Stavenisse heeft nu een prachtig schoolgebouw Hef Parlementair Overzicht WAARIN OPGENOMEN DE THOOLSE COURANT Raadsverslag Oud-Vossemeer De start van de Tweede Kamer* Socialisten keren zich tegen partij genoot Joekes* Uitwendig niet zo vee! veranderd, maar inwendig onherkenbaar. 3e Jaargang No. 12 1 Februari 1952 Uitgevers Firma C. Dieleman en G. Heijboer Redactie Kerkring A 473, St. Annaland - Telefoon 47 Administratie Oudelandsestraat 9, Tholen - Telef. 57 - Giro 124407 Abonnementen 1.20 per kwartaal franco p.p. ƒ1.45 Prijs per nummer 10 cent Advertentiën ƒ0.10 per millimeter -Minimum 2.00 Spierinkjes tot en met 20 woorden 1.00, elk woord meer ƒ0.05 Advertenties worden tot uiterlijk Donderdagmiddag 1 u. aangenomen Na een periode van zes weken zijn de Tweede Kamerleden weer aan het werk getogen. Wie gedacht zou hebben, dat zij zouden starten met een bruisend debat, is bedrogen uitgekomen. Het was alsof men, nog verkeerde in de moeizame begrotings tijd. Zó rustig ging het er toe. Toch bleek wel, dat er grote dingen op het spel staan. Voorzitter Kortenhorst deelde namelijk mede, dat op 12 Februari a.s. zal worden begonnen met de wetsontwerpen ter her ziening van de grondwet. Dat wordt een hele kluif, welke in geringe mate ook nog verband houdt met de komende verkiezin gen. Wij geloven echter niet teveel te zeg gen met de veronderstelling, dat dan niet de grondwetswijziging, maar veel meer de sociaal-economische kwestie op de voor grond zal staan. Een bewijs daarvan le verde reeds direct de a.r.-afgevaardigde Stapelkamp, die verlof vroeg om de Re gering te mogen interpelleren over de stij gende werkloosheid en over de maatrege len, welke zij daartegen heeft genomen of denkt te nemen. Een vraagstuk, dat uiter mate belangrijk is. Wij zitten nu reeds met 150.000 werklozen. En een ieder, die de vooroorlogse crisis heeft meegemaakt, slaat dan ook de schrik om het hart. Dit kan daarom een belangrijk debat worden. Het aantal van 150.000 is niet abnormaal. De deskundigen maken zich echter onge rust over de snelle stijging van de werk loosheid. We zullen er later wel meer van horen. Een paar uur had de Kamer ook nog nodig om Griekenland en Turkije tot het Noord-Atlantisch Pact toe te laten. Daar voor waren de Kamerleden wel te vinden, vooral uit strategische overwegingen. De vrijheid en vrede zal door het toetreden van deze landen nog beter worden gewaar borgd, zo meende men. Onder „men" moe ten niet worden begrepen de communisten. Zij waren vierkant tegen, omdat het, aldus de communist Haken, met Nederland nooit zo slecht is gegaan als sedert het is aange sloten bij het Noord-Atlantisch Pact. Met deze redenering stond hij alleen, want het ontwerp werd met 587 stemmen aange nomen. Met een rede van een kwartier had minister Stikker het pleit beslecht. Toch kreeg hij van vele kanten critiek te horen. Deze had niets met de inhoud van het wetsontwerp te maken, maar wel met de wijze, waarop hij het schriftelijk had voor bereid. Onze „reizende ambassadeur" had nl. verzuimd te antwoorden op vragen van de communisten. De commissie van rap porteurs, die het verslag opstelde, nam daar mede geen genoegen. Dat is nu weer zo'n typisch trekje van ons Parlement. In het debat laat men de communisten voor wat ze zijn, maar de regels moeten in acht worden genomen. Hun argumenten mogen in de schriftelijke stukken niet worden doodgezwegen. De Regering zal tegen argumenten