Een Zeeramp.
SOCIËTEIT „LUCTOR ET EMERGO".
(jiroote Zaal van het Badpaviljoen.
DANSMUZIEK»
CONCERT
WIENER SCHRAMMEL
MUZIEK- EN ZANGGEZELSCHAP.
Comité tot Regeling van Zomervermaken.
FORTENWEDSTRIJD
Strand voor het Strandhötel.
Het geheim der Parsees.
Voor het badseizoen zjn nog te hnnr:
2 kamers
noordstr.
na 16 Aug.
mej. Florusse.
3 kamers en
keuken
id.
na 16 Aug.
wed.Schoonen-
boom.
1 kamer
heeren
straat
tot 1 Aug.
H. v. Eijzeren
2 kamers
weverij-
straat
A. Dourleijn.
1 kamer
id.
tot 10 Aug.
J. van Sluijs.
4 kamers
weststr.
wed. Jac. Min-
derhoud.
3
station
straat
D. Trieller.
3
id.
tot 1 Aug.
J. Gabriëlse.
5 p
id.
P. de Meijer.
1 kamer
zuidstr.
J. Sinke.
7 kamers
id.
na 3 Aug.
D. Bommeljd,
2
id.
id.
2 p
noordstr.
wed.Hendrikie.
6 kamera
met pension
ooststr.
J. Wisse
4 kamers
id.
H. Dekker.
5 p
noordw.
wed.P.Francke
2
wijn-
gaardBtr
S. Louwerse.
2 t
id.
tot 10 Aug.
J. P. Almekin-
ders.
2
id.
mej. de Wolf
1 huis met
4 kamers
eu keuken
weststr.
na 15 Aug.
G. Passenier.
4 kamers
met pension
markt
na 15 Aug.
H. Minderhoud
2 kamers
en keuken
badstr.
L. de Visser.
6 kamers
en keuken
noordw.
W. Kesteloo.
2 kamers
weverij-
straat
J. Provoost.
1 kamer
weststr.
C. Schout.
1 huis met
5 kamers
en keuken
station
straat
I. J. de Groot.
2 kamers
weststr.
na 15 Aug.
C. Corré.
2 p
ooststr.
G. Wisse.
3 kamers en
keuken
groentje
A. de Kam.
AMUSEMENTEN.
Maandag 27 luli en
Zaterdag I Augustus 1908,
Toor hinderen tot 9 nur.
Entrée 25 cent. Aanvang 7 uur.
Leden en houders van introductiekaarten
hebben rrij en toegang.
Donderdag 30 Juli 1908.
te geven door het
Entrée 50 cent. Aanvang 8 uur.
Leden en houders van introductiekaarten
hebben vrijen toegang; houders van dag
kaarten met bijbetaling van 25 cent.
Zaterdag I Augustus 1908,
ter viering Tan den 50S,(I> geboortedag
ran H. M. de Koningln.Moeder.
op het
Mededinging VRIJ voor alle te Dom
burg wonende of aldaar tijdelijk vertoe
vende jongens en meisjes van af 5 tot en
met 15 jaar.
Aanmelding tot deelname bij den Heer
P. C. Labbijn (naast bet postkantoor);
sluiting der lijst Vrijdag 31 Juli 1908,
des namiddags te 4 ure.
Voor de drie sterkste forten zoowel als
voor de twee fraaiste wordt aan iederen
deelnemer (of deelneemster) in den ploeg
een prijs toegekend.
Samenkomst op bet strand te l'/2 uur
's namiddags.
Aanvangr des namiddags te 2 ure.
Prijsuitdeeling onmiddellijk na afloop
(des namiddags 4 ure).
De zon stond boog in 't blauw, al woei
[de wind wat krachtig,
De golven sloegen neer, en spoelden naar
[het Btrand
Een schelpenzee, en schuimden vorstelik
[en prachtig.
Een dame in badcostuum van blauw,
Wipte uit haar kleedhok
Dat wèl op wielen stond maar vast
Gelijk een steenblok.
Dies liep ze barvoets over 't strand
De golven tegemoet,
En wijl de afstand lang haar leek
Gebruikte ze wat spoed.
Ze was er in! Geen klaarder zee
Omspoelde met zijn spel
Aan Hollands strand, van zuid tot noord,
Ooit badend mens zó wèl.
Maar toen ze uit de zee zich ophief
[om te gaan,
Sloeg daar van achteren een schuimkop
[tegen aan,
En hief haar op, en smakte haar weer neer,
Voorover op het strand. Haar knieën
[deden zeer!
En vóór ze vruchtloos poogde op te staan
[en gauw
Te lopen wat ze kon, kwam daar een
[tweede douw,
En trok haar weer omlaag, en sleurd'
[haar over 't strand.
Krampachtig greep ze met haar vingers
in het zand;
Een derde kwam reeds aan, het eind was
[niet te zien!
Van schrik verlamd, spierwit, trachtte ze
[nog te vliên.
Vergeefs! geduwd, gesmakt, geslingerd
[heen en weer,
Lag daar, soms worstlend, soms ontdaan,
[de arme dame neer.
Van 't strand snelde men toeMen kreet!
[men was ontdaan!
Een mensendrom stond klaar, om, mocht
[ze soms vergaan,
Het schouwspel aan te zienmen wrong
[de handen saam.
Het hele badpubliek beklaagde luid de
[omgevallen daam.
Maar neen! Niet ieder schouwde toe zo
[werkloos en verlamd
Reeds sleepten Kees en compagnon de
[reddingsboot langs 't strand.
En stortten zich met vuur, hoe nat ze
[ook nog waren
Van 'fc waden met de badenden, met
['t vaartuig in de baren
Eidoch te schielik was dees kloeke
[daad geschied.
