WAARIN OPGENOMEN DE THOOLSE COURANT
Het Parlementair Overzicht
De Eendrachtbode
Drie ministers in de Kamer.
Ruzie tussen minister Kernkamp en prof. Gerritson.
Raadsverslag Stavcnisse.
Maart bleef een zeer droge maand.
Tijd van schadelijke nachtvorsten breekt weer aan.
Zeelands meest gelezen Weekblad
9e Jaargang No. 20
10 April 1953
Uitgevers Firma C. Dieleman en G. Heijboer
Redactie Kerkring A 473, St. Annaland - Telefoon 47
Administratie Oudelandsestraat 9, Tholen - Telef. 57 - Giro 124407
Abonnementen 1.20 per kwartaal
franco p.p. 1.45 incassokosten
Prijs per nummer 10 cent
Advertentiën ƒ0.10 per millimeter Minimum 2.00
Spierinkjes tot en met 20 woorden 1.00. elk woord meer 0.05
Advertenties worden tot uiterlijk Donderdagmiddag 1 u. aangenomen
Drie ministers achter de regerings
tafel bij de behandeling van één be
grotingshoofdstuk is een uitzonde
ring. Verleden week was dat het
geval in de Eerste Kamer toen de
begroting van Buitenlandse Zaken
aan de orde kwam. Het waren de
ministers Beyen van Buitenlandse
Zaken, Luns zonder portefeuille
doch speciaal voor Buitenlandse
Zaken en minister Kernkamp, die
zijn beleid met betrekking tot Indo
nesië tot 1 Januari j.l. had te ver
dedigen. Na die datum heeft men
de Indonesische aangelegenheden
gebracht waar ze thuis horen, n.l. bij
Buitenlandse Zaken. De verhouding
met dat land is geregeld in het
Unie-Statuut, opgesteld tijdens de
R.T.C., die leidde tot de souvereini-
teitsoverdracht. Het is een zuiver
volkenrechtelijke verhouding tussen
twee staten. Daarom is Buitenland
se Zaken het aangewezen departe
ment om zich met Indonesië bezig
te houden. Temeer, daar van het
Unie-Statuut niets is terechtgeko
men en de verhouding tussen Ne
derland en Indonesië op vele pun
ten nog wel iets te wensen overlaat.
Het was dus voor de laatste maal
dat de minister van Overzeese
Rijksdelen zich met Indonesië be
moeide en daarmede is voorgoed
een periode in onze geschiedenis af
gesloten. Een periode, waarin er een
speciale band tussen beide landen
bestond.
Een redevoering behoefde minis
ter Kernkamp eigenlijk niet te hou
den. Hij had zijn beleid een week
tevoren reeds verdedigd, zodat de
Kamer dan slechts in herhaling zou
vallen. Er is echter een kwestie aan
de orde gesteld, die niet bepaald
fris is. Prof. Gerritson (c.h.), hoog
leraar in het Staatsrecht en dichter
(als Geerten Gossaert heeft hij gro
te bekendheid) had de bewindsman
verweten, dat hij „onwaardig" heeft
gehandeld. Tijdens de besprekingen
in New York over de positie van
Suriname en de Antillen, waarbij hij
het recht van afscheiding had be
loofd, zou hij „staatsverraad" heb
ben gepleegd, waarop slechts de
„doodstraf" staat. Het is aan geen
twijfel onderhevig, dat dergelijke
uitdrukkingen niet bepaald op het
peil staan van een parlementair de
bat. De minister verzette zich zeer
waardig. Op besliste toon gaf hij te
kennen van zulk een debat niet ge
diend te zijn. De heer Gerritson had
echter beloofd bij Buitenlandse Za
ken op deze kwestie terug te komen.
Maar prof. Molenaar (v.v.d.) en
Pater Beaufort (k.v.p.) waren hem
voor. Een groot deel van hun rede
voeringen was gewijd aan het on-
oirbare optreden van de c.h.-afge
vaardigde tegen zijn partijgenoot, de
minister. Deze stelde vast, dat prof.
Gerritson zijn beledigingen niet had
teruggenomen. En enigszins ontdaan
door de grove behandeling zeide hij
„we are not on speaking terms".
Een uitdrukking, die men het best
kan vertalen met „we praten niet
meer met elkaar". „Mijn psycholo
gische instelling tegenover prof.
