OFFICIËLE BEKENDMAKINGEN
VERENIGING VAN NEDERLANDSE GEMEENTEN
1953 O.B. No. 10948 XVII.l
WET OP DE WATERSNOODSCHADE 1953.
PERSBERICHT van het Ministerie van Financiën van Mei 1953,
Afdeling' Perszaken, no. 936.
De Regering heeft vandaag het Ontwerp van Wet op de Watersnood-
schade 1953 bij de Tweede Kamer ingediend.
Alhoewel in het algemeen schade ten gevolge van overstromingen,
stormen e.d. door de bezitters zelf wordt gedragen, heeft, aldus de
Memorie van Toelichting, direct bij de gehele bevolking de overtuiging
post gevat, dat de gevolgen van een ramp van zo'n ernstige omvang
slechts door het gehele Nederlandse volk kunnen worden gedragen.
Ook de Regering meent, dat alleen door verlening van financiële hulp
van Overheidswege voor herstel en wederopbouw een ernstige economische
ontwrichting en een sociale terugslag in de geteisterde gebieden kunnen
worden voorkomen. Omtrent de hulp, die allerwege uit binnen- en buiten
land is verleend, en die in hoofdzaak geleid is via het Nationaal Rampen
fonds en het Nederlandsche Roode Kruis als centrale punten, merkt de
Regering op, dat zij door de gevers wel bij uitstek bedoeld is tot leniging
van de ontstane .noden en ter voorziening in de leemten, welke dienten
gevolge zijn ontstaan in de persoonlijke sfeer Van de getroffenen. Hierbij
dient te worden gedacht aan het verlies van kleding, schoeisel, ligging,
dekking en huisraad en aan bijzondere voorzieningen op maatschappelijk
terrein. Er is aldus een taakverdeling ontstaan, waarbij het Nationaal
Rampenfonds beoogt de beschikbare middelen aan te wenden voor de
doeleinden, liggende in de aangegeven persoonlijke sfeer en de Regering
zich voorstelt vergoeding van de schade in de overige sectoren te
bevorderen. In het thans ingediende wetsontwerp is de door de Regering
voor de particuliere slachtoffers gedachte regeling vervat. Bij deze
regeling wordt geen onderscheid gemaakt tussen Nederlanders en buiten
landers.
1
29.5.1953