DE GROOT, DE BADMEESTER Abdij, Middelburg. Faienees de Delft, poreelaines et meubles antiques, peintures, dinanderies ete. Specialité: Cabinets de ReisgelegeDheden. Omnibusdienst tusscben Domburg en Middelburg. Vertrek van Domburg: voorm. 7,45 ure. nam. 8,30 Vertrek van Middelburg: voorm. 12, nam. 3,30 Vracht per persoon 0,75; retour/1, Van Serooskerke in beide richtingen ƒ0,25. Plaatsen zijn te bespreken a 0,05 in het Hótel Schuttershof (Domburg); in het Nederlandsch Koffiehuis, Markt (Middel burg). AMUSEMENTEN. Domburgsche Revolver Schietvereeniging. Vreemdelingen worden als buitenleden aangenomen. Contributie1,per maand of per gedeelte van een maand. Informa ties worden verstrekt door den Directeur der Zeebadinrichting. Domburg Dolf Club. Terreinen achter het Hoenderpark (West- kapelsche weg). Zomerlidmaatschap voor Heeren7,50. Voor Dames2,50. Intro ductie per dag 1Inlichtingen worden verstrekt door HH. hotelhouders en door den kastelein op het Badpaviljoen. Aan de gasfabriek gelegenheid tot ber ging van clubs enz. Ballen, clubs en verdere benoodigdheden verkrijgbaar bij den Heer Scheijbeler, tegenover bet Bad paviljoen. Uitstapjes te voel: Gaande door de manteling en terug door het overbosch van de buitenplaats Duin vliet (y2 uur). Gaande door de manteling en het landgoed Westhove en terug door het overbosch van Duinvliet uur). Langs den straatweg tot aan het landgoed Schoonoord, vervolgens links af, en door de bosschen van het landgoed Duinbeek of van Berkenbosch terug (l'/2 uur). Naar de Oranjezon, door de manteling ach ter Westhove en terug langs het land goed Zeeduin. (3 uur.) Naar Aagtekerke en over Oostkapelle terug (2 uur). Naar Westkapelle en over Aagtekerke terug; de zeedijk en lichttoren te bezien (3'/2 uur). Aan de bezoekers der badplaats is het wandelen over deze landgoederen door de eigenaren welwillend vergund. Uitstapjes per rijtuig: Naar de steden Middelburg, Vlissingen, Veere en door het eiland Walcheren. Zoowel te Domburg als te Middelburg bestaat er gelegenheid tot het huren van rijtuigen, tegen vaste prijzen. Wisselkantoor. Tot wisseling van buitenlandsche munt speciën bestaat bij den heer H. M. Kesteloo gelegenheid. doob P. GIFFARD. In de leeskamer liggen de volgende tijdschriften en couranten ter lezing: 'iIJDüCtf lUFibiN. Harmsworth Magazine. Hum. Album. The Sketch. Eigen Haard. L'lllustration. de Huisvrouw. Revue des deux mondes. Nederland. Pêle mêle. Aarde en haar Volken. Die Woche. De Huisvriend. Fliegende Blatter. De Natuur. Moderne Kunst. De Navorscher. Ned. Spectator. Vragen van den dag. De Wereldkroniek. De Gids. Uilenspiegel. Hollandache Revue. COURANTEN. Nieuws van den Dag met Middelburgsche Courant. Zondagsblad. Tndépendance. Utrechtsche Courant. Le Figaro. Nieuwe Rotterdammer. Kölnische Zeitung. Algemeen Handelsblad. Courier de Schéveningue. Weekblad Amsterdammer.Domburgsch Badnieuws. Haarlemsche Courant. Dit het kastje met boeken in de leeszaal, dat weder met eenige werken vermeerderd is, kunnen badgasten, houders van toegang- kaarten, dagelijks tusschen 11 en 12 ure des voormiddags, boeken ter lezing krijgen, mits men het nummer van het boek en zijn naam teekene op eene lijst bij den kaste lein voorhanden. Voor jeugdige lezers zal door de ouders moeten worden geteekend. Een frissche noordwestenwind blies over het strand van Grenville-sur-Mer, een van de liefste en meest bezochte badplaatsjes van Normandië, Maar ofschoon die wind uitstekend was om de badmantels en handdoeken van moeder Blanchabd te doen drogen, die bij honderden op touwen hingen, zoo was hij minder gunstig voor de baders, die zich den geheelen morgen niet ver van de reddingsboot hadden durven verwijderen. Ja, die reddingsboot! Eenige jaren geleden had het gemeentebestuur ze aan gekocht en met groote plechtigheid te water gelaten, naar aanleiding van eene treurige gebeurtenis, waarover men op het strand van Grenville maar liever nooit praatte, om het noodlot niet te tarten. Twee badgasten namelijk, twee heeren, goede zwemmers, hadden zich bij sterken wind te ver in zee gewaagd. Zij hadden willen