Gerritson blijft ongewijzigd", zo
voegde de minister daar duidelijk
heidshalve aan toe. Prof. Gerritson
trachtte te bewijzen dat hij niets
persoonlijks heeft tegen deze minis
ter, „die het ongemak heeft lid van
dit Kabinet te zijn". „Ik voer be
ginsel- en geen personen-politiek".
Maar deze stelling wierp hijzelf
weer omver toen hij even later ver
klaarde, dat hij wekenlang zijn ont
slagbrief als lid der Eerste Kamer
op tafel had liggen, want hij zag er
tegenop om met zijn oud-collega te
debatteren. Maar, aldus had hijzelf
geconcludeerd, dit zou een laffe
vlucht betekenen. De minister haal
de de schouders op en prof. Gerrit
son beende heen en weer toen pater
Beaufort hem voor de tweede maal
zijn jas uitveegde. Het was een on
verkwikkelijk debat. Een voorspel
daarvan hebben we reeds een jaar
geleden gehad toe het Kamerlid v.
d. Kieft, nu minister van Financien,
zijn verleden had blootgelegd en
aangetoond had, dat prof. Gerritson
niet vrij is geweest van fascistische
smetten. Hoe het zij, zijn optreden
is in de altijd zo rustige Senaat geen
succes. Als wetenschapsman en als
dichter mag hij een groot man zijn,
als staatsman faalt hij volkomen.
Zijn partijgenoten in de Kamer zijn
de eersten, die dat zullen toegeven.
Minister Beyen is de man van de
grote lijn. De internationale zaken
man, die de financiële politiek op
zijn duimpje kent. Jarenlang heeft
hij in de Ver. Staten gewoond. Hij
spreekt gemakkelijk, met de duimen
in de vestzakken. Maar in dit debat
was het jammer, dat hij de Kamer
ontweek. Hij hield een vlakke rede
voering over de positie van Europa,
en in het bijzonder van Nederland,
in de wereld. Nieuwe gezichtspun
ten leverde dit echter niet op.
Minister Luns is de man van het
détail. Een knap diplomaat, een har
de werker, die serieus ingaat op al
de vragen, die gesteld worden. Geen
briljant spreker. Hij weet dat en
heeft daar moeite mee. Maar hij kan
het oor der Kamer houden door zijn
grote kennis. Evenals de heer Beyen
is hij een man met humor, al komt
dit in de debatten niet tot uitdruk
king. Daarvoor zijn zij nog te wei
nig in de Kamers geweest. De uit
eenzettingen van de Minister zon
der Portefeuille over de houding
van Rusland waren in hoge mate
interessant. We kunnen de vredes
pogingen van dat land slechts ge
loven, wanneer de oorlog in Korea
is geëindigd, wanneer Duitsland
weer één is en wanneer het wil pra
ten over de positie van de satelliet-
landen. Vooral dit laatste was een
verklaring, die niet zonder belang
is. Het is voor de eerste maal dat
deze voorwaarde werd gesteld. En
verder blijft de heer Luns nog wel
iets zien in de Verenigde Naties, die
meer zijn dan een politieke jaar
beurs. Ook de Benelux behoort on
der het werkterrein van deze be
windsman. Hij is er warm voorstan
der van, uit economische en politie
ke overwegingen. V/ij staan voor
de laatste hindernis. De Economi
sche Unie zal in de komende jaren
zeker haar betekenis houden; ook
al zal de integratie van Europa
voortschrijden. De Moerdijkcom
missie heeft zich nog niet bezigge
houden met de kwestie van een ka
naal door Limburg. De Commissie
zal geen bindende afspraken maken,
doch zal de Regeringen adviseren.
Het was een lange vergadering
van de Senaat. Van 's ochtends half
elf tot 's avonds half negen. Maar
dat had men er voor over, want een
vrije Paasweek was in het vooruit
zicht. De begrotingsbehandeling in
de Eerste Kamer is nu bijna vol
tooid, hetgeen te danken is aan het
straffe regiem van voorzitter Jonk
man.
(Nadruk verboden).
Hoe moet het met het herstel van de beschadigde gebouwen
Zullen de gezamenlijke ambachtslieden het doen of moet het naar vrije keus
De raadsleden kiezen het laatste.
Van Alkmaar krijgt men een renteloze kasgeldlening van 30.000,
Het was een moeilijke keuze, waarvoor de raadsleden zich Dinsdag 7 April jl. tijdens
de gehouden openbare raadsvergadering in één Her schoollokalen zagen geplaatst.
