WEEKBLAD VOOR HET EILAND THOLEN EN ST.FILIPSLOND Problemen der Industrialisatie. Raadsverslag Scherpenisse. WAARIN OPGENOMEN DE THOOLSE COURANT Commentaar Dominee de Bres 40 jaar predikant* DE BUSDIENSTEN. Het gaat er van komen in de Kerkstraat. En nog goedkoop ook, want er is vraag naar de porlierkeien. Ook de oprit Stoofdijk wordt verbeterd. ZONDAGSDIENST ARTSEN 6e Jaargang No. 48 13 October 1950 Uitgevers Firma C. Dieleman en G. Heijboer Redactie Kerkring A 473, St. Annaland - Telefoon 47 Administratie Oudelandsestraat 9, Tholen - Tele^57 - Giro 124407 Abonnementen 1..per kwartaal franco p.p. 1.25 Prijs per nummer 8 cent Advertentiën 0.10 per millimeter Minimum 2.00 Spierinkjes tot en met 20 woorden 1.00, elk woord meer 0.05 Advertenties worden tot uiterlijk Donderdagmiddag 1 u. aangenomen door dr. P. H. RITTER Jr. De Industrialisatie waarin velen de oplossing zien van de econo mische moeilijkheden, die voor een dichtbevolkt land, dat groeit naar de overbevolking, liggen opgetast, is niet alleen een economische strijd vraag, maar behoort ook onder al gemeen sociaal aspect te worden bezien. De industrialisatie heeft zich aan te passen bij de geestelijke ge steldheid van de bevolking. Men kan niet gaan industrialiseren, zon der dat de sociale zijde van dit vraagstuk voldoende bekeken is. De aandacht voor die sociale kant begint wakker te worden. De Stich ting voor Maatschappelijk werk in Friesland heeft de hoogleraren Groenman en Banning uitgenodigd daarover korte inleidingen te hou den, waarvan men de verslagen aantreft in het Bulletin van het Sociologisch Instituut van „Kerk en WereldEr komen daarin, belang rijke uitspraken voor, die wij onder de aandacht willen brengen van onze lezers en waaraan wij eigen gevolgtrekkingen willen verbinden. Prof. Groenman maakt ons hierop indachtig, dat wij bij de industri alisatie behoren te letten op de scheiding tussen agrarische en in dustriële sfeer. Bij een vermenging van deze sferen zal aan de land bouw schade worden toegebracht. Agrarische arbeid vergt meer de gehele mens, de totale persoonlijke belangstelling dan industrieele arbeid. Werk in de landbouw is niet productie per uur, per stuk binnen afgepaalde uren, maar eist liefde op voor levende zaken, voor groeizame natuur, voor het dier; liefde die niet binnen tijdslimieten is te vatten of in tijdseenheden is uit te drukken, zo min als in gestand- daardiseerde handelingen. Als industriearbeiders en agrariërs in een en hetzelfde gezin voorkomen of als buren naast elkaar, leidt dit tot wrijving of vervlakking. Binnen het gezin van de kleine boer krijgen wij naast elkaar het bezits-denken en het arbeids-denken. Misschien dat de industrie een vermenging met de agrarische sfeer zou toejuichen. De werkloze industriearbeider im mers, valt dan terug op een bedrijfje en slaagt er min of meer in, in zijn onderhoud te voorzien. Maar men mag dit de landbouw niet aandoen. Het platteland bezit waarden; gevoel voor maat, voor verhouding, voor stijl, die gevaar lopen bij een men gingsproces. I* Prof. Groenman herinnert er ons aan, dat industrialisatie betekent maatschappelijke structuurwijziging. Dient die wijziging zich te voltrek ken, dan moet men nadrukkelijk kiezen voor de evolutie, voor de geleidelijkheid. De industrie moet de tijd hebben te groeien in een industrie-kern. Zij moet niet als groot-industrie bezit nemen van een plattelands-centrum. Ook