WEEKBLAD VOOR HET EILAND THOLEN EN ST.FILIPSLAND Drastische onderwijshervormingen op komst. WAARIN OPGENOMEN DE THOOLSE COURANT RAADSVERSLAG ST. ANNALAND GARANTIE VOOR HET GROENE KRUIS. OVER OUDE EN NIEUWE STRAATNAMEN. WAT GAAT ER EIGENLIJK ALLEMAAL GEBEUREN? De Redactie legt U in deze pagina's voor: En de overdenking van deze week is, dat er drie middelen zijn om verstandig te worden: nl. nadenken het edelste, navolging het gemakkelijkste en ervaring het bitterste. RAADSVERSLAG POORTVLIET. Het Brandweerwezen Ontslag en benoeming lantaarnopsteker De Paasdijkweg moet ver beterd worden. lie Jaargang No. 33 1 Juli 1955 Uitgevers Firma C. Dieleman en G. Heijboer Redactie Kerkring A 473, St. Annaland - Telefoon 47 Administratie Oudelandsestr. 9, Tholen - Tel. 57 - Giro 124407 Abonnementen 1.20 per kwartaal franco p.p. 1.45 incassokosten Prijs per nummer 10 cent Advertentiën ƒ0.10 per millimeter Minimum ƒ2.00 Spierinkjes tot en met 20 woorden 1.00, elk woord meer ƒ0.05 .Advertenties worden tot uiterlijk Donderdagmiddag 1 uur in Tholen aangenomen of moeten daar binnen zijn (Door een onderwijsdeskundige) Op het congres van de Nederlandse Chris telijke Landarbeidersbond, dat enige dagen geleden werd gehouden te Putten, heeft de heer Hey uit Ede, secretaris van de C. B. T. B. een tipje opgelicht van de sluier, die er momenteel nog hangt over de plannen tot onderwijshervorming op grote schaal, welke sedert geruime tijd in studie zijn op het Ministerie van Onderwijs, Kunsten en We tenschappen. De heer Hey zeide n.l. o.m. dat naar alle waarschijnlijkheid volgend jaar de leerplicht met een negende leerjaar zal worden uitgebreid. Zijn wij goed ingelicht, dan staan de vol gende wijzigingen van het lager, middelbaar en hoger onderwijs op stapel: 1. 6. 7. 8. Invoering van een negende leerjaar op de lagere school. Erkenning en gelijkstelling van het kleuteronderwijs met het L.O. Uitbreiding van het V.G.L.O. Opheffing van de U.L.O.-scholen. Uniformering van de leerboekjes op de lagere scholen. Verlegging van de aanvang van het schooljaar voor alle categorieën van onderwijs van de le September naar de le Januari. Examens uitsluitend in de maand No vember. Instelling van de titel „register-inge- nier" voor technici, die niet in Delft of Wageningen afgestudeerd zijn. Wanneer we puntsgewijs deze hervormin gen even onder de loupe nemen, dan stellen we ons voor, dat punt één bij heel wat ouders bezwaren zal opleveren. Voorname lijk voor de kinderen, die toch niet verder leren, heeft nog verdere verlenging van de leerplichtperiode tot op zekere hoogte wei nig zin. Wanneer we hier echter tegenover stellen, dat nog steeds ca 60% van het Ne derlandse volk geen eenvoudige brief kan schrijven zonder taaL en/of stijlfouten, dan moet er toch wel ergens iets haperen aan het lager onderwijs. Punt 1 is min of meer gekoppeld aan de punten 3 en 4. Vooral punt 4 zal nog wel enige tegenstand ontmoeten in de onderwijs wereld. De finale opheffing van de U.L.O.- scholen wil evenwel niet zeggen, dat het Uitgebreid Lager Onderwijs verdwijnt. In tegendeel. Volgens de plannen, welke men thans in Den Haag uitwerkt, wil men het gewone zesklassige lager onderwijs geheel handhaven. In de laatste drie leerjaren, 7, 8 en 9, wil men de leerlingen gaan splitsen naar de begaafdheden en beroepskeuze. Men stelt zich voor, dat de leerling, die de 6 klassen van de lagere school met goed ge volg heeft doorlopen, te plaatsen in de 7e klasse, hetzij voor V.G.L.O., dan wel voor U.L.O. In de practijk zal dit dus betekenen, dat op de duur iedere lagere school tevens een school wordt voor V.G.L.O. en U.L.O. Het zal ook betekenen, dat men twee zeven de klassen krijgt op iedere school; hetzelfde geldt uiteraard voor de achtste en negende klasse, tenzij een nevenplan zal kunnen worden verwezenlijkt, dat inhoudt, dat in een bepaalde gemeente de ene school uit sluitend V.G.L.O.