Moeilijk was het om het voorstel van het dagelijks bestuur te aanvaarden, maar voor
sommigen haast even moeilijk om het te verwerpen. Dit voorstel behelsde een over-
eenkomst aan te gaan met een combinatie van de plaatselijke ambachtslieden om dan
aan hen zonder verdere klantenbinding het herstel van de beschadigde gebouwen
op te dragen. Tenslotte meenden alle raadsleden, dat men de burgerij hierin toch maar
liever vrij liet, op gevaar dat er vreemde kapers op de kust komen, op gevaar ook,
dat het niet in zulke geleide banen kan worden gebracht, dan wanneer men het voorstel
van het dagelijks bestuur zou steunen.
DE ONTWERP-OVEREENKOMST
De beide wethouders waren niet aanwe
zig, toen burgemeester L. A. Verburg de
openbare vergadering opende. Nadat de
voorlaatste notulen waren gelezen en on
veranderd vastgesteld werd punt 1 van de
agenda behandeld, t.w.: Regeling herstel
werkzaamheden beschadigde gebouwen in
de gemeente Stavenisse.
B. en W. hadden dit voorstel als volgt
omschreven:
U zult vernomen hebben, dat de am
bachtslieden uit deze gemeente besloten heb
ben tezamen een combinatie te vormen, ten
einde te geraken tot een herstel van de be
schadigde gebouwen voor 1 October a.s.
Het laat zich verstaan, dat met het een
voudige besluit om een combinatie van
aannemers te vormen, de zaak zelve niet is
afgedaan. Het is noodzakelijk, dat de aan
nemers zich door middel van een schrifte
lijke overeenkomst binden.
Nadat terzake enige besprekingen zijn ge
voerd hebben wij thans een ontwerp-over-
eenkomst gereed.
Op grond van besprekingen welke zijn
gevoerd met vertegenwoordigers van de
adopterende gemeenten uit Noord-Holland
stellen wij ons voor, dat de uitvoering van
de herstelwerkzaamheden als volgt zal die
nen te geschieden:
a. de eigenaar van een beschadigd pand,
hetwelk voor herstel in aanmerking
komt, wendt zich tot het gemeentebe
stuur van Stavenisse, met verzoek het
pand te doen herstellen.
b. het gemeentebestuur van Stavenisse laat
de onder a. bedoelde eigenaar een ver
klaring tekenen, waarbij deze er zich
mede accoord verklaart, dat het gemeen
tebestuur van Stavenisse de herstel
werkzaamheden van zijn pand opdraagt
aan de „combinatie herstel Stavenisse
en waarbij hij tevens de uiteindelijk te
ontvangen schadevergoeding aan de ge
meente Stavenisse cedeert.
c. het gemeentebestuur van Stavenisse ver
zoekt de aannemers-combinatie te willen
opgeven hoe groot de herstelkosten zul
len zijn;
d. het gemeentebestuur vraagt het bedrag
der getaxeerde herstelkosten bij het
Rampschadebureau op;
e. indien de door de combinatie opgegeven
kosten hoger zijn dan de getaxeerde
schade, verzoekt het gemeentebestuur de
onder a. bedoelde eigenaar het verschil
in de kas der gemeente te storten;
f. het gemeentebestuur draagt het herstel
aan de aannemers-combinatie op;
g. de gemeente Stavenisse gaat met de ge
meente Alkmaar een renteloze kasgeld
lening aan, voorlopig ten bedrage van
30.000,voor de tijd van drie maan
den, zulks ter voorlopige financiering
van de herstelwerkzaamheden, in af
wachting van de ontvangst van de scha
devergoedingen;
h. de adopterende gemeenten stellen zich
jegens de gemeente Stavenisse garant
voor de betaling van een eventueel na
delig saldo.
Van de adopterende gemeenten werd be
reids de toezegging ontvangen dat de ge
meente Alkmaar de onder g bedoelde kas
geldlening zal verstrekken, terwijl de adop
terende gemeenten de onder h bedoelde
garantie schriftelijk zullen verlenen.
Naar onze mening kan met het voren
staande worden bereikt, dat de herstelwerk
zaamheden op zo snel mogelijke wijze tot
stand worden gebracht, terwijl de ambachts
lieden vrij staan tegenover de klanten.
