WEEKBLAD VOOR HET EILAND THOLEN EN ST.FIIIPSLAND
Raadsverslag
WAARIN OPGENOMEN DE THOOLSE COURANT
Het Parlementair Overzicht
Commentaar
De uitbreiding van het aantal Kamerleden»
Gaat de oude tijd verloren
°ÜD.
V°SS
RAADSVERSLAG SCHERPENISSE
7e Jaargang No. 41.
24 Augustus 1951
Uitgevers Firma C. Dieleman en G. Heijboer
Redactie Kerkring A 473, St. Annaland - Telefoon 47
Administratie Oudelandsestraat 9, Tholen - Telef. 57 - Giro 124407
Abonnementen 1.10 per
kwartaal franco p.p. 1.35
Prijs per nummer 10 cent
Advertentiën ƒ0.10 per millimeter Minimum 2.00
Spierinkjes tot en met 20 woorden 1.00, elk woord meer 0.05
Advertenties worden tot uiterlijk Donderdagmiddag 1 u. aangenomen
Als er zich geen schokkende ge
beurtenissen voordoen, zal de
Tweede Kamer niet meer bijeen ko
men voor Zaterdag 15 September
a.s. Dan wordt door Minister van
Maarseveen, als Minister van Bin
nenlandse Zaken, het zittingsjaar
officiéél gesloten. Het parlementaire
jaar 1950—1951 zal dan voorgoed
voorbij zijn en de Eerste en Tweede
Kamerleden zullen drie dagen moe
ten wachten voor zij aan het jaar
1951 1952 kunnen beginnen. Op
die derde dag wordt het jaar weer
geopend door H. M. de Koningin,
die dan haar troonrede uitspreekt
en die dan vol pracht en praal door
de Haagse straten zal rijden. Het
feest van de „Gouden Koets" zal
dan weer zijn aangebroken en van
stad en land zal men komen om dit
feest bij te wonen. Intussen zitten
we nu in de periode van rust. Voor
politici is dit een rekbaar begrip.
Het lijkt heel wat, vacantie te heb
ben van 20 Juli tot 18 September.
Maar ook hier bedriegt de schijn.
In de eerste plaats moeten zij op
5 September al weer bijeen komen
om het Schuman-plan binnenska
mers te bespreken, terwijl Minister
Lieftinck nog een zware dobber
krijgt aan de behandeling van het
ontwerp inzake het toezicht op het
credietwezen. En al waren deze za
ken er niet, dan nog hadden zij
geen vacantie omdat de politiek nu
eenmaal geen dag stilstaat. Het we
reldgebeuren wacht heus niet op
een vacantie van Kamerlid Gerrit
sen of Pietersen. Het gaat gewoon
door. Worden de schokken al te
groot dan kunnen Gerritsen en Pie
tersen gerust hun vacantie onder
breken om met hun partijgenoten
te gaan praten over de nieuwe si
tuatie. Wat zal het nieuwe parle
mentaire jaar echter brengen Geen
mens kan dat natuurlijk vooruit zeg
gen, maar toch zijn er enkele pun
ten die ongetwijfeld in het middel
punt der belangstelling zullen staan.
Daar is bijv. allereerst de zekerheid
dat er in Mei/Juni van het volgend
jaar weer de periodieke verkiezin
gen zullen zijn. De altijd noodzake
lijke, maar vaak vruchteloze verkie
zingsstrijd zal weer in alle hevig
heid gevoerd moeten worden. Het
zijn wel de periodieke verkiezingen,
om de vier jaar, maar er is toch nog
een andere kwestie die deze verkie
zingen interessant magkt en wel de
grondwetswijziging. Het vorige Ka
binet Drees heeft een Grondwets
commissie ingesteld die tot opdracht
kreeg verschillende wijzigingen tot
stand te brengen door onze hoogste
wet aan te passen aan deze tijd. De
opdracht was zo verstrekkend, dat
de commissie daaraan voor de ver
kiezingen niet helemaal kan vol
doen. Maar toch zullen verschillen
de punten ter sprake gebracht wor
den, zoals bijv. de uitbreiding van
het 'aantal kamerleden, de vrije me
ningsuiting, de buitenlandse betrek
kingen en nog enkele andere. De
uitbreiding van het aantal Kamer
leden is een aangelegenheid die
door alle fracties wordt aanvaard.
