Vervolg De Ramp
Van: Rijkspolitie
Groep Kortgene
Commandant
Aan: de heer Districtscommandant der Rijkspolitie te Middelburg.
Colijnsplaat, 1 2 maart 1 953 - telefoon k. 1199 no. 342 - brief no. 1 49-M. 1 0
Onderwerp: Werkzaamheden eerste dagen van de watersnood.
Uw schrijven d.d. 10 maart 1 953 No. 461 -M. 1 0.
Ter voldoening aan Uw opdracht gegeven in Uw boven aangehaald schrijven doe ik U
Hoogedelgestrenge hierbij toekomen een rapport van de watersnood op Noord-Beveland in
het algemeen en het verrichte politiewerk in het bijzonder.
Omvang van de ramp
Door de ramp werd de gemeente Kortgene zeer ernstig getroffen, in het bijzonder het dorp
Kortgene. Dit dorp kwam geheel onder water te staan en bereikte een hoogte van plm. 2.70
meter. De inwoners van Kortgene moesten dan ook allen evacueren hetgeen in hoofdzaak
plaats had naar de dorpen Colijnsplaat, Wissenkerke en Kamperland en in mindere mate
ook buiten het eiland. De aangerichte schade in het dorp Kortgene bleek na het droog-
komen zeer groot te zijn. Voornamelijk had de Westkant van de Torendijk enorm veel te lij
den gehad. De daar staande woonhuizen waren alle geheel of gedeeltelijk ingestort, zodat
in totaal ruim 40 woningen door het water volkomen werden vernield.
De ravage op het gehele dorp was groot. Het geheel gaf een beeld van een grote chaos.
De navolgende polders in de gemeente Kortgene kwamen geheel onder water te staan.
De Stadspolder, groot 59.59 hectare; De Willem Adriaanpolder, 160 hectare; De Oud-
Kortgenepolder, 5 1 2 hectare; De Oostpolder, 47 hectare; De Leendert-Abrahampolder, 1 46
hectare; De Jonkvrouw Annapolder, 215 hectare; De Westpolder, 90 hectare.
Gemeente Wissenkerke
Deze gemeente bleef voor grote verwoestingen gespaard. Enkel het dorp Geersdijk
moest wegens het water evacueren. Het water bereikte aldaar een hoogte van ruim een
meter. De navolgende polders kwamen in die gemeente onder water te staan:
