OFFICIËLE BEKENDMAKINGEN
O.B.
VERENIGING VAN NEDEREANDSE GEMEENTEN
1953
10692
1.5.3
VASTSTELLING VAN VOORSCHRIFTEN TER BESCHERMING VAN
SCHULDENAREN EN MET BETREKKING TOT DE BURGERLIJKE EN
STRAFRECHTSPLEGING, ALSMEDE HET ADMINISTRATIEVE RECHT,
IN VERBAND MET DE BIJZONDERE OMSTANDIGHEDEN, ONTSTAAN
DOOR DE OP 1 FEBRUARI 1953 IN ENIGE DELEN VAN NEDERLAND
INGETREDEN NOODTOESTAND.
WET van 19 Februari 1953 tot vaststelling van voorschriften ter
bescherming van schuldenaren en met betrekking tot de burgerlijke en
strafrechtspleging, alsmede het administratieve recht, in verband met
de bijzondere omstandigheden, ontstaan door de op 1 Februari 1953 in
enige delen van Nederland ingetreden noodtoestand.
Wij JULIANA, bij de gratie Gods, Koningin der Nederlanden, Prinses
van Oranje-Nassau, enz., e.nz., enz.
Allen, die deze zullen zien of horen lezen, saluutdoen te weten
Alzo Wij in overweging genomen hebben, dat het wenselijk is in
verband met de bijzondere omstandigheden, ontstaan door de op
1 Februari 1953 in enige delen van Nederland ingetreden noodtoestand,
voorschriften vast te stellen ter bescherming van schuldenaren en met
betrekking' tot de burgerlijke en strafrechtspleging, alsmede het
administratieve recht
Zo is het, dat Wij, de Raad van State gehoord, en met gemeen overleg
der Staten-Generaal, hebben goedgevonden en verstaan, gelijk Wij goed
vinden en verstaan bij deze
Artikel 1.
1. De rechter kan een schuldenaar, die ten gevolge van de bijzondere
omstandigheden, ontstaan door de op 1 Februari 1953 in enige delen
Zio voor de behandeling' in de Staten-Generaal:
Bijl. Hand. II 52/53, 2918; Hand. II 52/53, bladz. 2314—i231S;
Bijl. Hand. I 52/53, 2918; Hand. I 52/53, bladz. 2045.
6.3.1953