WEEKBLAD VOOR HET EiLOKl THOLEN EN ST.FILIPSLAND
Puistjes
Een brandend achterlicht
is geen luxe!
Belastingvoorstellen,
gepaard aan
huurbelasting en
huurverhoging
D.D.D.
WAARIN OPGENOMEN DE THOOLSE COURANT
Het Parlementair Overzicht
Onverschilligheid en onwil
Invoering per 1 Juli 1955 slaat vast
MÜJNHARDT'S
PRACHTIGE FOTO'S
Dat is telkenjare opnieuw het bijzondere kenmerk van
de Prinsessenkalender die wordt uitgegeven door het
Nederl. Verbond der Verenigingen „Pro-Juventute".
De Kalender 1955 doet niet onder voor haar voorgan
gers. Dertien exclusieve foto's werden van de vier Prin
sessen beschikbaar gesteld, foto's gemaakt door Z.K.H.
Prins Bernhard en enkele Zijner vrienden. De kunst
drukkalender ziet er werkelijk opvallend aantrekkelijk
uit en dient het sympathieke werk van „Pro Juventute".
Dat sympathieke werk is de kinderen-in-moeilijkheden
beschermen en steunen. Wenst U voor dit goede doel
deze kalender, tevens een sierraad in de huiskamer te
bestellen? We zouden U dit graag willen adviseren.
U kunt dit doen bij alle verenigingen en afdeling „Pro
Juventute" of via de kantoorboekhandelaar.
lie Jaargang No. 1
19 November 1954
Uitgevers Firma C. Dieleman en G. Heijboer
Redactie Kerkring A 473, St. Annaland - Telefoon 47
Administratie Oudelandsestr. 9, Tholen - Tel. 57 - Giro 124407
Abonnementen 1.20 per kwartaal
franco p.p. 1.45 incassokosten
Prijs per nummer 10 cent
Advertentiën ƒ0.10 per millimeter Minimum 2.00
Spierinkjes tot en met 20 woorden 1.00, elk woord meer ƒ0.05
Advertenties worden tot uiterlijk Donderdagmiddag 1 uur in Tholen aangenomen
of moeten daar binnen zijn
(Eigen reportage)
October 1954. -- ,,Op de Rijks
leg tussen 's-Hertogenbosch en
Eindhoven is een motorrijder in volle
vaart op een stilstaande, onverlichte
vrachtauto gereden. De berijder, de
22-jarige G. uit A., kwam met een
lap op het wegdek terecht en werd
levensgevaarlijk gewond. In zorg
wekkende toestand is hij naar 't zie
kenhuis in Eindhoven overgebracht.
De vrachtautochauffeur was een
naar minuten te voren door een an
dere automobilist opmerkzaam ge
maakt op het feit, dat zijn achter
licht niet brandde. Voor hij het
euvel kon verhelpen, gebeurde het
ongeluk."'
Dit waarde lezer, is een berichtje
,'n de krant van vorige week. Het
had ook van de vorige maand kun
nen zijn of van vorig jaar. Want op
gezette tijden gebeuren er dergelij
ke ongelukken. En hieruit moge al
heel duidelijk blijken, dat een goed
functionerend achterlicht van grote
betekenis is en helemaal geen over-
nodige luxe.
Dit berichtje heeft ons te denken
gegeven. En in het kader van de
.Veilig Verkeersweek" zijn wij op
een bewolkte avond naar een der
grote rijkswegen van ons land geto
gen, om daar eens te controleren, of
edere weggebruiker, van wielrijder
tot automobilist en van bromfietser
tot voerman zich wel goed bewust is
van het feit, dat een niet brandend
achterlicht levensgevaarlijk is voor
het achterop rijdend verkeer.
