Daarna brak de Prinsendijk op twee plaatsen door. Het grootste gat ontstond nadat een
duiker was weggespoeld. Op tragische wijze kwamen hier twee kinderen om het leven met
hun ouders op de vlucht voor het overal binnenstromende water.
Dit betekende dat door deze bressen de grootste en oudste van de getroffen polders, de
Fraderikpolder, volliep. In deze polder, genoemd naar Frederik Hendrik, de Prins van
Oranje, kwam het waterpeil tot 1.60 meter boven het maaiveld te staan.
De binnendijken van de Frederikpolder, het Donker Dijkje, de westelijke Prinsendjk, de
Zuiddijk en de Emelissedijk konden gelukkig behouden worden, zodat de achterliggende
polders droog bleven.
De Oostpolder stroomde erg snel vol, want behalve via de Adriaanpolder stroomde het
water ook over de Langeraksedijk, de binnendijk van de Jonkvrouw Annapolder.
Op maarliefst zeven plaatsen brak de zeedijk door van de Jkv. Annapolder, genoemd naar
een dochter van een der bedijkers. De gezamenlijke lengte van de bressen bedroeg 460
meter en er ontstond zelfs een stroomgat van 40 meter breed en een diepte van 1.5 meter
onder N.A.P. De watermassa, die de polder instortte was dan ook enorm en zorgde voor
een drama bij het 'Veeruus' (overzetveer naar Z. Beveland; waar nu het tunneltje onder de
verkeersweg is). Drie woningen daar werden weggevaagd; in één der huizen verdronken 9
personen. Enkele kinderen konden na miraculeuze ervaringen gered worden en zijn in Kats
menslievend opgevangen.
Ondanks zijn vrij grote hoogte kon de Huisdijk, die de binnendijk met Katspolder vormt, het
watergeweld niet keren en er ontstond een bres van 10 meter. De Katspolder, die genoemd
is naar het oude Kats dat op de grens met de L.A. polder moet hebben gelegen, kreeg ook
nog binnenstromend water te verwerken uit de Oostpolder via een tweede bres in de
Huisdijk. Met veel inspanning kon de Boomdijk, met zijn 3,6 meter boven N.A.P. erg hoog,
het water keren en ook hier de Oud Noord-Bevelandpolder droog houden.
De zwaar getroffen Torendijk in Kortgene.
