WEEKBLAD VOOR HET EILAND THOLEN EN ST. FILIPSLOND De Roden vallen de Blauwen aan. WAARIN OPGENOMEN DE THOOLSE COURANT Het Parlementair Overzicht Huishoudelijke wenken iiiiM Minister Lieftinck heeft de buit binnen, dank zij de steun van k»v»p» en p»v»d»a» Het land van de Zwemmende Leeuw» (Slot.) (Hoe een niet-Zeeuw Zeeland zag). IS HONDERD EN EEN TE VEEL? OPERATIE STA VENISSE". Ideen voor een kinderfeestje in de zomer 7e Jaargang No. 36 20 Juli 1951 Uitgevers Firma C. Dieleman en G. Heijboer Redactie Kerkring A 473, St; Annaland - Telefoon 47 Administratie Oudelandsestraat 9, Tholen - Telef. 57 - Giro 124407 Abonnementen 1.10 per kwartaal franco p.p. ƒ1.35 Prijs per nummer 10 cent Advertentiën 0.10 per millimeter Minimum 2.00 Spierinkjes tot en met 20 woorden 1.00, elk woord meer ƒ0.05 Advertenties worden tot uiterlijk Donderdagmiddag 1 u. aangenomen Alle belastingvoorstellen van Minister Lieftinck zijn aangenomen. Het is een resul taat dat niemand verwondert. Al vrij gauw was gebleken, dat noch de k.v.p., noch de p.v.d.a. 'n Kabinetscrisis wilden riskeren. De bewindsman kon dus stellig op een meerder heid rekenen. Maar hoe zouden de andere regeringspartijen de v.v.d. en de c.h. zich gedragen De v.v.d. was tijdens de beraadslagingen zonder meer in de oppositie en de c.h. was innerlijk verdeeld. De laatste dagen was de stemming van verschillende Kamerleden zeer geprikkeld. Zij kregen de indruk dat Minister Lieftinck alleen maar keek naar de ogen van de katholieke woordvoerder Lucas, omdat hij deze fractie nu eenmaal nodig heeft voor het verkrijgen van de meerder heid. Verschillende amendementen van deze kant daar hebben we verleden week reeds over geschreven werden door de Minister aanvaard. Zij het met een be zwaard gemoed. Ook op de voorlaatste dag boekte de k.v.p. nog enige successen. De man die de geprikkeldheid in de Kamer deed toenemen was de a.r. afgevaar digde Verkerk. Hij had op de verhoging van de motorrijtuigenbelasting een amende ment ingediend om het beroepsgoederen- en het beroepspersonenvervoer van de ver zwaring vrij te stellen. Deze middenstands expert had daarvoor gegronde redenen. Hij vreesde n.l., dat de vervoerders een belastingverhoging niet meer kunnen beta len. Hun lasten zijn reeds hoog en de tij den zijn niet best. Het waren argumenten, die alle Kamerleden, behalve de socialisten, konden onderschrijven.. Dit voorstel van de heer Verkerk zou ongeveer vier millioen gulden moeten kosten. Uitsluitend om dié reden waren de socialisten tegen. Zij stel den zich op het standpunt, dat Minister Lieftinck beslist aan zijn 250 millioen moet komen om een deel der defensielas- ten uit de belastingen te kunnen betalen. Zo waren de heren Hooy (k.v.p.), v. d. Wetering (c.h.), v. Dis (s.g.p.). Ritmeester (v.v.d.) en Hoogcarspel (c.p.n.) dus ver klaarde voorstanders van dit amendement. Het zou stellig worden aangenomen. Mi nister Lieftincki verklaarde, dat de Ka mer deze wetswijziging maar moest verwer pen. Dat is een hele zwakke uitdrukking, waarvoor geen enkel Kamerlid opzij gaat. Voorzitter Kortenhorst stelde voor om de beraadslagingen reeds in eerste termijn te sluiten. Er zou dus een repliek zijn op de rede van de Minister en het amendement zou direct in stemming worden gebracht. Daar had de Minister echter niet op gere kend. Vlak voor de stemming een paar minuten na zijn eerste rede vroeg hij weer het woord. Natuurlijk gaf de voorzit ter hem de gelegenheid, maar niemand ver moedde dat de bewindsman zonder een na dere motivering het amendement „onaan vaardbaar'' zou noemen. Werd het aange nomen, dan zou de Minister dus aftreden of zelfs het gehele Kabinet. Voor deze druk zwichtte de k.v.p., met uitzondering van de heren, Hooy, Groen, v. d. Wey- den en de c.h.