U.Ö. 1953 /-v Tfc XVII.l No. 11210 aan degene, die het had uitgegeven en fust, dat samen met de inhoud wordt verkocht, zgn. eenmalig fust, waarvoor de bijdrage moest worden toegekend aan degene, die het bij het ontstaan der schade onder zich had, komt hiermede te vervallen. De vergoeding voor watersnoodschade aan fust en emballage dient derhalve steeds te worden toegekend aan degene, die deze goederen onder zich had, toen de schade ontstond. Wel zal er uiteraard laandaclit aan moeten worden besteed, dat de mogelijkheid blijft bestaan, dat de eigenaar van het fust, uit welke overweging dan ook, het statiegeld aan de gebruiker-niet-eigenaar heeft gerestitueerd. In dat geval zal de schade aan het fust, aangenomen althans dat de eigenaar daarvan tijdig aangifte heeft gedaan, aan deze moeten worden vergoed. (Voorschriften en Mededelingen van het Commissariaat voor Oorlogs schade van 4 Augustus 1953, W.S. no. 30). 2 18.8.1953

Krantenbank Zeeland

Watersnood documentatie 1953 - diversen | 1953 | | pagina 328