O.B. No. 7773 4. Voor de kosten voortvloeiende uit de werkzaamheden ter uitvoering van deze regeling kan aan het uitvoerend orgaan een vergoeding worden verstrekt, waarvan het bedrag door de Minister wordt vastgesteld. 5. In gevallen genoemd onder de hoofdstukken II, sub 6, III, V, sub 10, X en XI zal het nemen van een beslissing door de Directeur, voor zoveel mogelijk, slechts geschieden na overleg met de Inspecteur. 6. Deze regeling treedt in werking op 1 October 1950. 7. Alle beschikkingen, circulaires en voorschriften betreffende do regeling nopens de geldelijke verzorging der oorlogsslachtoffers, dd. 12 April 1945, vervallen met ingang van 1 October 1950. 8. De Directeur is bevoegd nadere overgangsmaatregelen te treffen, wanneer het belang van het oorlogsslachtoffer zulks vordert. 's-Gravenhage, Augustus 1950. De Minister van Binnenlandse Zaken, TEULINGS. 12.9.1950 17

Krantenbank Zeeland

Watersnood documentatie 1953 - diversen | 1953 | | pagina 447