I
I I
WEEKBLAD VOOR HET EILAND THOLEN EN ST.FILIPSLAND
Ook het gunstige weer was van grote
invloed op de verkavelde polders
De betekenis van het Deltaplan.
THOLEN
MT IEDER
VRIJDAG
WAARIN OPGENOMEN DE THOOLSE COURANT
WAT DOET DE DRAINAGE
Het Parlementair Overzicht
Het interessante
Landaanwinningsnummer van het Zeeuws Tijdschrift.
De Redactie legt U in deze pagina's voort
Huur- en belastingvoorstellen in
Eerste Kamer
Critiek op minister Witte neemt toe
lie Jaargang No. 39
12 Augustus 1955
Uitgevers Firma C. Dieleman en G. Heijboer
Redactie Kerkring A 473, St. Annaland - Telefoon 47
Administratie Oudelandsestr. 9, Tholen - Tel. 57 - Giro 124407
Abonnementen" 1.20 per kwartaal
franco p.p. 1.45 incassokosten
Prijs per nummer 10 cent
Advertentiën ƒ0.10 per millimeter Minimum 2.00
Spierinkjes tot en met 20 woorden 1.00, elk woord meer 0.05
Advertenties worden tot uiterlijk Donderdagmiddag 1 uur ln Tholen aangenomen
of moeten daar binnen zijn
Zo uitermate slecht de weersgesteldheid is geweest tijdens de
verkavelingswerkzaamheden nimmer heeft de Ned. Heide Mij
onder dergelijke moeilijke omstandigheden verkaveld zo goed
heeft de natuur na die tijd voor de verkavelde polders gewerkt.
En deze langdurige droge periode met toch nog op z'n tijd het
gewenste buitje was inzonderheid effectief voor de Scherpenisse
polder, zo hebben we ons door verschillende landbouwers daar
laten vertellen. En wanneer we Kees Noordijke weer even aan het
woord laten, moet er volgens hem opnieuw evenals in 1945
gesproken worden van het wonder van Tholen. Die de chaos,
blubber, diepe sporen, machtige kleistukken dit voorjaar heeft
gezien en nu op deze oogst kijkt, moet wel opnieuw van een
Thoolse wonder gewagen, vindt Noordijke.
Dit neemt niet weg, dat ik altijd tegenstander van de herverkave
ling zal blijven, besloot een andere klein-landbouwer uit West-
kerke zijn mededelingen, ook al ben ik er dan dit jaar zeker niet
op achteruit met m'n 800 roeden meer, wantik heb toch liever
mijn eigen land.
Daar is Mosselman benieuwd naar, die
op de grond die hij vroeger had ook
altijd nogal moeilijkheden had met de
afwatering, althans gedeeltelijk. Het is
voor hem dan ook nog een grote vraag
of het daar nu beter zal gaan. Een
vraag die overigens dank zij de droge
periode nog niet kan worden beant
woord.
Maar Mosselman is daardoor nog niet
ontmoedigd. Want er is beloofd dat het
verbeterd wordt als het met de drainage
niet goed gaat, besluit hij. En daarom is er
op dit ogenblik dan ook nog niets direct
te veroordelen.
IN OPPERVLAKTE VOOR
IN KWALITEIT ACHTERUIT
Een paar namen hebben we in deze arti
kelen genoemd van landbouwers die ons
hun mening over herverkaveling en huidige
oogst kenbaar maakten. Dat was alleen
om U er van te overtuigen, dat het niet
een zo maar uit de lucht gegrepen ver
haaltje is wat we hier schrijven. We ont
moetten evengoed personen, die hun naam
in dit verband liever niet vermeld zagen.