moet er geleidelijkheid zijn in de aard van het industrialisatie' proces zelf. Men moet op het platte land de voorkeur geven aan over zichtelijke bedrijven, waarin nog persoonlijke betrekkingen kunnen bestaan. Bedrijven waarin de direc teur, de bedreifsleider nog wordt gekend door de arbeiders, en waar in deze omgekeerd ook zijn arbei ders kent. De plattelander is niet gewenc om als arbeidskracht een nummer te zijn, om in de massa van het arbeids leger onder te gaan. Men moet niet menen, dat alleen grote bedrijven rationele bedrijven zijn. In industri ële kringen richt men juist het oog op de „menselijke factor". Niet „Hoe groter" maar „hoe beter is de keuze". Er zijn tal van voorbeelden te noemen van voortreffelijke rati onele bedrijven van ongeveer 50 of 100 arbeiders. Men kieze overigens bij de industrialisatie de volkomen natuurlijke weg van het bekwaam geleide kleine bedrijf naar midden of groot bedrijf. Het opvangen van de gevolgen der industrialisatie is minstens even belangrijk als de industrialisatie zelf. Prof. Banning gaat nog dieper in op de kwade gevolgen, welke de industrialisatie met zich mee kan slepen. Industrialisatie betekent: een terugdringen van de agrarische geestgesteldheid en beschaving, een overheersen van het moderne, ste delijke type, ook daar waar men door de centralisatie en een vooruit ziende politiek de moderne steden niet tot steenwoestijnen zou laten ontaarden. Ongetwijfeld zal de industriali satie de differentiatie van het onder wijs bevorderen, omdat het industri- alisme van de belangrijkste arbeids krachten een zekere technische be gaafdheid eist. Daarmede zal ge paard gaan een aandrang tot ver hoging van de leerplichtige leeftijd en daarmee een verhoging van het intellectuele peil der bevolking. Maar ook de versterking der rati onele en rationalistische strekkingen, eerst in het arbeidsleven, maar ver der ook in het gehele beschavings type. De sfeer van het heilige zal steeds meer uit de arbeid van de andere menselijke verhoudingen worden teruggedrongen. De con tractuele regelingen zullen de patri archale en familiale gaan verdrin gen, hetgeen neerkomt op een ver zakelijking van het leven. De mogelijkheid is groot, dat de industrialisatie het gezinsleven zal verzwakken. In het agrarische maat schappij-type is het gezin de plaats waar de opgroeiende jonge mens meisje en jongen de voorberei ding vindt voor het leven, ook voor het arbeidsleven: het gezin helpt hem ingroeien in de maatschappij op geleidelijke en onopzettelijke wijze: hij verwerkt daar ook de belang rijkste levenservaringen: in een industrialistisch maatschappij-type wordt een deel van de opleiding voor arbeidsproces en maatschappij aan speciale instituten toevertrouwd, de ontspanning wordt voor een groot deel buiten gezinsverband ge zocht. Het is van het grootste belang van de samenleving, dat de gezins- verwoestende werking van een on geleide overgang van de agrarische naar de industriëele toestand wordt voorkomen. Wij deden slechts enige grepen uit de belangwekkende vertogen waarmee de studie over de sociale gevolgen der industrialisatie min of meer wordt ingeleid. Zij bevatten een grote bezorgdheid over de fu neste gevolgen, die een te schielijke en onoordeelkundige industrialisatie kunnen meebrengen. De vraag in hoever de industrialisatie nodig en nuttig is voor de oplossing van ons economisch probleem gaat nog