-afgevaardigden Tilanus en Jvr. Wittwaall van Stoetwegen. De rest van de Kamer bleef vóór stemmen. Zon der resultaat, want met 3354 stemmen werd bepaald, dat de beroepsvervoerders eveneens onder de verhoogde motorrijtui genbelasting zullen vallen. Het was dus deze gang van zaken, die een deel van de Kamer geprikkeld maakte. Waarom? In de eerste plaats, omdat de Minister de Kabinetskwestie stelde voor een bedrag van 4 millioen. Daar kan een Mi nister van Financiën, die met millioenen goochelt, niet voor op de loop gaan. En ten tweede, omdat de voorstemmers de in druk kregen, dat zij geen enkel voorstel aanvaard zouden krijgen. De Minister had de stemmen van de a.r., v.v.d., c.h. en s.g.p. toch niet nodigBeide argumenten waren vrij sterk. Temeer, daar de heer Lucas (k.v.p.) een amendement zag aange nomen, dat ruim zeven millioen gulden kostte. En toen stelde de Minister de Ka binetskwestie nietDaar was toch ook alle reden voor geweest. DE STRIJD WORDT STEEDS FELLER. Dat de Minister aan de k.v.p. toegaf is echter o.m. te verklaren uit het feit, dat deze zich op het standpunt stelde, dat hij beslist 250 millioen uit deze verhoging moet kunnen innen. Geen cent meer, maar ook geen cent minder. De ruim 7 millioen van Lucas zouden dus door een verhoging van een andere belasting ongedaan gemaakt moeten worden. Men zal begrijpen dat de Minister gedurende de behandeling van deze ontwerpen die drie weken in be slag nam nog wel eens een veer moest laten. Er was afgesproken, dat de strop die hij zou lijden, zou worden weggewerkt in een verhoging van de vennootschaps belasting. De laatste dag bleek dat deze strop ƒ16 millioen bedroeg. Moesten de vennootschappen daarvan de dupe worden Neen, zo zeide de heer Schouten (a.r.) want het staat helemaal niet vast, dat de Minister precies ƒ250 millioen nodig heeft. Deze cijfers zijn berekend gedurende de Kabinetscrisis. Maar intussen is onze finan ciële positie iets beter geworden. Bovendien weet niemand hoeveel deze belastingen pre cies zullen opbrengen. Dat kan nog wel eens meevallen. De heer Oud (v.v.d.) was het daarmede roerend eens. Als hij deze ƒ16 millioen laat schieten zal hij aan good will veel meer winnen dan ƒ16 millioen, zo zeide hij. Dit is een bedrag dat te ver waarlozen is. Anders was het gesteld met de k.v.p. en de p.v.d.a. Zij gingen er van uit, dat men het bedrag van 250 millioen als een onderdeel van het regeringsprogram had aanvaard en dat men daarvan niet kon afwijken. Het behoeft geen betoog, dat vooral de heer Oud als voorzitter van een Regeringspartij heftige verwijten te horen kreeg. Het was een fel debat. De beste Ka merleden kwamen in het geweer. Vooral de heer Schouten roerde zich als in zijn beste jaren. Vol hartstocht bezwoer hij de Minister, dat hij de Kamer niet mocht bin den aan een verouderd plan. En de heer Burger (arb.) kreeg te horen, dat zijn ver wijt, dat de a.r. en de v.v.d. een politiek voeren van „pluk de armen en spaar de rij ken'' slechts een demagogische uitlating was, die ver beneden het peil van een par lementair debat staan. De