Weekblad voorliet EilandTholen en St. Filipsland
UIT EIGEN LAND.
Het Bestuur der Gemeente
u
ZONDAGSDIENST
ARTSEN
3e Jaargang No. 28
27 Mei 1949
Uitgevers Firma C. Dieleman en G. Heijboer Abonnementen 1.per
Redactie Kerkring A473, St. Annaland - Telefoon 47 kwartaal franco p.p. ƒ1.25
Administratie Oudelandsestraat 9, Tholen - Telef. 57 - Giro 124407 Prijs per nummer 8 cent
Advertenties worden tot uiterlijk Donderdagmiddag 1 uur aangenomen
Advertentiën 0.10 per millimeter Minimum 2.00
Spierinkjes tot en met 20 woorden 1.00, elk woord meer 0.05
Een vraag aan de autoriteiten over Drostambt Tudderen.
Generaal Spoor, overleden.
Massa repatriëring uit Djokja.
Hachelijke toestand voor Chinezen.
Vereniging voor ex-politieke gevangenen nam verstrek
kend besluit.
Een burgemeester vroeg ontslag.
Kunt U de zon in het water
zien schijnen Dit is een kunst
die velen denken te verstaan. Tot
die velen willen wij allen zien ge
rekend. Niettemin hebben wij
ons even in de ogen moeten wrij
ven bij het lezen van een rapport,
dat het Nederlandse Rode Kruis
in samenwerking met de Carita-
missie opstelde over de maat
schappelijke toestanden in het
drostambt Tudderen. De toe
standen in dat gecorrigeerde
Tudderen zijn verre van ideaal.
Edoch: ook in echt-Nederlandse,
niet-gecorrigeerde gebieden zijn
er nog vele onmaatschappelijke en
onsociale toestanden. Wij weten
het, maar zo langzamerhand zijn
wij ervan overtuigd geraakt, dat
wij arm zijn dat wij geen
ijzer met handen kunnen breken
en dat veel afhangt van vadertje
Tijd en... oom Marshall.
In dat geannexeerde Tudde
ren schijnt nu echter de zon plot
seling zo fel op het water, dat wij
verbaasd met de ogen knipperen.
Plotseling lijkt het of wij ons
weer dn het „steinreiche" Hol
land van vóór '40 bevinden, waar
alles kan. Kinderhuizen worden
opgericht, de totale bevolking
5000 zielen zal worden door
licht, drinkwatervoorziening
wordt verbeterd, kortom deze
ruimte is te beperkt om alle so
ciale voorzieningen, die elkaar
verdringen om te worden getrof
fen, op te noemen. Menslievend
en mooi, zeker. Maar met de tra
nen in de ogen denken wij even
aan ónze krepeer-gevallen en vra
gen: Is het hemd niet nader dan
de rok.
Er is niet veel tijd om lang bij
deze levensvragen stil te staan en
er zijn nog voldoende dingen, die
in positieve zin kunnen worden
vermeld.
Ten aanzien van Indonesië
kan worden gezegd, dat met de
uitvoering van het enige tijd ge
leden opgestelde repatriërings
schema een begin is gemaakt. En
een officiële woordvoerder heeft
nog deze week verklaard, dat
hiervan in geen geval wordt afge
weken. Ook al zou het Indone
sisch hulp-leger niet tot stand ko
men. De aflossing gaat door.
Voor October de nog aanwezige
Oorlogsvrijwilligers, van October
tot Januari 1950 de 7 December-
divisie. Met hen, die om een of
andere reden de terugreis moeten
aanvaarden, komen de eerste
O.V.W.-ers met de „Van Ol-
denbarneveldt" en de „Grote
Beer".
Reeds voor deze duizenden
thuisvaarders de voet aan wal
zullen zetten, zal de nieuwbe
noemde Hoge Vertegenwoordi
ger van de Kroon A. H. J. Lo-
vink naar Indonesië zijn vertrok
ken.
Ook ten aanzien der militaire
leiding in Indonesië voltrok zich
een onverwachte verandering.