Aanneming van werk rechtstreeks in op
dracht van de klanten is dus uitgesloten.
Het is de bedoeling, dat de combinatie
van aannemers (timmerlieden en metselaars)
de werkzaamheden voor de overige am
bachtslieden zoveel mogelijk in onder-aan
neming doet geschieden.
Op grond van het vorenstaande stellen
wij U dan ook voor:
a. te besluiten tot het aangaan van een
renteloze kasgeldl^ning met de gemeente
Alkmaar, zulks ten bedrage van 30.00Q
voor de duur van drie maanden;
b. te besluiten accoord te gaan met voren-
omschreven wijze van herstel der be
schadigde gebouwen in deze gemeente.
IN DISCUSSIE
Op een vraag van de voorzitter of iemand
hierover het woord wenst steekt dhr. Ta-
zelaar als eerste van wal.
Hij is na grondige studie van dit ontwerp
en de bijgevoegde (nog geheime) begroting
uiteindelijk tot de conclusie gekomen, dat
hij tegen dit voorstel zal moeten stemmen.
U zult vragen waarom, mijnheer de voor
zitter, zo vervolgt dhr. Tazelaar.
Ten eerste wil ik de inwoners van Sta
venisse niet aan banden leggen wat betreft
het kiezen van een vakman. Ieder wil het
liefst zijn eigen vakman hebben en wanneer
de raad hiertoe besluit, is dat dus niet mo
gelijk. De vaklieden mogen door deze ver
bintenis geen particulier werk doen, voor
zover het in het kader valt van de herstel
werkzaamheden door de watervloed. Ten
tweede zal daarvan het gevolg zijn, dat het
geweldig veel geld gaat kosten, wanneer ik
bijvoorbeeld alleen maar zie, dat een uur
loon is begroot van 2,voor de aanne
mer. Destijds werd er voor 1,gewerkt,
dus dit betekent een verhoging van 100%.
Persoonlijk sta ik er zo tegenover, dat ik
geen 2,per uur ga betalen aan die
combinatie, maar zelf zal aanbesteden. Dit
loopt over te veel schijven en kost kapitalen.
Een weekloon van 100,- of zoals voor
de opzichter 150,noem ik nogal bar.
Ieder die door het water in de penarie zit,
moet extra gaan betalen. En dit komt voor
namelijk op de huiseigenaar neer.
De voorzitter antwoordt dhr. Tazelaar,
dat dit voorstel om twee hoofdredenen is
gedaan. 1ste, opdat het herstelwerk wordt
uitgevoerd door de plaatselijke aannemers.
Vergeet niet, dat de groot-aannemers van
buiten maar één telefoontje nodig hebben
5sn ze zijn hier. Ter plaatse is men dan het
werk kwijt. 2e opdat dit werk spoedig ge
reed kome.
Laten we dit terrein vrij, dan wordt het
wellicht een chaos, ook voor de plaatselijke
aannemers, die met zuchtende klanten zitten.
En het opgenomen uurloon is het geldende
uurloon voor een aannemer.
Het is trouwens niet zozeer te zien als
uurloon dan wel als een globale winstbere
kening, die misschien nog wel hoger komt.
Dhr. Tazelaar: Ja, maar in het vrije werk
doen ze het voor 1,en daar is geen
kans voor als we deze combinatie aanvaar
den. Vreemde aannemers zullen dan zeker
niet hoger staan en daarom dienen we dit
vrij te laten.
De voorzitter: Vindt dhr. Tazelaar het
dan geen bezwaar dat vreemde aannemers
dit gaan doen
Dhr. Tazelaar: Is U dan van mening, dat
de 3 plaatselijke timmerlieden dit vlug ge
noeg voor elkaar krijgen
De voorzitter: Natuurlijk moeten ze er
personeel bij nemen.
Dhr. Tazelaar: Meen niet, dat het mijn
bedoeling is, vreemde aannemers hier naar
toe te halen. Maar ik ben er alleen niet
voor om de mensen te dwingen.
Dhr. de Vos vraagt zich af, of de plaat
selijke ambachtslieden die combinatie nu
wel zo graag willen.
De voorzitter weet dat ook niet, maar
meent toch wel, dat men dit als de beste
oplossing beschouwde, daar men er anders
zeker niet toe was gekomen.
Dhr. Tazelaar: Waarom zullen we ons
hier eigenlijk aan wagen.
