OFFICIËLE BEKENDMAKINGEN
EERSTE EN TWEEDE UITVOERINGSBESCHIKKING
WET FINANCIERING WEDEROPBOUW PUBLIEKRECHTELIJKE
LICHAMEN.
(Toelichting).
CIRCULAIRE van de Minister van Financiën van 2 Augustus 1951,
Generale Thesaurie, Dienst der Rijksbegroting, Afdeling Gemeente-
financiën, no. 144, aan de besturen der provinciën, gemeenten, water
schappen, veenschappen en veenpolders.
Bij de Eerste Uitvoeringsbeschikking Wet Financiering Wederopbouw
Publiekrechtelijke Lichamen (beschikking van 4 Mei 1951, no. 206,
opgenomen in de Nederlandse Staatscourant dd. 10 Mei 1951, no. 89) x)
zijn voorschriften vastgesteld nopens de wijze waarop en de termijn
waarbinnen de publiekrechtelijke en daarmede gelijkgestelde lichamen
hun verzoeken tot toekenning van vergoedingen ingevolge de Wet
Financiering Wederopbouw Publiekrechtelijke Lichamen2) moeten
indienen. In verband hiermede bericht ik U bet volgende.
1. Ingevolge artikel 3 van genoemde beschikking dienen de verzoeken
in het algemeen vóór 1 Januari 1952 te worden ingezonden. Bij het
stellen van deze ruime termijn is aangenomen, dat alle verzoeken tijdig
in de vereiste vorm kunnen zijn ingediend, vooral omdat de publiek
rechtelijke lichamen reeds geruime tijd de gelegenheid hebben gehad
en deze ook ongetwijfeld zullen hebben benut om de nodige
gegevens te verzamelen. In verband biermede vestig ik er reeds thans
de aandacht op,, dat op verlenging van de gestelde termijn niet mag
worden gerekend.
2. De in de beschikking gestelde termijnen gelden niet voor de
inzending van verzoeken tot toekenning van vergoedingen voor schaden,
bedoeld in artikel 14 der wet. In de beschikkingen, waarbij ingevolge
1) Zie III.4, no. 858274951.
2) Zie III.4, no. 82847,1951.
1951
O.B.No. 8859
III.4
1
10.8.1951