit Brussel, uit Heerlen
en uit Antwerpen, uit Schiedam en
uit Vlissingen ja zelfs tot uit Duits
land toe.
En toen het startschot om half
twaalf werd gelost, zaten er zo n
600 sportvissers aan de zeedijk tus
sen Tholen en Scherpenisse klaar
om te werpen. Naarmate de wedstrijd
vorderde nam ook het aantal suppor
ters toe Honderden eilandbewoners
en van ver daarbuiten hebben een
kijkje genomen, mede genietend van
het prachtige weer en meelevend met
de resultaten van de visser. Hoewel
er bij elkaar nog heel wat werd ge
vangen, was in het algemeen de
vangst niet groot. In zeker opzicht
zelfs een tegenvaller. Maar dat dan
ook alleen, wanneer men de weers
omstandigheden niet in aanmerking
heeft genomen van vóór deze mooie
Pinksterdag of er niet van overtuigd
was, dat enkele weken later de vis
meer en beter had gezwommen.
Maar boven alles was er voldoen
de beloning, door de vrije dag, door
het prachtige weer, door de sportieve
wedstrijd, door deze grote interna
tionale belangstelling.
GROOT EN KLEIN
Uit de hengelsportwereld was groot
en klein aanwezig, letterlijk en fi
guurlijk, zoals ook oud en jong pre
sent was. Neem bijvoorbeeld maar de
8 jarige Wim Hansen en Leo Laay
uit Oostvoorne, de 11 jarige Claude
Lombard uit Brussel, maar ook vete
ranen in de Hengelsport, als Pros,
de Minister, Opa, de Fute, de Pin,
Joosten de Poes uit Zierikzee. Ze
waren er, niet alleen omdat het thool-
se botje zo' goede naam heeft maar
ze waren er om de sport zelf.
DE UITSLAGEN
Het was een enorm karwei voor de
jury om de juiste uitslag van deze
wedstrijd vast te stellen en het mag
niemand verwonderen, dat het dich
ter bij half zeven dan bij half zes was
eer die uitslagen bekend werden. Die
prijsuitreiking geschiedde in het vei
linggebouw, waarvoor zoals voor
heel die wedstrijd, ook weer grote
belangstelling was. Daar ook werd
het woord gevoerd door de voorzitter
van de thoolse V.V.V. de heer J. H.
Bal, die na een dankwoord tot alle
medewerkers hoopte, dat hij vele
sporthengelaars nog eens op Tholen
zou terugzien, daar wees de voor
zitter van de provinciale zeeuwse
V.V.V., de heer G. W. Oskamp
op het grote voorbereidende werk
en de nauwe samenwerking met zijn
Brabantse collega, de heer Jakobs,
die op zijn beurt hulde bracht aan de
organisatoren en speciaal de Strijen-
se vissersvereniging daar ook sprak
ir Geuze de franssprekende deelne
mers hartelijk toe, daar uitte ook mr.
van der Hoeven uit Tholen zijn
vreugde over de mooie en vooral
voor de organisatoren zo geslaagde
dag.
En daar zag men telkens opnieuw
de leider van de Hengelsportvereni
ging „Oosterschelde" uit Zierikzee
voor het voetlicht om weer een prijs
aan de vele toe te voegen. U kunt
dat zelf nagaan in deze uitslagen:
KORPSPRIJZEN
1. Oosterschelde 4 te Zierikzee met 6
botjes (735) gram, waaraan een beker
werd overhandigd, beschikbaar gesteld
door de gemeente Poortvliet.
2. Hengelsportvereniging Vlissingen, 10
stuks (675 gr)
3. Eerste Goese Hengelsportver. 6 stuks
(605 gr)
4. Federation Belgique te Brussel
5. Vereniging IJzendijke 2
6. Coprs familie Lombard te Brussel
7. H.S.V. Steenbergen.
8. „De Rietvogels", te Dinteloord
9. De Karper te Bergen op Zoom.
10. Oosterschelde 1 te Zierikzee
11. IJzendijke 1
12. Oostkustvissers (België)
13. Oosterschelde 5 te Zierikzee
14. De Brasem te Bergen op Zoom.
15. Korps Rotterdam
16. Korps Antwerpen
17. Korps Eindhoven
18. Casingclub (België)
19. Nispense hepgelsportveriniging
20. en 21. Oosterschelde 3 te Zierikzee
22. Eindhoven 2
HET PERSOONLIJK
KLASSEMENT
1. L. Kiel te Terneuzen (3 stuks) 861 gr.
2. M. Aarden te Bergen op Zoom (3 stuks)
845 gram
3. J. Maa uit Bergen op Zoom (5 stuks)
695 gram
4. A. Pijszeny te Goes (2 stuks) 590 gr.
5. C. Haers uit IJzendijke de grootste vis
(1 stuks) 525 gram, waarvoor een ex
tra prijs.
6. A. Mikili uit Schaersberg 3 km voorbij
Heerle) die een extra prijs kreeg als de
van verst komende hengelaar.
CONCOURSCIJFERS
629 hengelaars hadden ingeschreven
waarvan er 607 zijn opgekomen
242 wisten vis te vangen, t.w.
386 stuks of in totaal 48.137 gram
dus ongeveer 96 pond.
De bovenmaat was 313, de ondermaat
73 mm. Er werden 121 prijzen
uitgereikt.
7. G. Duteijn te Terneuzen.
8. Van Bekken te Bergen op Zoom 465 gr
9. Stokmans uit Goes
10. Oudenhuijze te Breda
11. Geers uit Vlissingen
12. F. Holst te Mijdrecht (430 gram).
13. J. v. Jabels te Den Haag
14. G. Polderman te Sint Maartensdijk
15. Schettens te Steenbergen
enzo vervolgens tot 121 prijzen toe.
TOT WEDERZIENS
Inderdaad, een enorme verzame
ling prachtige prijzen. En reeds zijn
weer al prijzen toegezegd voor een
volgend hengelconcours op het eiland
Tholen, want men zal het na dit suc
ces vermoedelijk wel niet bij deze ene
keer laten.
Het fundament was goed. Men
kan er op voortborduren. Want deze
tweede Pinksterdag bracht met het
zeehengelconcours grote belangstel
ling op het eiland Tholen, waarbij
als prettige aanvulling tussen 3 en
half zes de muziekvereniging van
Nieuw Borgvliet „Concordia" nog
op de thoolse markt concerteerde, zo
dat en sportvissers en muziekliefheb
bers, toeschouwers en deelnemers,
initiatiefnemers en organisatoren een
prettige dag beleefden op deze stra
lende tweede Pinksterdag 1956.
Ook de Eerste Kamer heeft de begrotings
race volbracht. Minister Cals had de eer,
de laatste begroting in de Senaat te mogen
verdedigen. Voor de laatste maal dus
werd een balans opgemaakt over de afge
lopen vierjarige parlementaire periode. Een
balans die meeviel, de critiek in acht ge
nomen, die de bewindsman nog niet zo
lang geleden moest ondergaan.
Het departement van Onderwijs, Kunsten
en Wetenschappen is een van de moeilijke
departementen. Het is reer uitgebreid en
voor één minister bijna onmogelijk te behe
ren. Een tijd lang heeft het er naar uitge
zien dat minister Cals de parlementaire reis
niet zou halen. Dat is achteraf nog wel
meegevallen, maar verstomd is de critiek
niet. Zij kwam deze week hoofdzakelijk
van de zijde der a.r. en v.v.d.-fracties. Zo
klaagde de heer Algera (a.r.) er over, dat
de bewindsman te weinig doortastend is
geweest. Hij lijkt meer op een makelaar
dan op een regent, zo zeide hij. De minis
ter wil te graag lijmen en krammen. En
het liefst zulk een beleid voeren dat ieder
een tevreden is. Maar het is nu eenmaal
onmogelijk iedereen tevreden te stellen, Zo'n
beleid heeft tot resultaat dat eigenlijk ieder
een ontevreden is, omdat er gewerkt moet
worden met onbehagelijke compromissen. De
minister moet meevechten; aldus de a.r.-Se-
nator. Hij moet niet bang zijn om daarbij
te vallen.