Onze Tweede Kamer met haar hon
derd en de Eerste met haar vijftig
leden zijn beslist kleine parlementen
als men deze vergelijkt met andere
landen, ook als men landen neemt
die even groot zijn als het onze.
Met honderd leden kan men niet
veel doen. Vooral niet nu we in een
tijd leven die het uiterste vergt van
de verschillende Parlementen. Onze
„geachte afgevaardigden" worden
overbelast en de problemen worden
steeds moeilijker. Er bestaat dus be
hoefte aan meer Kamerleden. Het
is de bedoeling het aantal Tweede
Kamerleden uit te breiden tot 150
en de Eerste Kamer te brengen van
50 op 75 leden. Daar is dus veel
voor te zeggen. Een grotere Kamer
zal een betere taakverdeling geven.
Maar toch zien wij nog wel enige
bezwaren, die weliswaar niet door
slaggevend zijn, maar die toch
waard zijn eens nader overwogen
te worden. In de eerste plaats zal
men moeten toegeven dat de verga
deringen langer duren naarmate er
meer Kamerleden zijn. In het bui
tenland zien we daarvan sprekende
voorbeelden. En ten tweede: het
zullen veelal specialisten zijn die de
Kamer er bij zal krijgen. Nu zal
men geen enkel bezwaar tegen des
kundigen hebben, integendeel, men
zal het moeten toejuichen als het
peil der debatten zal stijgen. En de
problemen vergen nu eenmaal een
deskundige behandeling. Maar de
politiek gaat er uit. O zeker, ook
aan deskundigheid ligt een levens
beschouwing ten grondslag. Wij
verliezen echter het oude geslacht
van parlementariërs, die de politiek
in hun vingertoppen hadden en die
in een fris debat elkander met grote
virtuositeit te lijf gingen. Die tijd is
al bijna voorbij het zijn de Ka
merleden van voor 1940, die de
beste zijn maar nu ziet het er
naar uit, dat zij ook nooit meer te
rugkomt. De romantiek gaat er uit.
Dat is jammer. Na de afschaffing
van het districten-stelsel is de be
langstelling voor de politiek gedaald
en men kan zich terecht afvragen
of deze interesse niet nog minder
zal gaan worden nu zij ondergaat
in specialisten. Een probleem, dat
ook wel zou spelen zonder een Ka
meruitbreiding, maar dat nu op
nieuw in alle ernst gesteld wordt.
(Nadruk verboden)
Uitbreiding en Vernieuwing Schoolmateriaal
De laatste bijdrage voor Kerkrestauratie
Straatnaambordjes en Straatbelasting
In deze gemeente werd Vrijdagavond een
openbare vergadering gehouden.
Aanwezig alle leden, voorzitter de bur
gemeester.
Na opening der vergadering worden de
notulen der vorige vergadering voorgele
zen en goedgekeurd.
Ter tafel komen de ingekomen stukken.
Ingekomen een schrijven van wed. v. d.
Werff, waarin zij mededeelt de stoep en
omheining voor het perceel B 4 in de Mo
lenstraat aan de gemeente te willen afstaan
voor 75,Eveneens een schrijven van
dhr. H. M. Voshol, die de stoep voor
zijn woning voor 55,- ter beschikking
wil stellen. Dit in verband met het aan te
leggen trottoir langs de Molenstraat, zodat
voor de 2 woningen het trottoir kan wor
den doorgetrokken.
Voorgesteld wordt tot aankoop over te
gaan, waarmede de raad z.h.s. accoord
gaat.