De voorzitter: Enkel om op te treden als
financieel bemiddelaar.
Dhr. de Vos heeft toch ook maar liever
zijn eigen aannemer. Het zou hem hard val
len er een vreemde bij te moeten halen,
maar voor deze combinatie sluiten we de
concurrentie toch wel te veel uit en maken
het de plaatselijke aannemer wat al te ge
makkelijk.
De voorzitter: Vergeet niet dat ons doel
uitsluitend is bij het voorleggen van dit ont
werp om: 1ste zo spoedig mogelijk tot her
stel te komen; 2e om dat herstel aan eigen
mensen te gunnen.
Dhr. van 't Veer heeft dus goed begre
pen, dat het uitsluitend om herstelschade
gaat en niet om nieuwbouw. Nou, dan kan
de plaatselijke combinatie toch maar niet
doen, wat ze wil. Het staat toch onder
controle van de dienst Noord-Zeeland en
ze kan maar niet zomaar een herstelschade
opgeven, dat nergens op lijkt.
Dhr. Hage zal het maar kort en duidelijk
zeggen: Dit voorstel is zijn inziens ondemo
cratisch. Er zit zelfs een communistische
lijn in. Het wordt dan zo, dat ik Jan wil,
maar ik moet Piet nemen. Dat lust ik niet.
En de werknemers, die de plaatselijke am
bachtslieden moeten aantrekken zullen ons
niet kunnen bekoren. Immers, de goede vak
man zit op het ogenblik niet zonder werk.
Wat er nog op de „beurs" hangt zijn niets-
nullen.
Wanneer de particulieren gewoon laten
aanbesteden, kunnen de plaatselijke aanne
mers toch ook inschrijven. Kunnen we dat
niet wat regelen
De voorzitter: Nee, dan moet iedere par
ticulier het apart gaan doen en dan zal
dat voor velen grote moeilijkheden ople
veren.
Dhr. Hage vindt dat men een zekere con
currentie toch niet moet tegengaan. Hij is
van mening dat de plaatselijke aannemers
zeker zullen kunnen concurreren met die
van buiten.
De voorzitter: Goed, er is nu een lijst van
40 aanvragen voor herstel van gebouwen-
schade. Dus nog maar een fractie van wat
er zal komen. Al die 40 willen tegelijk ge
holpen worden en de timmerman en metse
laar weet niet waar eerst te beginnen. Re
gelen we het zoals in het voorstel dan gaat
het in volgorde met voorrang voor buiten
gewone gevallen. Dat zal minder chaos
geven en het voor de plaatselijke aannemer
gemakkelijker maken.
Dhr. Hage vraagt daarop of er een mo
gelijkheid is dat de gemeente dit hele her-
stelgeval eerst financiert.
De voorzitter weet daartoe nog niet pre
cies de weg, maar in elk geval moet het
huis ook dicht van degene die geen centen
heeft.
Dhr. Tazelaar: Wie moet dat dan be
talen
De voorzitter: Dat weet ik ook nog niet.
Dhr. Tazelaar: Dan zal dat bezwaarlijk
gaan. Maar alle leden zijn het in deze toch
met de voorzitter eens, dat die mensen even
goed geholpen moeten.
De voorzitter vindt het ook erg moeilijk
en kan zich indenken, dat de raad ook niet
zo gemakkelijk een besluit kan nemen ten
opzichte van de combinatie. Toch vreest hij
dat, wanneer men het zo maar laat lopen,
het een chaos zal worden, ook al is dat
voor het gemeentebestuur de gemakkelijkste
weg.
Dhr. Tazelaar: Moet we hier eigenlijk
wel iets aan doen
De voorzitter: In elk geval zorgen, dat
de woningen voor de winter dicht zijn.
Dhr. Tazelaar: Ik kan onmogelijk m'n
medemensen dwingen naar die combinatie te
gaan.
Dhr. de Vos: Toch zou ik nog liever naar
de combinatie gaan, dan het werk aan
vreemde aannemers te gunnen.
Men komt er niet over uitgedokterd. Zelfs
niét, nadat nog een toelichting is gegeven in
besloten zitting. De voorzitter vindt uit
eindelijk dat het voorstel voldoende is be
sproken en maar tot stemming moet worden
overgegaan.
