WEEKBLAD VOOR HET EILAND THOLEN EN ST.FILIPSLOND
DAT MAG ER ZIJN.
Het nieuwe gemeentehuis te O.-Vossemeer officieel geopend
WAARIN OPGENOMEN DE THOOLSE COURANT
Het St. Filipslands noodgemeentehuis, dat Zaterdag 18 Juli door
de Commissaris der Koningin werd geopend.
Van het Ambachtsherenhuis naar de pastorie
9e Jaargang No. 35
24 Juli 1953
Uitgevers Firma C. Dieleman en G. Heijboer
Redactie Kerkring A 473, St. Annaland - Telefoon 47
Administratie Oudelandsestr. 9, Tholen - Tel. 57 - Giro 124407
Abonnementen 1.20 per kwartaal
franco p.p. 1.45 incassokosten
Prijs per nummer 10 cent
Advertentiën ƒ0.10 per millimeter Minimum ƒ2.00
Spierinkjes tot en met 20 woorden 1.00, elk woord meer 0.05
Advertenties worden tot uiterlijk Donderdagmiddag 1 u. aangenomen
Heus, het gemeentebestuur van St. Filipsland zit nu niet meer op een „schopstoel"
wat het gemeentehuis betreft. Evenmin de gemeentelijke administrateurs. Wanneer
over een barak wordt gesproken moge misschien de gedachte opkomen aan iets wat
in een krijgsgevangenkamp thuishoort, aan een bergplaats zonder meer, men zal tot
andere gedachten komen wanneer men het comfortabele noodgemeentehuis van St. Fi-
lipsland heeft bekeken: de mooie burgemeesterskamer, de ruime raadszaal, de aan alle
eisen voldoende secretarie, waarbij nog twee kamertjes voor administratief werk.
Dit alles geschonken door de adoptiegemeente Stad en Ambt Delden en daarbij een
prima inventaris door de heer Nijenhof, directeur van de N.V. Gietart te Hengelo.
Geen wonder dat de danktoon overheerste, nu voor het eerst na de ramp een ogenblik
werd stilgestaan bij al hetgeen reeds voor het zwaar getroffen Filipsland werd gedaan:
vanaf de Comandotroepen in de eerste dagen tot en met het geschenk van de Genea
logical Society uit Salt Lake City: doopregisters in microfilm, niet minder dan 12.000
pagina's, waarop de burgerlijke stand van St. Filipsland vanaf 1750.
TOCH EEN TELEURSTELLING
Ja, dat moet ons toch eerst even van het
hart. Na de voortvarendheid waarmee er
in St. Filipsland is aangepakt, die wat dat
betreft op het allereerste gelid in de eerste
rij plaatst, zoals niemand minder dan de
Commissaris der Koningin zelf verklaarde,
gaf het ons een teleurstelling, dat het puin
er nog niet is geruimd. Al maanden geleden
immers was er sprake van dat de plaatse
lijke aannemers daarvoor zouden zorgen.
Deze teleurstelling houdt geen beschuldiging
in t.a.v. de een of andere (gemeentelijke)
instantie. We hebben zelf gehoord wetye
tegenvallers er geweest zijn, waardoor er
telkens weer een kink in deze opruimings
kabel kwam, maar een teleurstelling blijft
het. Ook nu nog U las het bericht in ons
vorig nummer misschien ook over aan
besteding puinopruiming. Wellicht dacht U
dat het een zetfout was, toen U die ene
inschrijving zag van 2695,terwijl de
anderen boven de elfduizend gulden stonden,
maar het was geen zetfout. Die aannemer
uit Rilland schreef inderdaad in voor dit
bedrag en kwam daarna tot de ontdekking
dat hij zich had vergist. Wat zal die ver
gissing weer tot gevolg hebben Opnieuw
uitstel van puinopruiming Dat mag heus
niet meer. Reeds is men met de herbouw
begonnen en voor sommige inwoners stag
neert ook dit weer door de nog aanwezige
puinhopen. Daarom te meer is het de hoogste
tijd dat er een punt achter „uitstel" wordt
gezet. En direct aan die opruiming wordt
begonnen, hoe dan ook.