De heer Wendelaar (lib.) was het daar
voor een groot deel mee eens. Stellig was
hij niet onder de indruk van de prestaties
van minister Cals Veel zaken zijn niet af
gedaan. Nu geeft de bewindsman graag de
Kamer de schuld van de trage gang van
zaken, omdat zij zou treuzelen met het in
dienen van het Voorlopig Verslag. Deze
critiek wees de liberale woordvoerder echter
van de hand met de opmerking, dat de mi
nister er niet in slaagt een aannemelijke op
lossing voor acute vraagtukken aan de hand
te doen. Hoe kan de Tweede Kamer dan
opschieten? De beide sprekers hadden vele
punten van critiek. Zij klaagden over het
feit dat het omroepbestel nog niet geregeld is
dat een behoorlijke huisvesting van de We
reldomroep nog op zich laat wachten, dat
er nog geen beslissing genomen is over de
zesjarige H.B.S., dat er nog geen wettelijke
maatregelen zijn genomen over het voortge
zet onderwijs. Zij klaagden ook over de
salarisregeling, over het ULO, dat in het
slop dreigt te geraken, dat er nog geen
wetsontwerpen zijn over de televisie en dat
de leesbibliotheken nog wachten op een wet
telijke regeling.
Dat was dus een lange lijst met klachten.
Voor minister Cals ongetwijfeld geen pret
tige gewaarwording, al is hij langzamerhand
op het gebied van critiek wel het een en an
der gewend. Maar gelukkig voor hem vond
hij ook nog medestanders. Natuurlijk in de
eerste plaats zijn partijgenoten, de k.v.p.-
fractie, die de bewindsman enige weken voor
de verkiezingen niet in de kou kon laten
staan.
Een vorig keer had de heer Derksen (kath.
v.) zijn partijgenoot-minister nogal flink
aangepakt. Dat was nu heel wat minder,
al liet de heer Derksen wel merken, dat het
schrijven van nota's over de onderwijsver
nieuwing niet veel te betekenen heeft. Er
moeten wetten komen.
Belangrijker was het echter voor minister
Cals dat hem de steun toeviel van de p.v.
d.a.- en de c.h.u.-fracties. Zo wilde Prof.
Schermerhorn (arb) de bewindsman de lof
niet onthouden dat er een vaste lijn in zijn
beleid was te ontdekken. Maar verder
hield de socialistische woordvoerder aan
minister Cals de spiegel voor. Er werd
verteld aan welke eigenschappen de nieuwe
minister zou moeten voldoen. Het is ca-
tastrophaal, zo zeide de heer Schermerhorn
als er weer een minister komt, die gaat
studeren. De afgelopen vier jaren is vol
doende gestudeerd. Nu moet er een minister
komen, die weet wat hij wil. Die bereid is
te staan of te sneven. Die bereid is te
werken of te sneven. Er zal de komende
parlementaire periode gehandeld moeten
worden. Prof. Schermerhorn uitte dus on
geveer dezelfde klacht als de heren Algera
en Wendelaar. Echter met dit grote verschil
dat hij niet zeide dat minister Cals de bereid
heid om te werken of te sneven niet bezit.
Alleen de spiegel werd voorgehouden. En
de minister moet nu zelf maar uitmaken of
hij aan de gestelde socialistische voorwaar
den kan voldoen.
Ook geen afbrekende critiek van Prof.
Gerretson. Deze verklaarde namens de r.
h.u.-fractie minister Cals geen ideale be
windsman te vinden. Maar ja, zo zeide hij,
ideale ministers komen zelden voor. Prof.
Gerretson vond bet een goot voordeel
dat de minister open staat voor critiek. Op
drie belangrijke punten had de c.h.u.-fractie
echter wel critiek op het beleid van de mi
nister van Onderwijs, Kunsten en Weten
schappen: de reorganisatie van het voort
gezet onderwijs laat te lang op zich wach
ten, de personeelsvoorziening laat te wensen
over en er is nog steeds geen goede rege
ling voor de salariëring gevonden.
Minister Cals is van deze critiek waarlijk
niet ondersteboven gevallen. Hij is een zeer
handig en scherpzinnig debater, hoewel
niet altijd zeker van zijn zaak. Maar wat
kon hem nu nog gebeuren? Wie stuurt cr
drie weken voor de verkiezingen nog een
minister in de politieke woestijn? Geen mens
die daarover denkt.