voor af aan de bescherming van haar invloed op het sociale leven. Maar indien de industrialisatie onvermijdelijk is, dan is het zaak dat men, alvorens men haar op grote schaal toepast zich rekenschap geve van het feit, dat zij een opera tief ingrijpen betekent in het tere weefsel onzer bestaande maatschap pelijke verhoudingen. Men moet er op letten, dat er geen edele delen worden weggesneden en dat be staande, door de traditie gegroeide en dikwijls gezegende psychische toestanden en verhoudingen niet abrupt worden vernietigd. De samenhang van de verschil lende functies en geledingen in het maatschappelijk leven is zeer innig. En er schuilt gevaar in, dat men door het genezen van de ene kwaal een andere oproept. Dat er een grote mate van geleidelijkheid bij dc toe passing der industrialisatie in acht moet worden genomen, dat is wel een zo dwingende noodzaak, dat zij door mannen die de industrialisatie onontkoombaar vinden wordt in gezien. Maandag jl. deed de winterdienst- regeling der Thoolse Autobusdien sten haar intrede. Die regeling kan ons weinig bekoren. Meenden we in een artikel, dat we veertien dagen geleden plaatsten, vóór het nieuwe spoorboekje uit was, dat de ver vroegde busdiensten noodzakelijk waren in verband met vervroegde treinenloop, nadat het spoorboekje is uitgekomen werd ons duidelijk, dat de vervroeging van onze bus sen daar niet het minste mee in ver band kunnen staan. Immers de trei nen naar Roosendaal vertrekken slechts één minuut eerder dan tij dens de zomerdienst. En ook in de treinenloop richting Vlissingen kwam, voorzover het de eerste twee de voornaamste verbindingen aangaat, geen verandering. Wat is dan de oorzaak, dat onze bussen waarempel tijdens de winter een kwartier of tien minuten vroe ger gaan vertrekken? Wat be tekenen nu tien minuten Moet men zich daarover druk maken Zeker, indien die vervroeging niet in het belang van het reizend publiek is, mag men hierop ons inziens wel critiek uitoefenen. Wat hebben de reizigers er aan, dat ze in Bergen op Zoom een kwartier of twintig minuten moeten wachten? Waar voor is dat juist in de winter nodig? De oorzaak? We konden er niet precies achter komen. Maar we heb- nen toch de conclusie getrokken, dat iet publiek hier de dupe wordt van een kwestie tussen de B.B.A. en de Thoolse Autobusdiensten. Immers, nog steeds zit de B.B.A. op de lijn Tholen-Bergen op Zoom. En krachtens de overeenkomst schijnt dat moeilijkheden mee te brengen bij het bepalen van de ver trektijden uit Tholen. De B.B.A. schijnt daar steeds vijf minuten voorsprong te moeten hebben of is het andersom Hoe dan ook, het is absurd dat het publiek daarvan de dupe (al is dit laatste woord in dit verband vrij krachtig geschreven) moet worden. Hoewel we menen, dat het lo gischer zou zijn, dat ook dit laatste traject (Tholen-Bergen op Zoom) voor de Thoolse autobusdiensten vrij zou komen het zijn immers vrijwel allemaal Zeeuwse passagiers gaat het er ons hier bovenal om, dat het publiek niet op de tweede plaats komt. De ondernemer exploi teert een busdienst om er een brood winning aan te verdienen, maar dient dan toch in de eerste plaats met de belangen van zijn passagiers rekening te houden. Misschien dat de huidige regeling ihans moeilijk meer ongedaan ge maakt kan worden. Dan hopen we toch van harte, dat de Verkeers- inspectie een volgend maal méér rekening houdt met de belangen van het publiek dan met een kwestie tussen twee ondernemingen. Ver- gete men daarbij ook nimmer het schoolbezoek aan Bergen op Zoom. Die Verkeersinspectie boezemt ons nog wel zoveel vertrouwen in, dat we menen, in bovengenoemde hoop niet beschaamd te zullen wor den. En anders moet die kwestie B.B.A..T.A.D. maar voor goed uit de voeten. Dat zou uiteindelijk nog wel het beste blijken. 