Raadsverslag Oud -Vossemeer*
6e Jaargang No. 6
Tweede Blad
23 December 1949
ONZE Armoede*
Ook hier begroting-bespreking*
Het groot bestratingsplan aangenomen»
De ,,B» S» O.-cent" vergt weer veel
plaatsruimte, een gevolg van de spraak
waterval daarover»
Maar in principe schooltandverzorging»
EENDRACHT BODE
Vervolgens wordt met algemene stem
men het grote plan aangenomen.
Aan de orde is de voorlopige vast
stelling van de gemeenterekening 1948
en goedkeuring rekening Armbesturen.
Na toelichting van enkele punten
welke in het rapport door de commissie
zijn aangestipt, wordt de gemeente
rekening voorlopig vastgesteld en de
rekeningen van het Algemeen- en We
zen Armbestuur en het Fonds Huyssen
van Kattendijke goedgekeurd.
Punt 6 der agenda vermeldt een voor
stel tot aankoop van gemeentegrond
binnen het uitbreidingsplan voor even
tuele woningbouw.
Zolang het gemeentehuis blijft staan
is de grond in de Blinde Hoek waarde
loos, waarom het de bedoeling is aan
het eind van de nieuwbouw een strook
grond te kopen van dhr. A. v. d. Zande.
Dit zqu gekocht kunnen worden a 1,50
per m2. Hierdoor zou de straat aan
weerskanten bebouwd kunnen worden.
Dhr. v. d. Klooster vindt het bedrag
niet onbillijk.
Dhr. v. Gorsel vraagt hoeveel er aan
gekocht zou worden, waarop wordt
medegedeeld dat te beginnen is met
16 are, terwijl later nog eenzelfde
oppervlakte kan worden bijgekocht.
Hiermede gaan allen accoord.
Nu wordt ter tafel gebracht een ver
zoek van de vereniging B.S.&O. om een
jaarlijkse bijdrage van 1 cent per inw.
Medegedeeld wordt dat de contributie
van de vereniging 2.50 per lid en per
jaar is, en dat de gelden indirect in het
belang der gemeente komen.
Dhr. Aarnoudse denkt aan het feit dat
B.S.&O. hebben gezorgd voor een bus
op Zondag. Als er zoveel zieke mensen
in het ziekenhuis liggen als er in de bus
zitten, dan zou het treurig zijn, waarop
de voorzitter antwoordt dat indien de
vereniging fout heeft gedaan, dit nog
niet de reden moet zijn om deze te ver
oordelen. De vereniging werkt in het
belang der gemeenten. Als er fouten zijn
gemaakt, moet men dan geen bijdrage
geven
Dhr. Daane merkt op dat Zondag de
bus ook vol zat en werkelijk allen aan
het ziekenhuis uitstapten. Hij beweert
echter niet dat het altijd zo is.
Hij is van mening dat het een gewone
vereniging is, zoals er 1 O-tallen zijn. Zo
zou men kunnen zeggen we richten een
vereniging van wethouders of van raads
leden op, doch ze staan buiten de ge
meente. Met B.S.&O. is het dit verschil
dat deze personen beter het naadje van
de kous weten, maar toch staat de ver
eniging buiten de gemeenten, ze werkt
op eigen houtje. Ze werken onder elkaar
en zeggen hier heb je het en wat denk
je er van
Met contributie van 2.50 kunnen ze
er niet komen, doch voor een vereniging
van de elite van het eiland Tholen is
dit zeer weinig, daar er voor de burge
meesters door de Minister nog een
repesentatietoelage wordt betaald.
Verleden jaar is de burgemeester van
Stavenisse bv. naar Amsterdam geweest
en presenteerde een nota van ruim
100.waar is het einde. Dit jaar let.
volgend jaar misschien 2 cent. Het is
een gewone vereniging, doch ze moeten
maar zien dat ze hun boontjes doppen.
De voorzitter is het volkomen met
dhr. Daane eens dat het een particuliere
vereniging is, maar ze werkt op het ge
bied van het gemeentebelang. Als er een
vereniging van raadsleden of wethou
ders komen zou die op dit gebied werkte
zou hij evenzo voor een subsidie zijn.