Natuurlijk zullen we het ons in deze ge
schonken vertrouwen niet beschamen. Dat
vertrouwen werd ons ook geschonken door
een landbouwer in Westkerke. Hij heeft 12
gemeten land en is en blijft, zegt hij, te
genstander van de verkaveling. Dwars door
zijn land is een weg aangelegd. Van de 5
plaatsen, waar zijn bedrijf eerst verspreid
lag, zijn het er nu vier geworden. Bij de
voorlopige toedeling dus. Hij had liever
zijn eigen grond gehouden, ook al kreeg
hij bij deze tijdelijke toedeling 800 roeden
land meer om te beboeren. Maar hij zit nu
met enkele gedempte sloten in zijn akkers,
waar naar zijn mening niet voldoende ko-
rengrond opgegooid is. Bent LI er financieel
op achteruitgegaan Nee, dat kan ik nu
nog niet zeggen, is het antwoord. Het wordt
door de verbeterde wegen en waterlopen
een procent of 3 a 4 minder en we krijgen
natuurlijk herverkavelingsrente, maar ik kan
nu niet definitief beweren, dat ik financiële
schade zal lijden, erkent de Westkerker. Ik
moet bekennen, dat de oogst er ondanks de
grote rommel, die dit voorjaar nog gemaakt
is, niet tegenvalt. Zeker niet. M'n gerst kon
ik pas op 7 Mei inzaaien en ze staat er
zwaar genoeg voor. Maar op de gedempte
sloten is er niets opgekomen. M'n buurlui
HET VALT (NOG) NIET TE
ZEGGEN HOE DE DRAINAGE
WERKT
U weet, dat we in de Poortvlietse polder
waren. We hadden in de buurt van de
„Zandhoeve" een paar landbouwers gespro
ken. U las ook wel, hoe het hen was mee
gevallen, deze eerste oogst na de verkave
ling. In dezelfde buurt was men nog bezig
een eindje sloot te trekken. Het was het
laatste van de waterlopen in deze polder.
Een nog achteraankomend karweitje, zoals
er thans ook nog een paar insteekwegjes
worden aangelegd in de Scherpenissepolder.
Maar we blijven nog even in de Poortvlietse
polder en zien een paar honderd meter ver
der landbouwer Mosselman in de zgn.
„Klapshoek" aan het werk: erwten pikken.
Hij beboert zeven gemeten. Voor zijn doen
heeft hij werk genoeg. Men kan die opper
vlakte zo intensief maken als men wil.
Voor de verkaveling lag zijn bedrijf op twee
plaatsen. Het is nu één stuk geworden.
Dat is dus wel een vooruitgang. Op de
wenszitting heeft hij dat kenbaar gemaakt.
En dat kon. Op zijn grond is er wel ge
draineerd, maar niet geëgaliseerd. Mossel
man is zeker niet enthousiast over de ver
kaveling, maar wil ook geen ongegrond te
genstander zijn. En voor dat laatste heeft
hij op het ogenblik geen reden. „Bij dit weer
is het hier meegevallen" merkt hij op.
„Ook waar het wel geëgaliseerd is, zoals
daar bij mijn buurman. Hij heeft ontdekt
dat een suikerbiet en de haver behoorlijk
tegen deze meer of mindere „structuurbe-
derving" bestand zijn en daar heeft hij zover
ook door anderen beoordeeld, wel gelijk
aan. Misschien gaat de gerst wel iets te
vroeg dood waarom de korrel wat minder
vol kan worden, maar het is ons toch mee
gevallen. We zijn er allemaal bang van
geweest. Gelukkig dat er grote soepelheid
was hier. Ik heb er althans geen klagen
over, vond Mosselman. Terwijl de dragline
nog bij mijn buurman aan het werk was,
mocht ik al inzaaien. Het is buiten .onze
verwachting dat hij wijst ons twee stuk
ken suikerbieten de peeën waar niet ge
ëgaliseerd is nog minder staan dan dat stuk,
waar flink is geëgaliseerd.
De vraag is evenwel nog of de bui
zen het goed zullen doen. Daarop kan
men nu nog geen staat maken met deze
droge periode. Wat zal hel dan doen
staan er beter voor, want ik moet zeggen,
dat ik het vrijwel het slechtst heb getrof
fen in deze hoek. Daarom heb ik ook 800
roeden grond meer gekregen, waar ik slech
tere grond ben toebedeeld dan ik tevoren
had. In kwaliteit ben ik dus achterop, in
kwantiteit niet. Maar ik voel niet voor die
verkaveling, ik blijf liever op eigen grond.