VELE BELANGSTELLENDEN
Er was voor deze plechtigheid grote be
langstelling. Terwijl om half drie jhr. mr.
A. F. C. de Casembroot de officiële opening
verrichtte, waren er 's morgen al vele ge
nodigden, waaronder de burgemeester van
Hengelo mr. P. J. J. Lambooy, de Henge
lose wethouders, de heren D. V/. Stork van
de machinefabriek te Hengelo, de iheer
Donovan en H. van Dam van de „Genealo
gical Society" te Salt Lake City, de districts
commandant van de Rijkspolitie de heer
W. H. van Ballegoyen de Jong, de heer F.
Braam uit Borculo, die dit noodgemeente
huis heeft geplaatst, de heer D. Stam van de
provinciale directie voor wederopbouw en
volkshuisvesting, wethouder H. M. Vos uit
Roosendaal, mevrouw H. van Riemsdijk-
Philips van het Rode Kruis, afd. Eindhoven,
het Polderbestuur van St. Filipsland, de
heer Leenhouts als vertegenwoordiger van
de P.Z.E.M., afgevaardigden uit Stad en
Ambt Delden en verdere plaatselijke ge
nodigden.
ZUIDDIJK WORDT NIET
HERBOUWD
Het was wethouder L. J. van Nieuwen-
huijzen, die uit naam van de burgemeester
een welkomstwoord sprak. Daarnaast gaf
hij ook een resumé over de genomen maat
regelen en de in bespreking zijnde plannen.
Na het droogvallen, aldus weth. v. Nieu-
wenhuijzen, is met alle krachten aan de
schoonmaak en het verwijderen van het slijk
begonnen. De opruiming van het wrakhout
en de aangespoelde goederen werd als eerste
werk aangevat. Een ontwerp voor de bouw
van 35 woningwetwoningen werd kort na
de ramp opgedragen. Jammer dat er na
aanbesteding moeilijkheden rezen, zodat
eerst kortgeleden goedkeuring tot gunning
afkwam en met de werkzaamheden een begin
gemaakt. Dit heeft strijd en werk gekost.
Intussen de desbetreffende medewerkende
instanties „hartelijk dank en minzaam aan
bevelend."
Zolang het afschuwelijke samenwonen
nog moet plaatsvinden in te kleine wonin
gen of dat jonge mensen, die elkaar hebben
gevonden, maanden ja zelfs jaren -hun
verbintenis moeten uitstellen wegens gebrek
aan woonruimte, mogen we niet stilzitten.
Gelukkig zijn er reeds vele herbouw
plannen. Particulier initiatief willen we
gaarne stimuleren, waartoe o.m. in een
hedenmorgen gehouden bijeenkomst werd
besloten om toe te treden tot de Bouwkas
van de Noord-Nederlandse Gemeenten,
waardoor in vele opzichten aan de gedu
peerden uit de noodgebieden wordt tegemoet
gekomen.
Het eigen bezit van een huisje hetwelk
hier zulk een grote waarde heeft, kan
daarmede een feit blijven.
Een verkavelingscommissie werd ingesteld
voor de uitgifte van bouwgrond. Intussen is
het bezwaar gerezen dat de zeedijk bij de
Zuiddijk verzwaard moet worden, zodat de
aldaar verwoeste woningen NIET ZULLEN
KUNNEN WORDEN HERBOUWD.
Deze plotselinge mededeling stelt het ge
meentebestuur opnieuw voor grote proble
men. Het betekent weer nieuwe grondaan
kopen, weer onderhandelen, loven en bieden,
overleg, enz. enz. tijd en moeite.
SCHOOLBOUW
De school is verwoest waarin zowel bij
zonder als openbaar onderwijs was onder
gebracht. Opdracht tot ontwerp voor nieuw
bouw is gegeven en wij hopen binnen korte
tijd tot aanbesteding over te gaan. De be
doeling is een 7 lokalige school te bouwen,
waarvan 4 lokalen voor het bijz. en 2 voor
het openb. onderwijs, terwijl 1 lokaal ge
meenschappelijk gebruikt kan worden voor
handenarbeid, enz. De bedoeling is deze
school van centrale verwarming te voorzien.
