SCHOUWEN-DUIVELAND - Actueel!
Nog altijd zit er een groot gat in de dijk bij het dorpje Serooskerke. Honderden meters
breed is het.
Het is de enige dijkbreuk in Zeeland die in 1953 niet gedicht kon worden. En daarna ook
niet. De dijkenbouwers kunnen er nog geen baas over.
In de maanden na de watersnoodramp
is het gat door de werking van eb en
vloed minstens 500 meter groot
geworden. Als een zaag gaat het getij er
telkens doorheen. De bodem schuurt ter
plekke uit tot 30-40 meter diepte.
Dat kunnen we niet dichten, zeggen de
Nederlandse dijkenbouwers.
Graat het niet zoals we gewend zijn, dan
maar anders, denken ze.
Aan de binnenkant zal rond het gat een
ringdijk van een paar kilometer
aangelegd worden.
Zo wordt in augustus 1953 de zee buiten gesloten, hopelijk voor eeuwig en wordt het
achterliggende Schouwse land weer teruggewonnen op de zee.
Vanaf de ringdijk van de Schelphoek is het gat in de zeedijk nog goed te zien.
Aan de zeezijde van de Schelphoek-ringdijk duwen twee sportvissers vanaf de trailerhelling
hun bootje in het water. Even later tuffen ze, hopend op vis, het dijkgat van de Schelphoek uit.
Ze realiseren zich de gevoeligheid niet. Ze zien de bres in de dijk als een natuurlijke
havenuitgang, de poort naar hun visgrond. Voor de mensen achter de dijken is die gapende
breuk nog altijd een pijnlijke herinnering aan 1953.
Het gat werd nooit gedicht. Veel wonden ook niet.
'Zwaar beproefd, maar niet gebroken' is de tekst op
een aangrijpend standbeeldje van een moeder met
kind, dat bij de zuidelijke ingang van de
Zuidhavenpoort in Zierikzee staat.
De stad werd tijdens de rampnacht van 31 januari
op 1 februari 1953 zwaar getroffen.
Vloedplanken voorkwamen voordien altijd dat het
water naar de lagergelegen stadsdelen vloeide, als
de haven weer eens overstroomde.
Maar in 1953 was er geen houden aan. De zee viel
de stad binnen als een dief in de nacht, alsof er geen
planken waren.
Vandaag de dag hangen er nog steeds vloedplanken, tegen een laag muurtje aan de overzijde
van de witte ophaalburg. Plus een bordje met uitleg.
8
