WEEKBLAD VOOR HET EILAND THOLEN EN ST.FILIPSLANO
Plaatselijk Nieuws
WAARIN OPGENOMEN DE THOOLSE COURANT
Het Parlementair Overzicht
Raadsverslag St. Maartensdijk.
Burgerlijk gezag in woelige tijden.
Communisten pleegden obstructie.
ZONDAGSDIENST
ARTSEN
THOLEN
8e Jaargang No. 20
28 Maart 1952
Uitgevers Firma C. Dieleman en G. Heijboer
Redactie Kerkring A 473, St. Annaland - Telefoon 47
Administratie Oudelandsestraat 9, Tholen - Telef. 57 - Giro 124407
Abonnementen 1.20 per
kwartaal franco p.p. ƒ1.45
Prijs per nummer 10 cent
Advertentiën ƒ0.10 per millimeter Minimum 2.00
Spierinkjes tot en met 20 woorden 1.00, elk woord meer -ƒ 0.05
Advertenties worden tot uiterlijk Donderdagmiddag 1 u. aangenomen
Na Pasen komt de Tweede Kamer waar
schijnlijk niet meer bijeen. Waarschijnlijk
zelfs niet meer voor September. De Ka
merleden moeten zich voorbereiden op de
verkiezingen. Dat betekent, dat zij stad en
land zullen rondreizen om redevoeringen
te gaan houden. De Eerste Kamer gaat nog
een paar weken door. Maar eind April zal
het er ook voor onze Senatoren wel op
zitten. Het Kabinet heeft de wetenschap,
dat het 25 Juni zal aftreden. Voor elke
minister is het de vraag of hij na de ver
kiezingen zal terugkomen. Daarom is het
begrijpelijk, dat er op de valreep tal van
wetsontwerpen worden behandeld, welke de
Regering nog persé in het Staatsblad wil
laten verschijnen. Zo zijn de laatste we
ken van deze vierjarige parlementaire pe
riode niet de onbelangrijkste. Trouwens
sinds Januari zijn eigenlijk alleen nog maar
grote vraagstukken aan de orde geweest.
Een deel van de vorige week en ook nog
deze week heeft de Tweede Kamer het
ontwerp „buitengewone bevoegdheden bur
gerlijk gezag" behandeld. Een wetsvoorstel,
dat bedoeld is voor woelige tijden om de
in- en uitwendige veiligheid van de Staat
te waarborgen. Tot nu toe was het zo,
dat de Regering bij hevige onlusten of bij
oorlogsdreiging alleen maar gebruik kon
maken van „de staat van oorlog en de
staat van beleg". Bij deze twee toestan
den zijn het echter steeds de militairen
die alles te vertellen hebben en die het
normale burgerlijke gezag opzij schuiven.
Een militair gezag is altijd onaangenaam.
Denk slechts aan „het militair gezag" dat
echter niet te vergelijken is met de be
voegdheden die de militairen krijgen als
zij gebonden zijn aan de normale wette
lijke voorschriften. Een militair gezag kan
beslist nodig zijn. Ook hier geldt het ge
zegde „een zachte heelmeester maakt stin
kende wonden". Het is echter wenselijk
om zolang mogelijk het burgerlijk gezag
de touwtjes in handen te laten houden.
Deze mogelijkheid wenste het wetsontwerp
te openen. Naast „de staat van oorlog en
beleg" krijgen we de „toestand van ver
hoogde waakzaamheid" en de „burger
lijke uitzonderingstoestand". In beide ge
vallen krijgen de Minister van Binnen
landse Zaken, de burgemeesters en de
Commissarissen der Koningin grote be
voegdheden. Samenscholingen kunnen zij
verbieden, huisarrest kunnen zij opleggen
en zelfs kan ten tijde van de burgerlijke
uitzonderingstoestand geïnterneerd worden.
Zo vreselijk veel veranderd er niet verge
leken bij een buitengewoon militair gezag.
De bevoegdheden zijn vrijwel dezelfde.
