Weekbladvoorhet Eiland Tholen en St. Filipsland De Achtergrond. Premieregeling Woningverbetering en -splitsing Raadsverslag St. ANNALAND. ZONDAGSDIENST ARTSEN 4e Jaargang No. 23 23 April 1.948 Uitgevers Firma C. Dieleman en G. Heijboer Abonnementen 0.90 per Redactie Kerkring A 473 St. Annaland - Telefoon 47 kwartaal franco p.p. 1.15 Administratie Oudelandsestraat 9, Tholen - Telef. 57 - Giro 124407 Prijs per nummer 8 cent Advertenties worden tot uiterlijk Donderdagmiddag 1 uur aangenomen Advertentiën ƒ0.10 per millimeter Minimum 2.00 Spierinkjes tot en met 20 woorden 1.00, elk woord meer 0.05 VAN TWEE PROCESSEN Er zijn twee rechtzaken, die de laatste weken in het middel punt der publieke belangstelling staan en die dit zeer zeker ver dienen: de zaak-Rauter van de Duitser, die hier gedurende de bezettingstijd met meer dan straffe hand, als een tweede Alva „de orde' handhaafde en dan de zaak-Van der Waals van de Nederlander, die als groot-verra der de dood van honderden goede Nederlanders op z'n ge weten heeft. Beide processen wekken gru welijke herinneringen aan massa deportaties herinneringen aan de illegaliteit en aan de honger en onderduiktijd. Dat tegen Rau- ter de doodstraf werd gevraagd, heeft niemand verwonderd -dat de zelfde eis ook tegen Van der Waals zal worden gesteld, spreekt eveneens vai^elf. Wij zullen er ons niet druk om maken! Er is echter een zekere over eenkomst bij deze processen. Bij beide kwam de houding van de machthebbers dier dagen te Lon den om de hoek kijken. Bij het proces-Rauter heel even maar, toen deze eertijds machtige Duit ser er de regering-Gerbrandy van beschuldigde, de overeenkomst waarop Nederland zich in Mei 1940 overgaf, te hebben geschon den. In de mond van zulk een figuur zou een dergelijke beschuldiging belachelijk zijn, als de zaak niet zo ernstig was. Dat moet een Duitsers zeggen Zo iets moet de eerste vertegenwoordiger bewe ren van de man, die bij zijn plech tige installatie als „landvoogd" eertijds verzekerde, niet te zullen raken aan onze Nederlandse in stellingen. Het behoeft geen be toog, dat de bezetter deze belofte flagrant heeft geschonden en wij behoeven die beschuldiging van Rauter slechts te zien als een tegenzet van een Duitser, die in het nauw werd gedreven. De capitulatie-voorwaarden zijn ons volk indertijd door gene raal Winkelman bekend gemaakt en als het dan waar is, dat wij en ook - Londen zich niet aan die voorwaarden konden houden, dan sproot dit voort uit hef schenden van plechtig gegeven beloften van de Duitser. Doch nu de zaak - Van der Waals. Wij zijn er niet mee klaar, als deze verrader de kogel krijgt. Zijn schuld - zijn valse rol staat als vast. Daar be hoeft niet verder over te worden gesproken."Wat in dit proces van veel groter belang is, moet de beantwoording van-de vraag zijn: hoe was het mogelijk, dat deze figuur zo lange tijd die verraders rol kon blijven vervullen? Had de vent relaties in Londen die hem hielpen en die bewust - de illegale werkers stuk voor stuk de dood in dreven Een gruwe lijke vraag Doch wie kennis neemt van de openbare terecht zitting kan niet aan de ontzetten de gedachte ontkomen, dat er veel meer achter dit proces steekt dat er in Engeland in die dagen mensen aan de macht waren, die willens en wetens met de vijand hebben saamgewerkt en die goede Nederlanders aan hun lage bedoelingen hebben opgeofferd. Want zonder meer kan niet worden aangenomen, dat ze daar in Engeland zo grenze loos stom waren, dat van dit Engeland-Spiel niets werd ge merkt. Het England-Spiel Welke cynicus heeft dit woord bedacht? Een Spiel een spel, met als inzet het leven van vele goede illegale strijders van mensen, die