Spreker brengt de architect hulde voor het
snel gemaakte ontwerp en meent dat aan
besteding, gunning en begin van het bouw
werk spoedig kunnen geschieden. Momen
teel wordt een groot gedeelte van de kinde
ren ondergebracht in een vrijgekomen school
te Anna Jacoba Polder (op 5 km afstand),
de overigen in het oude gemeentehuis.
Weth. v. Nieuwenhuijzen hoopte dat alle
bevoegde instanties zullen medewerken tot
spoedige schoolherbouw.
Een ontwerp voor een gebouw gezond
heidszorg is ook in bewerking, maar tot
aanbesteding kunnen we nog niet overgaan.
We wachten in dit opzicht nog op een gou
den zonnestraal die schemerde door een toe
zegging tijdens de rampdagen, zodat wij
hoopvol gestemd zijn dat een gouden kim
verrijst en ook deze bouw eerlang een feit
mag worden.
De burgemeester krijgt een ambtswoning
in de kom der gemeente, zodat het heen en
weer reizen (uit de Polder) tot het ver
leden gaat behoren.
Een uitbreidingsplan, ten dele aan te
wijzen als herbouwplan is in voorbereiding.
De behandeling hiervan wacht op de vast
stelling van de watersnoodwet. Opdracht
werd gegeven voor een straten- en riolerings
plan. Puinopruiming vroeg reeds geruime tijd
de aandacht. Wij vertrouwen dat het nu
spoedig verwenen zal zijn. Het wrakhout is
verkocht en ten dele ook al afgevoerd.
Weth. van Nieuwenhuijzen besloot zijn
welkomstwoord en résumé met nog enige
aandacht te vragen voor het dijkherstel,
(waarover ir. de Koning nog een uiteen
zetting zou geven), waarvan het tempo
dagelijks wordt opgevoerd. Er zijn nog vele
moeilijkheden te overwinnen. Er kan echter
veel meer bereikt worden door eendrachtig
samen te werken met als doel het algeheel
herstel. Niets zal het gemeentebestuur nalaten
om Sint Filipsland te doen herrijzen als een
mooi dorp; een vruchtbaar rustig eiland,
waarvan de landbouwgronden ontzilt zijn
en het structuurbederf door het gebruik van
gips is hersteld. Hoewel hij zelf vol van
dankbaarheid is voor wat reeds is geschon
ken, wil hij erkentelijkheidsbetuigingen aan
de burgemeester overlaten.
DIJKHERSTEL
Daarover en ook over het ontstaan van
de doorbraken sprak ir. J. de Koning van
de n.v. Amsterdamse Ballast Mij, die met
schetsjes en foto's een duidelijke uiteenzet
ting gaf. Hij wees er op hoe voor de vloed
van 1 Febr. de dijken te laag waren en de
golven overspoelden om aldus aan de bin
nenkant in de dijk te vreten, die uiteindelijk
de kruin deed wegschuiven. De verschillen
de phases heeft men ook aan de St. Filips-
landse zeedijken kunnen nagaan. De bij
A.J. Polder ontstane gaten waren het ge
vaarlijkst en de gaten 6 en 7 in de Oude
Polder het moeilijkst. Waar zinkstukken een
langdurig procédé van dichten is heeft men
het met kistdammen geprobeerd wat ook
is gelukt. Spreker roemde het werk wat door
de Commandotroepen en door de inwo
ners is gepresteerd. Donderdag 26 Febr.
kon de zandzuiger persen. 7 Maart jl.
waren in de Polder de gaten definitief ge
dicht, terwijl dat in de Oude Polder op
20 Febr. het geval was. 114.000 m3 zand
was er toen verwerkt. Ir. de Koning bracht
ook hulde aan de Rijkswaterstaat, die ten
opzichte van het herstel zo'n ruim standpunt
innam. De dijk is plm 1 meter hoger opge
trokken en veel zwaarder door een zand-
kern, schorgrond, krammat, enz. Men hoopt
dit jaar tijdig en geheel klaar te komen. Ir.
de Koning was naast de commando's en
arbeiders ook erkentelijk voor het werk van
dijkgraaf P. Boudeling en het gehele pol
derbestuur.