Een groot verschil is echter, dat de toe
stand van „de verhoogde waakzaamheid"
en „de burgerlijke uitzonderingstoestand"
toegepast kunnen worden in vredestijd. De
communisten vonden dit ontwerp een voor
bereiding tot een oorlog. Zij spraken zelfs
van het fascisme van Prof. Romme op le
gale wijze. De ware achtergrond van deze
critiek is uiteraard dat zij vrezen, dat dit
voorstel van de Regering t.z.t. tegen hen
zal kunnen worden gebruikt. Maar de
communisten waren de enigen niet die ge
kant zijn tegen de inhoud van dit voor
stel. De heer Weiter b.v. sprak van con
centratiekampen in oorlogstijd. Hij vreesde,
dat de loyale oppositie in de Indonesische
kwestie ook de dupe van deze wet had
kunnen worden. Naar zijn mening wordt
de vrijheid van de burger aangetast en dat
mag alleen door de rechter gebeuren. In
derdaad, een ieder moest het erkennen, dat
de rechtszekerheid van de burger lang niet
op alle punten even duidelijk was. Het
best kwam dat wel tot uiting bij de arti
kelen die over de internering handelden.
Minister Beel was wel genoodzaakt en
hij deed dat zonder tegenzin om met
een uitvoerige Nota van Wijziging te ko
men. De rechtszekerheid kwam daardoor
beter tot haar recht. Zo zal van iedere
internering proces-verbaal worden opge
maakt, waarvan een afschrift aan de be
trokkene wordt gezonden. Dit afschrift
krijgt de geïnterneerde niet in handen als
het belang van de Staat vergt, dat de
gronden voor de internering niet worden
bekend gemaakt.
De meeste fracties hadden dus geen be
zwaar tegen het ontwerp. Dat de Rege
ring niet de bedoeling had om zoveel mo
gelijk buitengewone bevoegdheden aan
haar te trekken, bleek wel uit de soepele
houding van minister Beel. Tal van amen
dementen werden dan ook door hem over
genomen of zij waren niet nodig, omdat
hij het voorstel zelf reeds had gewijzigd.
Zo was bepaald dat de Regeering, nadat
zij de „toestand van verhoogde waakzaam
heid" of de „burgerlijke uitzonderingstoe
stand" heeft afgekondigd, „zo spoedig moge
lijk" aan de Kamer daarvoor goedkeuring
moet vragen. De heer Burger vond „zo
spoedig mogelijk" een zeer rekkelijk begrip.
Hij diende daarom een amendement in om
daarvan „onverwijld" te maken, hetgeen
door de Minister van Binnenlandse Zaken
werd overgenomen. Zowel a.r„ k.v.p., c.h.u.
en v.v.d. waren van mening, dat er een
zekere tragiek in zit als goede democraten
dergelijke maatregelen moeten uitdenken. De
felste opposanten bleven de communisten.
Eerst hadden zij geluk met hun poging
om de beraadslagingen te schorsen, ten
einde de wijziging der Regering te bestude
ren. Daarna gingen zij in de oppositie toen
de artikelen in behandeling kwamen. Zij
deden alle mogelijke moeite om de afhan
deling van het ontwerp zo traag mogelijk
te doen geschieden. Dinsdagmiddag b.v.
werden er maar liefst 35 communistische
redevoeringen afgestoken, die lang niet
allemaal op peil stonden. Bij één artikel
spraken soms drie communisten, terwijl zij
ook alle drie weer repliceerden op het ant
woord van de Minister. Zo sleepte het
debat zich voort. Er kwam geen eind aan.
Voorzitter Kortenhorst hanteerde echter
met grote kalmte de scepter, waardoor het
ontwerp eindelijk de veilige haven be
reikte, zulks met de stemmen der commu
nisten en de heer Weiter tegen.
(Nadruk verboden.)
Nu een drieprocents heffing op de gebouwde
eigendommen aangenomen en nü wordt dus
de Markt verbeterd
Adhaesiebetuiging gevraagd voor nieuwe
regeling Krankzinnigenzorg
In de Dinsdag 25 Maart gehouden vol
lallige openbare raadsvergadering te St.
Maartensdijk werden na opening de notulen
onveranderd vastgesteld.
Door Ged. Staten waren goedgekeurd de
raadsbesluiten tot wijziging hondenbelasting,
begrotingswijzigingen 1951 en een gewijzig
de looptijd van een geldlening.
Het controlerapport van het Verificatie
bureau over de diverse gemeente- en andere
kassen gaf geen aanleiding tot opmerkingen.
