Weekblad voor het Eiland Tholcn en St. Filipsland 1944 - 30 October - 1946. hi 't verleden ligt het heden 2c JAARGANG No. 50 25 OCTOBER 19-46 Uitgevers Firma C. DlELEMAN en G. HeïJBOER. Abonnementen 0.90 per Advertentiën 0.10 per millimeter - Minimum 2.00 Redacric A 494 St. Annalattd. Telefoon 47^ ^rtaal franco p.p. US Spicrlnkjes me( 2Q woordra ,m e,k woord Administratie Oudelandsestraat 9, Tholen, Telefoon 57. Prijs per nummer 8 cent Advertenties worden tot uiterlijk Donderdagmiddag 1 uur aangenomen Zijn we deze datum al vergeten Herinneren de toenmalige eiland-bewoners zich nog iets van de 30ste October 1944 Is het thans riog mogelijk een vleugje van de gevoelens van die dag opnieuw waar te nemen Kan er nu nog een weinig dankbaarheid geboren worden, als wc ons herinneren, dat die 30ste October 1944 ons de bevrijding bracht Is het antwoord zo: „Ja, nu we die datum hierboven zien staan, weten we het weer, dat om 11 uur drie Cana dezen voet aan Thoolse wal zetten, maar och wat we vair die. bevrijding verwacht hebben, zeggen we al niet meer: we zouden slechts een voorbeeld willen geven van de talrijke die we kunnen opsommen en die wc niet verwacht hadden op die 30ste October, slechts één voorbeeld: „Een ex. N.S.B.er uit inter nering ontslagen laat nu z'n radio nog harder spelen dan tijdens de bezetting, toen de mijne is ge stolen. Ik kan er ondanks alle moeite nog geen kopen." Is dat het antwoord Of komt er helemaal geen antwoord op bovenstaande vragen. Wordt het slechts een licht schouderophalen en een gedachte: „O ja, toen zijn we bevrijd. Dat is al zo lang geleden, laten we liever onze gedachten bepalen bij de nuchtere werkelijkheid van het heden." Grote kans bestaat, dat bij velen deze gedachte naar voren komt. Toch we mogen die datum niet vergeten. Het is nodig, dat we aan die tijd even terugdenken, nagaan hoe ellendig het was vóór die dag, hoe we nu door die bevrijdingsdag kunnen gaan en staan, waar we willen, hoe hoog het water die zomer '44 op ons eiland stond, hoe hoog deze zomer de tarwehopen, hoe weinig regels de bonnenlijsF toenxbevatte, hoe veel thans. Maar bovenal vergeten we niet, dat die dag geboren werd ten kostte van bloed en tranen. Dan bestaat de kans nog, dat er, denkende aan de 30ste October 1944, dankbaarheid is, voor wat we nu hebben, ondanks de vele desillusie's, ondanks de on rustige wereld, waarin we leven. God gaf de vrede, o moog Zijn hand Ons lang die weldaad kweken, In een eendrachtig Vaderland Geen dankbaarheid ontbreken De vrijheid, die zo duur gekocht Door 't kostlijkst bloed, dat hem bevocht, Is nooit te hoog te schatten Kunnen wij dat nü nog vatten LANDBOUW BELANGRIJK De Inspecteur van de Rijksdienst voor Landbouw- herstel, Ir. S. Herweijer, welke per 1 December Zee land gaat verlaten om Ir. Sevenster op te volgen als directeur van genoemde Dienst, heeft op 19 October voor de Vereniging van Oorlogsgedupeerden op het eiland Tholen gesproken over de laatste stand van zaken, de schaderegelingen betreffende. Het Besluit op de Materiële Oorlogsschade, dat straks door de volksvertegenwoordiging als wet be krachtigd dient te worden, kent nog steeds als basis voor schadevergoeding de verkoopwaarde 1940, be halve wanneer het roerende goederen, voor verkoop -bestemd, betreft. De herstelfinanciering voor gebouwen en de werktuigen wordt hierdoor bijzonder zwaar be last. Het verschil tussen de te vergoeden waarde en de nieuwbouw- of aanschaffingskosten zal door de herstelbank overbrugd worden met gedeeltelijk rente loze en ^rentedragende credieten. De organisaties der gedupeerden, de landbouworganisaties en de Commissie Landbouwherstel der Stichting voor den Landbouw, achten deze regeling onaanvaardbaar en adviseren de betrokken gedupeerden niet te tekenen. Als ontruimingsdatum voor geheel Tholen is gesteld 15 Maart 1944. a. De zaakschadenormen zijn door het L.E.I., in verband met de achteraf en met terugwerkende kracht plaatsgevonden hebbende prijsverhogingen, gewijzigd en bedragen thans voor onbewerkt land 163.voor land op zaai voor liggend 269.voor wintergranen en koolzaad 366.voor zomergranen, vlas, peul vruchten en handelsgewassen 359.voor suiker en voederbieten 378.en voor aardappelen 487. alles per ha en per 15 Maart. Deze normen zijn ook de grondslag voor afrekening met de tijdens de inundatie op de drooggebleven gron den gewerkt hebbende combinaties, in aanmerking ge nomen de oogsttaxaties en de post algemene kosten, welke genoemde combinaties toch reeds hadden. b. Levensonderhoud wordt gegeven van 15 Maart 1944 af tot het begin der herstelexploitatie, echter uiterlijk tot 15 Mei 1945. Hiervoor geldt een aflopende schaal, te beginnen voor bedrijven boven 37 ha met 3000,terwijl evacuatievergoedingen en verdiensten uit arbeid, d.w.z. 75 daarvan afgetrokken zullen worden. Indien het werkzaamheden voor de D.W. betreft, zullen deze voor 100% gekort worden. Na- bovengenoemde einddatum zijn betrokkenen aange wezen op het Centraal Bureau voor de Verzorging van Oorlogsslachtoffers. c. De Pachtwaardevergoedingen mogen thans uit gekeerd worden tot Mei 1946 aan den eigenaar-ge bruiker of pachter, indien geen of gedeeltelijke op brengst van de gronden werd verkregen. De pachtwaarden zijn voor 't gehele gebied geschat en bekend. Bij gedeeltelijke opbrengst n.l. een oogsttaxatie van 79% of minder, zal 100% pachtwaarde uitgekeerd worden, van 7080%: 2/3 daarvan, van 8090%: 1/3 en daarboven niet. Na Mei 1946 geldt een twee maandelijks aflopende schaal, te beginnen met 70 Art. 13 van 't Bestluit schept de mogelijkheid in bijzondere gevallen de volle pachtwaardevergoeding te laten doorlopen na dien datum iets wat voor Wal cheren, het platte land van Schouwen en misschien ook nog wel enige andere gebieden, dringend nood zakelijk zal zijn. d. Herstel vergoedingen zullen worden gegeven in de vorm van bewerkingskosten voor 't schoonhouden van brake gronden en weilanden welke nog niet konden worden ingezaaid en extra kosten besteed voor 't verkrijgen van een gewas, bij lage oogsttaxaties. Gips en kalkmergel worden gratis verstrekt. Voor het rijden en strooien zal 4.per ton vergoed worden plus 1.50 voor opslag, indien vol gens de eisen bewaard is. Eveneens worden lucerne, gras- en klaverzaden gratis verstrekt. Indien echter lucerne en klavers zonder vergunning van de Rijks- landbouwvoorlichtingsdienst omgeploegd worden, ver beurt men de kosten van 't zaaizaad. De in 1945 ver strekte extra kunstmest is eveneens voor rekening van Landbouwherstel. Aangezien in sommige streken bonnenhandel is geweest, heeft het veel moeite gekost voor dit jaar eveneens in de inundatiegebieden een extra-toewijzing te krijgen, welke toch voor het bouw en weiland vanwege de slechte structuur en de zode vorming, dringen noodzakelijk is. e. Paarden en vee, aan het B.O. overgegeven, zijn of worden teruggeleverd. Voor betere kwaliteit moet de meerwaarde betaald worden. Door oorlogsgeweld omgekomen dieren worden voor 75 vergoed. Het grondherstel zal, voor zover het door de Heide Maatschappij geschiedde en oud slib betrof, met het schadebedrag verrekend worden. Voor herdraineringen is nog geen regeling en deze zullen niet voor volgend najaar vergoed kunnen worden. Uitstel en aanleg van kleine greppels is beter en wordt in voorkomende gevallen aangeraden. Voor erfbeplantingen kan, indien een plan door het Staatsbosbeheer is opgemaakt, een subsidie liggende tussen 5080% worden tegemoetgezien. De door Landbouwherstel gerooide bomen van Ambachtsh'eer- lijkheden e.d. worden voor 70% uitbetaald, de rest volgt na inplanten. Tenslotte moeten vele cijfers en mededelingen wor den gezien als nog niet gelegaliseerd doch berustende op voorlopige afspraken tussen Diensten, het Dep. van Financiën enz., zodat wijzigingen uit den aard der zaak meest kleine, mogelijk blijven. Bij de discussie bleek nog, dat geen nieuwe voor schotbetalingen zullen volgen doch dat met de definitieve rekening wordt begonnen. In bepaalde gebieden zullen wellicht de boerenleen banken richtlijnen voor gemakkelijker credietverlening ontvangen. ZAADTEELTSCHOOL In de laatste kringbestuursvergadèring der Z.L.M. werd medegedeeld, dat de Zaadteeltschool te St. Annaland, zo voor de speciale vakken een geschikte leerkracht aanwezig is, per 1 September 1947 een^ aanvang zal kunnen nemen. De cursus zal één jaar duren. Het is de bedoeling gedurende het winter halfjaar één dag per week les te geven, gedurende het zomerhalfjaar één middag plus een avond. Aan de School zal een proeftuin verbonden worden. Een overpeinzing op Wereldspaardag 1946 Schrijnend gevoelen wij vaak de kloof, die er ligt tussen fraai-klinkende leuzen en het harde, nuchtere, kleur- en fleurloze