Weekblad voor het Eiland Tholen en St. Filipsland
Indië vraagt Uw aandacht
OPGEVAREN TEN HEMEL
ALGEMEEN OVERZICHT
II
ZONDAGSDIENST
ARTSEN
RaadsversSag St. Maartensdijk.
4e Jaargang No. 25
7 Mei 1948
Uitgevers Firma C. Dieleman en G. Heijboer
Redactie Kerkring A 473 St. Annaland - Telefoon 47
Administratie Oudelandsestraat 9, Tholen - Telef. 57 - Giro 124407 Prijs per nummer 8 cent
Advertenties worden tot uiterlijk Donderdagmiddag 1 uur aangenomen
Abonnementen 0.90 per Advertentiën ƒ0.10 per millimeter Minimum ƒ2.00
waitaa ranco p.p. 1.15 Spierinkjes tot en met 20 woorden 1.00, elk woord meer 0.05
„Mij is gegeven alle macht
in de hemel en op aarde."
Matth. 28 18.
Op de Hemelvaartsdag zien
we in gedachten een groepje
mensen staan op de Olijfberg,
dicht bij Jeruzalem. De Meester
is bij hen. Hij, Die drie dagen in
het graf was, stond op en kwam
tot Zijn discipelen, die verstrooid
waren, die zich vergist hadden,
die zich geërgerd hadden aan het
kruis, die Hem verloochend had
den. Hij was tot hen gekomen, om
hen weer te vergaderen en ver
giffenis te schenken. Hij schonk
hun troost en moed.
Nu zijn zij op de Olijfberg te
samen. Maar de Meester gaat
van hen heen. „Hij werd opge
nomen, daar zij het zagen, en een
wolk nam Hem weg van hun
ogen."
Daar staan ze nu, die elf man
nen. Ze hebben niet zo heel veel
te betekenen in het kerkelijke en
politieke leven van hun dagen.
Ze voelen zichzelf helemaal niet
sterk en bekwaam voor bijzondere
prestatie's. De harde werkelijk
heid van het leven kennen ze uit
eigen ervaring. Als ze letten op
de mensen en de toestanden ron
dom, dan is er inderdaad niet
veel te verwachten. Wat moeten
ze beginnen Zullen ze in leeg
optimisme hun weg maar verder
afleggen, er het beste van hopend?
Of moeten ze in dof en somber
pessimisme de toekomst ingaan
Geen van beide Datgene, wat
hun oog ziet is geenszins bemoe
digend. Maar zij hebben iets
anders, wat houvast en kracht
geeft. Zij hebben het W oord
van hun Meester: „Mij is gegeven
alle macht in hemel en op
aarde." En een belofte hebben ze
er nog bij: „Ik ben met ulieden
al de dagen tot de voleinding der
wereld."
Dat is voor hen genoeg!
Wanneer zij straks, na de uit
storting van de Heilige Geest, de
wereld ingaan als apostelen, om
aan Jood en Heiden het Evan
gelie der genade te verkondigen,
dan zullen ze vijandschap ont
moeten, dan zullen ze in gevaren
verkeren, dan zal het hun soms
bang te moede worden, dan kan
twijfel telkens in hun hart komen.
Maar steeds weer zullen zij be
moedigd worden door het geloof
in Hem, Die de overwinnaar is,
Die zit aan Gods rechterhand en
aan Wien alle macht gegeven
is in hemel en op aarde.
„Mij is gegeven alle macht in
hemel en op aarde."... Heeft dit
woord nog betekenis in onze tijd
Betekent het iets voor ons?...
Om ons heen zien we andere
machten, Onwil, wrevel, wan
trouwen, ongeloof! Telkens ge
voelen we dreiging, vrezen we
gevaren en onheil. Rondom zit
ten we in de vragen, die om ant
woord roepen. En wie geeft het
antwoord Wie spreekt het
woord, dat uitkomst brengt
Groot zijn de moeilijkheden in
ons eigen land op stoffelijk en
geestelijk terrein. Er is verdeeld
heid en vaak misverstand. De
Indonesische kwestie is nog niet
opgelost. Internationaal is het
nog erger. Millioenen leven in
onzekerheid, angst en dreiging
hangen in de lucht. In eigen leven
komen de vragen: „Wat zal de
toekomst brengen voor ons en
onze kinderen?" „Tijdens de
tweede wereldoorlog hoopten we
allen op een betere wereld met
rechtszekerheid en wat barmhar
tigheid en een weinig naasten
liefde." Wat is er van gekomen?
