Toen wij dinsdag aan het eind van de middag in de kazerne terugkwamen
(3 februari dus) kregen wij opdracht om onze spullen te pakken, wij
moesten ruimte maken voor verse hulptroepen en midden in de nacht
werden wij met een speciale trein afgevoerd (ik met enkele anderen naar
Ede, naar de SROLUA)Nooit zal ik vergeten de taferelen op het station
van Bergen op Zoom, waar wij vanuit de trein contacten hadden met
aankomende militairen o.m. vanuit Duitsland. Men was jaloers op ons,
omdat wij al zoveel hadden kunnen helpen. Misschien wel terecht, want
op onze tocht naar het station hadden wij terdege kennis kunnen maken
met de verwoestende kracht van het water (o.m. de omhoog gebogen
treinrails van het spoor naar Zeeland)
Die "heldenrol" bleek ook bij onze aankomst om 4 uur te Ede. Een
ontvangstcomité van oudere leerlingen en officieren van de opleiding.
Waar normaliter een ontgroening plaats vindt stond nu een uitgebreid
souper voor ons klaar en wilden men alles weten van wat wij hadden
meegemaakt
Op afstand heb ik het vervolg meegemaakt. Ik herinner mij nog wel de
ongerustheid van mijn ouders, omdat ieder bericht gedurende geruime
tijd uitbleef.
Tot zover mijn relaas. Ambtshalve heb ik helaas meerdere grote rampen
meegemaakt, aan de hulpverlening meegewerkt en ik ben zelfs een keer de
eindverantwoordelijke geweest. Dit alles heeft mij altijd in woord en
daad doen pleiten voor een goede preventie onder het motto "Iedereen
kan op elk moment geconfronteerd worden met een ramp."
Mocht U nadere contacten willen, dan stel ik het wel erg op prijs om
nader geïnformeerd te worden over wie en wat "Het Projectbureau Delta
2003 in Zeeland" is.
Met vriendelijke groet,
JECastenmiller