Woensdagmorgen jl. overleed
luitenant-generaal S. H. Spoor na
een kortstondige ziekte. Elders in
dit nummer hierover meer. De
veranderde situatie ten aanzien
van Djokja doet velen van stand
plaats veranderen. Duizenden
mensen trekken weg uit de stad
en haar omgeving, daartoe offi
cieel in de gelegenheid gesteld,
vóór het wegtrekken der Neder
landse troepen. Volgens medede
lingen der Nederlandse delegatie
in Batavia, zou er bij deze volks
verhuizing een goede samenwer
king bestaan tussen haar en de
Republikeinse autoriteiten.De Re
publiek staat straks voor de al
herhaaldelijk uiterst moeilijk ge
bleken taak lijf en goed te be
schermen dergenen, die hoewel
niet tot de Republiek behorend
toch binnen haar grenzen willen
of moeten achterblijven. Met res
pect voor de toegezegde bescher
ming door de Sultan van Djokja
aan de in angst en vrees ver
kerende Chinezen, durven wij
omtrent hun lot geen al te roos
kleurige voorspellingen wagen.
Reeds nu immers hebben duistere
politieke drijvers leuzen aange
heven als: „De Nederlanders er
uit, de Chinezen dood." Tegen
deze politieke troebelwatervissers
zal de in Djokja achterblijvende
U.N.C.I. een zware strijd krijgen
te voeren, waarvan de uitslag
moeilijk valt te voorspellen.
Lange tijd was dit laatste ook
het geval bij het tellen der stem
men, die een antwoord moesten
geven op de vraag of Communis
ten lid konden blijven van de ver
eniging van Expolitieke gevange
nen uit de bezettingstijd.
Met 52 tegen 41 stemmen sloot
de vergadering zich ten slotte aan
bij het voorstel van het hoofd
bestuur om lid-zijn van de C.P.N.
onverenigbaar te achten met het
lidmaatschap der vereniging van
oud-illegale werkers.
De waardering voor wat eens
in gezamenlijke strijd tegen een
gemeenschappelijke vijand werd
verricht, deed het hoofdbestuur er
de nadruk op vestigen, dat de
ex-leden communisten, de behar
tiging van hun morele en materi
ele belangen, bij de vereniging
blijvend veilig kunnen weten.
De schorsing werd o.m. ge
argumenteerd op grond van arti
kel 187 van de Grondwet. Ver
zetten de uitgewezenen zich heftig
en in urenlange debatten tegen
hun vonnis, anders ging het met
de burgemeester van den Haag,
Mr. W. A. J. Visser, die zijn
ontslag vroeg.
Een vooraanstaande autoriteit
tekende hiermede zijn vonnis over
bedreven wandaden, waarmede hij
het Nederlandse bestuursapparaat
ernstig heeft gecompromiteerd.
WIJLEN GENERAAL
S. H. SPOOR
Terwijl luitenant-generaal S.
H. Spoor bericht kreeg van zijn
benoeming tot generaal werd hij
door een ernstige ziekte een
hartaanval getroffen. En twee
dagen later Woensdagmorgen
vroeg overleed deze bekende
figuur uit de laatste jaren.
Natuurlijk is niemand onmis
baar, maar bij de jongste wisseling
in de functie van Hoge Vertegen
woordiger van de Kroon is nog
wel gebleken, dat zelfs deze be
langrijke functionaris nog iets ge
makkelijker is te vervangen dan
de bevelhebber van onze troepen
in Indië, een functie die wijlen
Generaal Spoor sinds 19 Januari
1946 als tijdelijk luitenant-gene
raal vervulde.
Reeds in 1923 ging de over
ledene als luitenant naar Indië,
kwam in 1939 bij de Generale
Staf te Batavia en was van 1934
tot 1939 weer in ons land als
Kapitein bij de Kon. Mil. Acc. te
Breda. 3 jaar later vertrok bij naar
Australië om op 19 Januari 1946
bovengenoemde functie in Indo
nesië te gaan Vervullen.
Generaal Spoor heeft enkele
uiterst moeilijke jaren in Indonesië
gehad. Zij waren ook daarom
moeilijk, omdat hij de morele
waarde van de troep op peil had
te houden in al die maanden,
waarin maar werd geconfereerd
en gepraat en waarin onze jon
gens de wacht hadden te houden
aan de demarcatielijnen.
Wat wijlen generaal Spoor' bij
de soldaten in Indonesië zo ge
zien maakte, was behalve zijn
militaire bekwaamheid, ook zijn
besef voor de moeilijkheden, waar
mede onze jongens in dit alles
werden gekweld. Van hem is het
woord, dat onze jongens in Indo
nesië niet mochten worden ge
bezigd als doelen in een schiettent
Ook thans maken de jongens
moeilijke dagen door. Daarom ook
zal dit verscheiden er bij hen des
te dieper ingaan.