heer Burger nam deze uitdrukking echter niet terug. Opval lend was, dat Prof. Romme zich als „gees telijk vader'1 van dit Kabinet zich niet in het debat begaf. Hij stuurde Mg. Stokman in het veld, die de heer Oud verweet zich niet aan zijn afspraken te hebben gehouden. Het was een adembenemend debat, dat vele vacantiegangers verraste. Slechts stemmin gen konden uitkomst brengen. Alle wets ontwerpen werden aangenomen. De heer Weiter en de heer v. Dis (s.g.p.) stem den tegen alle zes wetsontwerpen. De a.r. en de v.v.d. namen met drie voorstellen geen genoegen, t.w. de verhoging van de inkomsten-, loon-, en vermogensbelasting, van de omzetbelasting en van een ander ontwerp op de vermogensbelasting. De verhoging van de motorrijtuigenbelasting, het successierecht en de vennootschapsbe lasting werden door deze fracties aanvaard. De c.h. was steeds onderling verdeeld, ter wijl de k.v.p. en de p.v.d.a. alle wetsont werpen steunden. Daarna behandelde de Kamer nog tal van andere wetsontwerpen. Zo werd bijv. een ander voorstel van Minister Lieftinck om het verzekeringswezen te saneren z.h.s. aangenomen. Wil men nu als tussenpersoon optreden, dan zal men aan bepaalde eisen moeten voldoen. De beunhazerij in dit vak zal daardoor in de toekomst tot het verleden behoren. (Nadruk verboden) Langs de wanden van de grote zaal in Zeeland Provincie huis prijken in felle kleuren, in glazen van goud en zilver, de wapens van 101 Zeeuwse gemeenten. Is dat niet wat veel voor een provincie met 270.000 inwoners vragen we Com missaris Jhr. De Casembroot. 't Is veel stemt hij toe maar ver geet één ding niet: in die kleine gemeen schappen vindt je burgerzin Commissaris De Casembroot kan bij zijn Zeeuwen niet veel kwaad doen. Hij zelf is een echte, goedronde Zeeuw, wars van formaliteiten, die door de groote zaal loopt als een schipper op zijn schuit. Hij weet wel in hoevele kleine gemeen schappen Zeeland verdeeld is. Schouwen met z'n 23.000 inwoners telt 18 gemeenten en één daarvan is Zierikzee met 7000 man. Er zijn gemeenten met minder dan vijf honderd inwoners, maar met een burge meester en wethouder en alles was er zo bij hoort. En dan niet te vergeten de drie honderd polders en waterschappen, waar koninkjes zijn. En die rijden langs wegen van de dijkgraven, hoogheemraden en andere functionarissen evenzovele kleine van vierderlei slag: rijkswegen, gemeente wegen, polderwegen en eigen wegen. De volgorde geeft de toestand van de weg tevens weer, van zeer goed tot bar slecht. JALOERS OP EIGEN RECHTEN Natuurlijk ontwikkelt zich hierdoor een jaloezie, die niet altijd gezond is, maar toch ook een positieve kant heeft. Al is Zierik- zeer op Schouwen verreweg de grootste ge meente, daarom moeten die van Zierikzee niet denken dat ze de lakens kunnen uit delen. En dat merken ze dan ook wel eens. En al is Middelburg nu de hoofdstad, Vlissingen, zeggen de mannen van de zee kant, is veel groter. Het heeft wel twee duizend inwoners méér I Dit „chauvinisme" verraadt een sterke gehechtheid aan de eigen plaats, die men alleen maar kan begrijpen wanneer men hier geboren en getogen is. Tijdens de inundatie werd een oude vrouw uit Westkapelle naar Souburg geëvacueerd, een afstand van enkele kilometers. De kinderen bleven hui zen op de zolder van hun huis-in 't water. En op een donkere nacht, terwijl de paarden zich plassend een weg door het water zoch ten, hebben ze moeder teruggehaald. Het