OVERWELDIGENDE STEUN
Dgarvan gewaagde burgemeester L. J. de
Jonge na de lunch, toen omstreeks half drie
de Commissaris der Koningin was gearri
veerd en men weer verkwikt (dank zij de
goede zorgen en keuken van hotel „De
Druiventros") in het noodgemeentehuis bij
een was. De bereidheid van de Commis
saris de officiële opening te verrichten
stelde burgemeester De Jonge bijzonder op
prijs, zoals hij ook zeer getroffen was door
de Koninklijke bezoeken en die van de
andere hoogste Overheidspersonen in den
lande onmiddellijk of enige tijd na de 1ste
Februari. Ontelbare schenkers van gaven
en giften zijn er geweest. Het was zo veel,
zo machtig, dat wij er vaak verlegen en
ontroerd door werden, Daar was het loffe
lijk streven van de Vereniging van Ned.
Gemeenten, waardoor onze gemeente werd
geadopteerd door Hengelo, Stad en Ambt
Delden. Alles wat thans om U ziet, werd
door hen geschonken. Dit noodgemeentehuis,
een pracht spontane gift, het meubilair waar
wij zo trots op zijn en waardoor menigeen
zegt: „De raadzaal is mooier dan voor de
ramp". Daarnaast kwamen nog vele gaven
en steun uit de adoptiegemeenten. Onze
technische diensten waren met de pompen
van Stork even blij als de vrouwelijke in
gezetenen met de Hengelo'se naaimandjes en
het secretariepersoneel met de nieuwste kan
toormachines uit Zweden.
De burgemeester van Vouziers uit Frank
rijk kwam op een goede dag met 170.000 frcs
en een vrachtauto goederen, Salisbury bleef
niet achter en Oostenrijk zond een ambts
woning. Daar waren de warm voelende,
actieve en helpende comité's en burgers uit
Etten en Leur, Eindhoven, Venlo en andere
gemeenten. Hun initiatieven stemden ons tot
diep ontzag. Naast de vele verre vrienden
waren er ook de goede buren: Steenbergen
en Roosendaal. Gij hebt voor de ingezetenen
de eerste stoot helpen opvangen. Die Chris
telijke naastenliefde heeft belangrijke ban
den gelegd.
Allen zonder enige uitzondering was hij
mede namens de bevolking uitermate dank
baar voor het zo enorm vele wat voor St.
Filipsland is gedaan.
Burgemeester de Jonge wenste niet in her
haling te treden omtrent het herstelwerk.
Wel sprak hij een woord van respect tot
hen, die zich vol ijver voor dit Herculus-
werk inzetten en volbrengen. Nog dagelijks
wordt er gestreden om der wille van het
herstel, met man en macht, in snel tempo.
Spreker besloot met een variant op de
Zeeuwse wapenspreuk: „Ik worstel en zal
er bovenop komen", zodat eerlang St. Filips
land weer in de rij van de overige Zeeuwse
wapenbroeders een eervolle plaats kan in
nemen, hersteld en bloeiender dan weleer
met een Luctor et Emergo.
DE OFFICIËLE OPENING
Toen was het ogenblik daar, dat onze
Commissaris der Koningin, jhr. mr. A. F. C.
de Casembroot het woord nam en verklaarde
zeer verheugd te zijn hier aanwezig te kun
nen zijn. Het is voor deze gemeente een dag
van vreugde, maar ook zullen meer dan ooit
de herinneringen terug gaan naar hen die
het slachtoffer werden van de watervloed.
Ik kan me volkomen indenken, dat ze nu in
het bijzonder in gedachten komen. Graag
wil hij zijn dankbaarheid bij die van de
burgemeester voegen t.a.v. de adoptiege
meenten. Hij heeft persoonlijk ondervonden
hoe groot de dankbaarheid ook is van de
bevolking voor hen. Inderdaad is dit nood
gemeentehuis beter dan het oude. Vele
Zeeuwse gemeenten zijn getroffen, velen ook
hebben de wederopbouw krachtig kunnen èn
aangepakt. Met alle waardering voor die
allen, weet ik dat St. Filipsland in het eerste
gelid van de eerste rij staat in dit opzicht.