Wel moet ik zeggen, dat men op het Bu
reau van Uitvoering tegemoetkomend is.
Daar heeft men mij altijd goed te woord
gestaan en getracht mijn wensen zoveel mo
gelijk in te willigen. Last heb ik nog even
gehad met de uitvoerder hier van de egali
satie. Die ging er wat bruut aan staan en
daar ben ik helemaal niet van gediend op
mijn eigen grond. (Geef hem eens ongelijk).
Dus ja, recapituleert deze Westkerker, te
gengevallen is het eigenlijk niet, maar toch
ben ik tégen deze hele herverkaveling.
Zo lezers, hoorde 11 enkele stemmen
uit de verkavelde polders. Meent niet,
dat deze Poortvlietse- en vooral ook
deze Scherpenisse polders de gemakke
lijkste zijn geweest in ons verkavelings-
gebied. Integendeel, er zijn een veel
groter aantal polders op ons eiland, die
veel minder ingrijpend bewerkt behoe
ven te worden dan er zijn die eenzelfde
bewerking moeten ondergaan als deze
Scherpenisse polder.
Vanzelfsprekend zijn we met de be
langhebbenden benieuwd, hoe de draina
ge zal werken. De regen in het begin
van deze week kan daaromtrent nog
geen uitsluitsel geven. Dan moet er nog
heel wat meer vallen. We hopen niet
dat die proef de eerste paar maanden
al genomen kan worden. We kunnen
nog best droog weer gebruiken. Maar
benieuwd zijn we. Zeker na al die ge
ruchten over het „er maar ingooien van
de buizen, het schandelijk draineren."
Verkavelen is een ingrijpend iets. Dat
hebben we met de meningen van de
landbouwers in deze polders weer te
geven, zeker niet willen verdoezelen.
Maar we zijn met hen ook met de
tegenstanders daar toch verheugd, dat
we hun unanieme conclusie mochten
overbrengen over de stand van deze
polders, bij de eerste oogst, in Augustus
1955: HET VALT ONS MEE.
Graag zullen we in een slotartikel nog even
vertellen, dank zij enkele gegevens van het
Bureau van Uitvoering en dank zij het
jaarverslag 1954, wat in laatstgenoemd jaar
werd gedaan, wat in 1955 nog wordt ge
daan en wat hoogstwaarschijnlijk volgend
jaar staat te gebeuren in het herverkave-
lingsgebied van het eiland Tholen.
Het is met een zekere huivering dat we hier het vorige week
verschenen landaanwinningsnummer van het Zeeuws Tijd
schrift aankondigen. Niet om.dat de inhoud hiervan zoveel
huiveringswekkends biedt. Zeker ook niet, omdat daarop een
sensationeel stempel staat.
Maar, terwijl we elders in dit nummer een artikel plaatsen
over de herverkaveling, komen we met bespreking van boven
staande aan een probleem dat van een nog verstrekkender
betekenis is voor ons gewest, zeker ook voor onze eilanden.
Zal deze evolutie niet te veel van ons geestelijk evenwicht
vragen
Of zullen al deze elkaar zo snel opvolgende problemen onze
eilandbewoners down maken, inzonderheid de oudere
generatie
De voorlichtingsorganen hebben niet alleen de taak de
bevolking op de hoogte te brengen, ze hebben daarbij ook de
verantwoording onnodige onrust te voorkomen.
Kunnen we dan zonder meer aan al die problemen voorbij
gaan Zeker niet. Ook zonder dat we het willen staan we er
midden in. En moeten ze onder het oog zien.