Van rond 7 uur tot bijna 10 uur
hebben we, dan weer op de rijweg,
dan weer op het rijwielpad gecontro
leerd. En aangezien wij van voren
niet kunnen zien, of iemands achter
licht al dan niet brandt, stelden we
ons op met een onderlinge afstand
van ca. 100 meter. Wanneer iemand
de eerste man passeerde zonder
brandend achterlicht, dan waar
schuwde deze de tweede met een
zaklamp. Bovendien hebben we ook
nog een uur gestaan bij een spoor
wegovergang. Het-resultaat van een
en ander is te boek gesteld. Voor
wie van cijfers houdt, volgt hier een
opsomming:
ïn de tijd van 7 tot 10 uur pas
seerden 984 wielrijders, 231 brom
fietsers (gecontroleerd van 78.30
uur), alsmede 121 vrachtauto's,
i034 luxe of kleine bestelauto's, 77
autobussen, 3 tractors, 5 aangespan
nen wagens en 1 handkar. Daarvan
hadden geen brandend achterlicht:
341 wielrijders, 16 bromfietsers, 7
vrachtauto's, 3 luxe wagens, 3 kleine
bestelwagens, 0 autobussen, 3 trac
tors, 2 aangespannen voertuigen en
1 handkar.
Uit het bovenstaande blijkt, dat
de wielrijders wel de grootste zon
daars zijn. We troffen bovendien
nog 19 wielrijders aan, die geheel
zonder licht reden.
We hielden een dame aan, brom
fietser, zonder achterlicht, en maak
te er haar opmerkzaam op. Haar
reactie was: „Zijn jullie van de po
litie?" Waarop wij antwoordden:
.Nee, dame, maar van de krant. En
daarom controleren wij voor een ver
slag eens het verkeer. Het is toch in
Uw eigen belang en in dat van an
dere weggebruikers, als Uw achter
licht goed brandt, nietwaar? Daarom
hielden we U even aan. Waarop de
„dame" repliceerde: Bemoei jullie
je maar niet met mijn belangen. Als
je nog eens wat weet En zonder
ons verder met een blik te verwaar
digen, reed de dame (die in ieder
geval geen „heer" in het verkeer
was) weg. Zonder brandend achter
licht.
De meeste reacties van de overtre
ders waren navenant. Ze varieerden
van: „Dank U wel, hoor, ik zal het
na laten kijken", tot „B.rst" en „Val
dood". Waar ons de gelegenheid
werd gegeven, wezen wij de over
treder, dame of heer, op de gevaren,
verbonden aan een niet-brandend
achterlicht op een donkere weg. En
kelen gaven eerlijk toe, dat we ge
lijk hadden. De meesten echter be
schouwden ons als zoals een an
dere dame het uitdrukte straat
vlegels, die zich bemoeien met za
ken, waarmee ze niets te maken had
den", of „bemoeials". Een „heer"
zei: „Verrek, vent, ik dacht dat je
van de politie was", sprong weer op
zijn fiets en reed weg. Nog steeds
zonder brandend rood licht. Een an
dere bromfietser ging terstond bij
het licht van onze zaklamp de de
fecte achterlamp in orde maken. Na
afloop kregen we een sigaar als be
loning. Het was behalve de
scheldwoorden -- het enige, wat we
die avond „verdienden"
Van de vijf met paard aangespan
nen wagens reden er 2 zonder ach
terlicht. Eén van hen reed, bijna half
acht, ook nog zonder voorlichten.
Met deze mensen was helemaal niet
te praten. We konden met de zweep
krijgen, als we niet gauw opd...den.
En de man met de handkar zei: „Ik
loop al jaren zo, en er is nog nooit
een ongeluk gebeurd. Ze zien me
wel."
De werkelijke heren werden ge
vonden onder de automobilisten. Op
één na parkeerden ze allen langs de
kant van de weg om het euvel te ver
helpen.
Misschien is U opgevallen, dat
we in het lijstje geen motorrijders
genoemd hebben. U moogt gerust
weten, dat we er 27 geteld hebbert,
waarvan er twee zonder achterlicht
reden. „Rijden" is eigenlijk het
woord niet, want ze vlogen meer. In
ieder geval zó hard, dat we geen van
beiden konden aanhouden.