Het R. K. Parochiaal Kerkbestuur ver
zoekt ex-artikel 72 der Lager Onderwijs
wet 1920 gelden ter beschikking te stellen
voor meubilair en leermiddelen en voor het
veranderen van inrichting in de R. K. Pa
rochiale School.
Banken dienen te worden aangekocht we
gens tekort, 7 banken zullen kosten 477.80,
zonwerende gordijnen zijn versleten, waar
door nieuwe nodig zijn hetgeen een bedrag
van 376.85 vergt.
Landkaarten van de landen van Europa
ontbreken, aanschaf vergt 132.Voor
nieuwe kast en reparatie van bestaande
kasten is benodigd 425.Verouderde
leerboeken dienen te worden vervangen
door nieuwe 86.25, idem met betrekking
tot boeken voor godsdienstonderwijs 197,-
In totaal wordt dus verzocht 1794.90.
Door dhr. Blaas, districtsopzichter is
rapport uitgebracht, waaruit blijkt dat ac
coord gegaan kan worden met het voor de
banken benodigde bedrag, en dat eveneens
het bedrag voor de gordijnen in orde is.
Met betrekking tot de kasten wordt ge
rapporteerd dat deze zeer vochtig zijn,
voorzieningen zullen worden getroffen door
het aanbrengen van nieuwe achter- en zij
wanden.
De schoolinspectie deelde mede dat de
schoolbanken, gordijnen en landkaarten no
dig zijn.
B. en W. stellen voor de gelden be
schikbaar te stellen.
Dhr. Istha informeert of de nieuwe boe
ken ook op de andere scholen al zijn in
gevoerd, waarop door de voorzitter beves
tigend wordt beantwoord, waaruit dhr.
Istha concludeert, dat dan ook deze school
ze behoort te hebben.
Aan de orde is de opzegging van een
tijdelijke kasgeldlening ad 30.000,en
het aangaan van een vaste lening ad
30.000,bij de Bank voor Nederl. Ge
meenten voor dekking van de uitgaven in
zake de Woningwetbouw.
Medegedeeld wordt dat van de genoemde
Bank een schrijven is ingekomen om de
kasgeldlening om te zetten in een vaste
lening van 30.000,a 4 met een loop
tijd van 50 jaar, waartoe door de Raad
wordt besloten.
Van het Provinciaal Bestuur van Zee
land is een schrijven ingekomen dat de
presentiegelden voor de leden van de raad
in gemeenten tot 3000 inwoners per lid
per vergadering kunnen worden verhoogd
tot 5,---.
Het Bestuur verklaart zich bereid, zo
de raad dit wenst, dit ook voor deze ge
meente goed te keuren.
Voorgesteld wordt een wens dienovereen
komstig aan het Prov. Bestuur voor te leg
gen.
Dhr. Istha verklaart er voor te zijn dat
dit gebeurt.
Allen gaan hiermede accoord.
Het vierde punt der agenda betreft een
voorstel van Gedeputeerde Staten tot ver
hoging der wedden van de wethouders met
5 i.v.m. de algemene verhoging met dit
percentage. De wethoudersjaarwedde wordt
hiermede 400,
Dhr. v. Gorsel meent dat het nu 385.
bedraagt, hij verklaart dat er niets tegen
een zodanige verhoging kan zijn.
Aldus wordt besloten.
Ged. Staten delen mede dat in verband
met de wijziging van de jaarwedderege-
ling sommige secretarissen en ontvangers
door de nieuwe regeling minder salaris zul
len genieten dan dit met de oude regeling
het geval was. Om dit te voorkomen wordt
een overgangsbepaling ingesteld waardoor
een dergelijke vermindering van salaris kan
worden opgevangen, met welke regeling
alle leden accoord gaan.
Met betrekking tot de gemeente-ambte
naren wordt vervolgens besloten de 2e
kwartaalsuitkering ingevolge Staatsblad
K 193, welke voor de Rijksambtenaren geldt,
eveneens van toepassing te verklaren.