-onderwijs geeft in de drie hoogste klassen en de andere school uit sluitend U.L.O.-onderwijs. Dat dit nog wel tegenstand zal ontmoeten t.o.v. de religie, behoeft wel geen betoog. De invoering van het negende leerjaar wil evenwel geenszins betekenen, dat alle kinderen deze negen jaren op de lagere school in haar nieuwe vorm zullen moeten uitzitten. Integendeel. Aan het einde van ieder schooljaar, aanvangende na het 6e, zullen bepaalde leerlingen in de gelegenheid worden gesteld om over te gaan naar an dere onderwijsinrichtingen. We denken in dit verband aan de Huishoudschool, Lagere Land- en Tuinbouwschool, Technische school (Ambachtschool), H.B.S., Gymna sium, Grafische Vakschool, enz. In dit op zicht zal er dus weinig veranderen, aange zien b.v. een meisje, dat de zes klassen van de lagere school met goed gevolg heeft doorlopen, onmiddellijk geplaatst zal kun nen worden op een Huishoudschool. Alleen zal zij, doordat de leerplicht met één jaar verlengd wordt, inplaats van twee, drie jaren moeten doorbrengen op de Huishoud school, wat o.i. in het geheel geen bezwaar is. Ook aan de huishoudelijke kennis van tienduizenden jonge vrouwen mankeert nog wel het een en ander. Punt 5 juichen we van harte toe. Zoals de toestand momenteel is, dat er op de Ne- derlandsee lagere scholen 1001 leerboekjes zijn, kunnen we gevoegelijk spreken van een onzinnige toestand. Uniformering zal b.v. ten gevolge hebben, dat een vast leerplan gelijktijdig in alle Nederlandse lagere scho len gevolgd wordt. Voor een kind, dat b.v. wegens verhuizing naar een andere plaats, op een andere school komt, zal dit na de uniformering der leerboeken geen enkele moeilijkheid meer opleveren. Momenteel kan men constateren om maar eens 'n scherp voorbeeld te stellen -- dat kinderen in een derde klas van een stadsschool, soms ver der zijn dan de kinderen in een vierde klas van een school op het platteland. Over punt 2 behoeven we weinig te zeg gen. De erkenning en gelijkstelling van het kleuteronderwijs met het lager onderwijs is al geruime tijd in de pen en niemand zal daartegen een bezwaar kunnen hebben. Is dit éénmaal een feit, dan zal de kleuter school voor 100% kunnen dienst doen als instituut voor voorbereidend lager onder wijs. Reeds thans zijn er lagere scholen, waaraan een kleuterschool verbonden is, zo dat de leerling op 6-jarige leeftijd automa tisch kan overgaan naar de gewone lagere school, een en ander met inachtneming van de wettelijke bepalingen ten aanzien van de aanvang van het schooljaar. Voor zover bekend ligt het niet in de bedoeling het kleu teronderwijs verplicht te stellen. Wat de aanvang van het schooljaar be treft, dit heeft in de loop der jaren al heel wat tongen en pennen in beweging ge bracht. Op advies van het Ministerie zijn de laatste scholen in ons land, waarop het cur susjaar per 1 April begon, overgestapt op de le September. Dit heeft weliswaar heel wat voeten in de aarde gehad en met name op het platteland had men min of meer steekhoudende bezwaren. Een dezer bezwa ren tegen verschuiving van 1 Apjril naar 1 September, die veel gehoord werd, kun nen wij wel onderschrijven: Het kind, dat op 1 April op 6-jarige leeftijd naar school gaat, acclimatiseert beter gedurende de dan komende zomermaanden, dan het kind. dat op 1 September in de bank komt, omdat deze laatste vrijwel onmiddellijk de koude Wintermaanden tegemoet gaat. Evenwel, een algehele uniformiteit was hard nodig, te meer ook omdat reeds vele, jaren de insti tuten voor middelbaar onderwijs per 1 Sept. aanvangen. Het nieuwe plan aanvang van het schooljaar gelijk met het kalenderjaar is in