Treedt de politie wel voldoende op
In de genoemde drie uren hebben
we een wegvak gecontroleerd van
bijna 4 km lengte, waarvan ca. 1 ki
lometer lag in de onmiddellijke na
bijheid van een dorp. En wat ons
bizonder is opgevallen, dat we al
die tijd geen enkele wetsdienaar
hebben gezien, geen rijks- en geen
gemeentepolitie. En we konden ons
niet losmaken van de indruk, dat de
politie niet voldoende optreedt te
gen de weggebruikers, wier achter
verlichting niet in orde is. We weten
zeer wel, dat afdoende controle al
leen mogelijk is, wanneer dit met z'n
tweeën geschiedt. Op de wijze, zoals
wij dat deden. Men vergete niet,
dat een weggebruiker al voorbij is,
als men constateert, of een achter
licht al dan niet brandt. En haal
hem of haar dan maar eens in! Wan
neer we bijv. vaststellen, dat van de
341 wielrijders, die geen brandend
achterlicht hadden, er 75 bij waren,
die in het geheel geen achterlicht
hadden en van deze 75 bovendien 11
geen behoorlijk wit achterspatbord,
dan kan het er bij ons niet in, dat de
politie dit niet ziet. En indien hun
diensttijd het niet toelaat, dat men
enkele avonduren in de week opof
fert voor voornoemde controle, dan
moet deze diensttijd nodig herzien
worden. Het simpele feit, dat er:
primo: altijd maar weer ongelukken
gebeuren, als gevolg van niet bran
dende achterlichten, en secundo: in
ieder seizoen, het aantal weggebrui
kers, dat geen deugdelijk brandend
achterlicht voert, ontstellend groot
is, bewijst voor ons, dat de controle
hierop door de politie niet intensief
Het staat nu wel vast, dat de belastingen
met ingang van 1 Juli 1955 zullen worden
verlaagd. Na de sterke aandrang van de
Kamer op vervroegde belastingverlaging
was er voor de Regering geen ontkomen
meer aan. Zoals we verleden week reeds
schreven, voelden de socialisten niet veel
voor deze vervroeging. Liever zagen zij de
belasting verlaagd per 1 Januari 1956
deze datum had de regering oorspronkelijk
vastgesteld en nog liever zagen zij de
uitbouw van de sociale en culturele Over
heidstaak. Zo zal men moeten toegeven, dat
de argumentatie van minister V. d. Kieft om
de belastingverlaging te vervroegen, niet
erg sterk is. Want in de begroting van 1955
zit niet veel ruimte. Integendeel, zij sluit
nauwelijks. De bewindsman van Financiën
zal uiteraard zijn uitgegaan van de opti
mistische gedachte, dat de opbrengsten wel
weer zullen meevallen en dat er dus te laag
geraamd is. Maar van die optimistische kijk
kan hij in het openbaar geen blijk geven. In
dezelfde redevoering verklaarde hij, dat de
ramingen wetenschappelijk verantwoord zijn.
De knapste specialisten komen daaraan te
pas. In ieder geval durfden alle fracties,
behalve de socialisten, de vervroegde be
lastingverlaging wel aan. De heer Hofstra
(arb.l bleek dus niet overtuigd door zijn
partijgenoot, minister V. d. Kieft. Het was
een fel debat, tussen deze twee financiële
specialisten. Volgens minister V. d. Kieft
hecht de p.v.d.a.-fractie te veel waarde aan
economische overwegingen, maar zij vergeet
de psychologische overwegingen en zelfs
heeft zij niet voldoende oog voor recht
vaardigheid. De bewindsman vond het psy
chologisch onverantwoord om het volk nog
langer in de onzekerheid te laten over de
komende huurverhoging. En belastingver
laging is rechtvaardig omdat ons volk in
korte tijd de oorlogsschade en de waters-
noodschade heeft gefinancierd. Daar zijn
offers voor gebracht. Zó, dat we binnen
korte tijd deze rampen financieel te boven
zijn gekomen. Daarom moeten nu de belas
tingen omlaag.
