Weekbladvoor het Eiland Tholen en St. Filipsland UIT EIGEN LAND. BIJ DE MANOEUVRES IN EIGEN LAND ZONDAGSDIENST ARTSEN 5e Jaargang No. 39 12 Augustus 1949 Uitgevers Firma C. Dieleman en G. Heijboer Abonnementen l.~ per Redactie Kerkring A 473, St. Annaland - Telefoon 47 kwartaal franco p.p. ƒ1.25 Administratie Oudelandsestraat 9, Tholen - Telef. 57 - Giro 124407 Prijs per nummer 8 cent Advertenties worden tot uiterlijk Donderdagmiddag 1 uur aangenomen Advertentiën 0.10 per millimeter Minimum 2.00 Spierinkjes tot en met 20 woorden 1.00, elk woord meer 0.05 DR. BANNING WAARSCHUWT INDONESISCHE EN FINANCIËLE „FLITSEN" DE RONDE TAFEL CONFERENTIE NADERT WERKVERRUIMING EN EMIGRATIE Niemand minder dan de ge neeskundige hoofdinspecteur van de volksgezondheid Dr. C. Ban ning heeft zijn ongerustheid uit gesproken over het gevaar dat er voor de Nederlandse bevol king bestaat om via gerepa trieerde militairen, door pokken te worden besmet. Wij hopen, dat het niet zover komt. Niette min nemen vele gemeenten reeds doeltreffende maatregelen. Be langrijker dan de financiële ge volgen die het terugtrekken der troepen uit Djokja heeft gehad, zouden immers de gevolgen kun nen zijn van een veronachtza men dezer nog niet aan het licht getreden gevaren. Die financiële gevolgen mogen er anders ook zijn. Desgevraagd heeft minister Van Maarsseveen aan het Ka merlid professor Gerbrandy ver klaard, dat de Indonesische Re gering te Batavia aan de Repu bliek tien millioen in Indisch cou rant heeft betaald vanwege die evacuatie, terwijl nog machtiging werd verleend voor de kosten der Indonesische delegatie tot 300.000 gulden. Terwijl wij ver der over deze millioenen-nota willen zwijgen, veronderstellen wij wel, dat, mocht het in de Tweede Kamer tot een Indone- sië-debat komen, het laatste woord over dit financiëel beleid nog niet zal zijn gesproken. De vraag is immers gesteld aan onze volksvertegenwoordigers: En gij, wat zegt gij ervan De „gij" zijn nu nog met vacantie, maar zullen tegen a.s. Dinsdag weer in het Haagje moeten zijn. De Indonesi sche kwestie zal nog voor de R.T.C. worden besproken. In kringen van de Partij van de Ar beid is men hierover rondweg ontstemd. Natuurlijk komen vele gedelegeerden uit Indonesië hun oor eens te luisteren leggen op het Binnenhof en de P. v. d. A. vindt dat niet prettig. „Het dient tot niets", schrijft het Vrije Volk, „dat de Kamer het werk der Re gering onafgebroken op de voet volgt." Hatta is niet een dergenen, die zich over de komende R.T.C. pessimistisch uitlaat. „Geen plaats meer voor bitterheid" gaf hij te kennen. Maar enige dagen later in Bombay, waar de stem ming toch al niet pro-Nederlands is en men natuurlijk een lang ge zicht trekt, als het woord „kolo nie" op de proppen komt, be weerde hij, „grote moeilijkheden te zien in de regeling van de Sta tus van Nieuw Guinea. De Ne derlanders willen dit tot een ko loniaal gebied bestemmen". Steeds meer deelnemers voor de R.T.C. arriveerden en we moeten maar weer afwachten, waartoe die Conferentie zal lei den. Bepaald geruststellend is het al niet, om te horen dat de com mandant van de T.N.I. de perio de waarna „Staakt het vuren" in werking moet zijn getreden be langrijk te kort noemde. Volgens deze Excellentie zouden er drie weken mee gemoeid zijn voordat iedere soldaat van het bevel ken nis kan hebben genomen. Dat het goed is dat een volks vertegenwoordiging wat in de melk te brokkelen heeft, werd deze week nog weer eens duide lijk aangetoond met de eindreke- ning van het Militair Gezag, die door de minister werd gepresen teerd. Het tekort bedroeg 64 mil lioen gulden en tussen de regels door kan men in de toelichting lezen, dat er op een gruwelijke manier met geld is gesmeten. Daarmee is het gehele werk van het M. G. niet te verwerpen, doch wel het systeem van een apparaat, dat over dictatoriale bevoegdheden beschikt en niet wordt gecontroleerd door een Tweede of Eerste Kamer. Vermelden we ook nog, dat de Twentenaren een stap dichter hopen te zijn na het door de We reldbank toegekende dollar-cre- diet, bij het zo noodzakelijk winnen van de vrede. Hoezeer deze werkverruiming in textiel- en zoutindustrie met vreugde mag worden begroet, de moge lijkheden die andere landen we ten te bieden zal nog duizenden bewegen de koffers te pakken. De Australische vertegenwoordi gers die van 16 tot 24 Augustus in vele plaatsen de gegeven mo gelijkheden voor 20.000 emigran ten komen uiteenzetten, zullen niet over