De Kerkvoogdij der N. H. Kerk deelt
naar aanleiding van een desbetreffend ver
zoek mede dat de voortgezette restauratie
van het Kerkgebouw ook wel beschouwd
kan worden als slotrestauratie, daar van
Monumentenzorg geen toestemming meer
is te verwachten voor verdere restauraties.
Dhr. v. Gorsel is er voor de aangevraag
de subsidie voor deze restauratie toe te
kennen, maar verder niet meer.
Dhr. Istha zou het jammer vinden als
de Kerk in de toestand geraakte als die van
Tholen, maar zou toch ook niet door wil
len blijven gaan.
De Raad verklaart zich met het ver
strekken der subsidie accoord onder voor
waarde dat dit de laatste bijdrage is.
Aan de orde is de plaatsing van straat
naambordjes in de gemeente.
De districtsopzichter, dhr. Blaas, advi
seert in een schrijven bordjes te nemen
van geperst aluminium op blauw fond met
witte letters. De bordjes zullen ongeveer
26 ct. per letterteken kosten, dit is voor
het totaal, gerekend naar 365 lettertekens
94.90.
Allen zijn er voor dat tot aanschaffing en
plaatsing der bordjes wordt overgegaan.
Vervolgens stellen B. en W. voor de
straat welke tot nog toe door het publiek
Villawijk werd genoemd een officiële naam
te geven. Voorgesteld wordt de naam Hof
straat naar het oude Hof. Deze naam valt
allen in de smaak, mede om het zinvolle
er van, zodat aldus wordt besloten.
Dhr. v. d. Klooster informeert door wie de
Schoolstraat is gedoopt.
De voorzitter deelt mede dat indertijd
bij een afrekening de naam moest worden
opgegeven. Als voorlopige naam is toen
genoemd Schoolstraat.
Het negende punt der agenda betreft het
vaststellen van de concept-verordening op
de straatbelasting.
Voorgesteld is een percentage voor ge
bouwd van 214 en voor ongebouwd
van 1
De opbrengst hiervan zal voor gebouwd
1245,per jaar en voor ongebouwd
,'.300,per jaar bedragen, dus in totaal
/'2245.
Dhr. Istha informeert of het niet mogelijk
is de mensen die van de Noodwetvoorzie
ning Drees ontvangen vrij te stellen van
defce belasting.
De voorzitter deelt hierop mede dat het
voor de kleine woningen dusdanige kleine
bedragen zijn dat dit niet uitmaakt.
Voor een behoorlijke burgerwoning be
draagt het nog slechts 3,per jaar, voor
grond komt het neer op ongeveer 0.50
per HA.
Een algemene vrijstelling zal vele moei
lijkheden geven, terwijl de eigendommen er
niet te zwaar mee worden belast.
Tegenover anderen die in hun eigen on
derhoud voorzien en niet van de Nood
voorziening Drees trekken zou ook een
onbillijkheid zijn.
Zonder hoofdelijke stemming wordt be
sloten de verordening op het heffen der
belasting vast te stellen.
Overgegaan wordt tot de rondvraag.
Dhr. Istha vraagt of er al een financiële
regeling is met betrekking tot de genees
kundige verzorging van de Drees-trekkers.
De doktoren sturen nota's aan de men
sen die ingevolge de regeling zijn verze
kerd, daar ze hen niet als ziekenfondspa
tiënten aanvaarden. Dit schijnt hen te be
treffen die na lanuari in de noodvoorziening
zijn gekomen.
De voorzitter deelt mede dat het een
kwestie is die over het gehele land is. Hij
vertrouwt dat er dan ook wel een voorzie
ning in zal worden getroffen. Het betreft
een kwestie tussen de doktoren en het zie
kenfonds enerzijds en de Minister ander
zijds.
Het schijnt, aldus de voorzitter, dat te
weinig voor deze aangelegenheid is uitge
trokken.
Niets meer te behandelen zijnde wordt de
vergadering gesloten.
Een vergadering met heftige debatten en schemerend wantrouwen.
De wethouders trachten de vuurpijlen te blussen, die worden
afgevuurd bij bespreking van de Schoolbouw-begroting, een
opbergplaats en zelfs van vuile varkenshokken.