Wrakhout geruimd, 35 woningen aanbesteed,
schoolbouw in voorbereiding. Ook namens
Ged. Staten moge ik U danken voor dit
kordate herstel. Dank ook voor de samen
werking met de Polderbesturen, waar hier
ook het bewijs geleverd is hoe zeer herstel
door samenwerking tussen deze en gemeente
van invloed is. De Commissaris hoopte dat
St. Filipsland op deze weg mag voortgaan,
dat onder Gods onmisbare zegen het herstel
vlot mocht verlopen en verklaarde hiermede
dit mooie noodgemeentehuis voor geopend.
HENGELO'S BURGEMEESTER
EN ANDERE SPREKERS
Mr. R. J. J. Lambooy, burgemeester van
Hengelo sprak mede namens Stad en Ambt
Delden. Hij wees er o.m. op, hoe hij 26
Februari in St. Filipsland kwam temidden
van beproefde mensen, doden, water, puin,
chaos en de burgemeester in het groenten-
winkeltje met een vertrekje waarin men zich
nauwelijks koo bewegen en een toeloop en
zorgen die niet te overzien waren. Het leek
hopeloos. Wat een grote verandering thans.
Nu een beeld van wederopbouw, schone
straten, schone huizen, herbouw.
Spreker vond het prettig dat zij hebben
kunnen helpen. Het was ons zelfs een grote
vreugde, omdat we wisten dat het op zijn
plaats was.
Met de vaste overtuiging dat er ver
standige besluiten genomen zouden worden
tot heil der gemeente en met de wens dat
geluk en voorspoed St. Filipsland s deel
mocht zijn, bood mr. Lambooy namens de
gemeente van Hengelo nog een mooie elec-
trische klok aan, die nog in de raadszaal
ontbrak. Hij hoopte dat vanaf heden de
raadsvergaderingen niet alleen op tijd zouden
beginnen, maar ook tijdig worden beëindigd.
Namens de afd. Eindhoven van het Ned.
Roode Kruis sprak mevr. H. van Riemsdijk
Philips, welke afdeling verheugd was iets
te kunnen doen en 3 vrachtwagens goede
ren zond, waarmee velen gelukkig werden
gemaakt. Zij en haar helpsters kwamen
zeer onder de indruk van de flinkheid der
bevolking, zoals daarnaast de dankbaar
heid ontroerde. Als mooi voorbeeld haalde
spreekster aan, hoe een evacué een paar
practige bloedkoralen cadeau gaf, het enige
wat ze nog had kunnen redden, dit uit
dankbaarheid voor de geboden hulp.
De heer Stam van Wederopbouw zag
deze officiële opening als een eerste steen
in de wederopbouw van het geheel. Gaarne
deed hij de toezegging van steun voor zo
ver dat de Dienst Wederopbouw mogelijk
was en wenste het gemeentebestuur succes
bij de nog zeer moeilijke werkzaamheden.
Ook de wethouder van Roosendaal, de
heer H. M. Vos verheugde zich over de
helpende hand die zijn gemeente heeft kun
nen uitsteken en beschouwde het niet meer
dan een christenplicht. Hij sprak de op
rechte wens uit dat de gemeente spoedig
geheel hersteld mocht zijn.
Ontroerd betuigde burgemeester de Jonge
allen zijn erkentelijkheid voor de vele goede
woorden met de daaraan vooraf gestelde
daden.
Daarmee was deze plechtigheid ten einde
en ging het gezelschap naar de auto's voor
een rit naar het veer te Anna Jacoba Pol
der, waar de herstelde dijk werd bezichtigd,
het in één dag geplaatste Palynorm pavil
joen en ook de herstelde doorbraken in de
andere polders even werden bekeken.
Gemeentebestuur en administratief per
soneel van St. Filipsland zijn uit de
nood door dit prachtig „noodgebouw".
Ze behoeven zich yoorlopig geen
zorgen te maken over een nieuw ge
meentehuis, maar kunnen zich met alle
ijver toeleggen op de bouw van wonin
gen voor haar ingezetenen. Spoed, veel
spoed is daartoe nodig. Alle inwoners
zijn er zo goed als weergekeerd, maar
vraag ons niet, hoe ze allen gehuisvest
zijn. Vraag niet als U voor een pak-
huisje staat hoeveel personen daar zijn
ondergebracht, vraag niet met hoevelen
een zolder moet gedeeld, vraag niet naar
de moeilijkheden die dit huisvesten mee
bracht.