Daarom ook mogen we niet voorbijgaan aan dit belangwek
kend Landaanwinningsnummer, waar het Deltaplan en de
gevolgen voor ons gewest zo in het middelpunt zijn geplaatst,
maar waarin ons toch wel bijzonder trof de twijfel van „Van
der Zee' in zijn „Het Deltaplan, de Zeeuwen en ik", de
twijfel of de isolementsverlossing voor ons Zeeuwen ook een
innerlijkeverlossing zal worden.
Géén Deltaplan om economische reden, maar omdat het de
levensveiligheid van tienduizenden mensen in zo'n mate
vergroot.
VOORAANSTAANDE LANDGENOTEN
GEVEN HUN VISIE
Een groot, een goed en groots nummer is
deze uitgave van het Zeeuws Tijdschrift.
Zestig pagina's dik, bevat het een staal
kaart van meningen over het Deltaplan en
de gevolgen voor ons gewest. Groots is
het vanwege de bijdragen van vele bekende
en op hun terrein zeer deskundige Neder-
VORDERINGENKAART WATERLOPEN
ONTWORPEN
UITVOERING
GEREED
O ONTWORPEN
GEREED
STAND PER 31 DEC. 1954
GEMAAL RESP ONDERBEMALING
5krrt
<5»
Nevenstaand cliché (dit en vo
rige werden ons welwillend afge
staan door se-cr. Herv. Comm.
Zeeland) geeft voldoende duide
lijk de situatie weer per 31 Dec.
1954 omtrent de afgewerkte wa
terlopen. De Schakerloopolder op
Tholen staat op dit kaartje nog
als zijnde in uitvoering, maar is
inmiddels ook afgewerkt. Scher
penisse en Poortvliet-Zuid zijn
klaar, behalve nog een kleinig
heid bij de „Zandhoeve".
In Stavenisse vordert men nu
ook goed met wegen en water
lopen. Deze gemeente wil men in
1956 in zijn geheel afwerken, dus
ook wat egalisatie betreft. Ook
in de Thoolse polders gaat men
verder, terwijl gehoopt wordt dat
de financiële situatie het moge
lijk zal maken in 1956 ook Oud-
Vossemeer voor zover het de wa
terlopen betreft af te werken.
Tenslotte wil men ook de onder
bemaling in Poortvliet gereed
krijgen.
Hoe zal het met de drainage gaan in de
verkavelde polders
Verschillende visie op het Deltaplan
(Zeeuws Tijdschrift)
Kleuterlustde nieuwe Thoolse kleuterschool
Huur- en belastingvoorstellen in de Eerste Kamer
Jan Overeenkam en de waterspo(r)t
Weinig mensen denken, doch ze houden er allen opinies op na
(Berkeley)
landers. Een bijdrage tot een bredere opinie
vorming over de zo zeer ingrijpende pro
blemen, welke steeds nader tot ons komen.
Een Deltanummer van het Zeeuws Tijd
schrift, dat we allen die met dit probleem
te maken krijgen en dus zeker alle eiland
bewoners zouden moeten kunnen lezen.
Het „Ten geleide" is van de Minister
van Verkeer en Waterstaat mr. J. Algera,
„Zeeland staat op het ogenblik in het
brandpunt van de belangstelling."
Zeer begrijpelijk is de bijdrage van P.
W. Kalkwijk: „Toekomstige landwinst in
het Zuidwestelijk Deltagebied." Behalve ge
bieden, die ook zonder uitvoering van het
Deltaplan als cultuurgrond kunnen worden
gewonnen bespreekt hij de mogelijke land-
winst na uitvoering van dit grote plan, o.m.
de buitengronden langs de Krabbenkreek en
de Eendracht (landwinst ca 2200 ha).
Een dame en zeven heren hielden een
interessante discussie over de sociaal-cultu
rele veranderingen door het Deltaplan. Deze
discussie werd samengevat onder de titel
„Verkenningen door onbekend gebied
Kansen en gevaren van het Deltaplan."
Achtereenvolgens wordt hierin besproken:
Het werk (invloeden tengevolge van inten
sief werkcontact), Recreatie (verscherping
generatieconflict), Industrie (boven alles
agrarisch), Visserij (spoedige zekerheid ge
wenst), Handel en Middenstand (concur
rentie, c.q. activiteit), Landbouw (geen
grote invloed?), Verkeer (versnelde ont
wikkeling).