En dan zijn er de vragen om
trent de kerk. Eenerzijds is er de
worsteling om een verantwoorde
organisatie, anderzijds is er de
strijd tegen de geest uit de af
grond, terwijl er tegelijkertijd de
roeping is, om het Evangelie uit
te dragen onder de scharen, een
roeping, die zij maar voor een
zeer klein deel vervult, omdat er
weinig bereidheid is, om zich
werkelijk tegeveninde dienst
van Christus, of, omdat zij klein
en onmachtig is, of, omdat zij
zozeer verdeeld is en vaak krach
ten verspilt in strijd over zaken,
die in deze t ij d zeker niet op
de voorgrond zouden moeten
staan.
„Wie zal ons het goede doen
zien?"... Wij hebben het Woord.
Wij hebben het WOORD van
CHRISTUS, de Overwinnaar
Hij heeft gezegd: „Mij is gegeven
alle macht in hemel en op
aarde."
Geloven wij dat Is dat niet
maar een lesje, dat wij uit ons
hoofd kennen Geloven wij dat
werkelijk Geloven wij dat,
staande midden in de harde wer
kelijkheid, worstelend in de
levensstrijd, zonder ons te ont
trekken aan onze roeping
Dan zullen wij niet beschaamd
worden, hoe donker ooit Gods
weg moog wezen. Hij bewaart
Zijn kerk op aarde, Zijn kerk, die
geleid wordt door Zijn Woord
en Geest, die leeft door het ge
loof in Hem, Die Zijn leven gaf
aan het kruis op Golgotha, maar
Die nu als Overwinnaar alle
macht heeft in hemel en aarde.
De kerk verwacht Hem met ge
bed en smeking, want Zij gelooft,
dat de toekomst is van Hem.
Och, dat aller mensen tongen,
aller eng'len zang, o Heer,
samenstemden samenzongen
eeuwig tot Uw lof en eer.
W.v.G.
Zuid-Sumatra, 15 April 1948
ontziende vijand en het werd
meegesleurd in de grote strijd die
gaande was. Aan een kant was
dat een gevolg van de Japanse
expansie zucht. Japan, dat al zo
vele jaren met begerige blikken
naar het zuiden gekeken had, zag
nu kans zijn doel te bereiken.
Aan de andere kant was het een
gevolg van Indië's geografische
ligging en bodemrijkdom, waar
door Japan een gebied in handen
Op de 9e Maart 1942 eindigde
het radiostation te Bandoeng zijn
uitzending met de woorden: wij
gaan nu sluiten. Leve de Konin
gin Vaarwel tot betere tijden.
In die dagen pakten er zich
donkere wolken samen boven de
archipel. Indië was het slacht
offer geworden van een niets
trachtte te krijgen, om zijn oor
logsmachine op gang te houden.
Als U een blik op de kaart werpt,
ziet U direct, van welke enorme
betekenis ons Indië is.
Het is de schakel tussen het
vasteland van Azië en het nog in
opkomst zijnde Australië. Japans
doel was dan ook een wig te
drijven tussen deze twee gebie
den en hierdoor Australië vanuit
het noorden te bedreigen en
Singapore, de sterke Engelse
vlootbasis, te omsingelen. Dit is
bijna zo goed als geheel gelukt.
En het is dan ook slechts te dan
ken aan de taaie volharding van
een klein groepje, dat Australië
niet verloren ging en later kon
dienen als springplank voor Gen.
Mac. Arthur's offensief. Boven
dien kreeg Japan hierdoor het be
zit over grote voorraden delfstof
fen (olie, tin, nikkel, enz.) en
een ware schat aan cultuur pro
ducten. Dat Japan ondanks dat,
toch de oorlog verloren heeft, is
een andere oorzaak. Aan Indië's
belangrijkheid doet het niets af.
Ondanks de erfenis die de Jap
ons achtergelaten heeft is de
economische waarde van Indië
nog even groot als voorheen.