moeten leveren. Minister Stik ker maakte dit verwijt goed, door vóór de openbare behandeling de vragen monde ling te beantwoorden. UITVOERINGSORGANISATIE SOCIALE VERZEKERING Het eerste grote debat van de week was de „herziening van de uitvoeringsorganisa tie der sociale verzekering". Een zeer be langrijk wetsontwerp. De uitvoering van verschillende sociale verzekeringen is vrij ingewikkeld geregeld. Om een paar voor beelden te noemen: de ongevallenwet wordt in hoofdzaak ambtelijk uitgevoerd door de Rijksverzekeringsbank en de Raden van Arbeid; de kinderbijslagwet wordt in hoofd zaak niet-ambtelijk uitgevoerd door de be drijfsverenigingen en aanvullend ambtelijk door de Raden van Arbeid. Daarnaast zijn nog tal van andere tussenvormen mogelijk. De verzekerde weet haast niet meer tot welk lichaam hij zich moet wenden als er een kwestie is. Jarenlang is men aan het dokteren geweest om daaraan een eind te maken door meer eenheid te brengen in het systeem. Zo wordt in dit ontwerp be paald, dat ongevallenverzekering, de zie kengeldverzekering, de invaliditeitsverzeke ring, de kinderbijslagverzekering en de uit voering van de (nog niet ingevoerde) wachtgeld- en werkloosheidswet zal geschie den door bedrijfsverenigingen. Het maat schappelijk leven is ingedeeld in 26 bedrijfs takken en iedere bedrijfstak sticht een be drijfsvereniging, die zich met de uitvoering van de sociale verzekering gaat belasten. De Staat gaat zich dus terugtrekken en het bedrijfsleven neemt de taak over. Dit heeft het voordeel, dat de arbeider nu veel meer het belang van zijn premiebetaling gaat inzien. Zij wordt nu voor hem veel meer een stuk loon, hetwelk echter wordt gereserveerd voor speciale doeleinden. Ar beiders en werkgevers trekken nu ook op dit front samen op. Of, zoals de heer Sta pelkamp (a.r.) het zeer principieel uitdrukte, „de christelijke gedachte van saamhorigheid heeft het gewonnen van de klassestrijd". Hoe het zij, alle rechtse partijen, maar ook de socialisten konden met de grondslag van dit ontwerp volkomen accoord gaan. Het zou echter gek zijn als er bij zo'n belang rijk ontwerp geen meningsverschillen aan de dag traden. Die waren er dan ook in derdaad. Voornamelijk betroffen deze de positie van het Centraal Administratie Kantoor (C.A.K.). Oorspronkelijk had de regering vastgesteld, dat alle administratie centraal zou moeten worden geregeld. Daarvan wilden de k.v.p., de a.r., de c.h. en de v.v.d. echter niets weten. „Zelf-doen" betekent, zo zeiden zij, dat de bedrijfsver enigingen ook de administratie zelf mogen voeren, waarbij zij uiteraard gebonden zul len zijn aan bepaalde voorschriften. Minis ter Joekes haalde daarop een beetje bak zeil en vond een methode uit, dat de be drijfsverenigingen óf zelf de administratie voeren óf dat zij haar centraal laten rege len. Het Centraal Administratie Kantoor bleef echter een half ambtelijk apparaat. Met deze tussenoplossing namen de heren Stapelkamp (a.r.), Van Thiel (k.v.p.), Kikkert (c.h.) en mevr. Fortanier de Wit (v.