gebrek aan belangstel ling hebben te klagen. (Van onze speciale verslaggever) Van nabijgezien is een van de meest opvallende verschillen tus sen de oorlog ter zee en die te land gelegen in de zindelijkheid. Behalve door de golven mogen we zeggen, dat het terrein van de strijd ter zee bestaat uit de dagelijks helder geschuurde dek ken van de kruisers en torpedo- bootjagers. Te land bestaat de onmiddellijke omgeving van de strijder evenwel uit modder of stof al naar het jaargetij. TEGENSTELLING EN OVEREENSTEMMING De bemanning van een oor logsschip vindt elke avond een net bed op dezelfde plaats, een etensborcl op tafel en in het al gemeen een propere omgeving. De soldaat daarentegen leeft met het weer op en neer. Vandaag trotseert hij slagbuien in een zeer primitieve schuilplaats, morgen wist hij het zweet van zijn voor hoofd onder de door de zon heet geblakerde stalen helm. Die zak doek wordt zwart bij die bewer king, want een zonnige dag op het slagveld is een stoffige dag. Al deze tegenstellingen springen in het oog bij het bijwonen der manoeuvres. In de verschrikke lijke werkelijkheid zou het ver schil nog groter zijn. De zee blijft altijd de zee, maar een lap heide grond is na enige uren oorlog een slagveld waar de stank van verschroeide bomen, van bloed en van lijken blijft hangen. On danks alle tegenstellingen zijn er ook punten van overeenstem ming. Een onderzeeboot is bij voorbeeld in verhouding tot een slagschip een nietig klein ding, maar zij vormt een gevaarlijk wapen, dat de mogelijkheid heeft diep in het gebied van de vijand te dringen. Hetzelfde geldt voor een tank, waarvan tegenwoor dig de goed Nederlandse bena ming vechtwagen luidt. In ver houding tot een regiment artille rie is een vechtwagen (uitgerust met één kanon en twee of drie mitrailleurs) klein, maar ook dit wapen heeft de mogelijkheid ver door te dringen in het vijandelijk terrein en daar verwarring te stichten. Er is nog meer overeen stemming. Ook in een vechtwa gen is alle ruimte ingenomen door munitievoorraden, radio apparaten, besturingsorganen en wapens, zodat er voor de beman ning slechts het uiterste minimum aan ruimte overblijft. Wij hebben dit alles van nabij mogen constateren toen wij tij dens de legermanoeuvres op de Veluwe het voorrecht genoten de gehele, grote tegenaanval van de blauwe troepen op het rode brug genhoofd mee te beleven, als passagier op een van de vecht- wagens van de huzaren van Bo- reel.- 'S NACHTS AAN „HET FRONT" Het bracht zijn typische moei lijkheden mede om -behalve de van telkens weer andere hoge officieren te verwerven toestem mingen de tanks in het nach telijk gevechtsgebied te vinden. De dag tevoren hadden wij een bezoek gebracht aan de vecht- wagens in hun afwachtingsstel- ling, maar nu waren zij, in de avond opgetrokken naar hun uitvalposities. Dat betekende dus dat zij vlak achter de voorste linies van de infanterie stonden opgesteld. Die wetenschap had de speciale N.N.P.-verslaggever opgedaan op het hoofdkwartier van de generaal-majoor Opso- mer. Daar was men in algemene trekken op de hoogte met de troepenbewegingen, maar fijne bijzonderheden waren voor die grote lijnen niet van belang. Het kan het algemeen hoofdkwartier nu eenmaal niet schelen of het tweede peloton van het tweede escadron vechtwagens nu op de linker of op de rechtervleugel ligt. Maar dat juist was van het grootste belang voor de „oor logscorrespondent". Hij had im mers zijn voorlopige afspraken gemaakt juist met dat tweede pe loton. Nu had het hoofdkwartier goedkeuring gehecht aan zijn voornemen om de grote slag niet als toeschouwer op een heuvel tje in de verte, maar midden tus sen de vechtenden op een ac tief deelnemende tank mee te maken. Op dus naar het onmiddellijk achter de voorste linie gelegen terrein, een gebied, dat welis waar in het algemeen gesproken niet veel geheimen meer had voor iemand, die daar al twee dagen van stelling naar com mandopost was gegaan, van radioput-onder-een-zeiltje naar bataljonskeuken-tussen-de-bomen maar dat toch uitstekende moge lijkheden bood voor de camou flage van vechtwagens. Ga als burgerman (in verband met de regen bijna onherkenbaar ver momd) het gevechtsterrein in, op een van de spookachtige uren kort na middernacht en ge zult niet spoedig tot het vermoeden komen, dat ditzelfde gebied voortdurend afgezocht wordt door de wakende ogen van schildwachten dat dit terrein overal weggekropen, slapende soldaten verbergt en dat er ten slotte een slordige dertig vecht wagens, kolossen van bijna 33.000 kilogram staan opgesteld. Dolend door dat veld kunt ge van onder een struikje een ge mompelde groet horen, maar ge zult de mond niet zien die hem uitsprak, ge kunt struikelen over een telefoondraad door de hei, maar ge zult de mannen niet zien, die ongetwijfeld deze draad behoeden voor schade. Ge kunt het voornemen maken onder ginds bosje een poosje te schui len in afwachting van de dage raad en ge zult tot de verbazing wekkende ontdekking komen dat juist dit bosje een gecamoufleerde vechtwagen is met daarnaast een uitgespannen tentzeil, waaronder de bemanning een welverdiende nachtrust geniet. GEVONDEN Deze ontdekking was een leid draad, die bewees dat de slape rige en huiverende zoeker op het goede pas was. Het was nu nog slechts te doen om het vinden van een van de huzaren van Bo- reel die wacht liep tussen deze tanks en van hem na een voldoende legitimatie in verband met de mogelijkheid van „vijan delijke" spionnen -te verne men waar het tweede peloton stond opgesteld. Binnen het half uur dolen over de kletsnatte hei de lukte dat en zelfs de vage aanduidingen van de schildwacht waren voldoende om het bij het aanbreken van de dag het twee de peloton tanks te vinden. Ook daar was de grote meerderheid der bemanningen in diepe rust en het kostte wat overredings kracht om een postende soldaat zover te brengen dat hij zijn rit meester overigens op het af gesproken uur wekte uit zijn dubbelgevouwen slaaphouding achter in een van de kleinste vrachtautotjes, die het leger te velde gebruikt, 't Wachten op het tijdstip van de grote aanval duurde toen niet lang meer, om dat het bovendien werd gekort door het vergaren van toestem mingen van hoge officieren en Dr. L. D. A. Looysen, Tholen Dr. Vermet, Nieuw Vossemeer door het sober ontbijt temidden van de huzaren. DE AANVAL Om zes uur 's morgens begon de infanterie naar voren te trek ken. Slierten van acht of tien man op een rij achter elkaar gingen met hun gevechtsuitrus ting omgehangen de hei op en ongeveer tezelfder tijd werden de motoren van de vechtwagens op gang gebracht. Een half uur later was het grote ogenblik aangebroken. Uit alle bosranden en greppels, van verder naar achteren en van dichtbij, bleven de slierten infan terie te voorschijn komen en daartussen voegden zich nu de tanks. Met brullende motoren doken ze uit hun verschuilde po sitie te voorschijn om te beginnen aan de paar kilometers ruw ter rein, die hen scheidden van de plaats waar vijandelijke tegen stand te wachten was. Links en rechts zien we de wapperende vaantjes aan de zwiepende an tennes van zustertanks en daar tussen overal de sluipende infan terie, die langzaam blijft opdrin gen. Voor ons uit kruipt een gordijn van granaten steeds ver der voorwaarts, een scherm dat de veldartillerie neerlaat voor de oprukkende troepen, tenminste dat denken we erbij. Een heel re giment artillerie is in stelling ach ter het bos vanwaar we gekomen zijn en het zou dus inderdaad mogelijk zijn de blauwe aanval te steunen met een moordend vuur. Nu kunnen we kanonvuur alleen maar afmeten aan de mate waar in de scheidsrechters toestaan dat de infanterie vorderingen maakt. Zonder steun van de ka nonnen zouden onze verliezen veel groter moeten zijn en zou de vijandelijke weerstand ster ker kunnen wezen. De vijand heeft nu niet veel kans. De blau we aanval is te overmachtig en bovendien slagen de seiners in de radiowagen, die buitelend door de kuilen achter ons aan over de heide rijdt, de vijande lijke radioboodschappen op te vangen. Daardoor weten de blauwe vechtwagens, dat de ro den hun infanterie willen gaan steunen met lichte pantserwa gens. Zover laten de huzaren het niet komen. Een paar pelotons gaan er op uit om de vijand te zoeken en volkomen te vernieti gen, want lichte pantserwagens zijn nu eenmaal niet bestand te gen Sherman-tanks. Een korte pauze in het gevecht geeft de bemanningen van de vechtwagens gelegenheid even de stramme ledematen te strek ken en een cigaret te roken. In de tank is dat verboden in ver band met de aanwezigheid van vliegtuigbenzine en munitie. De rust wordt onderbroken dooreen vijandelijk vliegtuig, dat de ope raties overleefd heeft van de mo derne Meteor straalvliegtuigen, die aan de kant van de blauwen diezelfde morgen over het slag veld hadden gefloten in cirkelen-

Krantenbank Zeeland

Eendrachtbode /Mededeelingenblad voor het eiland Tholen | 1949 | | pagina 1