OFFICIËLE BEKENDMAKINGEN
WATERSNOOD.
REGELING VAN DE SCHADE, GELEDEN TEN GEVOLGE VAN DE
STORMVLOED IN DECEMBER 1954.
(V. en M./S.V. no. 3).
Zoals reeds eerder werd medegedeeld vide V.e.M./S.V. nos. I1)
en 22) wordt de schade aan huisraad, geleden ten gevolge van de
stormvloed op 23 en 24 December 1954, vergoed door het Nationaal
Rampenfonds.
De onderwerpelijke V.e.M. heeft derhalve uitsluitend betrekking op
de materiële schade, welke ten gevolge van voormelde stormvloed is
geleden in de andere schade-categorieën, dus op de schade aan A-,
B/C-, E- en L-goederen.
In deze schade zal een tegemoetkoming worden verstrekt
A. door het Brabants Watersnoodfonds 1954, voor zover evenbedoelde
schade is geleden in de provincie Noord-Brabant; en
B. door het Nationaal Rampenfonds, voor zover deze schade is
geleden buiten de provincie Noord-Brabant.
Door de Ministerraad is besloten, dat het Brabantse Watersnoodfonds
en het Nationaal Rampenfonds voor het onderzoek van de geleden schade
en de berekening van de tegemoetkomingen gebruik mogen maken van
de schaderegelingsapparatuur van het Rijk.
In verband hiermede wordt het volgende medegedeeld.
A. Schade, geleden in Noord-Brabant.
De bij het Brabants Watersnoodfonds 1954 binnengekomen of binnen
komende aangiften zullen door dit Fonds worden toegezonden aan dat
Rampschadebureau, binnen welks rayon de schade is geleden, om advies
op hasis van de Wet op de Watersnoodschade 3).
Zie XVII.l, no. 10619/1953.
2) Zie XVII.l, no. 10664/1953.
3) Zie XVII.l, no. 11704/1954.
1955
O.B. No. 13410
XVII.l
l
21.6.1955