-v.d.) geen genoegen. Zij stonden erop, dat het C.A.K. moet worden opgericht en bestuurd door de bedrijfsverenigingen. Deze fracties hadden daarvoor enige amende menten ingediend. De socialisten waren daar vierkant tegen. Zij stonden een centrale administratie voor. Dat is volgens de heer v. d. Born een wens van de P.v.d.A. Hij verweet zijn par tijgenoot, minister Joekes, een „glijpolitiek". Als de amendementen Stapelkamp c.s. wor den aangenomen, zullen hij en zijn fractie tegen het hele wetsontwerp stemmen. Dat was dus niet mis. En het is begrijpelijk, dat het heel wat voeten in de aarde had voordat het laatste woord over dit belang rijk wetsontwerp was gezegd. Er is daarom alle reden voor om volgende week in het kort over deze kwestie nog iets te zeggen. (Nadruk verboden). De Commissaris verrichtte de officiële opening, noemde het geen luxe, bracht hulde aan het gemeentebestuur en wees op de voortreffelijke samenwerking tussen de heer A. Schout, lid van Gedeputeerde Staten en de Inspecteur van het Lager Onderwijs, de heer G. Kuiper. En in de prachtige lokalen zongen de Stavenisse schoolkinderen heidsgraad bevatte. Aan het fantastische mooie landschap rondom ons kon geen waterig oog worden gewijd. Hoepla... daar schoof de gemeente-ontvanger onderuit of liever z'n fiets, die hem meenam. Hij kreeg een gedeeltelijk sneeuwpak. Mijn aandacht was even bij hem en dat werd noodlottig voor ondergetekende, die nóg voor de ge meenteontvanger overeind was, z'n naasten liefde toonde door ook op het sneeuwdek te gaan zitten. Zo sukkelden we voort, schuivend, glij dend, soms lopend, dan weer eindjes fiet send. Een gesprek was niet mogelijk. Lachen als je de potsierlijke zwaaien van de voor ganger zag, werd je meestal zelf noodlottig. Intussen naderden aan de andere kant van het eiland ook de genodigden voor de plechtigheid te Stavenisse. Wellicht was de Commissaris nog niet zover. Toch gingen m'n gedachten zijn richting uit. „Ik wou", lachte ik m'n metgezet in de nood toe, „dat het midzomer was en de Commissaris deze onmogelijke weg als geheel nieuwe klinker straat moest komen openen, inplaats van die school." „Proost", was het antwoord, omdat ik inmiddels weer in de sneeuw hapte. We draaiden toen een wegje in, waar fietsen absoluut onmogelijk was. Baggerend kwamen we even later weer op de dijk. Laat ik U een verdere reisbeschrijving be sparen. Puffend, vermoeid, maar overigens ongeschonden bereikten we nog tijdig Stave nisse, waar de sneeuwploegen voor een drastische opruiming zorgden. En eenmaal in de raadszaal was de zware tocht al spoedig vergeten, keken we vanuit 't raam naar de vlaggen, die van de officiële ge bouwen en hier en daar uit de huizen scherp contrasteerden met de besneeuwde daken. Wijze: Wien Neerlands bloed Het is vandaag een blijde dag, Zo pas in 't nieuwe jaar. Fier wappert van de school de vlag, Want de verbouw is klaar, Het oude en verweerd gebouw; Men kent het haast niet meer Veel licht en lucht en bovendien Een speelplaats op de „geer", (bis) EEN VERHAAL APART Ja, lezers, toen de schoolkinderen in Stavenisse dat zongen, stonden we in een keurig, ruim, goed verwarmd schoollokaal, nog lichter door de sneeuw, die rondom het gebouw even smetteloos was als overal elders op ons eiland op deze 27ste Februari 1952. Daarvóór echter was in de raadszaal de symbolische opening van de verbouwde school verricht door de Heer Commissaris der Koningin, maar nog weer vóór die tijd worstelde Uw verslaggever zich moeizaam over de wegen van St. Annaland naar Stavenisse door sneeuwhopen en over gladde sporen, die op die Maandagmiddag nog te smal waren om er precies met de fiets in te blijven. Over die toch zou een verhaal op zichzelf te maken zijn. Het hele eind omrijden met de bussen kostte nog meer tijd. Dus maar per fiets. In de