Er is een besluit genomen tegen de Nederlandse Wet, meent de
wnd. voorzitter.
Terwijl Scherpenisse's eerste Burger ergens op de stille heide dwaalde of misschien
op het strand een maquette tracht te maken van zijn kleinste gemeente, kregen de,
wethouders van die gemeente het in een openbare raadsvergadering zwaar te verduren.
Als verslaggever voelt men trouwens al „nattigheid", wanneer men een agenda krijgt
toegezonden van in totaal 3 schijnbaar onbetekenende punten, terwijl men weet dat
de burgemeester (voorzitter van de Raad) met vacantie is. Wanneer dan een Raads
vergadering wordt belegd, schuilt er meestal een addertje onder het gras, zeker wanneer
zo'n vergadering wordt gehouden op verzoek van de Raadsleden zelf. En vuurpijlen
tot nu toe steeds figuurlijk hebben we bij raadsvergaderingen wel eens meer sissend
zien ontbranden om meestal geluidloos uit te doven, maar in Scherpenisse) is dit dan
toch een zeldzaamheid. En een aantal als in deze vergadering hebben we daar eerder
niet meegemaakt. Alles bij elkaar zou men die vuurpijlen eigenlijk kunnen bundelen in
een zekere motie van wantrouwen tegen Burgemeester en Wethouders. Maar laten
we de lezer hier zelf over laten beslissen in het nu volgend commentaarloos verslag.
Tijdens de Maandagavond 20 Augustus
om half acht gehouden openbare raadsver
gadering te Scherpenisse waren alle leden
aanwezig, maar was de voorzitter wegens
vacantie absent. Daardoor berustte de lei
ding bij de wnd. burgemeester de heer P.
M. v. d. Werf. Naar aanleiding van de
notulen informeerde dhr. Hartog aan wie
het schilderwerk van de gem. woningen
nu is gegund, daar hij hiervan niets meer
had vernomen. Meegedeeld wordt dat er
een uiteindelijke raming voor dit werk was
gemaakt van 1244,en de laagste in
schrijver, schilder Hage, het voor 1004,
heeft aangenomen, aan welke aannemer het
werk dan ook wordt gegund.
Daarna volgt mededeling van ingekomen
jaarverslagen, t.w. van de Keuringsdienst
van Waren over 1950; van de Ver. van
Ned. Gemeenten; van het Gewestelijk Ar
beidsbureau Middelburg; de rekening 1950
en begroting 1951 van de Ver. van Ned.
Gemeenten en ook een verslag van het
Schoolonderzoek aan de O.L. School. Uit
dit laatste blijkt, dat er tijdens dat onder
zoek 193 leerlingen waren op die school,
waarvan er 97 zijn onderzocht, nl. 24 jon
gens en 53 meisjes. Geen afwijkingen wer
den gevonden bij 8 leerlingen, 13 werden
naar de huisarts verwezen, geen naar het
consultatiebureau, 4 leerlingen bleken tegen
pokken te zijn ingeënt. De algemene lich.
toestand was bij 68 goed, bij 25 matig, bij
3 onvoldoende, terwijl het bij één leerling
veel te wensen overliet. Bij 16 werd een
gezichtsafwijking geconstateerd, een goed
gebit werd bij 27 gevonden, een matig bij
50 en 20 leerlingen hadden een slecht ge
bit. Zes werden er aangewezen voor 't bui
tengewoon lager onderwijs. Geconstateerd
was, dat de school overvol is met onvol
doende sanitair, maar met een goede speel
plaats. Met belangstelling werd van dit
verslag kennis genomen.
De vacantietoeslag voor de lag. ge
meenteambtenaren ad 2 met een max.
van 50,is ook voor 1951 goedgekeurd.
Een mededeling van het Min. v. Weder
opbouw, enz., dat de huur voor de nieuwe
8 gem. woningen is vastgesteld op 4.95
per week exclusief waterleiding. Er was
op 5,gerekend, zodat het weinig ver
schil maakt.