wezen revolutionair. Ook dit plan zal wel veel tegenstand ontmoeten op de weg naar de status van wet. Maar er zitten on tegenzeggelijk vele goede facetten aan. In de eerste plaats wordt het cursusjaar door de zomervacantie als het tfrare in twee stadia gesneden. De leerling heeft dan een lange periode om uit te blazen, van ont- ontspanning te genieten en kan dan weer fris en monter aan de tweede, bovendien kortere, doch zwaardere periode beginnen en werken voor de overgang. In de tweede plaats zal de vacantiesprei- ding ook beslist een noodzaak voor ons land gemakkelijker plaats vinden. In ver band met het feit, dat ook de examens dan niet meer in de zomer zullen plaats vinden waarover straks nog een enkel woord zullen de zomervacanties uitgesmeerd kun nen worden over de periode 15 Mei15 September. Of deze verschuiving van de le Septem ber naar de le Januari op één keer moet geschieden, is niet bekend. Persoonlijk zou den we voelen voor een geleidelijke ver schuiving. Bijv. gedurende 2 of 3 jaren 1 October; daarna 2 of drie jaren 1 Novem ber, dan nog eens 2 of 3 jaren 1 Dec. en daarna definitief 1 Januari. Voor de leer lingen, die gedurende deze verschuivings periode de diverse scholen bevolken, zal zulks inhouden, dat zij 14 maanden langer zullen doen over hun leertijd, doch dit lijkt ons geen overwegend bezwaar. In de derde plaats is ook het grote voor deel van de verschuiving naar 1 Januari, dat dit ook automatisch een "verschuiving inhoudt van de examentijd. Reeds vele jaren zijn er stemmen opgegaan om de examen periode, die momenteel valt tussen ongeveer half Mei en eind Juli, naar een andere periode te verschuiven, omdat de warme weken van het jaar nu niet bepaald bizonder geschikt zijn voor de examens. Een ver schuiving naar de periode 130 November lijkt ons derhalve zeer aanbevelenswaardig en wij kunnen ons niet voorstellen, dat hier tegen veel bezwaar zal zijn. Ten slotte is ook nog van belang de in stelling van de titel „Register-ingenieur", welke titel gevoerd zal mogen worden door niet-academisch gevormde technici. Zij zul len echter, ter verkrijging van deze nieuwe titel, gedurende een bepaalde periode (25 jaar) werkzaam geweest moeten zijn in een bedrijfstak van middelbaar technisch niveau. Waarschijnlijk zal bij de invoering een re delijke overgangstermijn worden gesteld. In ieder geval zullen zij, die in het bezit zijn van een einddiploma M.T.S. onmiddellijk de nieuwe titel kunnen voeren. Zij zullen „ing." achter hun kwaliteit mogen plaatsen. Woensdag 29 Juni jl. kwam de voltallige gemeenteraad te St. Annaland in openbare vergadering bijeen. De hier meer weinig ter zake doende ingekomen stukken werden voor kennisgeving aangenomen. Ook verschillende nieuwe uniforme sa lariswijzigingen of regelingen gingen zon der meer onder de hamer door. Voorlopig vastgesteld werd het exploi tatiebedrag openbaar lager onderwijs over 1954. De totale kosten beliepen 4582,66. Naar een norm van 26,02 per leerling was er in totaal beschikbaar gesteld een bedrag van 2662,71, zodat het bedrag waarmee de beschikbare som was over schreden 1919,95 bedroeg. Hiervan blijft een post voor instandhouding gebouwen ad 1801,41 buiten beschouwing, zodat het eigenlijk overschreden bedrag wordt be paald op 118,54. Het exploitatiebedrag 1954 wordt met inachtneming van de laatst genoemde som vastgesteld. Ook de slotwijziging begroting 1954 en wijziging begroting 1955 beschouwt de raad slechts als een formaliteit. Aan de orde is vervolgens het voorstel tot waarborging van rente en aflossing geldlening plaatselijke afdeling Groene Kruis St. Annaland. In het prae-advies wordt er op gewezen, dat een Zwitserse gift van 35.000,voor het oprichten van een wijkgebouw met zus- terwoning ten behoeve van