alles voor hun land wilden geven; doch die, van Engeland uit als schapen ter slachtbank werden geleid. Wie daar verantwoordelijk voor is, is schuldiger dan de Duit ser Rauter en de verrader Van der Waals tezamen. Moge deze rechtszitting ertoe leiden, dat degenen, die ten deze in Engeland de leiding hebben gehad eveneens in het openbaar ter verantwoording worden ge roepen. Ons volk heeft er recht op, te weten, door wie het werd ver raden. En vast staat, dat Van der Waals niet de enige verrader is geweest. Aan alles wat de heersende woning nood ook maar enigszins kan verlichten, moet volledige aandacht worden ge schonken. Het kan dus geen kwaad om de Premieregeling Woningverbetering en -splitsing aan een beschouwing te^fender- werpen. Waarom is deze premieregeling wen selijk of noodzakelijk gebleken Wel, er zijn in ons land flink wat onbewoonbaar verklaarde huizen, die in hun verwaar loosde toestand nergens toe dienen. On getwijfeld kunnen er veel nog behoorlijk worden opgeknapt en bewoonbaar ge maakt. Er zijn ook huizen, die door het uitblijven van noodzakelijk onderhoud binnenkort onbewoonbaar dreigen te worden. Voor de bewoners van deze huizen is het nu al dagelijks een ergernis allerlei gebreken tegen te komen. Boven dien zien zij met angst en vrezen het ogenblik naderen, waarop de toestand werkelijk onhoudbaar zal zijn geworden. Dan moeten ze er uit, maar waar heen Hier moet wat aan gedaan worden. Die leegstaande huizen moeten zo mogelijk gerepareerd en de bijna afgeschreven hui zen dienen ook een goede beurt te krijgen. De huiseigenaren - en daar komt het op aan - voelen er echter bitter weinig voor. Zij zouden aan dit inderdaad nood zakelijke werk grote bedragen ten koste moeten leggen. Wat kregen zij tot voor kort daarvan terug? In het gunstigste geval een zeer bescheiden huurverho ging, die de kosten nooit goed kon ma- keu. Eerlijk gezegd: ^ïun bedenkingen waren redelijk. Daarom ook dient de overheid de helpende hand te bieden. Dat doet zij nu door middel van deze nieuwe premieregeling. Als een onbe woonbaar verklaarde woning of een huis, dat onbewoonbaar dreigt te worden, wordt opgeknapt, zodat een bevredigen de toestand wordt verkregen, die de gemaakte kosten ook rechtvaardigt, dan zal de overheid 60 van die kosten voor haar rekening nemen. De rest moet de eigenaar betalen, maar die mag dan ook de huur verhogen met ten hoogste 10% van het bedrag, dat voor zijn rekening blijft. Op die manier ontvangt hij daarvoor dus een alleszins behoor lijke vergoeding. Natuurlijk zijn er in deze regeling enige bepalingen opgeno men, die de zaak in de juiste banen moeten leiden. Het normale onderhouds werk aan woningen, die in redelijke staat verkeren, heeft met deze regeling niets te maken. Het herstel van oorlogs schade valt ook buiten het raam van deze regeling omdat het op een andere manier wordt gefinancierd. De premie van de overheid is aan een bepaald maximum gebonden. Zij kan voor deze verbeteringswerkzaamheden per woning ten hoogste 60% van f 2.400.be dragen. De kosten, die eventueel boven dit bedrag gemaakt moeten worden, zijn geheel vqor rekening van de eigenaar. Is de verbetering van zo ondergeschikt belang, dat daaraan minder dan f 201. wordt besteed, dan komt men niet voor een premie in aanmerking. Over deze woningverbetering kan men overigens niet té lang nadenken, omdat aanvra gen vóór 31 December van dit jaar moeten zijn ingediend. Dat is de éne kant van de zaak. De andere betreft de woningsplitsing. We leefden in Neder land voor de oorlog op een royaler voet dan thans het geval is. Dat was ook met de huisvesting zo. Er zijn dus vele grote huizen, die voor de bewoners veel te ruim en misschien ook te kostbaar zijn. Zonder aan te brengen verande ringen zijn die huizen voor samenwoning bijna altijd ongeschikt. Wat zou een voudiger en in deze tijd van woning nood aantrekkelijker zijn dan deze door verbouwing te splitsen in twee of meer volwaardige woningen? Ja, inderdaad, dat zijn we weer alle maal met elkaar eens. Maar weer speelt hierbij de financiële kwestie een belang rijke rol. Er gaat in een dergelijke split sing altijd een behoorlijk bedrag zitten, dat door de hogere huuropbrengst niet geheel kan worden opgevangen. Daarom komt ook hier de overheid te hulp. Als een daarvoor geschikt groot huis door verbouwing wordt gesplitst in defini tieve woongelegenheid voor meer dan één gezin, 'dan neemt de overheid van de daarvoor gemaakte kosten eveneens 60 voor haar rekening. De door de verbouwing verkregen woningen moeten elk voor zich voldoen aan de eisen van de plaatselijke bouwverordening ten aan zien van bestaande woningen. In bij zondere gevallen kan met een enkele noodzakelijke afwijking genoegen wor den genomen. Door de splitsing moet ook weer een bevredigende toestand worden verkregen, die de gemaakte kos ten rechtvaardigt. Dit alles betekent, en dat is ter voorkoming van misver stand zeer belangrijk, dat deze premie regeling niet geldt voor de dikwijls maar zeer voorlopige voorzieningen, die bij samenwoning worden aangebracht. Die voorzieningen zullen na korter of langer tijd weer ongedaan worden ge maakt. Nu de samenwoning een veel verbreid kwaad moet zijn, zal wellicht ook ten aanzien van deze voorlopige keukentjes en wat dies meer zij wat worden gedaan, maar daarover gaat, het n u niet. De verbouwingen, waarvoor de overheid een geldelijke tegemoetko ming wil geven, zullen een definitief karakter moeten hebben. Er moeten als het ware nieuwe woningen door worden gewonnen. De premie is ook voor deze splitsing aan een bepaald maximum ge bonden. Zij zal nooit meer dan 60 van 4200,kunnen bedragen voor iedere volwaardige woning, die door de verbouwing extra ter beschikking komt. Alles, wat eventueel boven de 4200, per gewonnen woning moet worden be steed, is geheel voor rekening van de eigenaar. Voor de nieuw verkregen woonruimte wordt de huur vastgesteld op een bedrag, dat voor een soortgelijke woning op 9 Mei 1940 gebruikelijk was, plus een toeslag, die door de hoogte der splitsingskosten wordt be paald. Hieruit blijkt dus weer, dat de hulseigenaar door deze huur een rede lijke vergoeding zal ontvangen voor de kosten, die hij zelf aan de verbouwing moet besteden. Beginnen alle eigenaars, die met toe passing van deze regeling voor verbete ring of splitsing van hun huizen wat voelen, nu maar brieven te schrijven en aanvragen te zenden aan het Ministerie in Den Haag Neen, als 't u belieft niet, dat Ministerie krijgt met de huis eigenaars, wat dit betreft, niets te maken. De hele zaak kan en moet worden be handeld door het gemeentebestuur van de plaats, waar het huis staat. Er zijn natuurlijk bepaalde formaliteiten te ver vullen, maar de afwikkeling wordt zo eenvoudig mogelijk gehouden. -Daarom ook moeten de aanvragen bij de ge meente worden ingediend. Daar wordt de aanvraag op de voorgeschreven ma nier beoordeeld en behaiideld. Van daar ontvangt men de beslissing. De gemeente zorgt voor de betaling van de premie. Voorzover er aanleiding bestaat voor een verrekening tussen Rijk en Ge meente wordt die geheel intern afgedaan, zonder dat de aanvrager er iets van merkt. Het is zelfs zo, dat ieder ge meentebestuur vrij is om te beslissen of men al dan niet deze regeling wil toepassen. Natuurlijk hopen we van harte, dat ieder gemeentebestuur dat zal willen doen. We weten