Men kan de onenigheid tussen de socia
list Hofstra en de socialist V. d. Kieft na
tuurlijk hoog opblazen. Wie zal ontkennen
dat er verschil van mening was tussen de
twee partijgenoten Maar één ding moet
men niet uit het oog verliezen, n.l. dat de
bewindsman ziting heeft genomen in een
gemengd Kabinet. In zo'n Kabinet wordt
altijd een compromis-politiek gevoerd. Ka
tholieke, a.r. of c.h. ministers kunnen voor
dezelfde moeilijkheid komen te staan.
EEN COMPLEX
Minister Witte dreigt dit gevaar al heel
spoedig te lopen. Er is een strijd gaande
tussen de p.v.d.a. en de k.v.p., welke minis
ter de huurbelasting bij de Kamer aanhan
gig moet maken. Prof. Romme (k.v.p.) heeft
gezégd: dit moet minister V. d. Kieft doen,
want huur verhoging heeft met huurbe
lasting niets te maken. De socialisten en ook
minister V. d. Kieft zeggen, dat de k.v.p.-
minister Witte hiermee moet komen. Het
vormen van een huuregalisatiefonds heeft
met belasting niet veel te maken, zo rede
neren zij. En als het landbouwegalisatiefonds
door minister Mansholt wordt beheerd, dan
kan het huuregalisatiefonds wel onder
minister Witte vallen. Ondanks de critiek,
die de meerderheid van de Kamer heeft
tegen huurbelasting en tegen het feit, dat
de vennootschapsbelasting niet wordt terug
gebracht tot het peil van 1951, blijkt de
Regering niet voornemens bij voorbaat voor
de wensen der Kamers te zwichten.
De belastingontwerpen zullen dus één ge
heel vormen met de huurverhoging, het
huuregalisatiefonds en de blijvende ver
hoging van de vennootschapsbelasting:
minister V. d. Kieft wilde zich niet in spe
culaties begeven over wat er moet gebeuren
als de twee fel omstreden wetsontwerpen
worden verworpen.
De komende belastingverlaging zal in
hoofdzaak liggen in de persoonlijke sfeer en
dus niet voornamelijk in de sfeer van de
onderneming. Zo zal er een algemene ver
genoeg geschiedt. De manier, waar
op wij door tientallen bejegend wer
den, verraadt overigens een mentali
teit, die precies het tegenovergestel
de is van het „heer-zijn in het ver
keer". In dit opzicht is er dus nog
heel wat op te voeden. En dat een
„Veilig-Verkeersweek" geen over
bodige zaak is, hebben deze drie
uren op een willekeurige rijksweg in
ons land wel overduidelijk bewezen.
(Nadruk verboden).
laging van de loon- en inkomstenbelasting
komen. Zij, die nu geen inkomsten- of loon
belasting betalen, zullen dat ook niet doen
na de 6 loonsverhoging. En verder ligt
het in de bedoeling om de belasting voor
de ongehuwden in gelijke mate te verlichten
als voor de gehuwden en de progressie te
verminderen.
De „vergeten, groepen"-rentetrekkers en
zij, die leven van kleine particuliere pen-
s.oenen worden gelukkig niet helemaal
vergeten. De Kamer heeft er op aange
drongen, dat er voor deze groepen iets ge
daan zal worden. Maar terecht zeide staats
secretaris Van den Berge, dat geen één
Kamerlid een suggestie heeft gedaan op
v/elke wijze dit kan geschieden. Toch zal
de Regering iets voor deze mensen doen.
En wel in de sfeer van de directe belastin
gen. Hoe de Regering de helpenle hand wil,
bieden, werd nog niet verklapt. Wacht
maar op de komende belastingvoorstellen,
zo zeide de heer Van den Berge. Intussen is
v el duidelijk geworden, dat de gevonden
oplossing speciaal verlichting zal geven aan
oudere personen, die behoren tot deze „ver
geten groepen".