25 „Tuf-Tuf's" betwisten elkaar in een wedstrijd Versailles-Parijs voor oude vehikels. Het vertrek der oude wagentjes te Versailles tijdens een regenbui. Vrijdag 6 October kwam de gemeente raad te Scherpenisse in voltallige openbare vergadering bijeen. Ter goedkeuring werd voorgelegd de instructie van de hulpkeur meester in de kring „St. Maartensdijk", gezonden door het gemeentebestuur van die gemeente. Dhr. Hartog meende, nadat de voorzitter hieromtrent een en ander had meegedeeld, dat de vervoersvergoeding niet weinig is. De voorzitter denkt, dat men dat zo maar niet zal kunnen beoordelen, want practisch is het toch niet meer dan 5 cent per km. Daar wil dhr. Hartog het maar liever niet voor doen. Hij, evenals de andere leden gaan na toelichting door de voorzitter accoord met de voorgestelde instructie. Van de Min. v. B. Zaken inzake de 2e loonsverhoging ad 5%, die ook aan het Rijkspersoneel mag worden uitgekeerd, t.w. over de laatste 4 maanden, waarvan er echter maar 3 (als voorschot) worden uit gekeerd, tot een maximum van 45,- Dhr. J. Rijstenbil vraagt voor z'n doch tertje, dat de M.U.L.O. in Bergen op Zoom bezoekt, reisvergoeding, wat wordt toe gestaan. De rekening 1949 van de districtsschool- artsendienst is ook binnen. Voor 1951 zal de gemeente voor deze dienst 19 cent per inwoner begroten. Enkele wijzigingen in de begroting 1950 ontmoeten geen bezwaar. Die van 1949 is door Ged. Staten goedgekeurd. Herkozen worden dezelfde leden van de adviescommissie Woonruimtewet. Dit zijn de Raadsleden zelf. De begroting 1949 van het Burgerlijk Armbestuur wordt ter wijziging aangeboden. De subsidie van de gemeente kan met 400.werden verlaagd. Een meevaller. Ook de rekening van dit college over 1949 wordt aangeboden. In ontvang en uit gaaf sluit deze met een post van 4037,26. De heren v. d. Jagt, Bijnagte en L. v. d. Werff zullen deze rekening nazien. Burgemeester D. C. Bouwense wordt met alg. stemmen benoemd als onbezoldigd ambtenaar van de burgerlijke stand. EEN GOEDE RUIL Voorgesteld wordt daarop door B. en W. om de porfierkeien in verschillende straat gedeelten tegen klinkerbestrating te ruilen. De voorzitter deelt bij behandeling van dit punt eerst mede, dat Ged. Staten hun goed keuring hebben verleend aan de verbetering Kerkstraat-Wilhelminastraat. Ook in de aanleg van trottoirs in de Kerkstraat wordt door Ged. Staten berust. En nu is er weer een voordeliger aan bieding van dhr. v. Camp om porfierkeien te ruilen voor klinkerbestrating. Ja, onder zeer gunstige voorwaarden. De oude keien worden uitgenomen en de klinkers zonder kosten ingebracht. Alleen het zand, dat aangevoerd moet worden, dient de ge meente te betalen. Dit aanbod is zo aan lokkelijk, dat door het Dag. Bestuur wordt voorgesteld om nu de klinkerbestrating maar door te trekken, dus van de rand der gemeente (weg naar St. Maartensdijk) dwars door de gemeente (Spuiplein, Kerk straat, Langeweg) tot aan de weg naar Poortvliet. De oude keien er dus uit laten halen en omruilen voor een klinkerbestrating, op