Uit het verslag van de Vleeskeurings
dienst over 1950 blijkt, dat aan keurlonen
is ontvangen in dat district 9428,50 en
6891,56 is uitgegeven. De gemeente
Scherpenisse ontving 1391,50 en gaf
1017.09 uit.
Ter kennisneming is ook ingekomen de
ontwerp acte Stichting A.V.O.-werkplaats
Tholen.
Uit de begroting van de Schoolartsen-
dienst 1951 blijkt, dat per inwoner weer 21
cent zal moeten worden bijgedragen.
Een verzoek is er ook van de Zeeuwse
Ver. voor bevolkingsonderzoek met het oog
op de financiering daarvan. In dat schrij
ven wordt medegedeeld, dat het in de be
doeling ligt ook in 1952 de bevolking weer
te onderzoeken en geadviseerd wordt daar
toe een post op te nemen in de gem. be
groting. Het nut van dit onderzoek wordt
daarbij uitvoerig toegelicht. De heer Har
tog stelt voor dit schijven aan te houden,
waartoe wordt besloten.
WAAROM STOND DIE POST NIET
OP DE BEGROTING?
In verband met de gemeente-begroting
1951 wordt van Overheidswege in een cir
culaire meegedeeld, dat de algemene rijks-
uitkering zal worden verhoogd tot 135
waarbij wordt aangenomen, dat de gemeen
ten zich hierdoor en mede door de nog
uit te keren ondernemingsbelastinggelden
wel zullen kunnen redden. Een bijzondere
uitkering zal dan ook alleen maar voor
zeer bijzondere gevallen worden verleend.
De wnd. voorzitter wijst er1 op, dat de bouw
van een nieuwe school een bijzonder geval
is, dus dat men hiervoor ook een bijzondere
uitkering mag verwachten.
De heer J. v. d. Jagt vraagt in dit ver
band of, wanneer er door de Raad een be
sluit is genomen, waarmee een zeker bedrag
is gemoeid, dit bedrag ook in de begroting
moet worden opgenomen, dus daarin ken
baar moet worden. Hij licht dit nader toe
en zegt dat hij in dit geval op de post
nieuwe school spreekt. Het besluit is ge
nomen om de nieuwe school te bouwen.
Dan moet dit toch ook in de begroting uit
komen. Maar bij zijn onderzoek van de be
groting kwam hij de post niet tegen. Dit
keurt hij absoluut af.
De voorzitter interumpeert, dat de begro
ting van de school nog niet klaar was,
terwijl de gem. begroting al was ingezon
den. Die schoolbegroting kon ook moeilijk
tijdig in elkaar worden gezet.
De heer v. d. Jagt zegt, dat het hem
nu niet bepaald om het punt van de school
gaat, maar voor welk pand of wat het
dan ook is. Als de Raad er toe heeft be
sloten en er zijn bedragen mee gemoeid,
moeten die kenbaar worden in de begroting.
Dat is hier aanvankelijk niet gebeurd. Ik
heb geïnformeerd en moest het uit Mid
delburg vernemen, dat de post voor de
school er niet op stond.
Weth. Kleppe wijst er op, dat er bij de
indiening van de begroting te Middelburg
op is gewezen, dat de schoolbegroting na
gezonden zou worden.
Dhr. Bijnagte is het met v. d. Jagt eens,
dat die post er best bij vermeld had kun
nen worden.
De heer v. d. Jagt: De post moest er in
staan. Hij vraagt zich in deze af, of daar
niets achter schuilt? „Ik zeg niet van ja",
aldus spreker, „maar vraag het." Was het
voor een ander, dan stond ik daar precies
eender tegenover. Toen ik het onderzocht,
kwam de post niet voor en toen ik daarop
bij de secretaris informeerde, was de andere
dag de burgemeester bij me, die het goed
wilde praten met te zeggen: „Dat komt wel
in orde, laat maar lopen en praat er niet
meer over." Kijk, aldus nog steeds v. d.