Voorlopig hebben de mensen er een
onderdak gevaonden, ze zijn terug in
eigen gemeente. Dat is heel wat waard.
Maar het is alles waard terug te kun
nen in eigen huis. Daarop hopen we
met vele inwoners, kon het zijn voor een
groot deel nog tijdens de winter.
De Tentooonstelling JulicUlci tOt JulicUlci
(Vandaag en morgen in St. Maartensdijk, Woensdag a.s. in Tholen)
Belangwekkende expositie van
voorwerpen uit het
Koninklijk Huisarchief
Toen in 1949 de Gouden Koets per schip
'n tournée door ons land maakte, heeft deze
varende tentoonstelling enorme belangstel
ling getrokken, en belangrijke baten opge
leverd voor het Koningin Juliana Fonds,
onder auspiciën waarvan de expositie was
georganiseerd. De tocht kon slechts drie
maanden duren, doch in deze betrekkelijk
korte tijd hebben 300.000 landgenoten deze
'prachtige koets gezien. En groot was de
erkentelijkheid en waardering, dat dit ko
ninklijke rijtuig, dat anders slechts op Prins
jesdag in Den Haag te zien is, nu bewon
derd kon worden door velen, die nooit
gelegenheid hadden op de derde Dinsdag
in September het „sprookje van de Gouden
Koets" te komen aanschouwen.
EEN RIJDENDE
TENTOONSTELLING
Een nieuwe reizende tentoonstelling trekt
nu door ons land. H. M. de Koningin heeft
goed gevonden, dat een schat van voorwer
pen uit het Koninklijk Huisarchief beschik
baar wordt gesteld om daarmede deze nieu
we expositie te organiseren. De opbrengst
hiervan komt dit keer niet alleen ten goe
de aan het Koningin Juliana Fonds, Natio
naal Fonds ter bevordering van maatschap
pelijk werk, doch ook aan het Prins Bern-
hard Fonds, Nationaal Fonds voor cultu
rele belangen. Deze beide fondsen, hoewel
volkomen zelfstandig in de uitvoering van
hun arbeid, werken samen op het gebied van
fondsenwerving.
De nieuwe tentoonstelling reist niet per
schip, waardoor het aantal plaatsen, dat
bezocht kan worden vanzelfsprekend be
perkt is, doch nu in twee grote autobussen,
die tot in de kleinste plaatsen kunnen ko
men. Tegen elkaar geplaatst vormen deze
bussen een prachtige tentoonstellingsruimte.
De beide fondsen, ten behoeve waarvan
de tentoonstelling wordt gehouden, hebben
met grote erkentelijkheid de mogelijkheid
aanvaard en met hulp van de medewerkers
van het Koninklijk Huisarchief werd een
expositie georganiseerd, die het bekijken
meer dan waard is.
VAN JULIANA TOT JULIANA
„Van Juliana tot Juliana" heeft men de
tentoonstelling genoemd, Van Juliana van
Stolberg, de stammoeder der Oranjes, zoals
zij wordt genoemd, tot Juliana van Oranje
Nassau, onze tegenwoordige Koningin.
De naam van de tentoonstelling vindt zijn
oorsprong in een foto, welke tijdens het
verblijf van H. M. de Koningin te Parijs
werd gemaakt. Daarop zien wij Hare Ma
jesteit, in diepe aandacht verzonken, een
oud schilderij bekijken van Juliana van Stol
berg, de Moeder van de Vader des Vader
lands, Prins Willem I. Direct als wij de
tentoonstelling binnentreden zien wij deze
foto hangen.
Helaas zijn er geen voorwerpen, welke
Juliana van Stolberg gebruikt heeft, be
waard gebleven. Doch behalve haar por
tret vinden wij hier een fotocopie van een
brief, welke zij op 16 Juni 1573 aan haar
zoon, Prins Willem I, heeft geschreven. Het
origineel van deze brief wordt in het Ko
ninklijk Huisarcief bewaard. Het stuk zelf
is in historisch opzicht te kostbaar dan dat
het uit de archieven zou kunnen worden ge
nomen en aan deze tentoonstelling toever
trouwd.