Overal waar rust en orde weer
gekeerd is begint men met de
opbouw. Op Banka en Billiton
de tinwinning, Palembang, Tara-
kan en Balikpapan het oliecen
trum. Deli met zijn rubber en
tabakscultuur. En dan niet te
vergeten de suikerverbouwing,
vnl. in de oosthoek van Java.
Ik noemde U slechts enkele
grote dingen, maar daarnaast zijn
er nog zovele andere producten,
waarvan de verbouwing bijna
over de gehele archipel plaats
heeft, zoals rijst, koffie, kapok,
copra, kinine, specerijen, enz.
Deze economische ontwikkeling
staat op dit moment nog slechts
aan het beginpunt.
Grote eilanden, zoals Borneo
en Nieuw-Guinea, dragen nog
slechts de eerste sporen van ont
ginning. Allerlei factoren spreken
daar natuurlijk een woordje in
mee. Ik denk in de eerste plaats
aan de tropische warmte waar
door veel van het gestel van de
Europeaan gevergd wordt. Door
Indië's ligging op de evenaar
kennen we er geen zomer en
winter, maar een heel jaar door,
een practisch constante warmte.
Daar er in bepaalde gebieden een
vrij grote regenval is (natte
moeson) ontstaat er een ver
damping zodat het klimaat vrij
vochtig is. Deze grote regenval
is tevens de oorzaak van de
dichte begroeiing die men overal
aantreft.
Als tweede punt zou ik willen
noemen de grote afstanden, en
dien tengevolge de dikwijls moei
lijke verbindingen. De grootste
lengte van Oost naar West is
ongeveer 5000 km, de grootste
breedte van Noord naar Zuid
ongeveer 2000 km. Alleen Java is
op het ogenblik in het bezit van
een vrij dicht wegennet en spoor
wegverbindingen. De kleinste
niet medegerekend bestaat de
archipel uit ongeveer 3000 eilan
den. Men maakt dan wel de
splitsing in de vier hoofdonder
delen, te weten
a. De Grote Soendaeilanden,
omvattende Sumatra, Java,
Borneo en Celebes.
b. De Kleine Soendaeilanden,
vanaf Bali t.e.m. Timor.
c. De Molukken, bestaande
uit Halmaheira, Ceram en
een groot aantal kleinere
eilanden.
d. Het Westelijk deel van
Nieuw Guinea.
Ik had het straks al over het
klimaat. Velen denken dat de
warmte in Indië geweldig is. Dat
is niet zo. Temperaturen boven
de 90° Fahrenheit komen zelden
voor. De vochtige warmte is
echter ontzettend afmattend en
velen zoeken in normale tijden
het berggebied op waar op een
hoogte van 700 m, een fris kli
maat heerst met koele nachten.
Het weer in Indië wordt be
heerst door de moesons. Bijna
over het gehele gebied kennen
we de droge en natte moeson. In
bepaalde streken, o.a. Sumatra
en Noord Borneo, kunnen een
heel jaar zware regens voorko
men. Men spreekt dan in die ge
bieden ook wel van de grote en
de kleine regentijd. Op Java,
Zuid-Borneo, Zuid-Sumatra en
de Soenda-eilanden valt de natte
moeson samen met de winter
maanden hier bij ons. In bepaal
de gebieden is de regenval zeer
groot. Vooral uit het bergterrein
komt dan veel water naar bene
den. Meestal neemt dit geen
abnormale omvang aan maar het
kan voorkomen dat de rivieren
(kali-s) het water niet meer aan
kunnen en overstromingen ont
staan (bandjirs). Door de kracht
van het water ontstaat dikwijls
grote schade aan gewassen, brug
gen, verbindingen, enz. Periodes
van veertien dagen practisch on
afgebroken regen komen voor.
De bodemgesteldheid is berg
achtig. Vanaf de Noordpunt van
Sumatra loopt een bergketen die
zich voortzet over Java en de
kleine Soendaeilanden. Vele van
deze bergen zijn vulkanisch. Een
van de bekendste is wel de
Krakatau in de straat Soenda ge
legen. Natuurkundigen hebben
beweerd dat Indië in vroeger tijd
deel uitgemaakt heeft van het
vasteland van Azië. Daaruit zou
tevens de ondiepte van de ver
schillende zeeën af te leiden zijn.
De Javazee heeft op de meeste
punten geen groter diepte dan
50 M.
De hoogste bergen komen voor
in Nieuw-Guinea waar zelfs
enkele toppen met sneeuw bedekt
zijn. Op de andere eilanden zijn
ze niet zo hoog en varieert de
hoogte tot 3800 M. Al deze ber
gen zijn tot grote hoogte begroeid
Deze begroeiing is absoluut nood
zakelijk om tijdens de regenval
het water vast te houden. Door
de dienst van het boswezen
wordt dan ook regelmatig ge
controleerd of geen overtredingen
plaats hebben. Zonder toestem
ming is het verboden veranderin
gen in de houtaanplant aan te
brengen. Tijdens de Japanse be
zetting is hieraan niet de hand
gehouden. Deels het gevolg van
het ontbreken van geschikt per-
Dr. P. J. Duinker, Tholen.
Dr. Vermet te Nw.-Vossemeer.
soneel en anderzijds het ontbre
ken van de nodige controle.
Hierdoor is in bepaalde gebieden
de houtexploitatie in gevaar ge
bracht. In de bergen heeft dit
nog verstrekkender gevolgen.
Door het ontbreken van de
nodige begroeiing wordt de laag
teeltaarde door de grote regenval
weggespoeld en ontstaat er ge
vaar voor aardverschuiving. De
aarde kan zich ook niet meer
verzadigen met het regenwater
en als gevolg hiervan komen in
lager gelegen gebieden droogte
perioden voor. Dit is funest. De
gehele rijstbouw is hier nl. van
afhankelijk. Geen water op de
sawahs betekent dat de oogst
zeer slecht of helemaal waarde
loos is.
Ook de dieren-wereld is zeer
uitgebreid. Uiteraard kan ik Kier
slechts enkele dingen even aan
stippen. Op Sumatra en Borneo
komen, om bij de bekendste te
blijven, olifanten,rhinocerossen
en apen voor. Bovendien op
Sumatra en Bali tijgers en panters
Om dan maar niet te spreken
over de uitgebreide kleine dieren
wereld en de tropische vissoorten
die de meren en zeeën bevolken.
Ze variëeren van haaien tot vlie
gende visjes.
Om nog even terug te komen
op de economische toestanden
van Indië. Door de ontwikkeling
van de handel, hebben zich langs
de uitgestrekte kustlijn, verschil
lende plaatsen tot bloei gebracht.
De belangrijkheid van deze uit-
voerhaven wordt natuurlijk gro
tendeels bepaald door het achter
liggende gebied. Op Java's
Noordkust komen twee grote
moderne havens voor nl. Tand
jong Priok de havenplaats van
Batavia en Tandjonk Perak de
havenplaats van Soerabaja. Ver
der nog enkele kleine haven
plaatsen waarvan de belangrijk
ste wel Semarang en Tjilatjap
zijn. Ook op Sumatra zijn ver
schillende behoorlijke havens. In
de eerste plaats is daar Sabang
bekend bunkerstation op de Indië
route. Verder Belawan, de uit-
voerhaven van Deli. Palembang
aan de Moesi rivier (oliecentr.)
en op de Westkust Padang (uit
voer haven van cement en kolen).
In het gebied van de Grote Oost
liggen nog een groot aantal
kleinere havens verspreid. Ieder
weer verbonden door de kust
vaart, die met prauwen en
grotere kustvaarders onderhou
den wordt. Een van de bekendste
maatschappijen hierin is wel de
K.P.M.
Hiermede wil ik dan het alge
meen overzicht beëindigen en de
volgende keer iets gaan vertellen
over bevolking die dit uitgestrekte
gebied bewoond.
Dinsdag 4 Mei jl. kwam de voltallige
gemeenteraad te St. Maartensdijk in
openbare vergadering bijeen onder voor
zitterschap van burgemeester Mr. H. H.
Schuller. Secretaris dhr. Meloen.
In zijn openingswoord herdenkt de
voorzitter de voor onze vrijheid gevalle
nen tijdens de oorlogsjaren en wijst op
de huidige toestand in Palestina. Niet
van mensen kan men de werkelijke
vrede verwachten en de oplossing van
de wereldproblemen. Alleen van Hem,
die boven alles hier beneden staat is de
werkelijke vrede te verwachten, Die ons
ook temidden van alle onrust kan be
waren.
Na goedkeuring der notulen volgen
de ingekomen stukken: