OFFICIËLE BEKENDMAKINGEN
1955
O.B. No. 13405
XI.18
GRONDKOSTEN BIJ HERBOUW VAN WONINGEN IN DE
W ATERSN OODGEBIEDEN.
CIRCULAIRE van Gedeputeerde Staten van de provincie Zuid-Holland
van 24/27 Mei 1955, B. no. 21182 (3e afdeling), G.S. no. 309, aan de
Colleges van Burgemeester en Wethouders der gemeenten in die provincie.
Bij onze circulaires d.d. 7 September 1954, G.S. no. 396 en 2 Maart
1955, G.S. no. 632), hebben wij U in kennis gesteld van de door het
Rijk getroffen regeling nopens de vaststelling van uitgifteprijzen voor
grond bij herbouw van woningen in de watersnoodgebieden.
De Minister van Wederopbouw en Volkshuisvesting heeft ons bij brief
van 6 Mei 1955, no. 0506039, ten aanzien van die regeling nog het
navolgende bericht, met het verzoek U daarvan mededeling te doen.
Met mijn schrijven van 21 Augustus 1954, no. 08210043), deelde ik
o.a. mede, dat de gronduitgifteprijs voor de voormalige eigenaren van
niet op de oude plaats te herbouwen, onherstelbaar beschadigde woningen
door de desbetreffende gemeenten ware te stellen op ten hoogste 1.200,
per perceel, onder voorwaarde dat de oppervlakte van het perceel niet
groter is dan 300 m2 bij normale herbouw, respectievelijk niet groter dan
de in het schema voor de gesehenkwoningen gestelde maxima, variërende
van 300 tot 500 m2.
Hieruit volgt dat de prijs van 1.200,voor een kleinere kavel geen
wijziging ondergaat. Sedertdien heeft mij het verzoek bereikt deze regeling
zodanig te interpreteren, dat daaruit een algemeen geldende grondprijs
van 4,per m2 zou resulteren. Tegen een dergelijke interpretatie
heb ik onoverkomelijke bezwaren. Wel ben ik van oordeel, dat het aan
beveling verdient, de grondprijs zodanig vast te stellen, dat deze bij
oppervlakten beneden de 300 m2 enige vermindering ondergaat. In
1) Zie XI.18, no. 12536/1954.
2) Zie XI. 18, no. 13127/1955.
3) Zie hiervoor XI.18, no. 12536/1954.
1
21.6.1955