Gaan wij verder, dan vinden wij in chro
nologische volgorde een groot aantal voor
werpen, welke alle aan Oranjevorsten, hun
gemalinnen of hun kinderen hebben toebe
hoord of door hen zijn gebruikt.
Het is de meest bonte verscheidenheid,
welke men zich denken kan. Naast een tin
nen bierpul en het zakmes van Willem de
Zwijger ligt een jachthoorn van Prins Mau-
rits; wij zien eetgerei, sieraden, kledingstuk
ken, porcelein en aardewerk en wat niet al.
Daar liggen een vork, lepel en mes, voor
zien van het stadhouderlijk wapen, reeds
gebruikt door de Koning-Stadhouder Wil
lem III (16501702). Dit tafelzilver wordt
thans nog gebruikt bij officiële hofdiners.
Tussen prachtige voorwerpen in ligt daar
een eenvoudige brief, spelden, gebruikt voor
het inbakeren van Prins Willem IV bij zijn
geboorte in 1711. Direct weer daarnaast
vinden we de pracht van een aantal onder
delen van het costuum van de Orde van
de Kouseband, gedragen door Prins Willem
V (1748-1806). Dan valt ons oog op een
fraaie microscoop uit het jaar 1775, welke
ook aan deze Prins heeft toebehoord.
DE SABEL VAN WATERLOO
Daar hangt een sabel. Deze heeft de
Prins van Oranje, de latere Koning Willem
II (1792-1849) gedragen in de slag bij
Waterloo in Juni 1915. De veldmaarschalk
staf van deze vorst wordt ook getoond.
Bij dit beeld van strijd een beeld van
huiselijkheid: een paar kleine schoentjes, het
eerste paar dat Koning Willem I (1772-
1843) heeft gedragen. Zo wisselen steeds de
eenvoudige dingen van het huiselijk leven
der Oranjes af met beelden van het offici
ële leven, de staatsmanstaak en de strijd
voor en met de Nederlanden.
DE TEGENWOORDIGE TIJD
Zo komen we langzamerhand in de tegen
woordige tijd. Prachtig is de doopjurk,
welke gebruikt werd bij de doop van Ko
ningin Wilhelmina, Koningin Juliana en de
Prinsessen Beatrix en Marijke. Wij zien ook
de aangifte-jurk, sedert 1851 gebruikt bij
de aangifte van de geboorte van een Ko
ningskind bij de Burgerlijke Stand.
In een grote vitrine staat in alle eenvoud
de japon, welke Koningin Juliana heeft ge
dragen op de dag van Haar inhuldiging,
6 September 1948. Begrijpelijkerwijze missen
wij hierbij de prachtige Koningsmantel en de
juwelen, welke deze japon sierden. Wel
wordt de japon opgeluisterd door de ver
sierselen van de Militaire Willemsorde le
klasse.
Al meldt de naam van de tentoonstelling
ook „tot Juliana", de expositie zou niet
compleet zijn wanneer daarin ook Prins
Bernhard en de vier Prinsessen niet verte
genwoordigd zouden zijn. Van de Prins
zien wij een aantal voorwerpen, Welke be
trekking hebben op zijn arbeid, in het bij
zonder in oorlogstijd. Zo ligt daar het log
boek van de Prins als vliegenier uit de
oorlogsjaren. Opengeslagen ligt het verslag
van de tocht naar Afrika en Italië van Juli
1944.
Van de Prinsesjes zijn er opstellen, teke
ningen, boetseerwerk ja, zelfs de kleine
Marijke is vertegenwoordigd met een boek,
waarin zij op de titelpagina haar tekenta
lenten ontplooit I
Zo geeft deze tentoonstelling een beeld
van het leven, van het lief en leed van ons
Oranjehuis. Deze voorwerpen zeggen ons
oneindig veel meer dan lange verhalen en
geschiedenisboekjes.