was voor ieder duidelijk: „in den vreemde" hoorde ze niet thuis... Bepaalde economische nadelen heeft deze sterke verbrokkeling vooral waar het gaat om de landverdeling, en door herverkave ling, een moeizaam werk waarbij veel tegen- kantig wordt ondervonden, probeert men een gezonde situatie te scheppen. Op Wal cheren kreeg men daartoe na de inundatie een unieke gelegenheid en heeft die dan ook met beide handen aangepakt. BURGERZIN Commissaris de Casembroot weet wel, dat zijn Zeeuwen niets moeten hebben van „samenvoeging van gemeenten". En hij heeft gelijk als hij wijst op de burgerzin, die in deze kleine gemeenschappen heerst en samenwerking, mits met behoud van eigen zelfstandigheid, volstrekt niet uitsluit. Dan moet men de secretaris-penningmeester van de Stichting Zeeland, de heer C. Lijnzaad, maar eens trots horen vertellen van de prachtresultaten van de schoolartsendienst, van de uitstekend functionerende school- tandverzorging, tot in het kleinste gehucht toe, van de gemeenschappelijke zorg voor ouden van dagen die in grote tehuizen zijn ondergebracht. Van burgerzin weet later ook burge meester Sjef van Dongen te vertellen, de man die befaamd werd door zijn deelneming aan de Pool-expeditie, die de onfortuinlijke Italiaanse amateur-noord-poolvorser Nobile redde en die thans als burgervader in het Zeeuws Vlaamse dorp Aardenburg is neer gestreken. Vierduizend zielen telt Aardenburg. Maar het heeft een sportpark, voetbal- en korfbal- veld, tennisbanen, tribine, clublokaal. Er komt een zwembad, een speelplaats voor de kinderen. En dat doen de Aardenburgers zélf, ze hebben gegraven, getimmerd, de betonnen tribune gebouwd, de leidingen ge legd. Want geld dat was er niet. De gemeente Waarvan moest ze het doen Toen staken de Aardenburgers zelf de han den uit de mouwen. Hun Belgische buren met hun .harde" valuta probeerden hen de ogen uit te steken met hun welstand en demonstreerden die aan de grens, maar de mannen van Zeeuws Vlaanderen zijn Hol landers in merg en been en zouden wel eens even laten zien wat een goede courage vermag. WEDEROPBOUW Wil men zien hoe er in Zeeland iï ge vochten, hoe groot de verwoestingen waren, dan moet men niet zoeken naar ruines. Hier en daar staan er nog een paar, zoals aan het kanaal van Terneuzen waar een fabriek met de grond werd gelijk gemaakt, maar vier hoge schoorstenen, volkomen onbeschadigd, oprijzen uit de kale vlakte. Men moet kijken naar de nieuwbouw. Hele straten met nieuwe gevels, geen huizen blokken maar allemaal individuele woningen Moderne winkels. Moderne café s met grote zalen, want het gezelligheidsleven diende allereerst te worden hersteld, wilde men werkelijk gemeenschappelijk wat kunnen beginnen. De bestuurderen van Zeeland, de Com missaris voorop, maar ook de burgemees ters hoort men niet klagen over gebrek aan medewerking. „Den Haag" heeft hen niet in de steek gelaten. Maar de Zeeuwen heb ben nimmers geklaagd en gevraagd. Ze zijn gekomen met concrete en constructieve voorstellen, ze wisten wat ze wilden en ze kregen van de regering het fiat. En al is Walcheren nog een boomloos eiland, al ziet men tussen de huizen overal nog lege plekken, al staat op de dijk van Westkapelle de commandobunker thans tot oorlogsmuseum ingericht en rijen zich om de vuurtoren de honderden graven van de mensen, vooral kinderen, die hier omkwa men... dit land maakt niet de indruk van een door het