Dhr. v. d. Klooster zegt dat de doel
stelling van de vereniging eensdeels is
de kennis van het administratief recht te
vermeerderen, doch een volontair die
gaat studeren, betaalt toch ook zijn
studiekosten, waarom die vereniging dan
niet. Hij ziet het zo dat de gemeenten
over een paar jaar nog last met die
vereniging krijgen.
De voorzitter merkt op dat het niet
alleen de persoonlijke kennis betreft,
maar ook samenwerking, adviezen ge
ven, gezamenlijk verzoekschriften in
dienen, etc*.
Er gebeurt wel eens iets fout, aldus
de voorzitter, maar de feiten die aan
gebracht kunnen worden, werpen meer
malen hun nut af.
Dhr. y. Driel zegt dat hieraan al
vele uren zijn besteed, en hij is niet
van mening dat de vereniging geen
nut af zal werpen, doch tot op he
den is dit niet het geval, want ze gaan
volkomen de gemeentebesturen voorbij.
In de toekomst zou het 5 cent en meer
worden.
De contributie lijkt dhr. Istha ook
laag toe. Hij is er voor dat men eerst
begint de contributie te verhogen en
rekening te houden met de uitgaven.
1 cent per inwoner wordt nu al veel.
De voorzitter is van mening dat de
uitgaven worden beperkt, eerdergenoem
de reis door de voorzitter werd ook
door de leden afgekeurd, het was een
Hierna wordt mededeling gedaan om
trent de gemeenschappelijke regeling
schooltandverzorging met voorstel.
De voorzitter zegt direct voor tand-
verzorging te zijn, doch hij meent dat
de zorg voor de lichamelijke toestand
van het kind in de eerste plaats bij de
ouders berust. Dit is een beginpunt
van wat Rusland doet, de gehele op
voeding van het kind door de staat.
De voorzitter merkt in dit verband
op, dat dit ook is gezien, maar dat
deze vereniging een particulier is in de
vorm van een stichting, waarin ouders,
ziekenfondsen en gemeenten vertegen
woordigd zijn. Als er geen tekorten wa
ren, zouden de gemeentebesturen niet
nodig zijn.
Dit moet gezien worden als iets dat
van de ouders uitgaat. Men heeft de
school aangegrepen als de eerste plaats
waar men de kinderen bij elkaar heeft
maar niet als plaats van behandeling.
Dhr. v. d. Klooster vraagt of ouders
die niet verzekerd zijn, verplicht kun
nen worden hun kinderen te laten on
derzoeken
Deze vraag wordt door de voorzitter
ontkennend beantwoord. Als de ouders
niet verzekerd zijn, en ze wensen hun
kinderen aan de verzorging (te doen
deelhebben, dan moeten ze f 2.50 be
talen.
Dhr. Istha verklaart het met de voor
zitter eens te zijn. Dhr. Aarnoudse be
hoeft naar zijn mening niet bang te zijn
voor te ver doorgevoerde overheids
zorg.
Spr. zegt vorige vergadering wel wat
te optimistisch te zijn geweest ten op
zichte van de medegedeelde cijfers,
maar nu hij de raming heeft bezien lijkt
hem deze voor het 7e leerjaar b.v. niet
al te zuiver, ook dhr. v. Gorsel vindt
de kosten laag geraamd.
De voorzitter zegt dat de praktijk
heeft bewezen dat de kosten eerder la
ger dan hoger dan de raming zullen
zijn. Spr. zegt dat B. en W. nog en
kele bezwaren tegen de regeling hadden.
Het hoofdbezwaar was dan wel dat de
colleges van B. en W. en de raden niet
voldoende zeggenschap hadden in vast
stelling van begroting en rekening.
Eerst als deze vastgesteld waren zou
den ze aan genoemde colleges worden
toegestuurd. Hierover is geschreven,
doch ons werd gevraagd het al vast
goed te keuren, dit bezwaar zou dan
later nog wel ter sprake worden ge
bracht. Hiermede gaan B. en W. echter
niet accoord. Daarom wordt een voor
stel gedaan aan de raad om zich in
principe bereid te verklaren in de
stichting deel te nemen, en pas defini
tief wanneer dit punt nader is bespro
ken. B. en W. zouden eveneens graag
zien dat wanneer een gemeentebestuur
er een bezwaar tegen had, G. S. uit
spraak zouden doen, waarbij allen zich
dan neerleggen.
Dhr. Daane is van mening dat, zo
als de toelichting bij de gemeenschap
pelijke regeling, iedere raad die zo
maar beslist heeft onverantwoordelijk
heeft beslist. Hij is voor tandheelkunde,
hetgeen trouwens allen reeds mede
deelden, maar opletten. Als we moeten
betalen, dan ook voldoende zeggen
schap. Zoals het nu ligt geven we de
portemonnaie in handen van een par
ticuliere vereniging.
Niet eerst de regeling aannemen en
dan de bezwaren uitwerken, doch an
dersom. Hij wenst geen contract, waar
ze je ongelimiteerd voor kunnen laten
betalen. Tijdig medezeggenschap voor
de gemeenten wenst spr.
Dhr. v. d. Klooster verklaart even
eens niet te zijn voor het tekenen van
een blanco kwitantie. Hij is niet te
gen tandverzorging, maar hij wenst de
cijfers zwart op wit voor de goed
keuring.
Dhr. Mees zegt dat het veel zal
afhangen waar de centrum-gemeente
komt wat betreft de ontwikkeling van
de verzorging.
De voorzitter maakt hier een split
sing tussen centrum- en vestigingsge
meente.
Dhr. Mees is van mening dat zo de
tandarts zich b.v. op Stavenisse zou
vestigen de arts gelegenheid zou hou
den, maar was dat Tholen, dan werd
zijn practijk misschien zo druk, dat er
geen tijd voor de schooltandverzorging
zou overblijven.
Dhr. v. Driel zegt met de regeling
mee te gaan als het besprokene in orde
komt, anders niet.
Allen verklaren zich in principe ac
coord met de gemeenschappelijke tand
verzorging.
De voorzitter deelt mede dat een pro
cedure aanhangig was tot onteigening
van het Ambachtsherenhuis. G. S. heb
ben nu medegedeeld dat de Minister
van wederopbouw en volkshuisvesting
berichtte dat omtrent goedkeuring van
het raadsbesluit tot onteigening van het
Ambachtsherenhuis niet meer kan wor
den beslist omdat de tijd gedurende het
De menigen van de geleerden
lopen nogal uiteen over de vraag
of armoede noodzakelijk is. Som
migen menen dat er niet aan te
ontkomen valt, omdat het getal
mensen veel vlugger toeneemt
dan de mogelijkheid om dat toe
genomen aantal mensen te voe
den. Zij zeggen zelfs dat epide
mieën, hongernood en oorlogen
natuurlijke verschijnselen zijn om
dat surplus aan mensen weg te
werken.
Anderen geloven echter, dat
de schatten der natuur rijk ge
noeg zijn om alle stervelingen te
voeden. De geschiedenis schijnt
de laatste gelijk te geven. Het
aantal inwoners der aarde neemt
nog steeds toe evenals de mate
waarin de mens in zijn behoefte
kan voorzien. Tot aan 1940 was
het inderdaad zo. Wat we na de
bevrijding hebben gehoord was
weinig anders dan een variant
op de beroemde woorden van
Churchill in de Meidagen van
1940, dat hij Engeland slechts
bloed, zweet en tranen kon bie
den. Wat horen de inwoners van
West-Europa thans anders dan
zweet, armoede en soberheid
Te begrijpen is de gemelijkheid
van de man die behoorlijk
hard sappelt in zijn zaak, zijn fa
briek of werkplaats of lap grond
en van de opbrengst niet alleen
kwalijk de kleine dingen durft af
nemen die het leven wat veraan
genamen als het Zondagse si
gaartje, een centje aan de kant
voor een vacantie-uitstapje maai
er nauwelijks of in het geheel
niet de noodzakelijke huishoude
lijke dingen van kan aanschaf
fen: linnengoed, beddegoed, huis
raad e.d.
Laten wij in de allereerste,
plaats niet vergeten dat wij,
Westerlingen, in onze onuitput
telijke wijsheid nog maar pas ne
gen jaar geleden zijn begonnen
vijf jaar lang nagenoeg alles wat
we hadden op de grondigst mo
gelijke manier kort en klein te
slaan. Er komt echter nog iets bij.