bovengenoemde voorwaarden. Het zal de gemeente niet meer dan 100.kosten. Alle leden zijn er voor op zo n aanbod direct in te gaan. De voorzitter merkt nog op, dat de uit voering van deze verbetering nog wel wat moeilijkheden zal meebrengen, maar daar kan men niet buiten. Besloten wordt op het door dhr. v. Camp gedane voorstel in te gaan. NOG EEN VEBETERING Dan komt ter sprake de verbetering oprit Stoofdijk. Gevraagd is aan het bestuur van de Cal. polder albier om het talud wat te mogen afgraven, waarin is toegestemd onder toezicht van de opzichter. Ook de eigenaar en pachter van de dijk hebben geen bezwaar tegen de noodzakelijke maatregelen die ter verbetering van de oprit nodig zijn. Die verbetering zal totaal 330.kosten. Dhr. Bijnagte vraagt zich nu toch af, waarom er voorheen geen geld voor was, toen het ook al is voorgesteld. De voor zitter: Omdat we er iets anders voor op de langere baan schuiven. Dit is urgent. Dhr. v. d. Jagt wil hieraan zijn stem wel geven, maar vraagt wanneer men nu ook de besluiten eens gaat uitvoeren, zoals bijv. de Kerkstraat. „Dat gaat zo beginnen", antwoordt de voorzitter, „wellicht a.s. Maandag al". Het is jammer, maar het kon niet vroe ger, we moesten eerst wel goedkeuring heb ben; dat is ook weer het geval bij die ver betering oprit. Dhr. Bijnagte komt ook nog even terug op de Kerkstraat en vraagt of de oude ge bouwen daar geen last zullen krijgen, als de hoge stoepen worden weggedaan. De voet van die woningen zouden kunnen uit zakken. Men zal dat grondig bekijken. Ook de verbetering van de oprit gaat er zonder hoofdelijke stemming door. PERCEEL HOGE MARKT 7 Dit gebouw is gehuurd door dhr. W. Pleune en de verbouwing door de huurder aanbesteed - is thans zover gevorderd, dat de rekeningen kunnen worden opgemaakt. Nu vraagt dhr. Pleune vergoeding voor het aanbrengen van een closet met septictank en tegemoetkoming in de electriciteitskosten, die na afkeuring door de P.Z.E.M. zijn ge maakt. De voorzitter merkt n.a.h. op, dat dit perceel zeer is opgeknapt door dhr. Pleune. Burgemeester en ook de Wethouders lijkt het billijk dat men, nu het gemeentebezit zo is verbeterd, hem de aan te brengen closet te vergoeden, met de restrictie dat de huur gehandhaafd blijft. Dhr. Bijnagte: Dhr. Pleune zou het toch geheel voor zijn rekening nemen Niet dat ik dit voorstel niet steun. Er wordt nog even over gediscussieerd, waarna wordt besloten, dat men aan dhr. Pleune maximaal 380,— zal toekennen, zowel voor closet als onkosten electriciteit. Dan is er nog een verzoek van de huur der van het pand in de Spuidamstraat No. 6 die enkele verbeteringen verzoekt voor een totaal bedrag van 187,B. en W. en ook verschillende raadsleden, die er geweest zijn lijkt het verzoek billijk, zodat ook hier toe wordt besloten. Men zal dit evenwel in 2 jaar bekostigen. Dokter L. D. A. Looysen, Tholen, Tel. 49. Dokter R. C. Renes, Oud-Vosse- meer, Tel. 19. Op voorstel van B. en W. wordt voor de te stichten A.V.O. werkplaats een rente loos voorschot beschikbaar gesteld. Dit zal voor deze gemeente ongeveer 700.be dragen. Men zal ook, wanneer Tholen aan zn 1000,blijft vasthouden, de hiervoren genoemde bijdrage niet onttrekken. (Aan vankelijk was, zoals bekend, de bedoeling, dat verhoudingsgewijze door de gemeenten zou worden bijgedragen, maar de Thoolse Raad nam een ander besluit). De Raad te Scherpenisse laat de verdere uitvoering over aan de Commissie of Stichting. Goedgekeurd wordt een wijziging in de gemeentebegroting 1950. De Raad zal name lijk een annuïteitslening moeten aangaan voor verbetering van die huizen, die door inundatie(oorlogs)schade zijn getroffen en welke verbetering nu kan worden uitge voerd. En dat zal een lening moeten zijn van 12.000.