persoon van de gemeenteontvanger van beide bovengenoem de gemeenten had ik een partner. Heel voor zichtig werd de reis begonnen, nog voor tweeën. Het ging nóg onder St. Annaland, maar naarmate de reis vorderde, de wegen nog hoegenaamd onbereden waren, werd het steeds moeilijker. De kragen hoog opgezet om wat beschermd te zijn tegen de vrij gure zuid-wester. De ogen strak op het smalle spoor. Strak op de glinsterende sneeuw, waardoor die ogen op den duur voor waterlanders zorgden en de gure zuid wester zorgde op haar beurt voor een „voorgevel", die een zeer hoge vochtig- DE BURGEMEESTER GEEFT EEN HISTORISCH OVERZICHT In de raadszaal van Stavenisse merkten we o.m. op Burgemeester Verburg, de wet houders en de raadsleden, de heer Kuiper, inspecteur L.O. in Zeeland, dhr. Argelo, architect bij de dienst Noord-Zeeland, de Oudercommissie, de heer Gideonse, hoofd der school en het overig onderwijzend en voormalig onderwijzend personeel der school, w.o. ook het voormalig hoofd, de heer Van Dissel uit Den Haag, Ds. Enkelaar, aannemer Muller uit St. Maartensdijk, de onderaannemers, het gemeentepersoneel en andere genodigden. Omstreeks half vier arriveerde mr. A. F. C. de Casembroot en de heer A. Schout, lid van Ged. Staten. Burgemeester L. A. Verburg riep in de eerste plaats de Commissaris der Koningin een hartelijk welkom toe. Hij verklaarde met enige schroom een uitnodiging te heb ben gezonden aan de Commissaris, maar ook dat het hem bekend was, dat hij elders in het gewest schoolgebouwen officiël in gebruik had genomen, zodat spreker meende ook voor het eiland Tholen een beroep op hem te mogen doen. De komst van dhr. Schout stelde spreker eveneens op hoge prijs, evenals die van de Inspecteur Kuiper, de heer Argelo, de heer Van Dissel en verder alle aanwezigen. „Ik kan mij voorstellen, aldus de burge meester, „dat in een grote stad een ver bouwing van een schoolgebouw van der mate ondergeschikt belang wordt geacht, dat men daaraan nauwelijks aandacht zal schenken. Geheel anders is dit in een kleine gemeente als Stavenisse. Het gemeente bestuur is met enige trots vervuld, dat het oude gebouw als het ware in een nieuw gebouw kon worden omgetoverd. Vervol gens gaf de heer Verburg, in vogel vlucht een overzicht van de geschiedenis van dit gebouw. Op 16 Augustus 1870 schreef de toen malige schoolopziener, dat het bestaande schoolgebouw dat was toen de bewaar school onvoldoende moest worden ge acht. De gemeenteraad kon zich met deze uitspraak verenigen, maar een andere school was er toen nog niet. Plannen werden gemaakt om een schoollokaal te bouwen naast de N.H. Kerk, waarvoor een opper vlakte van 322 m2 moest worden aange kocht. Niet minder dan 15 raadsvergaderin gen werden daarna soms geheel, soms ge deeltelijk gewijd aan de bouw van een schoollokaal. Dus ging men niet over een nacht ijs. In een van die vergaderingen moest een „bestekmaker en opzichter" wor den aangesteld. Een der raadsleden was hiervoor een ongenoemde candidaat evenals een familielid daarvan. Die moest bij stem ming dus even de zaal uit. Maar de stem ming viel heel anders uit. Het werd nl. de heer Hollestelle, opzichter bij de Water staat te St. Maartensdijk. „Het verwijderde lid, wederom in de vergadering verschenen zijnde, verneemt de benoeming met leed wezen", aldus de raadsnotulen. Uiteindelijk werd de heer Hollestelle toch nog vervangen door de heer C. Muller uit St. Maartens dijk. De aannemer van deze verbouw (in 1951 dus) is ook C. Muller uit St. Maar tensdijk. 