Daarna vinden we het artikel van de
burgemeester van Yerseke, A. C. Willem-
sen: „Hoe denkt de Zeeuwse oester- en
mosselkweker over het Deltaplan."
Deze burgemeester becritiseert hierin de
argumenten die naast veiligheid als door
slaggevende motieven voor uitvoering van
het Deltaplan worden gesteld. Het is goed
dat er ook zulke mensen in Zeeland wonen.
Het is een voorrecht voor de visserij, dat
het onder meer deze voorvechter bezit.
Zeer aannemelijk is zijn critiek op de
zgn. ontzilting evenals op de ontsluiting.
Minder steekhoudend lijkt ons wat hij hier
op nog ten aanzien van de veiligheid aan
voert. Inderdaad zit er voor de bewoners
langs de Ooster-Schelde de komende 25
jaar nog een groot risico in, maar wanneer
die plannen niet uitgevoerd worden zal dit
risico er na die 25 of 30 jaar nog zijn, zelfs
al gaan de dijken omhoog. Desondanks zal
het geheel een sympathiek oor verleend
worden en treffend staat er aan het slot
van zijn inleiding: „als een varken gekeeld
wordt, schreeuwt ie en niemand verlangt
dat dit geluid harmonisch zal zijn."
Na bovenstaande spreekt het „Schoon
Saeftinghe, land wachtend op herleving"
door drs. L. Lockefeer minder direct en
sterk, maar is in dit nummer toch ook zeker
op zijn plaats en interessant.
Vervolgens komen negen Nederlanders
aan het woord: Mr. Dr. L. N. Deckers,
voorzitter van de A.N.V.V. -het Delta
plan -(Toeristisch van grote betekenis)
Anton v. Duinkerken, letterkundige (Eerst
vervreemding, daarna samenhang), Ir. F.
Q. den Hollander, president-directeur der
N.S. (Geen spoorwegen over de dammen).
Monseigneur J. P. Huibers, bisschop van
Haarlem (Kerk, weest waakzaam), Dr. P.
J. Meertens, directeur Dialect-bureau Kon.
Academie van Wetenschappen (dialecten
blijven), H. D. Louwes, voorzitter Land
bouwschap (Deltaplan kan nodige zoetwa
ter geven; zout water, volksvijand no. 1),
Dr. J. P. v. Praag, voorzitter Humanistisch
Verbond (nieuw land, nieuw volk be
zinning en bezieling), T. J. Twijnstra, voor
zitter Verbond van Ned. Werkgevers (gun
stiger vestigingsfactoren) en Ds. H. J. F.
Wesseldijk, voorzitter Ned. Herv. Synode
(geestelijke veranderingen).
Over bodem en zeespiegelbeweging in
Nederland schrijft A. de Visser, bodemkun-
dig opzichter van de Stichting voor Bodem-
kartering en „Van der Zee" raakt met zijn
„Het Deltaplan, de Zeeuwen en ik" meer
dan het uiterlijke Deltaplan (Van een vrees
dat Zeeland als Zeiand ten onder zal
gaan...) Het mag serieuzer genomen wor
den dan deze wat speels lijkende ontboeze
ming.
Weer iets anders maar toch ook wéér
<een aantrekkelijke schakel in dit „Zeeuws
nummer" is de bijdrage van A. de Visser,
bodemkundig opzichter van de Stichting
voor Bodemkartering: „Herstel der wilde
plantengroei in geïnundeerd gebied."
De Directeur-Generaal van de Rijkswater
staat ir. A. G. Maris wijst op de prachtige
toekomst voor vele Zeeuwse jongeren in
het waterbouwkundige vak. 25% van het
aantal technische waterstaatkundige ambte
naren is Zeeuw.
Het laatste woord heeft de heer L. W.
de Bree, leraar R.H.B.S. te Vlissingen, die
over de Zeeuwse eenheid schrijft in het
.licht van het Deltaplan.
