OFFICIËLE BEKENDMAKINGEN 1953 O.B, No. 11388 IV.7.1 BEZOLDIGING VAN GEMEEN TEPERSONEEL, GEDETACHEERD NAAR GEMEENTEN IN HET WATERSNOODGEBIED. CIRCULAIRE van Gedeputeerde Staten van de provincie Noordholland van 23/30 September 1953, Afdeling 4, no. 269, aan Burgemeester en Wethouders der gemeenten in die provincie. Wij doen Uw College hierbij ter kennisneming toekomen een afdruk van de circulaires van de Minister van Binnenlandse Zaken van 21) en 10 Maart 19532), no. 13106/G, en no. 13265/G, Hoofdafdeling O.P.Z., Afdeling A.Z., Bureau III, elk met een bijlage, gericht aan Gedeputeerde Staten van Zuid-Holland, Noord-Brabant en Zeeland. Zoals Uw College uit deze stukken zal blijken, is de mogelijkheid geschapen, dat onder goedkeuring van het betreffende provinciaal bestuur aan het personeel in dienst van gemeenten, die door de watersnood zijn getroffen, van gemeentewege tijdelijk een toelage of een soortgelijke extra-beloning wordt toegekend wegens bijzondere prestaties verband houdende met de omstandigheden ter plaatse. In samenhang met het vorenstaande vestigen wij er Uw aandacht op, dat het verlenen van een dergelijke toelage of beloning aan het in het watersnoodgebied gedetacheerde personeel van adopterende gemeenten de instemming van de Minister van Binnenlandse Zaken heeft, mits zulks geschiedt binnen het kader der daarvoor geldende richtlijnen, d.w.z. met in achtneming van de brief va.n de Minister van 2 Maart 1953, no. 13106/Q, Afdeling A.Z., Bureau III, en van de beschikking van Rijksbemiddelaars d.d. 21 Februari 19533). Ten verzoeke van de Minister voornoemd stellen wij Uw College met het vorenstaande in kennis. Gedeputeerde Staten van Noordholland, J. E. DE VOS VAN STEENWIJK, Voorzitter. M. A. STÜFKENS, Griffier. 1). Zie hierna bladz. 2. '-) Zie hierna bladz. 3. 3) Zie XVI.3, nos. 10687, 10808, 10833, 10851 en 10967/1953. 20.10.1953 I

Krantenbank Zeeland

Watersnood documentatie 1953 - diversen | 1953 | | pagina 153