4 Aug. 1871 werd de aanneming tot het bouwen van 'n nieuwe school met onderwijzerswoning voor een bedrag van 12.669,goedgekeurd. Aannemer was A. van Bezooijen te St. Maartensdijk. De hoofdelijke omslag in de gemeente moest worden verhoogd wegens dekking der kos ten en een verzoek van een hulponderwijzer om z'n jaarwedde ad 350.enigszins te verhogen kon na die grote post niet worden toegestaan. Ook moest het verzoek om ver hoging van de gemeente-geneesheer, die 25.jaarwedde had als zodanig, om de zelfde reden worden afgewezen. 13 November 1872 werden de uitgevoerde werken opgenomen en goedgekeurd. Op 13 December 1872 werd het nieuwe lokaal ingewijd, waarbij waren uitgenodigd, de inspecteur L.O., de schoolopziener en de Ambachtsheer van Stavenisse. 9 Mei 1891 was de school volgens de districts-schoolopziener weer te klein en een lokaal voor 50 leerlingen moest er bij komen. Omstreeks December 1894 kwam dit werk gereed maar reeds in 1900 werd er nog een bovenverdieping met 2 lokalen op aan gebracht. Men was toen zeer tevreden en wellicht dacht men toen niet aan een grondige ver bouwing, ruim 50 jaar later. Allerlei om standigheden, in het bijzonder evacuatie en inundatie waren oorzaak, dat het school gebouw in min of meer vervallen toestand kwam te verkeren. Het werd hoogst onaan genaam daar in te verblijven. De ramen konden niet meer open of dicht van de roest. Tochten deed het meer dan erg. Dit alles werd de gemeenteraad in een besloten zitting op 28 Mei 1948 uitvoerig voorgelegd en daarover werd even uitvoerig gedebat teerd. De Centrale Dienst had een verbouw- nlan gemaakt en de kosten werden toenter tijd geraamd op 28.000,Het plan werd z.h.st. aangenomen. In een vergadering van 29 Dec. 1948 werd voorgesteld eerstgenoemd plan in te trekken en te besluiten tot de bouw van een nieuwe semi-permanente school. Kostenraming 70.000, Ook dat werd aangenomen. Vergunning werd verkregen. Maar tot uitvoering van dit werk kwam het niet. De toestand der ge- meentefinanciën was er niet beter op ge worden en na een bespreking te Middelburg werd op 29 Dec. 1950 alsnog besloten tot enkel maar verbouw. Tevens werd voorge steld een stuk grond aan te kopen voor het aanleggen van 'n speelplaats ter grootte van 500 m2. Beide voorstellen werden zonder hoofdelijke stemmen aangenomen. Een later voorstel tot demping van de sloot voor de school had geen algemene instemming, maar ging er door met 4 tegen 3 stemmen. 15 Juli 1951 werd het werk gegund aan de laagste inschrijver de heer C. Muller te St. Maartensdijk voor de som van 51.500. Met bekwame spoed werd het werk uitge voerd. Spreker complimenteert dan ook namens het gemeentebestuur de aannemer en onderaannemers met hetgeen in de af gelopen maanden tot stand is gebracht. Vol lof is hij voor de uitvoering en dankbaar voor het goede overleg. Hij dankt ook de Centrale Dienst „Noord Zeeland" voor de prestaties in deze, alsmede allen, die op enigerlei wijze hebben meegewerkt dit ge bouw te maken voor wat het nu is. Het gemeentebestuur is hen allen, zo besluit burgemeester Verburg zijn toespraak, zeer erkentelijk. Daarna verzoekt hij de Com missaris het woord te willen nemen. DEZE VERBOUW GEEN LUXE, ZEGT DE COMMISSARIS Jhr. mr. de Casembroot dankt in de eerste plaats voor de uitnodiging en verontschul digt zich dat hij door