1953Q jg XVII.1 No. 10745 voor alleenstaanden, die ten tijde van de ramp inkomsten uit arbeid of bedrijf genoten 4,per week, met dien verstande, dat met het eigen en gezinsinkomen rekening wordt gehouden. VRIJLATING VAN INKOMSTEN VAN BIJ DERDEN IN GEKW ARTIERDEN. Het bepaalde onder B 4 van het rondschrijven d.d. 7 Februari 1953, no. U 38606, Afdeling B.M.Z., wordt, ten einde werkaanvaarding te bevorderen, aldus gewijzigd en aangevuld a. Indien het gezinshoofd, respectievelijk de kostwinner en/of een of meer gezinsleden van bij derden ingekwartierde gezinnen, in het rampgebied werkzaam is (zijn), wordt bij de vaststelling van kwartiervergoeding, zakgeld en fondspremiën 50 van de uit die arbeid verkregen inkomsten na aftrek van noodzakelijke verwer vingskosten voor de verrekening buiten beschouwing gelaten, d.w.z. dat 50 van die (netto) inkomsten op de uitkering in mindering moet worden gebracht. b. Indien het gezinshoofd, respectievelijk de kostwinner en/of een of meer gezinsleden van bij derden ingekwartierde gezinnen werkzaam is (zijn) buiten het rampgebied wordt bij de vaststelling van kwartier vergoeding, zakgeld en fondspremiën 30 van de uit die arbeid verkregen inkomsten na aftrek van de noodzakelijke verwervings kosten voor de verrekening buiten beschouwing gelaten, d.w.z. dat 70 van die (netto) inkomsten op de uitkering in mindering moet worden gebracht.. Voor gezinsleden echter wordt met uit arbeid verkregen inkomsten als hier onder b bedoeld gelijkgesteld de kostwinnersvergoeding toe gekend uit hoofde van het in militaire dienst verblijven van gezins leden of een uitkering, welke gezinsleden ontvangen uit anderen hoofde ter vervanging van loon (bijvoorbeeld: uitkering krachtens de W erkloosheids wet Onder verwervingskosten worden ten deze verstaan die uitgaven, welke noodzakelijk zijn voor het verkrijgen of behouden van het inkomen (zoals kostgeld, reisgeld, voor zover daarop uit anderen hoofde geen aanspraak bestaat, e.d.). VERREKENING INKOMSTEN. Hoewel in de eerste dagen na de rampdatum soepelheid moest worden betracht, dient verder al het mogelijke te worden gedaan dubbele uit kering zoveel mogelijk te voorkomen. 24.3.1953 3

Krantenbank Zeeland

Watersnood documentatie 1953 - diversen | 1953 | | pagina 277