Alle raadsleden verklaren zich daarop
tegen het voorstel van B. en W. voor zover
het de combinatie-overeenkomst betreft,
maar zijn er wel allen voor om een renteloze
kasgeldlening aan te gaan van 30.000 met
de gemeente Alkmaar ter voorlopige nodige
financiering.
Daarmee zijn beide agendapunten gelijk
afgewerkt. De voorzitter deelt mede, dat
spoedig weer een raadsvergadering gehou
den moet worden.
RONDVRAAG
Dhr. Tazelaar zou graag spoedig een uit
eenzetting horen over de gemeentefinanciën.
Hij weet thans helemaal niet hoe het zaakje
reilt en zeilt.
De voorzitter antwoordt dat het hem nog
onmogelijk is een enigszins globaal overzicht
voor te leggen. Er komt gelukkig wel meer
zicht in. Zo zal volgende week de Heide
Mij. klaar komen met het opruimingswerk,
d.w.z. dat het overige door de gemeente
werklieden kan worden uitgevoerd.
Dhr. Tazelaar vraagt of het ook nog
steeds nodig is dat de drie schepen in de
haven blijven liggen voor gem. rekening,
waarop de voorzitter bevestigend antwoord.
Dhr. Tazelaar vraagt wanneer de scholen
gaan beginnen.
De voorzitter zegt dat men druk doende is
met daartoe de nodige voorbereidingen te
treffen. Men zal gebruik maken van 2 lo
kalen en de onderwijzers brachten al een
bezoek bij een schoolmuseum om de nieuwe
methode's te bekijken.
Dhr. Tazelaar vraagt of de bewaarschool
nu gelijk wordt verbouwd.
De voorzitter weet nog niet wat de adop
terende gemeenten in dit verband zullen
doen, zodat men er voorlopig zelf niet te
grote onkosten aan gaat maken.
Nu men het toch over de Bewaarschool
heeft, deelt de voorzitter mede, dat nog een
verzoek is ingekomen van de Ned. Herv.
Kerk om de bewaarschool na gereinigd te
zijn en goed ontsmet te mogen gebruiken om
er 's Zondags kerk in te houden. Dit ver
zoek zou hij in de volgende vergadering de
leden voorleggen, maar hij kan nu wel
vragen of men daar in principe bezwaar
tegen heeft. Dat is bij geen der leden het
geval. Wanneer de Oud Ger. Gemeente er
gebruik van wil maken kan dat ook en
moet men het onderling maar regelen.
Dhr. van 't Veer vraagt of in de toe
komst herbegraven van de slachtoffers in
deze gemeente mogelijk is.
De voorzitter zegt dat er deze week een
ambtenaar komt van Maatschappelijke Zorg
met wie hij onder meer ook dat zou willen
bespreken.
Dhr. van 't Veer meent dat verscheidene
mensen het op prijs zouden stellen wanneer
hun bloedverwanten hier herbegraven zou
den kunnen worden, maar dat het allen niet
mogelijk zal zijn dat zelf te financieren.
De voorzitter zal dit, zoals gezegd, nader
bespreken.
Daarna sluiting.
(Van onze weerkundige medewerker)
Hoewel wij over enkele weken uitvoeriger
op nachtvorsten, als bestrijding, gunstige en
ongunstige streken voor het optreden van
nachtvorst enz., willen ingaan, zullen wij in
dit artikel reeds enkele waarschuwingen
geven, daar de maanden April en Mei de
gevaarlijkste zijn wat betreft het nacht
vorstgevaar. Het K.N.M.I. zal in de meeste
gevallen reeds in de uitzending van 's mid
dags half één waarschuwen of er in de
komende nacht al of geen kans op nacht
vorst bestaat.
Lichte nachtvorst zal weinig of geen
schade aanrichten. De temperatuur daalt
ook dicht bij de grond nog niet of slechts
enkele tienden van graden onder het vries
punt, terwijl het gras hier en daar wit be
vroren kan zijn.
Matige nachtvorst kan reeds (vooral op
beschutte plaatsen) schade aan gewassen als
jonge groenten, aardappelen, aardbeien, enz.,
veroorzaken. De temperatuur daalt ook even
boven de grond beneden het vriespunt, maar
op normale waarnemingshoogte (2.20 m
boven de grond) blijft het kwik nog boven
nul. De temperaturen, alsmede de minimum
temperaturen van de afgelopen nacht, die
men elke morgen in de uitzendingen van het
K.N.M.I. na de nieuwsberichten van acht
uur hoort, hebben alle betrekking op normale
waarnemingshoogte. Zo kan het wel ge
beuren dat verschillende stations een
minium-temperatuur geven van 1 a 3 grC,
terwijl het die nacht toch gevroren heeft,
maar dan alleen op en dicht boven de grond.