verkeersmoeilijkheden wat later aankwam. Niet altijd en overal kan hij tijd vinden een nieuwe of verbouwde school te openen. Daarom neemt hij er per jaar een per district. En dat was dus voor dit eiland in Stavenisse. Hij heeft bij zijn laatste gemeentebezoek de oude school nog even gezien, wetende dat er plannen tot verbouw bestonden. Hij kan daarover dus een oordeel vellen en moet dan ook ver klaren, dat deze verbouw geen luxe is. De ramen ventileerden niet, het licht was zeer matig, de W.C.'s uit 1870 waren meer dan uit de tijd en dat U Uw best gedaan hebt, een betere school te krijgen, kan ik me vol komen begrijpen. Spreker zegt zich zeer ge amuseerd te hebben met het door de bur gemeester gegeven historisch overzicht. Daaruit bleek, dat er vroeger ook een hartig woordje werd gesproken, eer men zover was. Hij brengt hulde aan het gemeentebestuur voor hun activiteit in deze. Ook thans is er wat over gediscussieerd, men was het lang niet altijd eens en wat dat betreft, is het nog precies eender als 80 jaar geleden. Trouwens, dat is een goed recht in onze democratische staat. De Commissaris zegt verheugd te zijn, dat dit tot stand is gekomen. Persoonlijk heeft hij hieraan niet zo veel kunnen doen, maar dank zij de voortreffelijke samen werking tussen de heren Schout en Kuiper eerstgenoemde heeft een blanco volmacht van Ged. Staten op onderwijsgebied is ook dit weer in goede banen geleid. Het moet nu maar eens in het openbaar worden gezegd, aldus de Commissaris, dat menig fraai schoolgebouw in Zeeland tot stand is gekomen, mede dank zij de voortreffelijke samenwerking tussen deze beide heren. Hij complimenteert vervolgens ook de heer Argelo en zegt het zeer op prijs te stellen een gebouw te openen, waar voor de ge hele gemeente onderwijs wordt gegeven. De Commissaris besluit zijn toespraak met de wens, dat er in deze verbouwde school tot in lengte van jaren onderwijs mag worden gegeven aan de Stavenisse jeugd, zoals de gemeente dat wenst, tot heil van die gemeente, waarna hij de symbolische opening verricht door ondertekening van een oorkonde, mede met een handtekening be krachtigd door de heer A. Schout en burge meester Verburg. OOK DE AESTHETISCHE VORMING VAN BELANG Na een dronk op deze opening krijgt de heer C. Kuiper, Inspecteur van het L.O. te Goes het woord. Hij begint met te zeggen, hoe hij een paar uur geleden in de Hal- sterseweg langs de woning van het voor malig schoolhoofd van Stavenisse, wijlen dhr. Oudesluijs reed en dacht: er was eens... Er was eens, zo vervolgt spreker, komt nog al eens voor in ons leven en zo beginnen ook de sprookjes. Maar er was eens geen school in Stave nisse. Denkt U die toestand eens in. In deze tegenwoordige tijd zou het een ramp spoedige situatie zijn zonder school te zit ten. Daarom ook is het gelukkig, dat Zee land een Commissaris en een Provinciaal Bestuur heeft, dat veel aandacht schenkt om tot goed onderwijs en goede onderwijs inrichtingen te komen. Op de school is de verstandelijke en geestelijke ontwikkeling van veel belang. Maar de aesthetische vor ming speelt eveneens een grote rol. In een oude school neemt men het niet meer zo nauw met banken, enz. En onder een derge lijke toestand lijdt de aesthetische vorming van het kind. Daarom zal deze verbouw de school in dit opzicht ook een gunstige invloed uitoefenen. Hij feliciteert in de eerste plaats de kinderen, vervolgens de ouders, het hoofd en