Met betrekking tot het ter inzage gelegen
verslag van de Schoolartsendienst 1951 ver
klaarde de voorzitter, dat de lichamelijke
toestand der kinderen niet vooruitgaande is.
Opgemerkt werd in genoemd verslag o.m.
ook, dat een nieuwe school hard nodig is en
dat het nog steeds aan een speelterrein ont
breekt. Men kan voorshands evenwel niet
anders doen, dan deze opmerkingen voor
kennisgeving aannemen.
De heren J. M. Scherpenisse, C. Wielaard
en J. Oudesluijs vragen een tuintje te mogen
huren, voorheen verhuurd aan een thans
overleden inwoonster. Toegewezen wordt
het aan eerstgenoemde.
Dhr. I. Franke verzoekt huurder te mogen
worden van de woning C 87, waarvan tot
op heden zijn moeder huurster is. Op voor
stel van B. en W. wordt dit verzoek met
alg. instemming ingewilligd evenals een
vraag van dezelfde om als pachter te wor
den aangesteld van een perceel land dat nu
zijn moeder in pacht heeft.
Dhr. o.d. Brouw herinnert er nog aan,
dat destijds besloten is bij nieuwe huurders
aan te dringen op het zich houden aan de
rooilijn van schuurtjes e.d., die op of over
de rooilijn staan.
Het Dag. bestuur stelt daarna voor om
de vergoeding door de zangverenigingen
voor gebruik van de o.l. school van 10.
op 20.te brengen. Daarvan houdt men
door gebruik van licht en kolen zeker nog
niet over, maar de billijke heffing kan men
dan nog beschouwen als een zekere tege
moetkoming tegenover deze verenigingen, zo
meent de voorzitter. Een tientje was even
wel al te weinig.
Dhr. o.d. Brouw is er wel niet tegen,
maar meent dat de leden van de verenigin
gen toch al veel moeten opbrengen.
De voorzitter antwoordt hierop, dat men
toch geen grote subsidies behoeft te geven
aan verenigingen, die nu niet bepaald nood
lijdend zijn. Allen zijn er overigens voor de
vergoeding op 20.per jaar te stellen.
Van dhr. Jasperse, districtsopzichter is
een rapportje ingekomen, verband houdende
met nog een zeker overschot van de be
groting 1951, d.w.z. op de posten voor
riolering, straten en pleinen, wegen en voet
paden. Daar er niet tijdig stenen konden
worden aangevoerd, heeft men het begrote
bedrag niet geheel voor de bestemde doelen
aangewend. Dhr. Jasperse stelt nu voor de
bedragen te gebruiken voor verbetering
riolering van de School-, een gedeelte van
de Hazen- en Oudestraat. Met vernieuwing
van de verlaatputten er bij, zou dat op
ongeveer 1624,84 komen. Dhr. Jasperse
heeft dit vanzelfsprekend uitgezocht op ver
zoek van B. en W„ welk college thans dan
ook voorstelt dit volgens genoemd plan uit
te voeren. Allen zijn daar voor.
OVER DE PROVINCIE
VERDELEN
Dhr. Koopman vraagt of er ook een
schrijven is van het gemeentebestuur van
Middelburg, waarin om adhaesie wordt ge
vraagd op hun verzoek aan Ged. Staten tot
verhoging van de bijdrage voor Krankzinni
genzorg. De voorzitter antwoordt, dat B. en
W. die adhaesie-betuiging hebben gezonden,
de gevoelens van de raadsleden in deze
kennende.
Dhr. Koopman zegt daar geheel mee in
te stemmen en zou zelfs graag zien, dat de
Provincie het geheel overnam en de krank
zinnigenzorg over het geheel uitstreek. Dc
voorzitter zegt, dat hij daarop al eerder
heeft gewezen en daar ook absoluut een
voorstander van is. In feite is het immers
nu zo en dat met eerbied gezegd dat
het voor een gemeentebestuur een verlichting
betekent, wanneer een verpleegde, waarvoor
de zorg op het gemeentebestuur drukt, komt
te overlijden. Dat moest toch niet zo zijn.
Wanneer alle provincialen evenredig bij
dragen is dat zeker een betere regeling.
