OFFICIËLE BEKENDMAKINGEN
UITKERINGEN AAN NAGELATEN BETREKKINGEN VAN PERSONEN,
DIE DOOR OF TEN GEVOLGE VAN DE WATERSNOODRAMP VAN
1 FEBRUARI 1953 HET LEVEN HEBBEN VERLOREN EN AAN
INVALIDEN.
De Nationale Raad van Advies en Bijstand van het Nationaal Rampen
fonds verzocht ons de volgende mededeling op te nemen:
Iu verband met het verstrekken van uitkeringen aan nagelaten, betrek
kingen van personen, die door of ten gevolge van de watersnoodramp van
1 Februari 1953 het leven hebben verloren en aan invaliden, zullen zeer
binnenkort de hierop betrekking hebbende vragenlijsten aan de burge
meesters worden verzonden, met het verzoek deze aan belanghebbenden
te doen uitreiken en waarbij tevens zal worden gevraagd de voor een
uitkering in aanmerking komende personen bij het verstrekken der
gevraagde gegevens behulpzaam te zijn.
In verband hiermede lijkt het wenselijk reeds thans de aandacht er op
te vestigen, dat in principe voor een uitkering in .aanmerking komen:
a. personen, die weduwe zijn geworden door of in verband met de
watersnoodramp, alsmede tot het gezin behorende kinderen beneden
de leeftijd van 18 jaar, tenzij .nog onderwijs wordt genoten; in dit
laatste geval kan de uitkering worden voortgezet tot de leeftijd van
21 jaar;
b. de persoon of het gezin voor wie een omgekomen persoon (mede)-
kostwinner was (dit kan ook de echtgenote zijn)
c. kinderen, die ten gevolge van de ramp volwezen zijn geworden, tot
de leeftijd van 18 jaar, tenzij nog onderwijs wordt genoten; in dit
laatste geval kan de uitkering worden voortgezet tot de leeftijd van
21 jaar;
d. zij, die door of ten gevolge van de ramp invalide zijn geworden en
niet meer geschikt zijn om hun normale werkzaamheden te verrichten.
Het bovenstaande heeft niet alleen betrekking op personen, die in het
rampgebied vei'blijf hielden ten tijde van de ramp, maar tevens op hen,
1953
O.B. No. 11099
XVII.l
1
17.7.1953