personeel, de Raad en tenslotte de gehele gemeente met deze verbouw. Zeer erkentelijk zegt spreker te zijn tegenover dhr. Argelo, een architect die bij de schoolbouw in Zeeland hoort. Op een oude school kan men goed on derwijs geven zegt dhr. Kuiper en op een nieuwe school slecht onderwijs, evenals het omgekeerde. Maar op een nieuwe school moet slecht onderwijs toch eigenlijk niet voorkomen. Het mag in dit geval zo wendde spreker zich tot dhr. Gideonse geen „gideonsbende" worden. Dhr. W. G. v. Dissel, oud-hoofd van de Stavenisse school verklaarde in de oude school steeds met plezier onderwijs te heb ben gegeven. Toch is hij verheugd 'over deze vooruitgang, waarmee hij de gemeente feliciteert. Dhr. A. J. Argelo spreekt namens de Centrale Dienst „Noord-Zeeland". Hij vond het prettig hier technisch adviseur te zijn ge weest en prees de accuraatheid van opzich ter Jasperse alsmede de uitgevoerde wer ken door aannemer en onderaannemers. Dhr. J. Gideonse wees er eveneens op, dat het meer dan hard nodig was, dat de school werd verbouwd. Inderdaad deugde de ventilatie niet, maar aan de andere kant tochtte het dikwijls zo, dat hij voornemens was, indien de zaak niet veranderde deze winter, zakken voor de ramen te spijkeren. Gelukkig is dat niet nodig geweest. Hij dankte de instanties voor hun activiteit in deze. Als blijk van waardering over het verrichte bouwwerk en over het feit, dat ook de sloot gedempt is, bood hij namens de leerlingen en de „grote schooljongens", zoals hij zich en het personeel noemde, een gift van 30,aan voor beplanting. Ds. Enkelaar vond, dat hij ook zichzelf kon feliciteren, nu hij wekelijks 'n paar uur les kan geven in een veel geriefelijker ruim te dan te voren. Hij verwees naar de ge schiedenis van Josafat en Joran, die tesamen optrokken tegen Moab en toen in een dorre woestijn vele grachten graafden op Gods bevel opdat het leger water zou heb ben. Hij achtte zich als predikant geroe pen ook in de school vele grachten te graven tot het geestelijk welzijn van de kinderen. Daarom hoopte hij dat ook in de verbouwde school te mogen doen tot heil van de kinderen van Stavenisse. OOK DE OUDERCOMMISSIE TEVREDEN 1 Namens de Oudercommissie sprak dhr. A. van 't Veer, die er o.m. op wees, dat er verschil van mening was toen demping van de sloot ter sprake kwam. Maar velen zijn er toch blij om. Spreker vond het een eer, dat de Commissaris was gekomen om deze opening te verrichten. Hij hoopte hem spoedig weer te mógen ontmoetten, nl. BIJ DE OPENING VAN DE WEG STAVE NISSE—ST. ANNALAND. Met de bede dat, gezien de spanning in de wereld, de jeugd in vrede goed onderwijs in de ver nieuwde school mocht genieten, overhan digde hij de burgemeester een bedrag van 128,dat de ouders hadden geschonken voor beplanting van de gedempte sloot. De heer C. Muller, aannemer, dankte voor het in hem gestelde vertrouwen en voor de woorden van lof. Inderdaad was het dempen van de sloot een lastig kar wei. Hij was erkentelijk voor de belangstel ling en medewerking van B. en W„ even als voor de goede uitvoering door de on deraannemers. Burgemeester Verburg dankte alle spre kers. Hij vond het prettig om het gebaar zelf, dat deze bedragen zijn aangeboden. Zelf bood hij dhr. Gideonse 15,aan voor prijzen voor de hogere klassen na het maken van een opstel over de verbouwde school en voor de lagere klassen voor een tekening daarvan. Tenslotte verzocht de burgemeester