EXPOSITIE
Bij het betreden van de expositieruimte wordt de bezoekerster)
aan de linkerzijde, op de panelen 2 en 3 geconfronteerd met beel
den die duidelijk aangeven hoe en waar het water in Hellevoetsluis
en directe omgeving in die rampnacht heeft toegeslagen.
Vitrine F toont een verzameling van door het water beschadigde
documenten.
Daarop aansluitend tonen de panelen 45 en 6 de directe gevolgen
van de ramp. In vitrine A -rechts- ziet men enige literatuur over
de watersnoodramp en een zender uit die tijd, waarmee verbindingen
konden worden gelegd met de 'buitenwereld'.
Terstond nadat de 'buitenwereld' de eerste alarmerende berichten
had ontvangen, werd met grote verbetenheid de strijd tegen het
water aangebonden Hiervoor waren hulpkrachten en hulpmiddelen
nodig. De behoefte aan zandzakken was onverzadigbaar, maar ook moest
men overalls, rubber laarzen, schoppen en zaklantaarns hebben, voor
hen die in de strijd vooraan stonden.
Ook de afvoer van dood vee moest geregeld worden.
Duizenden militairen werden ingezet. Het Rode Kruis was present,
evenzo de Rijksverkeersinspectie en politie-technische verbindings
diensten. En zeker mag ook de Koninklijke Marine niet worden ver
geten.
Voor de slachtoffers moest worden gezorgd voor onderdak (de Flakkeese
evacuees b.v.), dekens, bedden, kleding enz. Deze facetten worden
belicht op paneel 7 en in vitrine C.
De panelen 8 en 9 tonen de herstelwerkzaamheden in Hellevoetsluis
en in de omliggende gemeenten.
Hoog water is voor Hellevoetsluis-binnen-de-Vesting door de eeuwen
heen een bekend verschijnsel geweest, echter zó hoog als in die nacht
was het nog nooit.
Een paneel 'hoog water', zijnde paneel nr. 10, mag derhalve op deze
expositie niet ontbreken.
Een belangrijke hoeveelheid tentoonstellingsmateriaal werd aangereikt
door het Waterschap 'De Brielse Dijkring' en de 'Haringvliet-Expo
Stellendam. U treft het aan in de oostelijke hoeken van de expositie
ruimte. De beelden spreken voor zich.
Zoveel mogelijk is het tentoongestelde voorzien van korte, toelich
tende c.q. verduidelijkende onderschriften. Voorwerpen (zandzakken,
kruiwagen, schoppen), kortom hulpmiddelen die toen zo hard nodig
waren, vullen de beelden aan.
Dat doen zeker ook de couranten en tijdschriften, alsmede de boek
werken die in ruime getale ter beschikking werden gesteld. Zij von
den een plaats in de vitrines A, B en D en in vitrine E aan de
westzijde van de expositieruimte vindt men vooral gegevens over de
aanleg van de Haringvlietsluizen.
Zoals in de aanhef al werd aangegeven, was de conclusie na deze ver
schrikkelijke watersnoodramp, dat zoiets niet nog eens moest kunnen
gebeuren. Daarom werd terstond hard gewerkt aan een meer definitieve
beveiliging van het voormalige watersnoodgebieddoor uitvoering van
de Deltawerken.
Het betekende voor Hellevoetsluis dat in 1955 begonnen werd met de
afsluiting van het Haringvliet.