stelde namelijk een hoeveelheid rum ter beschikking, waarvan dagelijks een bepaalde
hoeveelheid aan de naar de werkplekken te vervoeren koffiebussen werd toegevoegd.
Aangezien alle voertuigen bij "mij" langs kwamen, was die drankvoorraad bij mij opgeslagen.
Het verhaal van die voorraad deed al gauw de ronde, zodat het meerdere malen voorkwam,
dat bezoekende functionarissen, bv. van staven, bij mij langs kwamen met het verzoek, "een
kopje koffie met een knipoog" te mogen gebruikenDit werd echter zo veel mogelijk
beperkt. Van degenen, die toen daarvoor bij mij langskwamen, kan ik mij alleen nog de naam
van een overste de Boucherie herinneren.
Een andere pikante bijzonderheid is misschien nog te noemen: ter gelegenheid van de
definitieve sluiting van de "Derde Weg", een bepaald dijkgedeelte, werd door de aannemer
ter viering een extra rantsoen rum ter beschikking gesteld. Toen echter die avond de
koffiewagen was omgeslagen, heb ik met een collega de rumvoorraad zelf per jeep "naar
voren"gebracht en deze daar 's nachts PUUR aan de verkleumde kerels uitgereikt. Pas later
kwam ik tot de ontdekking, dat de betrokken compagniescommandant lid bleek te zijn van de
Blauwe Knoop: hij was bepaald niet van mijn actie gecharmeerd, terwijl zijn mannen de hele
wereld voor de doedelzaak aanzagen
Ofschoon ik uiteraard op geen enkele directe betrokkenheid bij de actieve werkzaamheden
kan bogen, ben ik toch van mening, door mijn tewerkstelling enige bijdrage te hebben mogen
leveren aan het welslagen van het sluiten der vernielde dijken nabij Rilland Bath
Op mijn verjaardag (8-3) zag ik wel kans, een "permif'te regelen voor mijn verloofde, die mij
toen in Rilland Bath (vervoer per Marechaussee-jeep) in verboden gebied mocht komen
opzoeken, want normaal burgerverkeer was niet toegestaan.
Eind maart 1953 kon ik mijn werk in Rilland beeindigen en keerde ik terug naar 't Harde.
Zover mijn wederwaardigheden, die weliswaar niets heroisch hadden, maar misschien toch
wel een gering beeld kunnen tekenen van de toenmalige omstandigheden.
Ik hoop, op deze wijze te hebben kunnen bijdragen in de "berichtgeving" zoals die is bedoeld
in Uw artikel.