Het scheepje dreef goddank als reddings
boot om niet.
Want na een laatst gepoog komt d'arme
dame aan land,
Geheel beschelpt en pijnlik van dat wentelen
[in 't zand,
En als ze zich naar 't strand begeeft in
[angstige galop,
Gaat onder 't opgelucht publiek een blijde
[juichkreet op.
Domburg, 16 Julie.
(Slot.)
De Badstraat doorrijdende zag ik aan
beide zijden schoone villa's en het tegen
woordige „Pension Golfzicht" was nu een
hotel van vier verdiepingen gewordende
tram maakte nu een bocht en beschreef
een halve cirkel aan de voet van het duin
waarop nu het „Strandhötel" staat; dit
laatste was veranderd in een groot hotel
met 400 kamersde passagiers uit de
tram werden met electrisehe liften naar
boven geheschen.
Weer gingen wij verder en kwamen nu
op „de Oranje Boulevard" een prachtigen
breeden weg, geheel met mozaik-tegels
belegd, van bloemperken voorzien en
's avonds met gekleurde booglampen helder
verlicht. De boulevard liep nu recht uit
naar de „Hooge Hil" en op zee uitziende
merkte ik tot mijn bewondering en ver
bazing dat alle paalhoofden verdwenen
waren, want de zeewering was nu één.
solide gemetselde muur geworden, bestand
tegen de zwaarste zeëen.
Ik keek al uit of ik „het Paviljoen"
niet zou zien, maar o neen dit was ver
dwenen en in plaats er van stond nu een
prachtig Kurhaus waar vele gasten juiBt
aan het lunchen waren. Ik stapte hier
uit en vroeg naar den Directeur. Door
marmeren gangen, met fraaie beeldhouwwer
ken versierd, heen schrijdende kwam ik.
aan diens prachtig bureau, waar de heer E.
over een staf van dertig kantoorbeambten
het commando voerde. Een beetje ver
ouderd was de Directeur, maar anders
volmaakt de zelfde en zijn hond „Black"
liep alhoewèl eenigzins verstijfd nog
steeds kwispelstaartend rond.
De Directeur gaf mij allerlei inlichtingen;
op de vijftig meter hooge toren, waar een
„champagne knijp" (bier was uit de mode)
was gevestigd, dronken wij te zamen, zooals
de heer E. zeide: op de toekomstige bloei
van Domburg!" Goede Hemel! dacht ik,
is het nu nog al niet mooi genoeg?!
Wij wandelden nu te zamen verder
over de Oranje Boulevard. Op het terrein
achter „Duinoord," zag ik een fraai hotel
met verandahs „American style"
en nu kwamen wij bij de „Hooge Hil",
waar de Boulevard zich omheen slingerde.
De bekende „Hooge Hil" was er nog, maar
ook geheel veranderd, in een solide massa
herschapen, op welks top zich een zeer
vreemd gebouw bevond. Mijn leidsman
deelde mij in 't voorbijgaan mede, dat dit
het nieuwe station voor luchtscheepvaart
was, juist geopend en een directe ver
binding openstellende metde ge-
heele wereld!
Het schemerde voor mijn oogen en ik
werd er stil van.
Vlak daar achter bevond zich nog een
groot somber uitziend gebouw. Dit was
het groote „Water station" waar, uit zee
water, het heerlijkste drinkwater werd
getrokken en van waar uit een waterleiding
met annex rioolsysteem op uitmuntende
wijze in een lang gevoelde behoefte voor
zag.
Onzen weg voortzettende zag ik nu ook
het eind-station van de „Electrisehe" de
beroemde „Domburg Pier". Deze pier
was de langste der wereld en twee kolos
sale „breakwaters", ver in zee zich uit
strekkend, gaven toegang voor groote
zeebooten om veilig hunne passagiers en
goederen te landen Een menigte stoom
en zeiljachten, waren aan de vele steenen
en boeien geankerd en wiegelden droomerig
op en neer.
Ten westen van de groote pier werden
nu de baden gebruikt en honderden dames,
heeren en kinderen voerden elegante ronde
dansen in het water uit, waarbij speciaal
gecomponeerde, zoogenaamde water
muziek hen begeleidde, voortgebracht
uit een vreemd instrument dat zich op
de pier bevond.
Verder onze wandeling voortzettend, zag
ik dat de pier zich tot halfweg Westkapell&
uitstrekte.
Het „Franken's boschje" dat door een
groote internationale maatschappij, met een
zekeren heer Vbijbebger aan het hoofd,
was opgekocht, was nu herschapen in een
reuzen „Palace Hotel" met 1200 kamers en
een wandelpark dat zich tot de Oranje
Boulevard uitstrekteen „het Vroon" was
onherkenbaar door de rijen groote en kleine
villa's die een onderkomen gaven aan de
duizenden badgasten die Domburg jaarlijks
bezochten.
„En de manteling en de bosschen
Vroeg ik met beklemd hart, want deze^
zouden toch zeker niet meer bestaan,
dacht ik.
„Dat zaakje is prachtig in orde gekomen",
was het antwoord; „die zijn door de
vroegere eigenaren aan de gemeente Dom
burg als schenking aangeboden onder voor
waarde dat die nooit mochten worden
veranderd en steeds voor het publiek
moesten openblijven."
Deze mededeeling was zoo heerlijk, maar
tevens zoo onverwacht, dat de daardoor
ontstane schok mij uit mijn droom deed
ontwaken! Maar het was ook genoeg en
door de wetenschap, dat de droom, door de
fameu8e Parsee poeders opgewekt, steeds
een getrouw beeld van de toekomst schildert,
weten alle vrienden van Domburg nu, wat
de toestand van ons dorp zal wezen over
vijftien jaren
Dbaniem.