De betrekkelijke mate van wel
stand, waarin we hier in het
Westen leefden, ging voor een
deel ten koste van een lagere
levensstandaard van de bevol-
Openbare raadsvergadering te Oud-
Vossemeer gehouden op 12 December
1949.
Voorzitter de burgemeester, aanwezig
alle leden.
Na het onveranderd vaststellen van
de notulen der vorige vergadering
worden als ingekomen stukken genoemd
een dankbetuiging van dhr. Overbeeke
voor het verlenen van tegemoetkoming
ex art. 13 der L. O.-wet 1920, en
goedkeuring door G. S. van de tijde
lijke verhuring van de woning B 14
aan dhr. W. v. d. Vlies.
Aan de orde is de vaststelling van de
pensioensgrondslagen van de ontvan
ger van het kadegeld en de ambtenaar
van de burgerlijke stand resp. m.i.v.
12 September 1947 en 1 Januari 1948,
waartoe wordt besloten.
Het derde agendapunt betreft de
vaststelling van de gemeentebegroting
1950 en de begrotingen der Armbestu
ren.
Het rapport der commissie, welke
was belast met het nazien der begroting
deed zien dat het de commissie ver
heugde dat de begroting sloot zonder
dat gebruik behoefde te 'worden ge
maakt van een batig slot of de alge
mene reserve. Het op onvoorzien ge
raamde van ruim f 1000,— wordt ech
ter laag geacht.
Gewezen wordt op de moeilijkheden
bij de tractie van de motorbrandspuit,
hetgeen bij de laatste schouwbrand weer
naar voren kwam. De voorzitter deel
de mede dat voorheen de jeep van dhr.
king van industriëel minder ont
wikkelde gebieden der aarde. De
rijst zou duurder zijn geweest als
de tani op Java een loon had
ontvangen dat hem een levens
standaard had gegeven van een
boerenarbeider te onzent. Het is
wel waar dat onze levensstan
daard een erg sobere is en dat
we, ondanks hard werken, nog
wel een flinke poos aan dat lage
levenspeil vast zullen zitten.
Maar hebben we er wel eens aan
gedacht dat gelijk met ons hoog
vooroorlogs levenspeil hongers
nood een veelvuldig en geregeld
terugkomend verschijnsel was in
China en Z. O. Azië Alle goe
deren, die we betrokken uit die
daag ontwikkelde gebieden kon
den we alleen maar betrekken
omdat het gros der mensen het
daar stukken minder had dan
wij.
En realiseren wij ons wel, dat
deze mensen zo langzamerhand
van dat hongerlijden genoeg
krijgen en voor hun werk een
prijs gaan vragen, die wij op
moeten brengen óf van hun pro
ducten af moeten zien. Waarom
zouden zij wel onze hoeder zijn
terwijl wij ons over hun lot in
het verleden niet bekommerden
Inderdaad, wanneer die laag
ontwikkelde gebieden machines
e.d. aanschaffen, zullen ze mis
schien in de toekomst tegen een
door ons te betalen prijs hun
voortbrengselen kunnen leveren
en er zelfs Ook nog beter van
worden. Maar die machines moe
ten worden geleverd op credief.
En zo lang die dingen in India
of Indonesië of waar dan ook
niet draaien en de productie om
hoog brengen, zo lang wordt on
danks onze grotere inspanning,
ons inkomen niet groter. Want
dan eerst wordt ons werk met
een reëel inkomen betaald.
Armoede is dus niet noodzake
lijk. Alleen is ze op het ogenblik
onontkoombaar omdat we tege
lijkertijd onze eigen stommiteiten
moeten goedmaken èn moeten
betalen voor onze tekortkomin
gen jegens de mensen, die we in
de jaren achter ons hebben -
laten we maar zeggen waar het
op staat hebben afgezet
Rijstenbil hiervoor kon worden gebruikt,
nu dit niet meer mogelijk is moet iets
anders worden gezocht. De comman
dant brandweer stelde voor op de spuit
een dergelijke koppeling te maken die
op alle auto's is aan te koppelen, om
dat men nooit zeker is een bepaalde
auto tot zijn beschikking te hebben. Dit
wordt uitgevoerd.