alle aanwezigen een kijkje te nemen in de school. De leerlingen hadden lang moeten wach ten eer de officiële plechtigheid voorbij was. Maar toen ook zaten ze allen in de mooie lokalen en zongen het welkomstlied, waar van we hierboven het eerste couplet af drukten. Daar plaatste „onderwijzer" A. Schout zich nog even voor de klas om de kinderen op de hem bekende pittige wijze nog eens op het hart te drukken, dat ze nu toch werkelijk heel goed voor die mooie banken moesten zorgen. Het gezelschap maakte een volledige in spectietocht door het gebouw en unaniem was men het er over eens, dat het een zeer grote verbetering was. Bij het afscheid klonken de kinderstem men nog door, het slotcouplet van het door dhr. van 't Veer gemaakte lied: Wij danken U voor Uwe komst Op Stavenisses grond; Voor 't oopnen van ons schoolgebouw Op deze blijde stond. Tot 't onderwijzend personeel Nog deze beê geuit: God geef tot onderwijs U kracht En ons tot leren macht (bis) Even later was onze aandacht weer ge heel in beslag genomen door het smalle spoor in de dikbesneeuwde weg, die ons naar huis voerde. Debat rond de kolentoeslag. Aansluiting bij de gemeenschappelijke regeling schooltandverzorging. Een wethouder vindt schooltandverzorging best, maar deze regeling niet juist. Je kan net zo goed je portemonnaie aan de muziek geven. De hoop bestaat nog dit jaar een nieuw gemeentehuis te kunnen betrekken. Kalisbuurtbewoners richten een verzoekschrift tot Ged. Staten. Openbare raadsvergadering te Oud-Vos semeer op Dinsdag 22 Januari 1952 des vm. 10 uur. Aanwezig alle leden, voorzitter de burgemeester. De voorzitter opent deze eerste vergade ring in het jaar 1952 met het uitspreken van de wens dat de leden een door God rijk gezegend jaar mogen beleven. We weten, aldus spreker, niet wat dit jaar ons zal brengen. Laten we hopen dat de vrede bewaard moge blijven en dat voor U allen het jaar niet te zwaar moge zijn. Dhr. Daane brengt de voorzitter namens de raad dank voor zijn woorden, en wil de voorzitter en zijn gezin ook voor dit jaar het beste toewensen, en hoopt dat er ver der ook in vriendschap in bet belang der gemeente samengewerkt mag worden. Hierna wordt overgegaan tot voorlezing en vaststelling van de notulen der vorige vergadering. Naar aanleiding van de notulen infor meert dhr. Istha naar de stand van zaken met betrekking tot de kolentoeslag. De voorzitter deelt mede dat de zaak van alle kanten is bekeken, maar men is tot de conclusie gekomen dat een algemene uitkering in strijd is met de Armenwet. Nu is het Wezen Armbestuur gevraagd hiervoor ook geld beschikbaar te willen stellen, waar op nog geen antwoord is binnengekomen. Zoals het Wezen Armbestuur vroeger geld beschikbaar stelde voor kleding voor arm lastigen, zou het nu misschien kunnen voor kolen. De Armenwet echter gaat uit van het standpunt dat alle uitkeringen worden aangevangen met een verzoek van de be treffende personen. Dhr. Istha merkt op dat het elders toch ook gebeurt, zou men daar dan niet in strijd met de Armenwet handelen, hetgeen dhr. Daane doet opmerken dat we hier niet weten hoe het elders is geregeld. Als het gelukt dat de Wezen Armen geld beschikbaar stel len, dan kan men elders ook weer zeggen, op Oud-Vossemeer gebeurt het toch ook, maar dan weet men daar ook niet altijd de ware toedracht.

Krantenbank Zeeland

Eendrachtbode /Mededeelingenblad voor het eiland Tholen | 1952 | | pagina 1