oorlogsgeweld reddeloos ge schonden land. Integendeel. Overal heerst een actieve, frisse geest. Overal wordt hard gewerkt. Geen forma lisme, geen papierwinkel, wanneer men het maar enigszins kan vermijden. In de hoofdstad Middelburg, maar ook in het kleine, vérgelegen Aardenburg, in alle gemeenschappen van dit wijde Zeeuwse land gaat het leven voort, niet jachtig, maar onweerstaanbaar. BELGISCH GELD WORDT AANVAARD En de Hollanders, de Friezen, de Gro ningers, de mensen uit het centrum, ze kennen Zeeland niet. Ze komen er niet. En ze weten niet wat ze missen. Wie eenmaal dit prachtige land heeft bezocht, komt er terug. Om de schoonheid van de hemel boven de wijde watervlakten, om de goed moedige hartelijkheid van de bevolking, om alles wat deze provincie te bieden heeft. De Belgen die hebben het ontdekt. In rijen staan de Belgische autobussen voor de pont bij Breskens. Op de winkelruiten leest men „Belgisch geld wordt aanvaard". De Belgen drommen samen in Middelburgs stadhuis en bewonderen de inundatie maquette waar men in tien minuten tijd het hele drama opnieuw beleeft, wandelen door de oude straten van Veere, zitten achter de ramen van het Strandhotel in Vlissingen, waar men de grote zeeschepen vlak onder de kust ziet voorbijvaren. Maar Zeeland hoort bij Nederland. En Zeeland wil, dat de Nederlanders deze prachtige provincie leren kennen. Want hier kunnen ze het woord in praktijk zien gebracht: een volk dat leeft, bouwt aan zijn toekomst. Zeeland bouwt en het hééft de toe komst I Lk. ]a, die Noordelijkste gemeente van ons eiland, Stavenisse, was Donderdagavond 12 Juli enigszins in rep en roer. In „rep vanwege de activiteit der nationale reservisten van ons eiland en van St. Filipsland. En in „roer" vanwege de rokende fosforgranaten, de knetterende losse [ladders, de spuitende brandweergasten en de zich spoedende Roode Kruismensen en tenslotte ook in „roer" vanwege de vele inwoners van Stavenisse, die dat in feite al enige uren te voren waren door de vele opdoemende geruchten en de geheimzinnige sluier, die rond de komende grote oefening van de Nationale Reserve hardnekkiger werden naarmate het avondeten naderde en dat avondmaal in menig gezin zelf nog ietwat verstoorde. En verstoord waren ook de oudere Stavenissenaars, die dat toch eigenlijk maar „onzin" vinden en niet al te vriendelijk keken naar sommige van die dappere oprukkende „rode" soldaten, die zelfs hun zorgvuldig gekweekte tuinboontjes niet ontzagen. En je weet toch maar nooit wat er van die rookbommen uitbroeit. Zelfs al zijn het dan ook maar „losse fladdersen al is het maar een oefening. De oefening? Vanzelfsprekend heette die geslaagd te zijn. En wij zijn de laatsten om dat te ontkennen. Ja, want dat is U toch inmiddels wel duidelijk geworden, er is daar in Stavenisse op grote schaal geoefend door de Nationale Reserve. Zelfs was de Districtscommandant Zeeland N.R. overste de Feijtef er voor overgekomen om het geheel te overzien en had kapitein Fassaert, die zijn sporen niet alleen met oefening heeft verdiend, het bevel over de Blauwen en kapitein Kloosterman, een oude rot in het vak, commandant der „parachutisten". Daarmee is niet alles gezegd Bovendien waren bij deze oefening inge schakeld: de plaatselijke luchtbeschermings dienst en een commandopost op het ge meentehuis, de plaatselijke brandweer, die van St. Maartensdijk en Poortvliet, terwijl in de bewaarschool een