Zware nachtvorst, Hieronder wordt ver
staan een zo lage temperatuur dat ook het
kwik in de thermometerhut (normale waar
nemingshoogte) nog even beneden het vries
punt daalt. Dicht bij de grond (op 10 cm
hoogte kan de temperatuur dan tot 3 a 5
grC dalen, soms nog lager.
De term „Nachtvorst" is niet juist en in
b.v. Engeland gebruikt men dan ook de
term „groundfrost" (grondvorst) evenals in
Duitsland „Bodemforst". Wanneer het
midden in de winter overdag dooit en het
vriest 's nacht 3 J 6 graden, kan men
spreken van nachtvorst en toch wordt deze
term dan niet gebruikt. Nachtvorst in
het voorjaar zouden wij dan ook beter
bodem- of grondvorst kunnen noemen, dat
wil dus zeggen „vorst dicht aan en op de
grond".
Waarom „op beschutte plaats" wordt
er dikwijls gevraagd. Men gaat hierbij dan
uit van de veronderstelling, dat, wanneer
men toch uit de wind in de luwte (op een
beschutte plaats) gaat staan, het daar lang
niet zo koud is als in de wind. Overdag kan
dit in vele gevallen juist zijn, in ieder geval
voor ons gevoel, maar in heldere, vrijwel
windstille nachten is dit anders. Zodra de
zon ophoudt met schijnen, ontvangt de aarde
geen warmte meer en de temperatuur gaat
langzaam weer dalen, want de aarde straalt
de ontvangen warmte weer af in het heelal.
Wanneer het helder weer is bij een rustige
atmosfeer, is de uitstraling het sterkst. Deze
uitstraling van de warmte gaat door totdat
's morgens de zon weer opkomt en de aarde
opnieuw gaat verwarmen. De laagste tempe
raturen en, daarmee samenhangend, ook het
grootste gevaar voor nachtvorst, komen
voor omstreeks zonsopkomst. Waar de at
mosfeer het rustigst is, vindt de sterkste
uitstraling plaats, want op die plaatsen waar
nog een zachte wind voorkomt (dus op de
niet-beschutte plaatsen), wordt het onderste
laagje lucht dat op de aarde rust, zeer koud,
maar gemengd met lucht van iets grotere
hoogte, die een hogere temperatuur heeft,
dus warmer is. Op de beschutte plaatsen
wordt de steeds verder afkoelende luchtlaag
niet gemengd met warmere lucht, zodat juist
daar de temperatuur het eerst onder het
vriespunt kan dalen. Dit klinkt voor velen
misschien vreemd, daar men, wanneer men
op het gevoel afgaat, zou zeggen dat het
juist in de wind het koudst is, hetgeen
echter in deze heldere nachten met sterke
uitstraling niet opgaat.
Na 1929 is Maart niet zo droog geweest,
als viel er in het noorden meer regen dan
elders in ons land. In De Bilt 15 mm; in
deze eeuw waren er slechts twee lentemaan
den die droger bleven. In Den Helder viel
17, Leeuwarden 28, Groningen 27, Vlissin-
gen 10 en in Maastricht 12 mm. Behalve
zeer droog, was het een rustige maand, met
in De Bilt 123, tegen normaal 127, uren
zonneschijn. 19 van de 31 dagen waren
kouder dan normaal. De gemiddelde etmaal-
temperatuur bedroeg te De Bilt 4.9, normaal
5.0 gr.C. De luchtdruk was gemiddeld in
Maart in De Bilt hoger dan in de laatste
100 jaar is voorgekomen. In de laatste dagen
van Maart werd de beruchte staart geroerd,
waarbij zandstormen en windstoten tot bo
ven de 100 km voorkwamen. Een droge
Maart en een natte April, zegt een weer-
rijmpje, is naar de boer zijn wil. Goede Vrij
dag bracht plaatselijk 20 tot 30 mm regen en
ook de Paasdagen verliepen met buiig weer,
waarbij plaatselijk onweer werd waarge
nomen.
Nadruk verboden. J.H.P.