trouwens dat men allerwege bezig is daartoe de nodige besluiten te ontwerpen en te nemen. Als die besluiten zijn genomen, dan zullen de inwoners ook van ge meentewege over de mogelijkheden worden ingelicht. De Minister heeft ge vraagd aan deze zaak een zo duidelijk en uitvoerig mogelijke publiciteit te wij den. Intussen bestaat er voor ons wel aan leiding om aan belangstellenden inlich tingen van algemene aard te verstrek ken. Op aanvraag zal de Afdeling Voorlichting van het Ministerie van Wederopbouw en Volkshuisvesting in Den Haag graag en gratis een uiteen zetting van deze premieregeling toezen den. Gewapend met de aldus verkregen wetenschap kan men de zaken dan ver der met zijn gemeentebestuur afdoen. Voor huiseigenaren, aannemers, make laars en architecten is het van groot belang deze eenvoudige regeling en haar toepassing te kennen. Wie, met gebruik making van deze premieregeling, met medewerking van overheid dus, nieuwe woonruimte wint of bestaande huizen voor verval behoedt, helpt daadwer kelijk mede aan de bestrijding van de woningnood. Dat mag met recht een goed werk heten Ieder van U, die bij deze zaak bétrokken kan zijn, rtoet zich dus op de hoogte stellen van de mo gelijkheden die deze premieregeling biedt. (Uittreksel uit het Wederopbouw- radiopraatje van 6 April j.l. DE WEG ST. ANNALAND- OUD-VOSSEMEER Dinsdag 20 April jl. kwam de voltal lige gemeenteraad alhier in openbare vergadering bijeen onder voorzitterschap van burgemeester F. M. Boogaard. Na opening en notulen werden de vol gende ingekomen stukken behandeld: 1. Van de commissie tot Wering van Schoolverzuim een jaarlijks rap port. Hierin was o.m. vermeld dat het aantal behandelde verzuimen der O.L. School 9, dat der Bijz. School 8 be droeg. Slechts in zeer bijzondere geval len werd een verzuim als geoorloofd beschouwd. Na 1 September jl. zijn er door de strenge maatregelen hoege naamd geen verzuimen meer voorgeko men. 2. Van de Min. v. Binnenl. Zaken goedkeuring raadsbesl. 14 Febr. jl. in zake heffing vermakelijkheidsbelasting. 3. Van Ged. St. definitieve goedkeu ring rekening 1944. 4. Van de Ver. v. Chr. Middelbaar en Voorber. H. Onderwijs in Zeeland te Goes een verzoek om een bedrag per leerling bij te dragen wanneer uit deze gemeente door personen het Chr. Lyceum wordt bezocht, e. en a. volgens het desbetreffende artikel der L. O. 1920. B. en W. stellen voor, zodra er leer lingen zijn dit verzoek in behandeling te nemen.' Dhr. Moerland zegt, dat er in het schrijven wordt verzocht reeds thans een besluit te nemen. Dhr. de Bruin acht dit ook beter en meent dat het een stimulans kan zijn om de kinderen daar heen te sturen. Dhr. Goedegebuure ziet er geen bezwaar in thans reeds te be sluiten. De voorzitter zegt dit voorstel gahrne over te nemen, waarna het ver zoek met alg. st. wordt ingewilligd. Vervolgens wordt het enige punt der agenda behandeld: Verbetering weg St. AnnalandOud-Vossemeer. Van Ged. Staten is inzake deze kwestie een schrij ven ontvangen. Hierin is gememoreerd hoe enige tijd geleden in een vergadering van G.S., Polderbesturen en burgemees ters van de betroken gemeenten bijzon dere aandacht aan deze zaak is geschon- kefR Waren de onkosten voorheen ge raamd op 180.000.thans zal dit 450.000,bedragen. In aanmerking nemende dat hieraan ongeveer 50.000,betaald zal wor den voor oorlogsschade, dan komt dit Dr. v. Haga te Oud-Vossemeer. Dr. H. Menger te St. Filipsland. de Provincie op 300,000,— en de polders te Oud-Vossemeer op 100.000. Daar. er reeds een zwaar dijkgeschot is vastgesteld door deze Polderbesturen kan van een extra-heffing geen sprake meer zijn. Het is algemeen bekend zo vervolgt dit schrijven - dat de weg buitengewoon slecht is, wat ook blijkt uit de veelvuldig binnenkomende klach ten, die ons bereiken. Daarom heeft het Prov. Bestuur gemeend te trachten om de bestaande bezwaren zo spoedig mo gelijk op te lossen, opdat binnenkort aan de wegverbetering k.an worden be-' gonnen. Verzoeken zijn gericht aan de Water schappen te Poortvliet, Vrijberghe, Hol- larepolder, Sluispolder, Wat. Broek- en Rooland, terwijl de gemeente Oud- Vossemeer reeds besloot tot een bij drage van 250, De gemeente St. Annaland geeft jaarlijks een bijdrage aan de autobus ondernemer C. v. d. Klundert te Oud- Vossemeer ad 300,G. S. stelt voor, na onderling overleg, deze bijdrage thans aan de Provincie te geven. Tenslotte wordt er op aangedrongen in gunstige zin te besluiten, daar anders de door de Prov. uitgetrokken post van 300.000,elders zal worden besteed aan wegverbetering. Nadat de brief van G. S., waarvan bovenstaande een uit treksel is, in zijn geheel is voorgelezen, merkt de voorzitter op, dat hij in over leg is getreden met ondernemer Van de Klundert te Oud-Vossemeer. Van deze is inmiddels een schrijven binnen gekomen, waarin deze mededeelt, hoe wel er steeds zeer veel moeilijkheden zijn geweest op dit traject en nog zijn door de slechte weg en de daardoor grote materiaal-slijtage, hij bereid is af te zien van de jaarlijkse bijdrage ad 300,hopende later bij event, moei lijkheden weer op de medewerking van de gemeente te kunnen rekenen. De voorzitter zegt: „We weten allen hoe noodzakelijk deze wegverbetering is. Trouwens, verbeteren is niet meer moge lijk, het moet een nieuwe weg worden. B. en W. stellen dan ook voor, temeer nu voorgenoemde overeenkomst met dhr. v. d. Klundert is bereikt, aan het verzoek van G. S. gevolg te geven en hen een bijdrage gedurende 30 jaar ad 300,toe te kennen. Weth. Stols vraagt: Hoe zou.het in de bedoeling liggen deze weg te ver beteren Wethouder Geluk geeft hierop een uiteenzetting. Het ligt in het voorne men zover hij heeft kunnen nagaan en zoals het eertijds bestaande plan is opgemaakt om de weg vanaf de „Thool- se dijk" bij Vossemeer recht door te trekken achter de Molen aldaar, zo achter de gemeente langs naar de Pa- trijzenweg, dwars door de polder achter de Weele op de Broekse weg aan en dan zoveel mogelijk in' rechte lijn naar de St. Annalandse dijk. Weth. Stols zegt het niet te kunnen begrijpen waarom het zulke geweldige kosten moeten worden, nog minder dat het hier steeds op is afgestuit. Indien men zuiver de dijk bestraatte, zou het lang niet zoveel kosten. De voorzitter: Als men het doet, moet het goed gebeuren is natuurlijk de me ning van G. S. Weth. Stols: Dat is ook zo, maar het gaat er maar over, dat het zo lang moet duren, eer het zover is. Als men de weg bekijkt, vraagt men zich af hoe het kan bestaan, dat er nog zoiets ligt, de wegen in Holland vergelijkende. En dit is nu al jaren op de kosten afge stuit. Dhr. Ridderhof gelooft dat er geen slechter weg in Nederland te vinden is die als hoofdweg wordt gebruikt. Na deze discussie wordt het voorstel van B. en W. met alg. st. aangenomen en antwoordt de voorzitter op een vraag of men hier nu spoedig mee gaat begin nen, dat enkele polders nog hun mede werking moeten geven. Krijgt men daar ook accoord, dan zal men binnenkort met het werk beginnen. Bij de rondvraag stelt dhr. de Bruine voor een rioleringsplan op te maken en een plan verbetering van de Achterwe gen. De voorzitter zegt dat dit enorm veel zal kosten. De W. Achterweg te bestra ten zou nog kunnen, maar riolerings- kosten worden ongetwijfeld te hoog. In

Krantenbank Zeeland

Eendrachtbode /Mededeelingenblad voor het eiland Tholen | 1948 | | pagina 1