Dhr. Koopman maakt er een voorstel van
om bovenstaande aan het Provinciaal Be
stuur voor te leggen en hiervoor adhaesie
betuiging te vragen aan de andere gemeen
ten in Zeeland. Dit voorstel wordt met
algemene stemmen aangenomen.
De Dienst voor Schone Kunsten vraagt
of ze voor een te houden tentoonstelling
enkele waardevolle antiquiteiten van de ge
meente kan gebruiken, o.m. een gildebeker.
een vergulde coupe, enz.
De voorzitter wijst er op, dat alles in
Middelburg is. Besloten wordt dat terug te
vragen.
Daarna gaat men over tot voorlopige
vaststelling der gemeente-rekening 1950, die
van het Woningbedrijf en goedkeuring der
rekening 1950 van het Weezen Algemeen
Armbestuur. Bij monde van dhr. Langejan
verklaart de Commissie van Onderzoek met
de rekeningen accoord te kunnen gaan, die
voorzien waren van een duidelijke toe
lichting.
De rekening 1950 van de gemeente geeft
aan inkomsten 210088,36 aan uitgaven
208842,20 alzo een batig slot voor de ge
wone dienst van 1246,16.
De kapitaaldienst geeft aan inkomsten
95140,65 aan uitgaven 142667,11 alzo
een nadelig slot van 47526,46.
De rekening 1950 van het gemeentelijk
woningbedrijf geeft aan baten en lasten
37387,83 met een bijdrage van de ge
meente voor het sluitend maken der reke
ning ad f 870.98.
Aan kapitaalsinkomsten en uitgaven geeft
de rekening 34104,61.
De rekening 1950 van het Wezen-Alge
meen-Armbestuur geeft voor de gewone
dienst aan inkomsten en uitgaven van
14542,54 met een bijdrage van de gemeente
tot het sluitend maken van de rekening van
2306,10.
De kapitaaldienst geeft aan inkomsten en
uitgaven ƒ.6214,05.
Tegen een wijziging der gemeente-begro
ting 1951 is niet het minste bezwaar. De
landpachten worden gewijzigd in dien zin.
dat ze worden aangepast aan de laatstelijk
door de Grondkamer vastgestelde nieuwe
pachtprijzen.
VOOR NIEUWE STRATEN
Opnieuw komt vervolgens ter tafel een
voorstel van het Dagelijks bestuur tot het
heffen van een belasting van de belastbare
opbrengst der gebouwde eigendommen. Dit
maal niet zoals de vorige keer 5, maar 3
De voorzitter zegt in dit verband een op
merking te moeten maken daar sommigen
zich hebben afgevraagd hoe het mogelijk is,
dat een gemeente als St. Annaland wel z'n
straten kan vernieuwen uit de extra-finan-
ciele bijdragen en hier niet. Het is nl. zo,
dat we die uitkeringen in St. Maartensdijk
daarvoor niet mogen reserveren, omdat we
dat wel moeten doen voor de straatverlich
ting (overname door P.Z.E.M.). Een nog
steeds netelige kwestie.
Weth. Bout voegt hier aan toe, dat St.
Annaland bovendien nog het geluk had
een paar straten, waarin porfierkeien lagen
te kunnen omruilen. Onze stenen zijn daar
voor niet geschikt.
Terugkomende op de heffing bebouwde
eigendommen zegt de voorzitter, dat ook
gevraagd is of die belasting geheven kan
worden van de huurders van gemeente
woningen en dit moet als zeer waarschijn
lijk worden geacht.
Weth. Hage, hierover als eerste het
woord verkrijgend, merkt op een vorig maal
in de openbare vergadering anders te heb
ben gestemd dan oorspronkelijk in de B.
en W. vergadering. De oorzaak daarvan
was, dat hij uiteindelijk de heffing toch te
zwaar vond. Thans zijn er echter enige
lichtpunten. Zo bestaat de mogelijkheid van
verminderde subsidie aan het Wezen Arm
bestuur en door meer marchanderen hebben
we de heffing op 3 kunnen stellen, „een
heffing die voor mij thans aannemelijk is".
Hij zegt blij te zijn, dat het toen is afge
wezen, omdat het nu toch 2% minder is.
Weth. Bout zegt dat het de bedoeling is
het met ingang van 1 Jan. jl. te laten ingaan.
Dhr. Koopman zegt, dat hij daaraan niet
veel heeft toe te voegen. Immers in vorige
vergadering verklaarde hij zich sterk tegen
deze belasting en nu gaat het bij hem niet
om 5, 3 of 1 het gaat tegen welke hef
fing ook van deze en soortgelijke belastin
gen. Hij zal het de voorstemmers heus niet
kwalijk nemen, maar hij gaat de midden
stand, die toch al zo zwaar de dupe is,
niet nog meer belasten. Wanneer wordt
gerepliceerd, dat hij zojuist toch voor ver
hoging pachtsommen heeft gestemd, ant
woordt dhr. Koopman, dat dit toch geheel
iets anders is. Van het land maakt men
soms 1000.per gemet en wat betaalt
men daarvoor aan pacht Die verhoging
had al 3 jaar eerder moeten gebeuren. We
lopen naar mijn mening op onze hoogste
benen. Een crisis is in 't zicht. Zeker, het
is maar een kleine last, maar toch weer een
last bij talloze andere. Hij verklaart zich
absoluut tegen. De enige weg is z.i. een
geldlening, want hij geeft volmondig toe
dat stratenverbetering nodig is.
De voorzitter is van mening, dat zeer
velen er deze heffing dan ook voor over
zullen hebben.
Dhr. Geluk is bang, dat de mindere sub
sidie voor de Wezen Armen maar dubieus
is. Hij is daarom ook bang om hier A te
zeggen, waar dan B kan volgen. Er moet
inderdaad wat tegenover een geldlening
staan, is er gezegd, maar wat staat er eigen
lijk tegenover de post van 1700.die is
uitgetrokken voor kolentoeslag
De voorzitter: Dat heb ik destijds ook
gevraagd en het staat lang niet vast, dat
Ged. Staten die post van 1700.zullen
goedkeuren.
Weth. Bout wijst op het verschil. Voor
een directe geldlening is ook een directe
dekkingspost nodig.
Dhr. Langejan zegt ook niet voor die
belasting te zullen stemmen. De Polder-
lasten zijn al hoog, er zijn reinigingsrechten,
begrafenisrechten enz. Het wordt te erg.
De voorzitter antwoordt, dat dit hem van
vorige spreker tegenvalt. Hij heeft immers
altijd gezegd: als er geld was. Dhr. Lange
jan verwijst naar zijn motieven en voegt
er aan toe, dat de belastingen het land ver
teren.
Dhr. o.d. Brouw de laatste spreker in
dit debat zegt dat het hem tegenvalt van
B. en W„ dat ze van 5 naar 3% zijn ge
gaan. Er is natuurlijk een zekere tegenstand
geweest, maar dat neemt niet weg, dat het
vorig maal 5 moest zijn om de kosten te
dekken. En dan komt men nu enkele
weken later -met een voorstel van 3
met het motief, dat de subsidie W.A. min
der zal zijn. Hij zou wel willen voorstellen
de 5 te handhaven, maar ziet geen kans
het er door te halen en zal daarom maar
het voorstel van B. en W. steunen.
Veel inwoners hebben gezegd: eigenlijk
toch flauw om daartegen te stemmen en dat
is zo, voor zo'n bedragje. Hoewel hij het
dus onjuist vindt om voor hetzelfde werk nu
luttele weken van 5 op 3% te komen, zal
hij B. en W. steunen. Dan volgt stemming.
Voor zijn de beide wethouders, de Viet en
o.d. Brouw. Tegen Geluk, Langejan en
Koopman, zodat de belasting er komt.
RONDVRAAG
Weth. Bout vraagt de voorzitter of het
hem bekend is, dat iemand verwaarloosde
personen in de gemeente heeft bezocht en
daarbij vele vragen gesteld.
De voorzitter weet van niets. Secretaris
Meloen denkt aan de door het L.E.I. ge
houden enquête. Dhr. o.d. Brouw weet zelfs,
dat er 79 personen zijn bezocht. In elk ge
val, meent deze spreker, zitten we nog
steeds met bejaarde alleenwonenden en
anderen, die geholpen zouden moeten wor
den en... blijkens het raadsverslag Stave-
nisse vlot het met het Thoolse Tehuis hele
maal niet. Integendeel, komt daar nog wel
iets van
De voorzitter antwoordt de laatste ver
gadering te hebben meegemaakt en gehoord,
dat dhr. Lijnzaad van het E.T.I. het ge
maakte plan heeft afgekeurd, omdat dit veel
te groots van opzet was. Dat was het vol
gens de voorzitter inderdaad ook. Nu komt
er een kleiner plan, zodat men niet met een
plan voor St. Maartensdijk kan aankomen.
Hij geeft toe, dat e. en a. lang duurt.
Dhr. o. d. Brouw wil er zich nu oog bij
neerleggen, maar dan moet er ook wat van
komen.
Dhr. de Viet vraagt nadere inlichtingen
omtrent een eventuele Ambachtsschool in
deze gemeente. De voorzitter antwoordt, dat
dit zijn volle aandacht heeft en er ook aan
wordt gewerkt. Het Min. van Onderwijs
heeft een bedrag op de begroting geplaatst
en zodra de Staten-Generaal dat heeft
goedgekeurd, wordt er verder geborduurd.
Hoewel men hem misschien wat optimis
tisch vindt, staat het voor hem vast, dat
die Ambachtsschool er komt.
Dhr. Langejan vraagt of de pomp op de
Markt wordt opgeknapt. De voorzitter zegt
dat dit nog niet zeker is. Herstel is be
groot op 1500,Als er dus subsidie
voor komt, gebeurt het, anders moeten we
het nader bekijken.
Dhr. Langejan vraagt ook of er al een
beslissing is gekomen, welke stenen men
voor de pui gaat gebruiken. De voorzitter
antwoordt ontkennend. Men zal nog even
het advies van dhr. Jasperse afwachten.
Dhr. Geluk brengt nog even in het mid
den, dat hij er zeer voor vreest, dat de
subsidie voor de W. A. in 1952 weinig
minder zal zijn, als hij nagaat, dat men
voor 1951 een 4000,nodig zal hebben.
De voorzitter dacht van een goede 3000.
Daarna sluiting.
ZITTING KANTONRECHTER
TE THOLEN
LICHTE GEVALLEN
Vrijdag 21 Maart werd in de Thoolse
raadszaal zitting gehouden door de Kan
tonrechter.
Als eerste kwam voor de balie v. D. te
Anna Jacobapolder, die zijn wagen bij het
veer te Zijpe niet op de juiste plaats had
geparkeerd. Hij kreeg 2 of 2 d. h„ De
eis was 2 of ld.
A. de K. te Tholen had de bouwverorde
ning overtreden en hoorde 15 of 6 d. h.
eisen. Uitspraak 10 of 5 d.
J. H. te Wemeldinge had de binnenvaart-
verkeersregels niet opgevolgd. Er ontstond
enige discusie over de plaats van overtre
ding, nl. bij de Witte tonnen of in het
Keeten. Maar dit deed volgens de Kanton
rechter minder ter zake. Verd. had stuur
boordzijde moeten houden. Nadat een des
kundige was gehoord werd 30 of 10 d.
geëist. Uitspraak was conform.
G. Q. te Poortvliet kreeg voor het rijden
zonder licht 4 of 2 dagen.
M. v. D. te St. Filipsland had een ge
wond paard arbeid laten verrichten. Daar
hij 14 dagen tevoren was gewaarschuwd,
nam de Kantonrechter het hem zeer kwa
lijk. Verdachte verklaarde niet geweten te
hebben, dat het zo erg was. De Kanton
rechter: Daar had U zich van moeten over
tuigen. Eis 100 sub. 30 d. Uitspraak
conform behoudens 14 d. h.
P. S. te St. Annaland had met een wagen
gereden, waarvan de achterste lantaarn
niet brandde. Vooraan had hij wel licht.
Verd. merkte op dat de lamp op de hoek
van' de weg waarschijnlijk was uitgewaaid.
Maar er was nu eenmaal geen licht toen
de politie het constateerde en dit kostte
hem nu 2 x 5 boete of 5 d. Eis 2 x 5
of 3 d. h.
K. v. N. te Poortvliet had geen goten
aan zijn woning aangebracht, terwijl zijn
kachelpijpen niet brandvrij waren. N. ver
klaarde in Januari al opdracht tot verbe
tering te hebben gegeven, doch dat eerst
nu de goten in orde waren gemaakt. Op
de metselaar wachtte hij nog steeds. De
Kantorechter wilde hem nog een kans ge
ven en deze zaak aanhouden tot een vol
gende zitting om dan te vernemen dat alles
in orde is.
P. M. te Scherpenisse had gereden met
een auto, waarvan het stoplicht niet
brandde. Eis 6 of 3 d. Uitspraak con
form.
H. P. te Poortvliet reed met een aanhang
wagen achter een tractor, waarvan de rem-
inrichting niet in orde was. Hij kreeg 15
of 6 d. Uitspraak 12.50 of 5 d. Verdachte
meende dat dit niet nodig was. De Kanton
rechter gaf dit toe, mits men niet meer dan
6 km per uur rijdt. Maar dat was wel het
geval.
J. J. te Tholen had 2 paarden 's morgens
vroeg geleid zonder rode lantaarn. Eis 6
of 3 d. uitspraak idem.
D. C. S. te Tholen had aan een van zijn
chauffeurs niet voldoende rusttijd gegeven.
Het verschil bedroeg 1 uur. Verd. lichtte
toe, dat dit kwam doordat de wagen te lang
in Rotterdam was opgehouden in verband
met het laden van een zeeschip, dat niet
's morgens, maar door mist eerst 's avonds
geladen kon worden. De chauffeur had bijna
de gehele dag in Rotterdam bij familie door
gebracht, maar zijn boekje ingevuld zonder
dat er bij te vermelden. Terugkeren kon ook
niet, dus beriep S. zich op overmacht.
De Kantonrechter achtte hem schuldig,
doch zonder oplegging van straf.
A. J. G. t, Steenbergen had vodden ge
kocht van een jongen van 11 jaar. Verd.
merkte op dat het kind dit deed in opdracht
van zijn vader en het bedrag slechts 65 ent.
was. De K.R. geloofde dat wel, maar het
is nu eenmaal verboden om van kinderen op
te kopen. Diefstal wordt er mee in de hand
gewerkt. Eis 15 of 6 d. Uitspraak 5
of 2 d.
W. J. P. te St. Annaland werd voor een
verkeersovertreding, zij het onder bijzon
dere omstandigheden veroordeeld tot 5
boete of 2 d. h. Eis 6 of 2 d. h.
J. V. te Scherpenisse had gereden op een
fiets met verblindend licht. Verd. merkte
op dat zijn licht gedimpt kon worden en
hij dat altijd deed. De Kantonrechter wees
er op, dat dit wel voor auto's en motor
rijwielen is toegestaan, maar dat een rijwiel
geen verblindende lamp mag hebben, ook
al kan het gedimpt worden. Eis 6.of
2 d. Uitspraak 4 of 2 d. h.
T. D. te Tholen, wiens chauffeur in het
begin van t jaar niet in het bezit was van
een werkboekje werd veroordeeld tot 3
boete of 2 d. h. Eis conform.
C. B. te Scherpenisse had zich des avonds
nog met anderen opgehouden op de stoep
van een inwoner. Eis 3 of 2 d. h. Uit-
praak gelijk.
W. A. B. te Scherpenisse had gevent
zonder vergunning. Eis 6.of 2 d.
Uitspraak 4 of 2 d. h.
A. B. te Scherpenisse voor eenzelfde feit
dezelfde boete.
J. J. te Poortvliet stond niet ingeschreven
bij de Kamer van Koophandel, hoewel hij
deswege reeds was veroordeeld. Verdachte
voerde aan dat hij nog steeds wachtte op
bericht. De Kantonrechter meende dat het
vorig vonnis voor zichzelf sprak en gaf nog
eens het adres op in Middelburg. Intussen
kostte dit hem 50 of 20 d. h. zoals ook
de eis luidde.
Dr. R. C. Renes, Oud-Vossemeer,
Tel. 19
Dr. H. Menger, St. Filipsland,
Tel. 20
OUDERAVOND O.L. SCHOOL
Vrijdag 21 Maart jl. werd door de
Oudercommissie van de Openbare Lagere
School te Tholen in de zaal van het Hof
van Holland een ouderavond georganiseerd.
De voorzitter, de heer J. F. J. v. d. Peijl,
betreurde het dat de Inspecteur van het
L. O. en de burgemeester van Tholen ver
hinderd waren en bracht dank aan de heer
M. van Halst voor zijn verrichte werk
zaamheden als lid van de Oudercommissie.