Een actief en goed Nederlander
is met generaal Spoor heengegaan
Woorden en gedachten van
deelneming gaan uit naar Mevr.
de Wed. Spoor, die naast haar
man ons land veel goeds heeft
gedaan.
Van onze juridische medewerker
De ambtenaren der gemeente
Zoals toegezegd in ons eerste artikel
zullen wij thans nog iets mededelen over
de ambtenaren der gemeente. Ter wille
van de plaatsruimte moeten wij ons
daarbij enige beperkingen opleggen en
wij zullen dan ook slechts handelen over
de ambtenaren, waarmede wij op ons
eiland te maken hebben. In de eerste
plaats willen wij nagaan onder welk
dienstverband een ambtenaar der ge
meente werkzaam kan zijn. Wij onder
scheiden daarbij:
a. ambtenaren in vaste dienst
Deze zijn voor onbepaalde tijd in
dienst der gemeente aangesteld.
b. ambtenaren in tijdelijke dienst
Deze zijn voor een bepaalde tijd in
dienst der gemeente aangesteld of
kunnen althans na een bepaalde
tijd door het gemeentebestuur wor
den ontslagen, zonder dat betrok
kene op dit ontslag prijs stelt en
zonder dat hij zich aan wangedrag
e.d. schuldig heeft gemaakt.
c. degenen, die te werk worden ge
steld op arbeidscontract naar bur
gerlijk recht.
Deze gaan als arbeider met de gemeente
een overeenkomst aan, waarbij eerst
genoemde zich verplicht bepaalde werk
zaamheden onder bepaalde voorwaarden
te zullen verrichten, terwijl laatstge
noemde zich, als werkgeefster, verplicht
voor bedoelde werkzaamheden een be
paald, met name genoemd loon te zullen
uitbetalen. In de overeenkomst wordt öf
een bepaalde periode genoemd, gedurende
welke de werknemer in dienst der ge
meente werkzaam zal zijn öf het dienst
verband wordt aangegaan voor onbe
paalde tijd, met een bepaalde weder
zijdse opzeggingstermijn.
Wij kennen in onze naaste omgeving
de volgende ambtenaren, werkzaam in
dienst der gemeente:
a. de gemeente-secretaris
Deze wordt door de raad benoemd,
geschorst of ontslagen. Voor elke be
noeming dienen burgemeester en wet
houders een aanbeveling van twee
personen in. De raad behoeft zich aan
deze aanbeveling niet te houden, doch
kan ook een niet op de aanbeveling
voorkomend persoon benoemen.
Indien het ontslag plaats vindt anders
dan overeenkomstig eigen verzoek, is het
steeds met redenen omkleed en behoeft
het de goedkeuring van Gedeputeerde
Staten. Deze bepaling is in de wet op
genomen om willekeurig ontslag te
voorkomen.
Het geen wij hiervoren schreven om
trent benoeming, schorsing of ontslag
geldt niet voor de gemeenten, waar de
bediening van secretaris door de burge
meester wordt bekleed. Degene, die tot
burgemeester van een dergelijke ge
meente wordt benoemd is automatisch
tevens secretaris dier gemeente.
Om tot secretaris benoemd te kunnen
worden moet men de ouderdom van
23 jaar hebben vervuld. Alvorens zijn
„bediening" te aanvaarden legt de secre
taris in een vergadering van de raad,
in handen van de voorzitter, de zuive
ringseed en de ambtseed af.
De secretaris is de raad (d.w.z. als
college, dus niet een raadslid), B. en W.,
de burgemeester en de raadscommissies
in alles, wat het hun opgedragen bestuur
aangaat, behulpzaam.
Alle stukken, welke van de raad of
van B. en W. uitgaan, worden door de
secretaris mede-ondertekend, zulks ten
bewijze, dat deze stukken overeenkomstig
het desbetreffende besluit zijn samen
gesteld.
In de gemeenten, waar de burgemeester
tevens secretaris is, vindt deze onder
tekening plaats door een der wethouders.
De secretaris geniet een jaarwedde, die
door Gedep. Staten, nadat de gemeente
raad is gehoord, onder goedkeuring van
de Koning (in) wordt vastgesteld.
Eisen van bekwaamheid voor de secre
taris zijn tot op heden niet in de wet
opgenomen. Dit is naar onze mening een
leemte. De taak van een gemeente-secre
taris is in onze tijd zeer zeker niet te
onderschatten en dat geldt met nadruk
voor de kleine gemeenten, waar hij als
regel slechts kan beschikken over weinig
(of geen) ervaren krachten ter gemeente
secretarie. De keuze van de raad zou o.i.
dan ook beperkt moeten blijven tot hen,
die blijkens over te leggen bewijsstukken
Dr. Duinker, Tholen.