De commissie informeert voorts hoe
zal worden voorzien in het opbergen
van kleine cadavers nu het gehele
abattoir voor slachting wordt gebruikt.
Er zijn nu, deelt de voorzitter mede,
meer afvalbussen, en er zal een bak
worden gemaakt van beton waar klei
ne cadavers in afwachting van de des
tructorauto kunnen worden opgeborgen.
Dhr. Mees vraagt of het niet moge
lijk is hiervoor een andere plaats aan
te wijzen dan achter het slachthuis, het
geen de voorzitter doet opmerken dat
tegen een goed afgesloten betonnen bak
geen bezwaren zullen bestaan. Er kan
aan het Hoofd der Keuringsdienst hier
omtrent nog advies worden gevraagd.
Volgens het rapport was voorts te
weinig uitgegeven aan het abattoir, nu
is weer f 300,geraamd. Gewenst
wordt het geacht dit ook te besteden,
opdat het abattpir er beter uit zal
gaan zien. Hieraan is, naar wordt me
degedeeld, voor 1950 de nodige aan
dacht besteed.
De commissie acht het minder juist
dat nog steeds de onteigeningsprijzen niet
bekend zijn van de voor de nieuwbouw
onteigende gronden. De raadsleden vin
den dit een schandaal. Toegelicht wordt
dat het bureau onteigening onroerende
goederen zeer weinig voortgang maakt.
Voorts wordt de aandacht gevestigd
op de bestrating van het Quartier aan
de Veerweg. Hiervoor zouden de oude
stenen, welke door het leggen van de
nieuwe weg onder de Molen vrijkomen,
kunnen worden gebruikt.
De commissie zegt zich omtrent plan
II nog niet voldoende te kunnen oriën
teren, doch wenst hierover wel de
nodige toelichting te ontvangen.
Plan I wordt echter op zijn minst
noodzakelijk geacht.
De aandacht heeft het getrokken dat
de gemeente-werkman 2 dagen per week
behulpzaam is bij het ophalen van het
huisvuil. Men zou graag zien dat de
aannemer van de ophaaldienst zelf voor
personeel zorgde en de gemeentewerk
man aan het overige ook nodige werk
kon blijven. Dit zal bij de volgende aan
besteding de aandacht hebben.
Na nog enige discussie wordt de be
groting 1950 vastgesteld op gewone
dienst in inkomsten en uitg. 110.929,17
en op de kapitaaldienst 43.334,33.
Ter tafel wordt gebracht. Plan I
(Klein bestratingsplan) en Plan, II (groot
bestratingsplan met inbegrip van over
dracht der straatkeien).
Plan I betreft de bestrating van de
Kalisbuurt met klinkers, hetgeen 31.550
zal kosten.
Momenteel doen Belgen aanbiedingen
om straatkeien te kopen. Ook hier is er
een aanbieding gekomen, doch als plan I
wordt toegepast kunnen de keien uit de
Kalisbuurt niet verkocht worden, want
alleen voor de keien uit deze straat
wenst deze geen aanbieding te doen,
omdat deze te slecht zijn.
Plan II betreft het opbreken van de
keien vanaf de koperslakkeien in de
Molenstraat, in de Achterstraat, de
Villa-wijk, tot aan de oprit van de
Kalisbuurt. Dit plan zou kosten 72.160.
In dit geval echter wilde de koper
3,50 per m2 keien betalen, hetgeen
over 5000 m2 17.500 bedraagt, ter
wijl hij zelf die keien weghaalt, dus ook
de transportkosten voor de oude keien
uit de Kalisbuurt ad 500,zouden
vervallen. Het grote plan zou dan uit
eindelijk 54.160 kosten.
De voorzitter wees er op dat wanneer
alleen de Kalisbuurt wordt vernieuwd,
de Molenstraat, Achterstraat en Villa
wijk toch zullen moeten worden herlegd,
hetgeen op 7610 wordt geraamd. Dan
wordt het vernieuwen der Kalisbuurt en
het herleggen der andere straten een
post van 39.160, hetgeen 15.000
minder is dan het totaal vernieuwen van
alle genoemde straten, dus het leggen
van klinkers aan een stuk Molenstraat
oprit Kalisbuurt.