de afdeling St. Annaland was beschikbaar gesteld aan de algemene Nederlandse vereniging ,,Het Groene Kruis." Voorwaarde daarbij was, dat tevens een badhuis zou worden ge bouwd. Voor bouwkosten badhuis is geraamd 16.000,verwarmingsinstallatie ƒ9120, inrichtingskosten 4880,zodat de plaat selijke afdeling in totaal 30.000,moet lenen. Het bestuur vraagt de rente en aflossing deze geldlening te garanderen. Dhr. Dorst vraagt of men dan ook zeg genschap heeft. De voorzitter antwoordt, dat deze ga rantie onder verschillende voorwaarden zal worden verstrekt, zoals de bepaling van het niet vervreemden, toezending van reke ning en begroting, het onderwerpen van de goedkeuring door B. en W. der badhuis tarieven, dat de eventuele baten moeten worden aangewend voor aflossing, dat ook de benoeming badmeester door B. en W. moet worden goedgekeurd, enz. Dhr. Dorst is hiermee tevreden en zal het voorstel goedkeuren. Dhr. Stols stelt nog een vraag over de levering van de verwarmingsinstallatie, waarop de voorzitter antwoordt, dat dit in handen lag van de architect, die aan een paar firma's offerte heeft gevraagd, maar dat geen inschrijving is geschied. Zonder hoofdelijke stemming wordt daar na dit voorstel van B. en W. aangenomen. ER KOMEN STRAATNAAMBORDEN 5 Maart jl. besloot de raad het bestaand systeem van huisnummering te veranderen in een straatgewijze nummering. Daarom is het noodzakelijk de straten en wegen offi ciële namen te geven, waarbij het, zoals aan B. en W. werd geadviseerd, aanbeve ling verdient de reeds in de volksmond be staande benamingen over te nemen, indien hiertegen uit het oogpunt van onwelluidend heid geen bezwaar bestaat. Waar lange straatnamen gauw verbasterd worden dient dit ook zoveel mogelijk te worden verme den. In verband hiermee besloot de raad tot onderstaande benaming van de straten, waarmee, behoudens een kleine wijziging, het voorstel van het dagelijks bestuur in deze werd opgevolgd. Ter vergemakkelij king en vergelijking geven we hierbij ook de thans bestaande namen: Bestaande namen Nieuwe namen 9. 10. 11. Langestraat Kerkring Nieuwepad Bruggetje Hoenderweg Oostelijke Ach terweg Javadijk Klippelstraat Suzannaweg Molendijk 12. 13. 14. 15. 16. 17. 18. Haven Noordelijke Achterweg (o. d. Molend.) Westelijke Achterweg Julianas traat Tienhoven Schermerspad Dorpsweg Voorstraat Ring Nieuwstraat Brugstraat Hoenderweg Ooststraat Javadijk Klippelstraat Suzannaweg Molendijk (tot aan de Voorstraat) Tonhuisstraat (vanaf Voorstr. tot Java dijk) Havenplein Noordstraat Weststraat (tot aan het postkantoor) Julianastraat Tienhoven Schermerspad Bierensstraat (vanaf het postkantoor) Buiten de bebouwde kom houdt men de namen aan volgens de wegenlegger. NIEUWE STRATEN Voorgesteld werd vervolgens aan de ver bindingsstraat tussen Ring en Hoenderweg (deze is nog niet geheel ontsloten) de naam Cureestraat te verlenen en de nieuwe straat in het uitbreidingsplan, dat is die tussen Nieuwstraat en Hoenderweg (woningen Fase'n) Tuinstraat. Dhr. Ridderhof vraagt of met boven staande benaming Tuindorp (eind Hoender weg) vervalt, wat inderdaad het geval is. Over de Hoenderweg is men het aanvanke lijk niet zo eens, maar een betere weet men ook niet en weth. Moerland vindt ze niet onpassend, wanneer men weet, dat er daar momenteel minstens 1000 kippen worden ge houden. Voor de nieuwe straat was een prijs vraag uitgeschreven, waarop talrijke inzen dingen binnenkwamen. Na loting wordt mej. Rina Slager (ook een toekomstige be woonster van de nieuwe straat) winnares van de beschikbaar gestelde 10,Met haar hadden nog 7 andere inzenders de naam Tuinstraat gekozen. Binnenkort zullen nu de voorgestelde en aanvaardde nieuwe straatnamen op bordjes aan het begin van de straten worden aan geduid. Ook volgt dan nieuwe huisnumme ring per straat. Steegjes en sloppen zullen in die straten wel met a, b, c of d num mering worden aangeduid, dus: een woning in de Vijf Zinnen wordt dan bijv.: Nieuw straat 14a. Alle leden kunnen zich na bespreking met bovenstaande verenigen. RONDVRAAG Dhr. Ridderhof vraagt of er geen ver zoek is ingekomen van het Comité voor een reis voor Bejaarden, waarop ontkennend wordt geantwoord. Dhr. Ridderhof wijst er dan op, dat hiervoor een inzameling is ge houden in de gemeente. De uitslag daarvan is hem nog niet bekend. Mocht het nu ech ter blijken, dat dit onvoldoende zou zijn om de voorgestelde reis (naar Arnhem) te maken, kan de gemeente er dan iets aan bij dragen. Hij stelt de raad voor in deze een principebesluit te nemen. Weth. Moerland acht dit in de eerste plaats geen gemeentebelang en in de tweede plaats vindt hij het onjuist, dat, wanneer de inwoners zelf onvoldoende belangstelling tonen voor dit doel, door er niet genoeg voor over te hebben, het zeker niet op de weg van de gemeente ligt het dan wel te doen. Hij zal dan ook tegen stemmen. Dhr. Stols gelooft wel, dat ieder in deze meeleeft en ook het merendeel wel iets zal geven, maar dat kan inderdaad onvoldoende zijn. Dat weinig ophalen is nog geen bewijs, dat ze niet meeleven. Weth. Moerland: Dan zouden de scholen straks evengoed kunnen komen. We geven op die manier een blanco mandaat. Uit eindelijk kan men dan wel een reis naar Zwitserland gaan organiseren, als de ge meente het tekort maar dekt. Dhr. Stols: Dat is natuurlijk overdreven. Het gaat niet om een blanco mandaat, maar als het nu mocht blijken, dat er iets tekort is, wel dan zou ik het geen bezwaar vin den om daarin mee te werken. Dhr. Dorst: Het schijnt toch dat het publiek hiervoor onvoldoende belangstelling heeft en dan voel ik er ook niet voor om het als gemeente te doen. Dhr. Stols: Er komen tegenwoordig zoveel collecten en lijsteninzamelingen, dat je wel eens moet zeggen: nu stop ik er mee, wat nog niet betekent, dat je het doel daarvan niet goed vindt. Dhr. Dorst: Maar er is toch geen ver zoek ingekomen van het comité zelf. Dhr. Stols: Dat is inderdaad het geval niet, dat was wel beter geweest, want nu weten we helemaal niet of er te weinig is opgehaald. Weth. Goedegebuure: M'n collega Moer land zegt nu wel, dat dit geen gemeente belang is, maar was dat het plaatsen van de banken voor Bejaarden dan wel En daar heeft hij toch ook voorgestemd. Nu er echter geen verzoek is van het comité en men evenmin weet hoeveel er is opgehaald, wordt op advies van de voor zitter besloten maar een afwachtende hou ding in deze aan te nemen. De volgende vraagsteller bij de rondvraag is dhr. Stols. In de eerste plaats informeert hij hoe het zit met de onteigening van dhr. Iz. Over- beeke in de Cureelanden. Is het zo, dat er daar huizen zijn uitgezet, waardoor genoem de Overbeeke totaal geen grond meer over houdt? De voorzitter: Deze zaak is in feite nog in behandeling en is vrij moeilijk. Reëel en hard gezegd ligt zijn gehele tuin in het uit breidingsplan, zou hij dus alles moeten mis sen. Dat voor hem erg ingrijpend. Nu doet zich echter ook het geval voor, dat de P.Z.E.M. een plaatsje zoekt voor een trans formatorhuisje. Misschien is nu de moeilijk heid èn voor Overbeeke èn voor de P.Z.E.M. te ondervangen, wanneer er in die tuin twee inplaats van drie huizen komen plus het transformatorhuisje. Dan zou Over beeke nog wel grond overhouden. Dit moet evenwel nog doorgepraat worden en Weder- opbouw moet dat goedkeuren. DKr. Stols neemt het die man zeker niet kwalijk, dat hij zich hiertegen verzet, want zijn huis wordt er waardeloos door. Hij hoopt dan ook dat het in der minne ge schikt kan worden. Komen er weer veranderingen bij het onderwijs