BINNENLANDSE ZAKEN
Bij de behandeling van de begroting van
Binnenlandse Zaken heeft minister Beel
medegedeeld, dat half Februari de gepen-
sionneerde ambtenaren de 6 verhoging
over het laatste kwartaal van 1954 en het
eerste kwartaal van het volgende jaar uit
gekeerd zullen krijgen. Helaas kan deze
uitbetaling niet eerder geschieden, omdat de
berekeningen veel tijd vergen. Uit het debat
over dit begrotingshoofdstuk is wel geble
ken, dat de Regering overweegt burger
dienstplicht in te stellen voor het verrichten
van speciale taken in de B.B.. De Bescher
ming Burgerbevolking mag zich thans in
ons land verheugen in een grote belangstel
ling. Reeds zijn er 170.000 vrijwilligers; in
totaal zijn er 235.000 nodig. De bezetting
van de Rijksmobiele colonnes is echter een
moeilijkheid. Daarvoor zijn 15.000 man
nodig. Deze R.M.C. zijn niet aan bepaalde
gemeenten gebonden, doch worden op
strategische punten in het land gestation-
neerd. De bemanning, die hoofdzakelijk spe
cialistenwerk verricht, zal worden gekazer
neerd. Het is zeer de vraag of men voor dit
zware werk vrijwilligers kan gebruiken. En
zou dit het geval zijn, dan blijft voor de
Regering nog de vraag bestaan of men een
dergelijke zware taakvervulling wel van
vrijwilligers mag vergen. Er is een grens
aan de vrijwilligheid, aldus de minister. En
daarom kan de een of andere vorm van
dienstplicht wel gerechtvaardigd zijn.
Natuurlijk zijn er nog tal van andere
vraagstukken bij deze begroting behandeld.
Zo bleek uit de redevoering van minister
Beel, dat hij bereid is richtlijnen uit te vaar
digen over de subsidering van de kerkbouw.
In pincipe is hij daar niet op tegen. Eén
van de bepalingen in deze richtlijnen zal
kunnen zijn, dat de gemeentegrond gratis
aan de Kerken mag worden verstrekt. In
Rheden is een nieuw crematorium gebouwd.
Crematie is in ons land nog stteeds wette
lijk verboden. Het wordt „oogluikend" toe
gestaan. Het probleem van de lijkverbran
ding wordt in de nieuwe begrafeniswet ge
regeld. De rechtse meerderheid in de Kamer
was van mening, dat de bewindsman de
bestaande wet had moeten handhaven. Maar
minister Beel wilde het ingrijpend rechts
middel van de politiedwang niet toepassen.
Ook werd nog uitvoerig gesproken over de
raad in Hoensbroek, waar een katholieke
meerderheid (geen k.v.p.-fractie) de minder
heid, bestaande uit twee socialisten en een
GENEESMIDDEL TEGEN
HUIDAANDOENINGEN
Zuiver en ontsmet uw huid
met de helder vloeibare
D.D.D. De jeuk bedaart,
de ziektekiemen worden
gedood en de huid geneest.
VLOEISTOF
BALSEM
ZEEP
communist, het zwijgen oplegt. Zo is zelfs
de begroting niet in het openbaar behandeld.
En de oppositie heeft dus geen kans ge
kregen één woord daarover te zeggen. De
Gedeputeerde Staten in Limburg hebben het
raadsbesluit vernietigd, maar de meerder
heid is in beroep gegaan bij de Kroon. De
heren Scheps (arb.), Haken (comm.), Ver
kerk (a.r.), Beernink (c.h.) en Ritmeester
(v.v.d.) hebben fel tegen deze gang van
zaken geprotesteerd. En ook de heer Mae-
nen (k.v.p.) was er niet verrukt over. Minis
ter Beel kon niet veel over deze kwestie
zeggen nu zij bij de Kroon aanhangig is.