DE INRICHTING VAN DE
TENTOONSTELLING
Ten slotte nog een enkel woord over de
inrichting. De Nederlandse Spoorwegen
stelden twee grote autobussen, z.g. opleg
gers, beschikbaar, welke door de N.V.
Hypsos te Bilthoven in een voortreffelijke
tentoonstellingsruimte werden omgetoverd.
Met de ruimte is gewoekerd, doch er is dan
ook een expositie verkregen, waarin ieder
een, klein of groot, de tentoongestelde ar
tikelen goed kan zien.
De reizende tentoonstelling wordt door 'n
tweetal dames begeleid, die de ganse dag
bezig zijn om uitleg te geven, waar dat nog
nodig mocht zijn.
Voor het bezichtigen van de tentoonstel
ling wordt een geringe vergoeding gevraagd
ten behoeve van beide fondsen; voor vol
wassenen 25 cent, voor kinderen 10 cent.
Deze zo bij uitstek nationale tentoonstel
ling zal zeker veel bezoekers trekken omdat
zij ons de gelegenheid biedt uiting te geven
aan onze belangstelling voor ons Vorsten
huis.
Om heel andere oorzaak dan te St. Filipsland werd er te Oud-Vossemeer een nieuw
gemeentehuis in gebruik genomen. Was het in de eerstgenoemde gemeente door de
watersnood, in Oud-Vossemeer was het de tand des tijds die het nodig maakte. Die
tijdtand had een verbetering echter al zo urgent gemaakt, dat de nood er bijna even
hoog was dan te St. Filipsland. In Oud-Vossemeer zat men al jaren zeer ongemakkelijk.
Er was niet het minste gerief. Bovendien liep men vast met het opbergen van het
archief. Gelukkig is nu het verschil tussen oud en nieuw gemeentehuis zeer groot:
een machtige verandering ten goede. Van twee bouwvallige vertrekken naar een pand
waarin een raadszaal, burgemeesterskamer, secretarie, kamer voor de ontvanger, kluis,
W.C., opbergkamertje en boven nog een woning voor de wijkzuster. En dat alles keurig
geschilderd, mooi gemeubileerd en van een prima verlichting voorzien. Het was onze
Commissaris der Koningin in Zeeland, jhr. mr. A. F. C. de Casembroot een genoegen
dit vooral intern mooie gebouw Maandag 20 Juli jl. officieel te openen.
DOELMATIGE INRICHTING
De meeste onzer Oud-Vossemeerse lezers
hebben meerdere malen het oude gemeente
huis van binnen gezien. Met vreze hebben
ze de krakende deur opengedaan, die tot de
secretarie toegang gaf. Daar was niet alleen
de secretarie, maar ook de vergaderzaal, de
trouwzaal, de b. en w. kamer. Alleen op
de „Roosevelt'schoorsteen kon men trots
zijn, maar daarmee was alles gezegd. Om
er te werken was het er heus geen doen
meer.
En dan nu de doelmatige inrichting van
het nieuwe gemeentehuis: een brede gang
voert rechtstreeks naar de prachtige raads
zaal, waar de mooie dubbele deuren voor
zien zijn van fraaie glaspanelen en figuren.
Men ziet er een mannenfiguur met een zand
zak en één met een schop, strijdend tegen
het water. Op het boven deze ingang aange
brachte fraaie paneel staat: „Saevis tran-
quillus in Undis": „Rustig temidden der
woedende golven
Zowel de betimmering, beschildering en
niet te vergeten de meubilering maakt dit
tot een fraaie raadszaal, waarin de ontvangst
heel wat minder hoofdbrekens kost dan in
het oude gebouw.
Recht van de gang is de burgemeesters
kamer, daarachter een kleine keuken en toilet
Links van de gang de toegang tot de secre
tarie met een voortreffelijke, practische
meubilering. Daarachter de kluis en achter
de raadszaal het kamertje voor de gemeente
ontvanger. Boven heeft men nog twee
archiefkamers en zoals opgemerkt een wo
ning voor de wijkzuster, die alleen van bui
ten af bereikbaar is. De zacht aandoende
pasteltinten; waarmee het geheel is be
schilderd maakt er een fraai en prettig aan
doend geheel van. Van dit woonhuis, van
deze pastorie is ontegenzeggelijk een mooi