—. Een zeer belangrijke post, die uit de kap. dienst moet worden gefinancierd. Maar en daar zijn de leden het mee eens men kan er niet onder uit komen, want die verbetering wordt nu zo „zachtjesaan" toch wel tijd. De gemeenterekening 1947 zal door de hierboven genoemde commissie ook worden nagezien. RONDVRAAG Dhr. L. v. d. Werff vestigt er de aan dacht op, dat men de goot bij A. Deurloo wel in de gaten mag houden, zodra het ver keer door de Wilhelminastraat wordt gelegd. Dhr. Bijnagte vraagt, hoeveel huur men voor de nieuwe gebouwen definitief zal moeten betalen. Dat is nog niet vast bekend, maar men kan dezer dagen hieromtrent uitsluitsel ver wachten. Dhr. Bijnagte wijst er op, dat het kaadje op de Spuidam zeer zal worden opgeknapt, maar begrijpt niet, waarom men er na 14 dagen aan te hebben gewerkt, zo weinig is opgeschoten. De districtsopzichter had toch wel eerder kunnen merken, dat het niet zo ging. Deze klacht zal onderzocht worden. Weth. v. d. Werff weet wel, dat het absoluut niet naar de zin van dhr. Blaas ging. Dhr. v. d. Jagt vindt toch ook, dat er eerder maatregelen genomen hadden moeten worden. Daarna sluiting. 6 November a.s. hoopt Ds. Joh. de Bres, predikant der Ned. Herv. Kerk te St. Maartensdijk (Zijn 40-jarig ambtsjubileum te gedenken. Ds. de Bres werd 25 Mei 1887 te Dordrecht geboren. Na daar het gymnasium te hebben doorlopen, studeerde hij aan de Rijksuniversiteit te Utrecht en slaagde reeds op 22-jarige leeftijd (27 April 1910) voor het proponentsexamen. Op 6 Nov. van datzelfde jaar deed hij zijn intrede in Bleskensgraaf. Vier jaar later vertrok hij vandaar om op 6 December 1914 een be roep te St. Annaland te aanvaarden. Op 1 October 1916 deed hij zijn intrede te Bruchem-Kerkwijk en na daar 13 jaar te zijn voorgegaan, aanvaardde hij de roe ping naar St. Maartensdijk, waar hij 1 September 1929 intrede deed. Sindsdien werd Ds. de Bres meermalen naar elders beroepen, maar bleef het Thoolse land, dat hem lief is geworden, trouw. Daardoor is bij vele eilandbewo ners een wederkerige vriendschapsband ge groeid, terwijl hij ook bij andersdenkenden geacht is, juist om zijn oprechte verbon denheid aan het „goede land van Tholen", zoals hij dat zelf meermalen uitdrukt. Op politiek terrein is hij de beginselen der S.G.P. toegedaan en van zijn hand verschijnen dan ook vaak artikelen in pe riodieken van die richting. Ds. de Bres heeft naast zijn vrij grote gemeente verschillende plaatsen op het eiland als consulent gediend, waaronder nu reeds ongeveer 2 jaar de gemeente Poortvliet. Naast genoemd jubileum hopen Ds. en Mevr. de Bres op 27 October hun 40-jarige echtverbintenis te gedenken. Het is ons bekend, dat Ds. de Bres on gaarne in het middelpunt der menselijke belangstelling staat, maar ditmaal zal hij en zijn echtgenote daar toch niet onderuit komen. Er zullen hun ongetwijfeld vele felicitaties bereiken. Wij wensen het echtpaar de Bres goede dagen toe, als ze straks genoemde jubilea mogen vieren.

Krantenbank Zeeland

Eendrachtbode /Mededeelingenblad voor het eiland Tholen | 1950 | | pagina 1