19
Opvallend is, dat de dijkdoorbraken zich hebben voor
gedaan, waar de dijken omgeploegd waren of zich op het
talud mesthopen bevonden.
GEERTRUIDENBERG.
Op 1 Februari 1953, omstreeks 3.00 uur, deelde de portier
van de N.V. Provinciale Noordbrabantse Electriciteits Maat
schappij (Dongecentrale)telefonisch aan de postcomman-
dant der Rijkspolitie mede, dat tengevolge van doorbraak
van de dijk, oostelijk van de Dongecentrale, het fabrieks
terrein van de firma Van Baarsen-Bollen onder water was
gelopen.
Het opkomende snel stijgende water werd aan de noord
zijde van het fabrieksterrein tegen gehouden door de spoor
dijk. Het gevolg hiervan was, dat een woonkeet en een
woonwagen ernstig in gevaar kwamen. Daar de post-
commandant, die zich onmiddellijk naar het overstroomde
terrein had begeven, wegens gebrek aan middelen, de be
woners niet kon redden, waarschuwde hij terstond de
militaire Marktkazerne te Geertruidenberg en verzocht de
dienstdoende wachtcommandant snelle hulp te willen ver
lenen. De postcommandant stelde ook de waarnemend burge
meester in kennis van het voorgevallene.
Op 1 Februari 1953, omstreeks 4.30 uur, kwam een militair
amphibievoertuig bij het voormelde fabrieksterrein; met
behulp daarvan kon een gezin, dat in gevaar verkeerde,
gered worden.
Omstreeks 4.45 uur, brak de spoordijk, die de scheiding
vormt tussen de Emmaweg en het fabrieksterrein van de
firma Van Baarsen-Bollen, over een lengte van ongeveer
50 meter door, tengevolge waarvan de Emmaweg werd over
stroomd. Het water stroomde verder snel in noordelijke
richting, hetgeen tot gevolg had, dat eveneens verschillende
percelen grond, gelegen ten noorden van de Emmaweg onder
water kwamen te staan. Het overstromen van de Emmaweg