Maar enthousiast over het gebeuren in
Hoensbroek betoonde hij zich allerminst.
(Nadruk verboden)
DE REGERING EN DE
PRIJSSTIJGINGEN
Minister Zijlstra geeft zijn
mening weer
In de Memorie van Antwoord
over de begroting van Economische
Zaken heeft minister Zijlstra mede
delingen gedaan over de recente
prijsstijgingen, die gevolgd zijn op
de laatste loonsverhoging.
De bewindsman stemt er mede in,
dat de regering bij beëindiging van
de directe overheidsbemoeiing op
het gebied van productie en afzet
moet beschikken over de nodige
maatregelen en bevoegdheden om
zo nodig in te grijpen. Hij spreekt
als zijn mening uit, dat het kartèl-
beleid een belangrijk element van
het overheidsbeleid is, waarmede
onverantwoordelijke prijszetting kan
worden tegengegaan.
Na de loonronde van 1 Jan. jl.
heeft de regering doen nagaan, of
en in hoeverre prijsstijging zijn op
getreden. Hierbij bleek, dat niet zo
zeer bedrijfsregelingen in de zin van
het kartèlbesluit, doch meer niet-
bindende adviezen van organisaties
uit het bedrijfsleven aanleiding tot
prijsverhogingen in bepaalde bran
ches gaven.
Overleg met de betrokken orga
nisaties heeft er toe geleid, dat niet
aanvaardbare prijsverhogingen gro
tendeels voorkomen konden worden.
De zogenaamde adviesprijzen vor
men een verschijnsel, dat de voort
durende aandacht van de bewinds
man heeft. Indien als gevolg van
zal hij van de hem ten dienste staan
de bevoegdheden met betrekking tot
het maximum-beleid gebruik moeten
maken.
De onlangs gepubliceerde prijs
verhoging voor schoenreparaties
met 10% berust eveneens op een
niet bindend advies. Bij de beoor
deling hiervan dient men in aan
merking te nemen, dat in deze zeer
loonintensieve bedrijfstak na de
loonronde van 1 Jan. jl. in het al
gemeen de prijzen niet werden ver
hoogd. Een nader onderzoek, dat
thans wordt ingesteld, zal moeten
uitmaken, of deze prijsverhoging
verantwoord is.
Ook naar de prijsverhoging van
haarden met 5 laat de regering
een onderzoek instellen.
UITSLAG
RODE KRUIS-PRIJSVRAAG
Onlangs werd ook in de Een-
drachtbode een kruiswoord-puzzle
opgenomen van het Rode Kruis. Op
1 October jl. werd deze wedstrijd
afgesloten. Volgens een circulaire
van genoemde instantie zijn er veel
deelnemers geweest en kwam ook
uit het eiland Tholen bericht, dat
er heel wat gezellige uren aan zijn
besteed. Verder wordt daarin mee
gedeeld, dat door de grote ver
scheidenheid der oplossingen de
jury het niet gemakkelijk had. Zij
kon, na zeer strikte toepassing van
de wijdstrijdvoorwaarden tenslotte
toch de juiste keuze doen. Hierna
volgt een lijst van winnaars in ge
noemde circulaire, die we hier maar
niet zullen overnemen. Wel zij nog
vermeld dat L. G. Rock te Breda
met 277 de meeste punten had, ter
wijl onder de 20 inzenders die 0.50
per punt uitbetaald krijgen ook een
zekere G. Houtekamer te Oud-Vos-
semeer wordt genoemd, die 268 pnt
baalde.
De laatste prijswinnaar behaal-
de 262 punten. Spijtig vonden wc
het wel, dat geen der oplossingen
van de prijswinnaars is weerge
geven. Dit zou voor onze inzenders
prettiger zijn geweest ter vergelij
king met wat zij instuurden. Intus
sen wordt U mededinging en daar
mee verleende steun aan het Rode
Kruiswerk op prijs gesteld.
voorkinderen.melTHijm en Honing
HOEST
SIROOP