OFFICIËLE BEKENDMAKINGEN ivf VERENIGING VAN NEDERLANDSE GEMEENTEN 1953 O.B. No. 10519 III.4 IJjGj ZESTIENDE UITVOERINGSBESCHIKKING WET FINANCIERING WEDEROPBOUW PUBLIEKRECHTELIJKE LICHAMENi (Aanwijzing als schade van de ten laste van publiekrechtelijke lichamen komende onvermijdelijke kosten als gevolg van oorlogsschade aan onroerende goederen, toebehorende aan die lichamen). BESCHIKKING van de Minister van Financiën van 14 Januari 1953, Generale Thesaurie, Dienst der Rijksbegroting, Afdeling Financiën Publiekrechtelijke Lichamen, no. 202. De Minister van Financiën; Gelet op de artikelen 2 en 14 van de Wet Financiering Wederopbouw Publiekrechtelijke Lichamen 1) Gehoord de Commissie Financiering Wederopbouw Publiekrechtelijke lichamen Besluit Artikel 1. 1. Als schade, waarvoor van Rijkswege aan publiekrechtelijke lichamen vergoedingen kunnen worden toegekend, worden aangewezen de ten laste van die lichamen komende onvermijdelijke kosten als gevolg van oorlogsschade aan onroerende goederen, welke op het tijdstip van de toebrenging der oorlogsschade aan die lichamen of aan publiek rechtelijke lichamen, welker rechten en verplichtingen geheel op hen zijn overgegaan, toebehoorden en ten tijde, waarop d'e kosten zijn gemaakt, voor de uitoefening van hun taak noodzakelijk waren. 2. Indien de in het vorige lid bedoelde goederen na het tijdstip van de toebrenging der oorlogsschade aan een publiekrechtelijk lichaam of aan een ander lichaam in eigendom zijn overgegaan ter voortzetting van de op dat tijdstip daarmede uitgeoefende taak, kan de in het vorige lid bedoelde vergoeding aan de nieuwe eigenaar worden toegekend. Artikel 2. Als kosten, bedoeld in het vorige artikel, worden slechts aangemerkt kosten van noodzakelijke aankoop, stichting, huur en verandering van goederen tot tijdelijk gebruik in de plaats van de onroerende goederen, i) Zie III.4, no. 82181/1951. 23.1.1953 1

Krantenbank Zeeland

Watersnood documentatie 1953 - diversen | 1953 | | pagina 73