bestaan van alledag. „Wat koop ik er voor „Wat heb ik aan die mooie praatjes „Zulke verzuchtingen zijn begrijpelijk bij allen, die nu al zo lang van alles ontbeerd hebben, dat het leven lijkt te kunnen veraangenamen; bij allen, die hun idealen al zó lang onvervuld met zich hebben rond gedragen, dat die idealen er helemaal niet ideaal meer uitzien; bij allen, die zelfs de allereerste en aller simpelste levenseisen niet eens vervuld zien en nog altijd geen uitzicht hebben op een spoedige vervulling. Eigenlijk verkeert ons gehele- volk min of meer in zulk een toestand. Hoe hebben wij ons verheugd op de naderende bevrijding. Die 'bevrijding kwam, nu al anderhalf jaar geleden, maar zij bracht niet tegelijker tijd de bevrijding van schaarste en zorgen. Gaat er dan op den Wereldspaardag een wonder gebeuren Al zouden wij U dat wijs willen maken, U zoudt het toch niet geloven. Ook de oorsprong van den Wereldspaardag is volstrekt niet sensationeel en eigenlijk „gebeurt" er dien dag heelemaal ni°ts. Waar om wij dan toch over den Wereldspaardag schrijven Omdat er tenslotte toch een wonder gebeuren kan, als wij dat zelf maar werkelijk willen. Waar eenmaal een wil is, is ook een weg. Zeg nu niet, alweer een mooi praatje, want dan gebeurt het wonder zeker niet. Het wonderlijkste van het wonder is namelijk juist zijn kleinheid, zijn schijnbare onaanzienlijkheid. Maar het is de kleine oorzaak, die grote gevolgen heeft. Als millioenen Nederlandse gezinnen de wil tot sparen in zich laten opleven, zal die wil een weg tot sparen banen. Dat kunnen wij U bewijzen Ongeveer 130 jaar geleden was het in Nederland een triestige boel. We hadden de herwinning van onze onafhankelijkheid gevierd, o zeker. Maar toen de feestroes over was, viel de kater niet mee. Vele gezinnen "treurden nog om vaders en zonen, die door de vreemde heerser waren weggesleept om nooit weer te keren, of die nog in de definitieve bevrijdingsslag bij Waterloo waren gevallen. In de overzeese gewesten wilde het niet boteren en we hebben het nog altijd over de tijd rond 1815 de bondgenoten, die gezamenlijk den tyran verslagen had den, betwistten elkaar de buit op het congres van Weenen. En ondertussen was het Nederlandse volk arm, doodarm geworden, zonder hoopvolle vooruitzichten. Sparen Wie kon er toen sparen En toch waren er toen een paar mensen, die op een idee kwamen, het zal door velen wel een waanzinnig idee genoemd zijn, maar zij kwamen dan toch op de gedachte spaarbanken op te richten. En ze deden het ook en de eerste koning uit ons Oranjehuis, Willem I, moedigde hen aan. En die spaarbanken bestaan nu nog en de mensen zijn gaan sparen. Er zullen vele „maren" en „bezwaren" zijn geweest, zoals er nu nog duizend redenen kunnen worden opgenoemd om niet te sparen. Maar zij spaar den wel, de „dienstboden" en de „werklieden" en de kleine neringdoenden. Zij spaarden en zij bleven sparen, generatie na generatie, 130 jaar lang. En de spaar banken zijn tot op heden instellingen gebleven, die niet ten voordele van aandeelhouders of commissarissen werken, doch alleen voor het welzijn van het gehele volk, waarvan juist de kleine spaarders zulk een onmisbare kern vormen. In haar doelstellingen zijn de spaarbanken gelijk gebleven. Als instelling zijn zij gegroeid tot hechte en sterke lichamen met krachtige reserves. Bijna 130 jaar hebben zij alle stormen on geschokt doorstaan, ook de laatste groten storm van 5 jaar. In vele plaatsen staan onze spaarbankgebouwen als een monumentaal bewijs van de macht van het kleine, van het wonder van het kleine. Zelfs daar waar het oorlogsgeweld het spaarbankgebouw geheel of gedeeltelijk verwoestte, deerde dit de belangen der spaarders niet in 't minst. Als Wereldspaardag 1946 alleen maar aanleiding is, dat die wonderkracht van het kleipe tot U doordringt, zodat U haar wilt toe passen èn gaat sparen, ondanks alles, dan hee^t hij meer dan voldoende recht van bestaan. In 't verleden ligt het heden; zoals Nederland zich 130 jaar geleden uit de misère verhief tot éen der welvarendste naties ter wereld, zoo zullen wij, ieder voor zich, ook thans de welvaart hervinden door werken en sparen. Voor wie er belang in stelt, zij hier nog vermeld, dat de Wereldspaardag in 1924 werd ingesteld. In

Krantenbank Zeeland

Eendrachtbode /Mededeelingenblad voor het eiland Tholen | 1946 | | pagina 1