U.K.
1954 ipj XI.18
No. 12536
geacht. Bovendien is de schade, welke de getroffene door de hoge grond-
kosten lijdt, veeleer het gevolg van wettelijke maatregelen (bouwverbod,
wederopbouw- of uitbreidingsplannen, watcrstaatsbepalingen e.d.) dan
van de ramp zelve.
In dit verband wordt het wenselijk geacht, de onderhavige materie
naar de publiekrechtelijke schadesector over te brengen. Dit kan worden
bereikt door aan de gemeentebesturen in de desbetreffende „surplus-
grondkosten" van Rijkswege een tegemoetkoming te verlenen hetzij
krachtens het voor uitvoering van de wederopbouwplannen in verband
met de stormvloed van overeenkomstige toepassing verklaarde artikel 10
van de Wet Financiering Wederopbouw Publiekrechtelijke Lichamen1),
hetzij krachtens het op de publiekrechtelijke stormvloedschadë eveneens
van toepassing verklaarde artikel 14 van die wet, indien geen aanleiding
bestaat tot het vaststellen van een wederophouwplan. De figuur wordt
dan deze, dat de tegemoetkoming in de grondkosten aan de getroffene
wordt verleend door het lichaam, dat dc vervangende bouwgrond te zijner
beschikking stelt. In de regel zal dit de gemeente zijn, die ter zake op
haar beurt op basis van de hieronder aangegeven normen aan
spraak kan maken op een tegemoetkoming van Rijkswege. Deze oplossing
biedt het voordeel, dat de afwikkeling, althans wat de toepassing van
artikel 10 van de Wet Financiering Wederopbouw Publiekrechtelijke
Lichamen betreft, geschiedt overeenkomstig een reeds jarenlang gevolgde
procedure.
Het komt mij redelijk voor, indien de gronduitgifteprijs voor de voor
malige eigenaren van onherstelbaar beschadigde woningen voor alle
rampgebieden wordt bepaald op ten hoogste 1.200,onder voorwaarde
dat de oppervlakte van het desbetreffende perceel, bij individuele
herbouw door de getroffene zelf, of bij overneming va,n een woningwet
woning, niet groter is dan 300 m2. Voor de z.g. „geschenkwo|ningen"
(behoort de limitering van de grootte van dc bouwpercelen, in verband
met de bijzondere eisen welke aan de situering dezer objecten zijn
verbonden, ruimer te worden gesteld. Een ter zake ingesteld onderzoek
heeft te dien aanzien geleid tot het volgende schema:
1. voor bet Finse type (T personen), max. 500 m2
2. Noorse (7 personen), 450
3. (bungalow; 5 personen), 500
4. Zweedse (5 personen), 430
Zie II 1.4, nos. 8281/1951 en 11464/1953.
17.9.1954