Op 30 juni a.s. worden de beide Kamers
der Staten Generaal ontbonden. Tot zolang
vergadert de Eerste Kamer door. Op 13
juni zijn de ministers demissionair, maar
dat wil niet zeggen dat er niet verscheidene
technische wetsontwerpen kunnen worden
afgehandeld, zoals de uitverkopenwet, de
wet op de afbetalingen en zelfs de opheffing
van de handelingsonbekwaamheid van de
gehuwde vrouw. De Eerste Kamer heeft
nog een grote achterstand. Eind juli en
begin augustus zal zij eveneens nog verga
deren. Volgende week wordt echter het be
langrijkste wetsontwerp van deze parlemen
taire periode behandeld: de definitieve ou
derdomsvoorziening. Het staat wel vast dat
de eerste kamer dit wetsontwerp zal aan
De bromfiets in de Kamer
Voor de balie
Aandacht voor Het Roode Kruis"
Een succesvol zeehengelconcours
Leefwijze in Nieuw-Keeland
Critiek en waardering voor Minister Cals
Om een overwinning te behalen, moet men zorgen overwinnen
vaarden. Maar op de aanpassingsmogelijk
heden van de bestaande pensioenen is zo mo
gelijk nog groter dan in de Tweede Kamer
De Senaat kan echter een wetsontwerp niet
wijzigen. Zij kan slechts goedkeuren of ver
werpen. En in die situatie is het niet ver
wonderlijk dat zij overgaat tot de goedkeu
ring. Daardoor zal er weer een machtige
vleugel aan het sociale huis van Neder
land zijn aangebouwd.
(Nadruk verboden)
Eer ons blad vorige week op de pers ging,
hadden we nog de gelegenheid daarin een
verslag op te nemen van de door de Raad
van State gehouden openbare zitting in ver
band met het beroep van de gemeenteraad,
alhier, waarbij vernietiging werd gevraagd
van een besluit van Gedeputeerde Staten
van Zeeland met betrekking tot de bouw
van een nieuwe chr. school. Om dat nog te
kunnen doen, moesten we echter gebruik
maken van het hieromtrent in de P.Z.C op
genomen verslag, zoals we ook onderaan
vermeldden. De P.Z.C. had hierbij gebruik
gemaakt door een speciale verslaggever,
vermoedelijk uit Den Haag.
Het blijkt dat die verslaggever niet op
alle punten juist is geweest. Een en ander
kan voor de inwoners van Poortvliet een
verwarrende indruk geven .waarom we dit
even willen rechtzetten. Een klein slippertje
was dat werd doorgegeven, als zou burge
meester van Doorn hebben beweerd, dat het
derde lokaal in 1933 is gebouwd, wat 1923
moest zijn.
Van meer belang is evenwel de passage:
„Het raadslid de heer D. Uijl onderstreepte
nog eens het betoog van zijn collega (dit
was raadslid van Ast als tegenstander van
nieuwbouw - red) en was van oordeel, dat
het gemeentebestuur alsnog zijn volle mede
werking bij een restauratie van de bestaande
school zal willen verlenen."
Deze passage nu is onjuist. Persoonlijk
hadden we ons daarover trouwens al ver
wonderd, omdat ons uit de raadsvergade
ringen, waarbij deze kwestie werd besproken,
voldoende was gebleken, dat de heer Uijl
wèl voorstander was van nieuwbouw (het
werd immers 43 bij stemmen, nl. wet
houders en genoemd raadslid voor, de
andere 4 leden tegen nieuwbouw). Velen
zullen met ons dan ook gedacht hebben
aan een zekere ommezwaai van dhr. Uijl.
Dat is niet het geval. De bedoelde verslag
gever was namelijk onjuist. De heer Uijl
heeft gezegd tijdens deze openbare zitting,
dat het hem wel bekend was dat het be
treffende schoolbestuur aanvankelijk voor
restauratie van de onderwerpelijke school
was, doch dat ze na een bespreking met de
Inspektie Onderwijs te Goes, die deze'
restauratie (welke enkele tienduizenden gul
den zou kosten) als weggegooid geld be
schouwde en daarom adviseerde tot aan
vrage nieuwbouw, dat daarna bovenbedoeld
schoolbestuur besloot dit advies op te vol
gen. Temeer omdat de financiële consequen
ties van één en ander toch niet of niet
noemenswaardig zou verschillen.
De heer Uijl liet dus ook voor de Raad
van State uitkomen, dat hij voorstander van
nieuwbouw was en niet, zoals de door ons
geciteerde verslaggever meende: tegen
stander.
Het leek ons gewenst dit recht te zetten.
Het omweidingssysteem in de nieuw ver
kavelde polders heeft een grote vlucht ge
nomen. Het initiatief door de boeren, met
behulp van de R.L.V.D. ontwikkeld, is zeer
prijzenswaardig. Dat men streeft naar een
betere graslandexploitatie kan ieder zien.
Om tot een verantwoorde economische
exploitatie te komen is men er echter niet
alleen met het omweidingssysteem maar dit
vraagt meer. Men zou kunnen zeggen dat
de eerste stap is gezet.
