U.D.
No. 7773
1950 TJ XVII.3.2
C. zij, die hetzij om militaire redenen of in het belang van de
burgerbevolking, hetzij in verband met het onbewoonbaar worden hunner
woning door of ten gevolge van oorlogsgeweld, hetzij uit vrees voor
oorlogshandelingen verplicht of eigener beweging de gemeente, waarin
zij te dien tijde woonplaats hadden, hebben verlaten, zolang zij daarheen
niet kunnen terugkeren en niet in staat zijn zelf voor zich en hun
gezinnen in het levensonderhoud te voorzien en uit dien hoofde op
30 Juni 1950 terecht als evacué een uitkering ter voorziening in het
levensonderhoud ontvingen.
Onder levensonderhoud als hierboven bedoeld wordt voor de toepassing
van deze regeling mede verstaan de voorziening in noodzakelijke
behoeften, waarvoor iemand ten gevolge van de oorlog, de oorlogs
omstandigheden dan wel handelingen of maatregelen van de bezetter
komt te staan en waarvan de kosteq niet geheel of gedeeltelijk uit eigen
middelen of die van het gezin kunnen worden voldaan.
Onder oorlogsslachtoffers genoemd onder A en B worden niet verstaan
zij, die, in de periode direct voorafgaande aan het oorlogsgebeuren, voor
het verkrijgen van hun levensonderhoud min of meer regelmatig waren
aangewezen op uitkeringen krachtens de Armenwet, behoudens in de
gevallen, waarin door de Inspecteur anders wordt geoordeeld.
V. GELDELIJKE HULPVERLENING.
Aan hen, die als oorlogsslachtoffer in de zin dezer regeling kunnen
worden aangemerkt, kan ter voorziening in de kosten* van levensonder
houd een geldelijke tegemoetkoming worden verleend, met inachtneming
van de hierna volgende voorwaarden en bepalingen.
Inschrijving als werkzoekende.
1. Alle werkloze personen van 16 jaar en ouder dienen als werk
zoekende te zijn ingeschreven bij het Gewestelijk Arbeidsbureau of het
bijkantoor daarvan.
Ontheffing van deze verplichting kan worden verleend
a. voor hen, die naar het oordeel van de controlerend arts niet tot
het verrichten van arbeid in staat zijn;
b. voor vrouwen, indien op sociale gronden inschrijving niet gewenst
wordt geacht, echter alleen in overleg met de Inspecteur;
c. voor studerende kinderen, eveneens in overleg met de Inspecteur.
5
12.9.1950