13
directie en personeel van het Opbouworgaan, bijgestaan door
vrijwilligers, in overleg met het Rode Kruis en het R.K. Huis
vestingscomité, beide organisaties, die op dit terrein hun
sporen reeds lang verdiend hebben, zich van hun nieuwe
tijdelijke taak gekweten.
De organisatie van de noodgoederenvoorziening eiste de
inrichting van magazijnen, waar de aangevoerde goederen
konden worden opgeslagen tot zij, hetzij aan evacué's in de
verblijfsgerneente, hetzij aan de achtergebleven getroffenen
in de rampgemeente, hetzij bij re-evacuatie, konden worden
uitgereikt.
Hoewel begin Maart aan rond 600 aanvragen was vol
daan, was er op die datum nog een voorraad goederen in
deze provincie ter grootte van ongeveer 8600 m3, te weten
1800 m3 gesorteerde en 6800 m3 ongesorteerde goederen.
Nu deze massale hoeveelheden beschikbaar kwamen, kon
een scherpe selectie worden toegepast.
Opvallend is het voorts, dat er van sommige soorten goe
deren een aanvoer is geweest, die de behoeften enige malen
overtrof, maar dat desondanks nog geruime tijd een chronisch
tekort is blijven bestaan aan lakens en slopen. Ook aan de
vraag naar matrassen en ledikanten kon niet volledig wor
den voldaan.
De vraag is onder ogen gezien, wat met het overschot
aan goederen dient te geschieden. Te dien aanzien is het
standpunt ingenomen, dat de beste goederen, overeenkomstig
de intenties van de gevers, aan de rampslachtoffers dienen
te worden uitgereikt. Nadat voor dat doel een hoeveelheid
goederen, tot een kwantum, overeenkomende met de ruim
geschatte behoeften van de rampslachtoffers, is gereserveerd,
zal het restant worden overgedragen aan sociaal-charitatieve
organisaties en instellingen, na overleg met het Nationaal
Rampenfonds en instanties der regering. De wijze, waarop
deze goederen zullen worden afgestaan, is bereids in overleg
met het Rode Kruis en het Huisvestingscomité besproken en
aan de betrokken instellingen medegedeeld; bij de uitvoering
van die regeling is spoed geboden, zulks enerzijds om de