De heer v. Halst was aftredend en niet
meer herkiesbaar. Bij de verkiezing van
een nieuw lid van de commissie werd thans
gekozen de heer Joh. van Dalen, terwijl
Mevr. Reeder als zodanig werd herkozen.
Uit het jaaroverzicht van de secretaris,
de heer J. H. Bal, bleek, dat er over 1951
nog een klein saldo was overgeschoten.
Het was te weinig om het jaar mee door
te komen, zodat hij alle aanwezigen op
wekte mede te helpen het saldo te ver
groten.
Hierna volgde onder leiding van het
hoofd der school, de heer W. van Liere,
hersengymnastiek tussen een groep meisjes
en een groep jongens, waarbij de jongens de
meeste goede antwoorden naar voren brach
ten. Tijdens de pauze was er gelegenheid
het onderwijzend personeel te spreken,
waarna door enkele jongens en een meisje
een samenspraak in de vorm van een ge
meenteraadsvergadering ten gehore werd
gebracht.
Na de gebruikelijke opening van een
dergelijke vergadering volgde het voor
naamste punt van de agenda, nml. de aan
sluiting van drinkwaterleiding. Na het voor
en tegen van een zo belangrijk besluit te
hebben besproken in de geest van plm. 25
jaar geleden, werd het besluit door deze
„raad" met 4 stemmen voor en 3 stemmen
tegen aangenomen.
Vervolgens volgde een reciteerwedstrijd.
welke werd gewonnen door J. Geuze en
Corrie Braai, waarna onder leiding van
Mej. A. v. d. Stel een tekenwedstrijd op
het toneel werd gebracht.
Na deze amusante wedstrijd volgde een
schoolfilm over de bloemencultuur te
Aalsmeer en de export van bloemen naar
Amerika. De tweede schoolfilm was van
Peter Creutzberg en toonde een verken
nersexpeditie in de oerwouden van Surina
me. Deze beide films werden door de aan
wezigen met aandacht gevolgd, waarna de
voorzitter met een woord van dank de
bijeenkomst sloot.
HERZIENING UITBREIDINGSPLAN
Het hoofd van het gemeentebestuur van
Tholen brengt ter openbare kennis, dat het
ontwerp van het plan tot partiële herzie
ning en uitbreiding 1952 van het uitbrei
dingsplan in onderdelen, in uitvoerige kaar
ten uitgewerkt, met bebouwingsvoorschrif
ten, vanaf 29 Maart tot en met 26 April
1952 voor een ieder ter gemeente-secretarie
ter inzage is gelegd.
Gedurende deze termijn kunnen bezwaren
tegen dit ontwerp door iedere belangheb
bende bij de gemeenteraad worden inge
diend.
Tholen, 28 Maart 1952.
Het hoofd van het gemeentebestuur
voornoemd,
Mr. A. J. van der Hoeven.
VANGEN EN DODEN VAN
SCHADELIJK GEDIERTE
EN SCHADE AANBRENGEND WILD
De burgemeester van Tholen brengt het
volgende onder de aandacht van belang
hebbenden in verband met de jachtwet
1923.
Volgens artikel 60 der wet kan tot we
ring van schade door de Minister van
Landbouw, Visserij en Voedselvoorziening
aan belanghebbenden vergunning worden
verleend om op de door hen gebruikte
grond en op grond bij anderen in gebruik
wild of schadelijk gedierte te vangen of te
doden of door een of meer bepaald aange
wezen, te goeder naam en faam bekend
staande personen te laten vangen of doden.
Van deze vergunning mag des Zondags
geen gebruik worden gemaakt.
Er zijn twee soorten vergunningen, nl.
A en B.
De vergunning model A strekt om te
worden verleend aan personen, die zich
hebben bereid verklaard om, indien hun
door grondgebruikers wordt verzocht op
hun gronden schadelijk gedierte te vangen
en te doden, aan dit verzoek te voldoen.
Ondervindt dus een grondgebruiker last
van schadelijk gedierte, dan kan hij zich
tot de houder van een dergelijke vergun
ning in zijn gemeente wenden.
Het komt de Minister niet wenselijk voor
de bevoegdheid, welke bij de vergunningen
met een meer algemeen karakter wordt
verleend, ook tot het vangen en doden van