noodhosptiaal was ingericht met de Rode Kruis colonne en de Roode Kruishelpsters en al bij de hand. Voor al deze laatstgenoemde diensten was het verloop der oefening geheim gehouden. Men wist alleen dat er een oefening zou worden gehouden en hoe laat men op Stavenisse moest zijn, maar hoe het geheel zich zou ontwikkelen wist slechts de com mandant en een enkele andere ingewijde. Zoiets is trouwens bevorderlijk voor het slagen van een manoeuvre. Er werd heus de draak niet mee ge stoken. Een gevechtsplan en al stond kant en klaar op papier. Vanzelf, hoe zou men anders moeten oefenen. En in dat gevechts plan was vermeld, dat „blauwland" in oor log was met „roodland". En dat de laatste de aanvaller was, waarom de eerste ook zijn Nationale Reserve had gemobiliseerd. En zo was er ook een afdeling N.R. inge deeld op het eiland Tholen, welke afdeling op die Donderdagavond in Stavenisse was aangekomen ter bewaking van de haven en het dorp. En laat die afdeling er nauwelijks zijn of een detachement rode parachutisten ontvangt bevel om dezelfde avond in de omgeving van Stavenisse te worden afge worpen met het doel de haven en het dorp te bezetten om rode duikboten gelegenheid te geven van de haven gebruik te maken en zich daar te bevoorraden. Ja, nu is het al 8 uur 's avonds en precies om die tijd krijgt de blauwe commandant kapitein Fassaert bericht van het afwer pen der rode parachutisten, dus neemt de blauwe afdeling de stellingen in, voor en rond de haven met een enkele dubbelpost in het dorp. Ongeveer 500 meter van Stave nisse achter de westelijke dijk van de Oud- Kempenshofstede polder rukken de roden voorzichtig op. Men voelt in Stavenisse het naderend gevaar. Het wordt 20.40. Volgens het gevechtsplan moet een rode lichtkogel opstijgen, maar aangezien die absent is, kan een donderbus of fosforgranaat dat ook wel klaarspelen en tegelijk een brandje pro memorie allemaal natuurlijk veroor zaken in de gemeente-bergplaats in de Julianastraat. Twee minuten later loeit de sirene over Stavenisse's dreven. Met rasse schreden spoedt de plaatselijke brandweer zich naar de onheilsplaats. Voorlopig blijft de brandweer Poortvliet en St. Maartensdijk nog op non-activiteit. Voorwaar slechts kort. Precies 20.55 ontstaat een brand in het gemeentehuis. Sabotage Nee, het is weer de ontbrekende rode lichtkogel, die dit euvel veroorzaakt. En dan komt het gehele brand weer corps in beroering. De ontwikkeling van de laatste brand laat zich dan ook ernstig aanzien. Trouwens, de algehele toe stand voor Stavenisse ziet er niet best uit. Immers, de roden zijn de eerste linies door broken en de haven is al niet meer te hou den. Schoten klinken van alle kanten. De eerste „lopende" gewonden komen bij de Roode Kruispost binnen. Het zijn échte ge wonden. Eén soldaat stond te dicht bij een losse fladder, toen die door zijn maat niet „gericht" werd afgevuurd en een burger was al te nieuwsgierig toen er een fosfor granaat werd geworpen. Een schram op het gezicht en een brandwond doet de Roode Kruishelpsters in het geweer, pardon, „in het verband" komen. Die Roode Kruisaf- deling onder leiding van dhr. Treurniet te St. Maartensdijk krijgt het trouwens toch druk. Geen wonder. Het is een heet gevecht geworden. De fosforgranaten zetten de Stavenisse-voorstraat in de rook, de geweer schoten zijn niet meer van de lucht en de brandweer blust maar donderbussen knallen. Binnenshuis