Vooral het laatste gedeelte van onze be
schouwing is een kort en bondige opsom
ming geweest van schrijvers en titels der
onderwerpen. Het zou te ver voeren alles
uitvoeriger te bespreken. Toch hopen we
dat zelfs deze korte samenvatting voor ve
len nog niet-Z. T. abonné's aanleiding is
zich nu als zodanig te laten inschrijven, niet
alléén, maar voor ditmaal toch wel in het
bijzonder om daardoor ook volledig kennis
te kunnen nemen van nummer 3 en 4 van
de 5e jaargang van het Zeeuws Tijdschrift:
van het Landaanwinningsnummer.
Het stond reeds bij voorbaat vast dat ook
de Eerste Kamer de voorstellen tot huur
verhoging en belastingverlaging zou goed
keuren. Na het rumoer dat daarover is ont
staan (het resulteerde in een zeventien-
daagse kabinetscrisis) was het duidelijk, dat
het de Senatoren niet gegeven zou zijn aan
het gesloten compromis te dokteren. Waar
om zouden zij de politieke samenwerking
verbreken Voor de regeringspartijen is er
nu alles aan gelegen het Kabinet in stand
te houden. Brokken zullen voor 17 Juni
1956 niet meer worden gemaakt, maar dit
wil zeker niet zeggen dat de politieke vlam
men na Januari niet hoog zullen oplaaien.
Dan wordt er in de Kamer de voorbereiding
voor de verkiezingsstrijd gevoerd.
Nu was dus alles rustig. Uitermate rus
tig zelfs, zoals wijze Senatoren trouwens be
taamt. Het was een vlak debat, zonder een
nieuw gezichtspunt. Dat kon ook moeilijk
meer. Maar toch zijn er honderden mensen
geweest die van dit debat hebben genoten.
Het waren de vacantiegangers, die wegge
spoeld van de Haagse en Scheveningse
stranden hun heil moesten zoeken in de bin
nenstad, waar zij behalve van de intocht
van de jaarlijkse bloemenkoningin ook nog
konden porofiteren van de vergadering der
Eerste Kamer. Rijen dik stonden deze va
cantiegangers te wachten tot er eindelijk
een plaatsje vrij was op de publieke tribune.
Zij hebben kunnen zien hoe belangrijke za
ken op een uiterst rustige wijze worden be
handeld. Maar velen zullen niet gemerkt
hebben dat de critiek op het beleid van mi
nister Witte eigenlijk in hevigheid is toe
genomen. Door vrijwel alle fracties is steen
en been geklaagd over de woningbouwpoli-
tiek, waarmee de huurpolitiek uiteraard
nauw samenhangt. In die critiek speelde de
oppositiepartij, de v.v.d., natuurlijk de
grootste rol. Maar het valt zeker niet te
ontkennen, dat de regeringspartijen niet ach
terbleven, al trokken zij uit dit beleid niet
de uiterste consequentie. Prof. Molenaar
(v.v.d.) zei het heel duidelijk: het beleid
van minister Witte heeft ons vertrouwen
verloren. Waarom kan het Kabinet geen
schema geven voor de oplossing van het
huurprobleem Is het werkelijk noodzake
lijk, dat het dit overlaat aan het volgende
Kabinet Deze ministers hebben dit enorme
vraagstuk, van grote morele betekenis, niet
tot een oplossing kunnen brengen. Het Ka
binet heeft dus gefaald. En volgens de
v.v.d. is dr. Drees daarvoor het meest aan
sprakelijk. Als leider van het Kabinet is
hij tekort geschoten. Hij had een oplossing
moeten vinden voor het huurvraagstuk toen
bleek dat de Tweede Kamer de kreupele
huurverhoging zou verwerpen. Dat hij dit
niet heeft gedaan pleit niet voor zijn stuur
manskunst. Dé leiding is op dit gebied nu
overgenomen door verschillende politieke
groepen, die thans het Kabinet steunen.