nieuwe stoffen, over de z.g. kinderhoofdjes hij
de toegang- tot de boerderij gereden, of op een
gegeven ogenblik lagen wij beiden, mijn nieuwe
brommer en ik> in de sloot. Ik klom te vlug te
gen de steile helling. Twintig volle dagen heeft
mij dat gekost.
Door de heer en mevrouw Vogelaar ben ik zeer
vriendelijk ontvangen. Ik werd voor zover nodig
van schone kleren voorzien en door een kopje thee
en wat rust knapte ik weer op.
Ik werd getroffen door de vraag van hun kleine
Betty met het heldere kinderstemmetje: "Bent U al
een beetje beter?"
Zoiets kan een mens kracht geven als een kind
zo oprecht en lief haar deelneming betuigt.
Jammer, dat ik het aanbod van mijn gastheer
niet heb geaccepteerd, mij naar huis te brengen.
Ik meende zelf wel in staat te zijn, mijn reis
per fiets te kunnen vervólgen. In Halsteren geko
men zijnde ging het zo best niet meer.
De volgende dag constateerde men in het zie
kenhuis een bloeduitstorting. Maar genoeg, de zo
juist genoenr e mensen, die toen bij mij inwoonden
hebben mij liefderijk bijgestaan en verpleegd.
Onverwachte bezoeken hebben mij altijd kunnen
bekoren en zo kan ik^na een kort bezoek aan mijn
verpleggrs Nijmegen verlaten.
Van Nijmegen ging de reis verder via Amhem-
Apeldoorn-Noeste Hoeve-Epe-Zwolle. Aldaar aange
komen restte mij nog 26 km. naar Meppel.
Mijn kilometerteller wijst 227 km. aan. Man
neer men toen had gevraagd: Ben je moe? dan had
ik geantwoord: Ik ben wel stijf in de benen,maar
erg moe niet! Ik had ongeveer 12 3/4 uur gereden
met een gemiddelde snelheid van 20 km. per uur.
De volgende dag ben ik thuis gebleven, alleen
wat gewandeld met mijn kleinzoontje van drie jaar.
De TJoensdag daarop zeg ik tegen mijn dochter:
Nu ga ik maar weer een reisje maken en;vanavond
hoop ik weer bij jullie thuis te zijn.
Tegen 8 uur vertrok ik. Ik reisde via 7:ra.spen-
erve en en passeerde het prachtige meer de Bolter-
weide, waar in het seizoen veel gebruik wordt ge
maakt van de zeilsport. Via Vollenhove kwam ik
dan in de IToord-Oostpolder.
36