WATERSNOOD 1953 DEEL 2.
Boven Oude Tonge aangekomen zette de piloot zijn toestel keurig neer en de tweede volgde
vlakbij. Dit moest wel want er was maar zeer weinig droog gebied. Slechts de strook van
havenkade tot en met of tot aan de daaromheenliggende gebouwen was droog daar het het
hoogstgelegen gebied was.
Na uitladen van de apparatuur meldde ik me op het aan het droge gedeelte liggende
Gemeentehuis. De burgemeester was door de ramp volledig over zijn toeren en niet
aanspreekbaar. Aangezien er reeds een klein detachement militairen van marine en landmacht
aanwezig was zocht ik de commandant, een kapitein, op, maar deze persoon bleek niet
geinteresseerd te zijn of te druk te zijn daar ben ik nooit achter gekomen. In elk geval daar
werd ik niet wijzer van. In het stadhuis waren nog twee personen die mij wel te woord wilde
staan en mij vertelde dat er een radioamateur was geweest die geopereerd had vanuit het huis
van de kapper. (U moet weten dat zo goed als niemand van de inwoners meer in de plaats
aanwezig was).
De kapperszaak - ook op het droge staande - was onbewoond en duidelijk in de haast verlaten.
Er heerste wanorde in dat huis. We hebben een kamer ingericht als radiokamer, de verbinding
met Den Haag tot stand gebracht en dit ten stadhuize gemeld. Daarna hebben we de
waardevolle kappersattributen in de kapsalon opgeslagen en deze ruimte afgesloten.
Men zou denken nu komt er een veelvoud van berichten van het gemeentehuis, maar dat bleek
niet het geval. Vanuit den Haag kwamen ook geen berichten, dus ben ik maar weer naar het
gemeentehuis getogen en heb daar en daarbuiten iedereen die ik ontmoette aangeklampt om tot
de ontdekking te komen dat er stapels navragen lagen over het wel en wee van vele inwoners.
Met deze gegevens bewapend, mijn compaan zat achter een zeer mstige radio, ben ik iedereen
afgegaan die ik kon vinden en ben zo aan enige informatie gekomen, die ik terstond via de
radio doorgegeven heb. Daardoor is er een berichten stroom over en weer op gang gekomen.
Wij onderhielden continue verbinding, maar 's nachts was er nauwelijks verkeer.
De aanwezige militairen zag ik nauwelijk omdat die ingezet werden om in en om de plaats
lijken te bergen. Bij het vallen van de avond als werken onmogelijk werd kwamen zij naar hun
kwartier. Nadat ik contakt gelegd had met deze groep bleek dat ook zij op stap waren gestuurd
zonder persoonlijke verzorging. M.a.w. net als wij, met wat ze aan het lijf hadden,
toiletartikelen en eetgerei.
Om hun tijd te kunnen doden heb ik hun een Monopoliespel uit de inventaris van de kapper
uitgeleend. Bij de groep mariniers viel opeens een vent op daar hij op klompen liep, en ja
hoor....vorig jaar ben ik er achter gekomen dat dat MOONEY was.
Bij mijn navragen kwam ik uiteindelijk iets verder dan het droge gedeelte, het is een vreemde
gewaarwording als je in een klein roeibootje door een straat vaart en een lege kerk binnen kunt
roeien tot voor het hoofdaltaar. Ik vernam dat de watervoorziening in gedrang dreigde te
komen.(Let wel alle water behalve drinkwater werd beschouwd als vergiftigd), wij mochten
ons niet wassen ook niet met ander dan drinkwater, dat karig aanwezig bleek. Daar niemand
aktie ondernam en ik me realiseerde dat een bericht aan den Haag eerst na vele dagen
misschien resultaten zou opleveren en de wetenschap dat veel mij bekende collega's egens in
het rampgebied achter de radio zouden zitten ben ik achter de seinsleutel gekropen en ben
begonnen met het frequentiegebied af te zoeken. Met diverse collegae had ik al vlug contakt,
de verbindingen waren goed, dus gingen we over op telefonie om vlug gegevens uit te kunnen
wisselen. Na verloop van enige tijd vernam ik dat er ergens een schip voer met water, na veel
omhaal ben ik de naam van dat schip te weten gekomen en de golflengte waarop het behoorde
te werken. Ik had geluk want na enkele oproepen kreeg ik contakt en heb de schipper gevraagd
naar Oude Tonge te komen. Hij was op weg naar diverse plaatsen, maar Oude Tonge stond niet
op zijn lijst. Nadat ik hem uitgelegd had hoe nijpend de situatie inmiddels was en hoe de
militairen na een dag lijken bergen er aan toe waren veranderde hij van koers en kwam Oude
Tonge bevoorraden.
Op een middag, ik was een bericht door aan het sleutelen wordt ik op mijn schouder geklopt en
omkijkende kijk ik in het gezicht van de Britse majoor die ons vervoerd had. Hij vroeg mijn
medewerking Wat stond er te gebeuren. Hij zou als ik de zaak kon regelen weer vertrekken en
een uur later weer landen maar dan met H.M. Koningin Juliana, die Oude Tonge zonder
vooraankondiging wilde bezoeken. Het probleem was het type helicopter. Deze stonden zo
hoog op de wielen dat normaal in- en uitstappen niet mogelijk was. Hij vroeg mij iets te
regelen zodat H.M. Kon uit- en instappen. Uiteraard heb ik dat toegezegd, niet wetende welke