Nieuwe straatnamen in St. Annaland Wie slaagde er deze week „Kolpings Zonen" in Oud-Vossemeer Over de brandweer in Poortvliet's raad De Uienfederatie geeft voorlichting Voorts vraagt dhr. Stols hoe dat nu zit met die erfpachtbetaling, die er op het totaal bedrag van de vergoeding wordt afgetrokken, dus ten laste komt van degenen, waarvan onteigend wordt. -De voorzitter zet uiteen, dat de erfpachters geen eigenaars zijn. Nu krijgen de eerst genoemde in eerste instantie de grond ver goed als waren ze eigenaar, dus voor een hogere waarde dan waar ze recht op heb ben. Maar van de eigenaar zelf moet de erfpacht worden afgekocht, is meestal 25 x het jaarlijkse erfpachtbedrag. Dit wordt dus afgetrokken van het vastgestelde vergoe dingsbedrag, omdat betrokkene naar een norm vergoed wordt als zijnde eigenaar, ter wijl hij dat niet is. Weth. Moerland nog even terugkomend op het geval Overbeeke wijst er op dat men dit eigenlijk had moeten zien, toen het uit breidingsplan werd vastgesteld. Maar in de tweede plaats vindt hij het voor een ander, die daar z'n grond moest missen even hard. Wat houdt bijv. C. Stols en J. Overbeeke over Dhr. Stols vindt dat dit niet zo erg is dan in genoemd geval. De voorzitter zegt dat hij vel zoveel mogelijk is tegemoet wil komen, maar het uitbreidingsplan ligt er nu eenmaal om te worden uitgevoerd. Blijkens een ministerieel schrijven van 21 Juni 1953 bestaat naar de mening van dhr. Stols de mogelijkheid, dat aan arbeiders die in de Sociale voorziening werkzaam zijn dat op hun te laag loon een surplus wordt verstrekt door het geven van kleding en schoeisel uit de gemeentekas. Als een zekere compensatie dus. Hij vraagt de voorzitter dit te onder zoeken. Dhr. Stols vraagt nogmaals naar de ver bouw keuken postkantoor. De voorzitter antwoordt, dat de tekening van het postkantoor zoek was en deze nu door de kantoorhouder Scherpenisse aan de P.T.T. was opgevraagd. Er komt nu weer wat schot in. Is er al gedacht over de riolering en over name Suzannaweg, vraagt raadslid Stols. De voorzitter vindt het niet eenvoudig, in dit stadium iets te doen, nu een riolerings plan wordt opgemaakt en de nieuwe haven plannen een en ander mogelijk kunnen doorkruisen. Dhr. Stols: Komt daardoor heel het rio leringsplan in de knoei De voorzitter: Nee, maar van de haven en omgeving wel. Dat moet weer aangepast worden aan de gewijzigde omstandigheden. We pogen daarom eerst de nieuwe straat (Tuinstraat) gerioleerd te krijgen, anders krijgen we zoveel plannen, die elkaar weer doorkruisen. Dhr. Stols is er voor, dat men eerst komt tot overname van de Suzannaweg van het Waterschap. Hij vraagt ook of de grondaankoop voor rampslachtoffers thans gunstiger ligt door een nieuw ministerieel besluit, wat inderdaad het geval blijkt te zijn. WAT GAAT ER ZOAL GEBEUREN Tenslotte snijdt de heer Stols nog een probleem aan. Als raadslid wil hij wel graag op de hoogte blijven van wat er alzo in de gemeente gaat (of zei dreigt te gebeuren. En nu hoort hij hele verhalen over krot opruimingen, ja over hele straten die zouden moeten verdwijnen. Hij weet ook, dat er personen zijn, die huizen en schuren hebben opgenomen en gelooft wel dat een en ander in de volksmond overdreven zal zijn, maar moeten we nu de mensen gaan adviseren, waar ze geweest zijn voor opname: maak niet te grote kosten meer aan je woning, want ze moet toch weg, of wat moeten we doen. Het rammelt nogal hard in het dorp en dat doet het toch niet voor niets. Wat is er zoal aan de hand. De voorzitter had een dergelijke vraag wel verwacht. Inderdaad zal het in het dorp wel overdreven worden, want er is in feite nog niets definitiefs. Bekend is dat men van Wederopbouw een mogelijke sanering in de gemeente zou bekijken. Gelijktijdig is men echter ook van Herverkavelingszijde het probleem aan het onderzoeken hoe het met de sanering moet in deze gemeente van de kleine boeren. Daarom wordt nu alles wat daarvoor mogelijk in aanmerking zou kunnen komen in samenwerking met Weder opbouw opgenomen, teneinde te bestuderen welke mogelijkheden er zijn om de kleine boeren een huis met bedrijfsgebouw bij de hun toegewezen kavel te geven. Dit zou dus kunnen betekenen, dat er in het dorp zelf schuren verdwijnen. De Herverkaveling registreert dus momenteel de kleine be drijven en Wederopbouw onderzoekt de kwaliteit van de woningen in St. Annaland. Verder weet het gemeentebestuur hier ook niet veel meer van. Wel dat beide genoem de instanties deze kwestie met spoed willen bestuderen om het ontwerp daarvan aan de Herverkavelingscommissie te kunnen voor leggen. Natuurlijk gaat het er dan ook om of het financieel uitvoerbaar en verant woord kan zijn. Dhr. Stols: En dan wordt er ook gepraat over het slopen van gebouwen rond de haven. De voorzitter: U weet, dat men tegen woordig alles in studie neemt. Vandaar dat ook wordt bekeken op welke manier men een behoorlijke toegangsweg tot de nieuwe haven zal krijgen. Daarbij is zelfs de vraag gerezen of met het ook daarop het her- verkavelingwegenplan voor St. Annaland niet moet worden gewijzigd. En meer valt hierover momenteel niet te zeggen. Daarna sluiting met ambtsgebed. (Van een medewerker) Dinsdag 28 Juni kwam de voltallige ge meenteraad alhier in openbare vergadering bijeen. Na opening met ambtsgebed worden de notulen van de vorige vergadering on veranderd vastgesteld. Punt 3. Voorlopige vaststelling gemeen te-rekening 1952 en vaststelling rekening Burgerlijk Armbestuur 1953. De voorzitter verzoekt raadslid van Ast als rapporteur van de Commissie verslag uit te brengen. Dhr. v. Ast rapporteert, dat de commissie in drie avondvergaderingen de rekeningen heeft onderzocht. Ten aanzien van het beleid heeft de com missie geen opmerkingen. Alleen vestigt de commissie er de aandacht op om aankopen die daarvoor in aanmerking komen zoveel mogelijk bij de plaatselijke handel onder te brengen. Daarna wordt de rekening voorlopig vast gesteld. Punt 4. Voorstel tot verhoging van het salaris van de gemeente-geneesheer, ingaan de 1 Januari 1955. Burgemeester en Wethouders schrijven hieromtrent het volgende. Het college heeft zich tot de Inspecteur van de Volksgezondheid gewend, met ver zoek te willen adviseren inzake het salaris van de gemeente-geneesheer. Dit salaris is per 1 April 1949 vastgesteld en nadien niet meer gewijzigd. De Inspecteur schrijft bij brief van 11 Juni 1955 dat het aanbeveling verdient, ge zien de algehele salarisverhogingen der laat ste jaren het salaris te verhogen en zulks ingaande 1 Januari 1955. In verband hiermede wordt voorgesteld het salaris zoals geadviseerd door de inspec tie vast te stellen. Dhr. Bijl vraagt of het werk van de ge meente-geneesheer omvattend is, daar de ar menverzorging veel terug gelopen is. De Voorzitter geeft een overzicht van de werk zaamheden. Naar aanleiding daarvan merkt dhr. v. Ast op, dat hij liever het salaris hoger zou gesteld zien, daar een honora rium als deze, hem nog aan te lage kant toeschijnt. De voorzitter antwoordt, dat hij zich met het standpunt van v. Ast kan verenigen, doch dat het advies van de in specteur in deze gevolgd dient te worden. Hij zal informeren of hieromtrent nog verbe tering kan volgen. Het voorstel van B. en W. wordt daarna met algemene stemmen aangenomen. Punt 5. Voorstel tot het verlenen van ontslag aan M. v. Tiggele, als lantaarn aansteker te Strijenham en benoeming van A. v. Tiggele, als zodanig per 1 Januari 1956.

Krantenbank Zeeland

Eendrachtbode /Mededeelingenblad voor het eiland Tholen | 1955 | | pagina 1