gezeten zal er mis schien een herinnering aan een werkelijk meegemaakt zijn opgekomen. Maar buiten kan men ondanks dit grote rumoer die werkelijkheid niet benaderen. Omdat vele Stavenissenaren haast 'midden tussen die donderbussen en fosforgranaten en krakende fladders belangstellend blijven toezien, zich tussen de partijen de roden en de blau wen dringen om het toch maar goed te kunnen zien, Nee, die werkelijkheid werd zelfs in de vuurpauze niet benaderd, toen de Roode Kruiscolonne met de brancards uitrukte en 5 gewonden binnenbracht. En na het laatste hevige straatgevecht met stormaanval nog eens 3 gewonden. Toen was het ook afgelopen. Men was tijdens de aanval op het tijdschema vooruit gekomen. Vanwege de fanatieke aanvaller en vanwege de even fanatieke verdediger. En grijnzend werden de lege hulzen inge leverd door aanvaller en verdediger, door Rood en Blauw. Alleen in de bewaarschool, in de Roode Kruispost bleeft het nog even druk. Voor één gewonde vier verpleeg sters, zelden dat je het zo treft. En het bleef in die bewaarschool ook nog druk nadat de laatste gewonde weer gezond en wel aan het confereren was met z'n maats, omdat alles in dat „noodhospitaal" als dank voor de bewezen diensten van deze avond een versnapering kreeg in de vorm van een flesje bier, limonade of chocomelk. Dat wou er in na die vermoeiende veldslag, zowel bij de nationaal reservist, als bij de brand weerman en de Roode Kruiscolonist. Op de straat verspreiden de inwoners zich en zochten hun woning op met de conclusie „en massa": „toch eigenlijk onzin, zo'n vertoning". Een enkeling: toch wel een goede oefening, zo met branrdweer en al." Ongetwijfeld is het voor de leden van de N.R. een verzetje, zo'n grootse oefening, een aanmoediging en opleving tussen de steeds terugkerende en saaier wordende repetities en theorie-lessen door. Maar dat is het niet alleen. Hebben we allen niet gezegd in begin '40: „Daar moeten ze nu pas mee beginnen, met een leger te oefenen, met een lucht beschermingsdienst. Dat had eerder moeten gebeuren." Welnu, die berisping is de over heid nog niet vergeten. En daarom moet ook een gedeelte van de weerbare bevolking paraat worden gemaakt. Ook door een oefening, als waarvan Stavenisse de pri meur had en welke zeker door andere zal worden gevolgd. Al hopen we met ieder ander, dat dit soort „spel" nooit werkelijk heid meer behoeft te worden. t m-ét »-« *s M *t M M m m sa x S'S 2? 'm m- m sx m M >st M .m w w w m *- rh' i- Y\ Vruchten ijsblokjes Dit idee is vast een succes op een kinderfeestje en het is een heel goedkoop genoegen bovendien. Meng vruchtensap met water en voeg, indien nodig, een beetje rode vruchtenkleurstof toe. Giet het mengsel in het daarvoor bestemde bakje en zet dit de nacht voor het feestje in de koelkast, waar het vocht tot ijsblokjes kan bevriezen. Zet echter tevoren een prikker, b.v. een tandenstoker, in ieder vak je, dan zullen de ijsblokjes de vol gende dag klaar zijn als de kinde ren komen. VS; y\ Pierrot-ijswafels Dit is een nieuwe manier om ijs op te dienen. Koop roze fruit-ijs voor de wafels en plaats deze met de onderkant omhoog op een ronde koek. Versier met geconfijte vruch tjes in rood en groen, zoals op het plaatje aangegeven. Spuit geklopte crème rond de koek en dan zal de gelijkenis met een pierrot volmaakt zijn.

Krantenbank Zeeland

Eendrachtbode /Mededeelingenblad voor het eiland Tholen | 1951 | | pagina 1