BEMESTING GEDURENDE
HET WEIDESEIZOEN
FOSFAAT
In de Scherpenisse- en de Schakerloopolder
heeft men te maken met fosfaat vastleggende
gronden, daarom is een overbemesting met
superfosfaat gedurende het groeiseizoen (ju
ni, juli) zeer aanbevelenswaardig.
STIKSTOF
Men kan beter in de loop van de zomer
meerdere malen kleine hoeveelhden geven,
30 - 50 kg N per ha, dan een grote hoeveel
heid in één keer. Na het maaien of afweiden
zo spoedig mogelijk stikstof strooien, zodat
de tijd tussen het aanwenden en het inscha-
ren drie weken bedraagt.
STALMEST
Vanouds wordt deze in Zeeland op bouw
land aangewend. Een geregelde bemesting
met stalmest (augustus) zal uw grasland
zeer ten goede komen. Voorwaarde is. dat
de stalmest kort en goed verteerd dient te
zijn.
ONDERHOUD VAN DE
ONTWATERING
Nog te vaak heerst de mening dat de de
tailontwatering alleen in de herfst in orde
moet worden gebracht om water overlast
in de winter zoveel mogelijk te voorkomen,
Een geregelde controle van de greppels
gedurende het weide-seizoen is onontbeerlijk
Greppels kunnen immers verstopt raken door
intrappen, woelen van mollen enz.
In een regenperiode kan dit grote schade
opleveren voor het grasbestand.
NA HET WEIDEN DIENEN
REGELMATIG DE BOSSEN
GEMAAID TE WORDEN
Bij het weiden met te weinig vee of te
laat inscharen ontstaat een ruige weide
met bossen. Het nadeel hiervan is, dat het
vee dit minder smakelijke gras niet wil
eten, dat de zode slechter wordt en dat de
onkruiden toenemen. Regelmatig de bossen
maaien is dus noodzakelijk.
ONKRUIDBESTRIJDING
In de meeste graslanden komt nogal veel
onkruid voor. De voornaamste zijn distels
en boterbloemen. Een bestrijding hiervan
die zeer goed is uit te voeren met groei
stoffen zal straks dringend nodig zijn. De
bestrijding is het beste toe te passen wan
neer bij de boterbloemen de eerte knoppen
zichtbaar worden. Door de bestrijding met
groeistoffen wordt de klaver tijdelijk vrij
sterk teruggedrongen. Indien men na de
bestrijding echter niet zorgt dat de bemes
ting, het gebruik en de verzorging van het
grasland goed zijn, zal men zien dat het
onkruid weer spoedig de overhand krijgt.
Het mag algemeen bekend worden geacht
dat daar waar onkruid groeit geen gras
kan groeien en men hierdood financieel grote
schade kan lijden.
EGGEN
Na iedere keer verweiden is het goed
d.m.v. een kettingeg of nog liever een wei-
desleep, het perceel te eggen. Het is immers
van groot belang om tijdig de mestflatten te
verspreiden om de vorming van bossen te
gen te gaan. Deze bossen die anders rond
de mestflatten groeien worden niet door het
vee afgegraasd.
HERINZAAI.
In sommige graslanden in de Scherpenisse-
polde is het grasbestand slecht. De nieuw
ingezaaide weilanden hebben over het alge
meen een zeer goed grasbestand. Het is dan
ook zeer de moeite waard hier eens een
kijkje te nemen. Dat op deze weilanden de
inscharingsdichtheid veel groter is, staat
vast. Het financieel rendement van deze
nieuw ingezaaide graslanden zal veel groter
zijn dan van het grasland met een slecht
grasbestand. Wellicht dient in overweging
te worden opgenomen percelen met een slecht
grasbestand opnieuw in te zaaien. Dit kan
het beste gebeuren door begin augustus
dit weiland enige malen te fraisen en met
een goed mengsel BG V of BG VII eind
augustus opnieuw in te zaaien.
Hoewel het in de praktijk niet in alle
gevallen uitvoerbaar zal zijn verdient het
aanbeveling om bijv. begin augustus 1956
te fraisen, de grond goed te bewerken in
september 1956 en dan het opvolgende jaar
een gewas te telen, waarna in augustus 1957
het grasmengsel ingezaaid kan worden, in
de tussentijd kan dan een eenjarige kunst-
weide op bouwland aangelegd worden.
De Assistent A. v. d. R.L.V.D.
J. Markusse