1959 ABM XVII.l
Nr. 18244
zijn gekomen omtrent de uitbetaling van de afkoopsom en daarvan doen
blijken door in een schriftelijke, door hen ondertekende verklaring als
hun oordeel te kennen te geven hetzij dat de afkoopsom geheel aan de
rechthebbende moet worden uitbetaald, hetzij dat zij geheel aan de ge
bruiker dient te worden uitgekeerd, hetzij dat en hoe zij tussen hen
behoort te worden verdeeld. Alsdan geschiedt de betaling overeenkomstig
de verklaring.
Artikel 9.
Is aan een pand zowel zoutschade in de zin van deze beschikking
als zoutschade in de zin van de „Regeling afkoop zoutschade oorlogs
schade" toegebracht, dan vindt deze beschikking geen toepassing als een
afkoopsom volgens de „Regeling afkoop zoutschade oorlogsschade" gelijk
is aan of hoger is dan een afkoopsom volgens deze beschikking.
Artikel 10.
Deze beschikking kan worden aangehaald als „Regeling afkoop zout
schade watersnoodramp 1953". Zij zal in de Nederlandse Staatscourant
worden geplaatst en treedt in werking met ingang van 1 juli 1959.
's-Gravenhage, 25 april 1959.
De Minister van Volkshuisvesting
en Bouwnijverheid,
H. WITTE.
OPGAVE VAN GEBIEDEN, ALS BEDOELD IN ARTIKEL 2 VAN
DE REGELING AFKOOP ZOUTSCHADE WATERSNOOD
RAMP 1953.
Zeeland,
Zeeuws-Vlaanderen;
Walcheren;
Zuid-Beveland;
Noord-Beveland;
Tholen;
Sint-Philipsland;
Schouwen en Duiveland.
(vervolg zie blz. 5)
4
30.6.1959