Dhr. Mees informeert of er in de
Kalisbuurt nog goede stenen zitten om
elders te gebruiken.
De voorzitter zegt dat volgens de op
zichter er bijna niets meer van de
stenen deugt.
Dhr. van Gorsel informeert of de
Belgen de klinkers ook leveren, het
geen de voorzitter doet opmerken dat
ze wel hun bemiddeling willen verle
nen, doch de gemeente is vrij waar ze
te kopen, ze komen uit Nederland.
Dhr. Daane verwacht bij herlegging
grote kosten voor aanvullingsmateriaal.
Dhr. v. d. Klooster was een sterke
voorstander om in de Kalisbuurt de
waterleiding van onder de straat
naar onder het trottoir te verleggen,
hetgeen dhr. Daane de opmerking ont
lokt dat er dan nog een straat aan
onkosten bijkomt.
Hij is van mening dat een groot be
zwaar van de vele gaten in de straten
door de waterleiding kan worden onder
vangen door het verplichten van de
waterleiding om na het opgraven, zand
inplaats van de uitgehaalde modder in
het gat te werken, dit gebeurde vroeger
ook. Dit zal weer in overweging ge
nomen worden.
Dhr. v. Gorsel betwijfelt of de ge
meente het oude materiaal onder de
Molen ter beschikking zal krijgen. Hij
beveelt aan hier eens naar te informeren.
Dhr. Aarnoudse vraagt of het de be
doeling is 'in de Molenstraat trottoirs te
leggen met het nieuwe plan. Dit is
slechts gedeeltelijk het geval omdat de
straatbreedte het niet toelaat. Toegelicht
werd dat reeds in 1919 is getracht de
straat breder te krijgen doordat de hei
ningen van de woningen op kosten van
de gemeente een halve meter werden
terugezet, doch dit stuitte op te veel
verzet.
Dhr. v. Driel voelt er wel iets voor
om aan de Oostkant van de Molenstraat
een trottoir te leggen, doch opgemerkt
wordt dat dit niet ten goede komt aan
de straatbreedte.
Dhr. Daane vindt dat ook in de
Kalisbuurt het trottoir aan de verkeerde
kant is gelegd, als het aan de W.-kant
lag zouden de huizen daar ook minder
lijden omdat de straat dan wat verder
af lag.
Dhr. v. d. Klooster zegt dat het aan
de andere straatkant ook zo is, doch in
hoofdzaak zit het in de ondergrond.
Dhr. Mees vreest voor een slecht be
gaanbaar trottoir met alle palen van het
electrisch net hierop.
De voorzitter is van mening dat deze
punten van later zorg zijn, en vraagt
wat de leden denken, het grote of het
kleine plan
Dhr. v. d. Klooster vindt het verschil
ad 15.000 niet groot, ook dhr. Aar
noudse is van mening dat men met het
kleine plan later nog met nieuwe uit
gaven blijft zitten.
fout van de voorzitter.
Dhr. v. Gorsel is er voor dat ze de
contributie eerst maar eens op min
stens f 10,per lid moeten brengen.
Dhr. Daane merkt op dat de vereni
ging eerst het nut maar eens moet
laten zien.
In stemming gebracht zijnde wordt
met algemene stemmen besloten geen
subsidie te verlenen.
Vervolgens wordt besloten tot verlen-
ging van de overeenkomst tot verze
kering der gemeentegelden. Dhr. Aar-
noudse verklaart principieel tegen ver-
zekering te zijn, de andere leden gaan
i accoord met verlenging.
onderzoek verlopen is.
Hiernaast merkte de Minister nog op
dat zo dit niet het geval was, hij toch
nog een Koninklijk Besluit zou hebben
uitgelokt om het besluit niet goed te
keuren, dit omdat het gebouw zou zijn
van cultuur-historische waarde.
De voorzitter vervolgt de toelichting
met mededeling de lijdensgeschiedenis
even te zullen memoreren: Voorlopige
vaststelling door de raad op 28 Mei
1948, defenitief op 19 October 1948, in-
gezonde aan G. S. 20 October 1948,
bekendmakingen 22 October 1948, G. S.
hadden 2 maanden tijd voor het geven
van een verslag aan de Minister. Vol-