Jagt, dat vind ik njet goed."
De wnd. voorzitter zegt dat hij hierop
niet verder zal ingaan, daar dit meer een
kwestie is tussen de burgemeester en v.
d. Jagt. En daarmee wordt hier een punt
achter gezet.
Een regeling voor secretarissen en ont
vangers in overgangsbepaling, die voor
deze gemeente niet van toepassing is, wordt
voor kennisgeving aangenomen.
Anders is dat met het volgende ver
zoek nl.:
ONZAKELIJK
Menig ex-militair heeft in de af
gelopen maanden een oproep gehad
zich naar een bepaalde plaats in
ons land te begeven voor herha
lingsoefeningen. Men kan dat wel
of niet leuk vinden, een feit is,
dat het nodig geacht moet worden
en men deze regeringsmaatregel
weinig of niet kan becritiseren,
wanneer men aan 1940 en de critiek
van toen terugdenkt.
Dat die militairen, hetzij de ge
wone soldaten, hetzij onder- subal
terne of hoofdofficieren, hiervoor
een tegemoetkoming voor loonder
ving ontvangen kan evenmin wor
den afgekeurd. Tenslotte is het een
zaak, die geheel ons volk aangaat
en wanneer men nu toevallig nog
in de leeftijd voor herhalingsoefe
ning valt, behoeft men daar indivi
dueel niet voor te „bloeden". Voor
de gewoon dienstplichtigen is dat
vanzelfsprekend nog een ander ge
val.
Vele werkgevers betaalden de
werknemers, die moesten opkomen,
het gebruikelijke loon uit met af
trek van de tegemoetkoming die de
militair van de Overheid kreeg,
wat ook in vele gevallen neerkwam
op het helemaal niet hoeven te be
talen, omdat de uitkering evengroot
was als het anders verdiend week
loon. Dat is heel zakelijk en daar
kan ook niemand iets van zeggen.
Maar onzakelijk is wel, zoals is
voorgekomen, dat ambtenaren, die
moesten opkomen én hun salaris
gewoon doorbetaald kregen én nog
een rijksvergoeding voor hun
diensttijd. Dat betekende een dubbel
salaris.
Nu gunnen we die ambtenaren
dat van harte. Ze zullen het als een
meevallertje hebben beschouwd en
zien waarschijnlijk met verlangen
hun volgende oproeping voor een
herhalingsoefening tegemoet.
Maar van de overheid is dit toch
zeer onzakelijk. Een overheid die
in deze tijd zeker niet met het geld
kan smijten. Integendeel, om de zaak
drijvende te houden practisch op
„ieder slakje zout moet leggen".
Het is dan ook te hopen, dat hier
voor een behoorlijk en afdoend
stokje wordt gestoken. Het is
rechtvaardig, maar zou ons toch
spijten, dat de dubbel betaalde amb
tenaren het overtollige bedrag weer
moesten terugbrengen, omdat dit
nog veel erger is dan dat men het
nooit in handen kreeg. En die fout
is nu eenmaal gemaakt. Maar laat
dat in de toekomst toch niet meer
voorkomen.
DE OPBERGPLAATS VAN BIJNAGTE
(Om het de lezers duidelijk te maken,
moeten we, vooruitlopend op het debat,
wel iets van de voorgeschiedenis vertellen
red.).
Volgens de tijdens deze bespreking ge-
uitte bewering van raadslid Bijnagte en de
desbetreffende stukken, komt het op het
volgende neer.
Door de heer L. Bijnagte was in het
voorjaar gevraagd aan de burgemeester of
hij op zijn stuk land aan de rand van
Scherpenisse-Oost een opbergruimte zou
mogen plaatsen, daar de door hem gebruikte
oude loods door de veilingvereniging is
gekocht. Die bergplaats moet dienen voor
sortering en opslag van landbouwproduc
ten. De burgemeester zou gezegd hebben:
ga gerust je gang en dhr. Bijnagte werkte
de plannen verder uit, kocht een loods en