Dr. Vermet, Nieuw-Vossemeer
denkt toch ook aan de
RODE KRUIS COLLECTE?
van bekwaamheid in staat moeten wor
den geacht de taak van secretaris naar
behoren te kunnen vervullen.
b. de gemeente-ontvanger
Hetgeen onder a. met betrekking tot
de benoeming, schorsing, ontslag, leef
tijdsgrens, eedsaflegging en jaarwedde
van de secretaris is medegedeeld, geldt
ook ten aanzien van de ontvanger. Voor
de combinatie burgemeester-secretaris
leze men in dit verband: secretaris-ont
vanger.
De ontvanger is belast met de inning
van alle inkomsten en ontvangsten der
gemeente, terwijl'alle betalingen uit de
gemeentekas door hem geschieden. Deze
betalingen vinden plaats op bevelschrif
ten, door B. en W. af te geven.
De ontvanger houdt geregeld boek
van de door hem voor de gemeente
ontvangen inkomsten en gedane uitgaven
van een en ander doet hij jaarlijks reke
ning aan B. en W. Zowel ten aanzien
van de boekhouding als de rekening zijn
uitgebreide voorschriften vastgesteld.
Tenminste eenmaal per kalenderkwar
taal worden kas en boeken van de ge
meente ontvanger door B. en W. of door
dit college met machtiging van de raad
aan te wijzen deskundige onderzocht. Het
is nog maar enkele jaren geleden, dat
voornamelijk in de kleinere gemeenten
deze kascontrole door B. en W. zelf
geschiedde. Thans geschiedt zulks overal
door een deskundige, hetgeen o.i. alle
aanbeveling verdient.
c. het secretarie-personeel
Het personeel, hetwelk werkzaam is
ter gemeentesecretarie of ten behoeve
dier secretarie (bijv. de gemeentebode),
wordt benoemd en ontslagen door B.
en W. De taak van het personeel ter
secretarie bestaat in het bijstaan van de
secretaris, onder wiens leiding zij ook
werken.
Tengevolge van de omstandigheid, dat
de administratie der gemeente in de loop
der tijden steeds omvangrijker en inge
wikkelder is geworden, is het van het
allergrootste belang, dat aan deze cate
gorie van gemeente-ambtenaren hoge
eisen van bekwaamheid worden gesteld.
Het werk van deze ambtenaren bestaat
heus niet uitsluitend uit het afgeven van
ventvergunningen, het maken van een
voudige briefjes, het bedienen van het
publiek, enz., doch, wil het goed zijn,
dan beschikken zij over een uitgebreide
kennis van de verschillende wetten (en
bij uitstek het gemeenterecht), de Neder
landse wetboeken, de Nederlandse Staats
inrichting en de burgerlijke stand, terwijl
voorts een redelijke algemene ontwikke
ling van hen kan worden geëist.
Helaas zien ook niet alle gemeente
bestuurders deze noodzaak in. Dit is te
betreuren, omdat zulks ten zeerste scha
delijk voor de gemeente kan worden.
Men stelle behoorlijke eisen aan het
secretarie-personeel en men bezoldige
hen dienovereenkomstig. De bezoldiging
van het secretariepersoneel vindt plaats
door de raad.
Het afleggen van een eed door voren
bedoelde ambtenaren is niet wettelijk
voorgeschreven. Teneinde evenwel het
karakter en de betekenis van de be
trekking te houden in de sfeer, welke
daarbij behoort, verdient het o.i. aan
beveling ook deze ambtenaren bij de
aanvaarding hunner betrekking een eed
(of belofte) te doen afleggen, zoals zulks
ook kortgeleden door de Minister van
Binnenlandse Zaken in overweging is
gegeven.
d. ambtenaren van de burgerlijke
stand.
In elke gemeente zijn twee of meer
ambtenaren van de burgerlijke stand,
zulks naar goedvinden van de raad,
die deze ambtenaren ook benoemt,
schorst, of ontslaat. De benoeming vindt
plaats op aanbeveling van B. en W.
van zo mogelijk twee personen.
Hetgeen met betrekking tot de be
zoldiging en de leeftijdsgrens t.a.v. de
secretaris en de ontvanger werd mede-