terugkeeren, maar vergeefs, de zee ebde en voerde hen hoe langer hoe verder weg van het strand. In wanhoop hadden de ontstelde toeschouwers om den bad meester geroepen, zooals men in Grenville den pachter van de baden noemt. Maar Blanchabd sliep ongelukkigerwijs op dat oogenblik in zijn huisje. Zijn helper snelde toe, doch ofschoon deze bij uitstek geschikt was om dames onder te dompelen in bet zilte nat, zoo ontbrak het hem ten eenen- male aan bedrevenheid in het zwemmen, aan zóóveel bedrevenheid tenminste om al zwemmend zijn evenmensch te redden bij slecht weer. De beide heeren, twee broers uit Parijs, die voor een paar dagen te Grenville logeerden, waren verdronken. De zaak had veel gerucht gemaakt. Men had er in. de kranten over geschreven, en de geschiedenis van den badmeester, die niet zwemmen kon, had allerwege aan de watering-places van Frankrijk, België en Engeland heel wat opschudding teweeg gebracht. De burgemeester van Grenville, in het vervolg zulke treurige voorvallen wenschen- de te vermijden, had in overleg met den pachter van het strand besloten eene reddingsboot aan te schaffen en een paar jongelui op te leiden tot badmeesters, om daarmede de boot te bemannen, dat wil zeggen, met Blanchabd een drietal flinke zwemmers te vormen, waarvan er zich altijd één in de boot zou bevinden, gereed om hulp te biedengeen oogenblik van den dag zou de boot onbezet mogen blijven. Het plan was tot uitvoering gekomen, en tot aan het eind van het badseizoen waren de nieuwe voorschriften strikt ge volgd. Maar het volgende jaar reeds was er niemand, die er aanmerking op maakte, dat de boot tusschen twaalf en één uur ledig bleef, om den dienstdoenden bad meester in de gelegenheid te stellen aan land te gaan eten met vrouw en kinderen. Dat uur was trouwens het stille uur van den dag, door iedereen aangenomen om te dejeuneeren, en daar het tien dagen van de dertig op dat uur laag water was en de zee ver te zoeken, dacht niemand er aan dan te gaan baden of zwemmen. Doch ook daarin was in den laatste tijd gaandeweg verandering gekomen, en de drie jonge Amerikaansche missen: Lilt, Betsy en Mary Blackburn uit Boston, die, aan Parijsche vrienden toevertrouwd, zich op bet oogenblik te Grenville be vonden, kwamen juist vaak op dat uur bij moeder Blanchabd hare badzaakjes halen, om zich, zonder verveeld te worden door toeschouwers, naar hartelust te kunnen overgeven aan hare grillen en waaghalzerijen bij het zwemmen. Of de zee tusschen- beide wat ver was, wat gaven zij er om Zij liepen dan maar wat langer door het zand in hare badmantels gehuld Het was een bekoorlijk drietal, negen tien, achttien en zeventien jaar, en behalve mooi en bevallig waren de drie jonge misses aardig en vriendelijk ook. Ieder een kende haar in Grenville, iedereen mocht haar lijden. Ofschoon op den leeftijd om zich met huwelijksplannen bezig te houden, schenen zij enkel maar aan lachen en sport te denkentennis, zwemmen, gymnastiek, fietsen, wandelen, dat alles nam haar geheele bestaan in. Lezen deden zij weinig, handwerken in het geheel niet, wat aan de dames, die aan het strand kwamen zitten haken, de opmerking ontlokte, dat de Amerikanen eene vreemdsoortige opvoeding aan hunne dochters gaven. Geheel ongelijk hadden die dames daar niet in. Maar het schijnt dat de Ameri kaansche geest het zoo wilhet is de traditie van bet land. Onbekwaam om iets, wat dan ook, in het huishouden te verrichten, geroepen waarschijnlijk, om later haar leven te slijten in pensions, hótels en Pullman-cars, bekommerden de jonge misses Blackbubn zich in het minst niet om eenigen nuttigen vrouwelijken arbeid. Maar in fietsen, tennissen, gymnastiek en zwemmen waren zij ieder de baas. Blanchabd, een groote, rechte, knappe kerel met vriendelijke blauwe oogen en nauwelijks grijzend haar, die nu al twintig jaren samen met zijne vrouw de badinrich ting te Grenville had gehouden, en in- dien tijd meer dan één menschenleven had gered, verzekerde nog nooit zulko onverschrokken deerntjes te hebben bijge woond. Van tijd tot tijd wel moest hij tuBschenbeide komen om haar te beletten met eene al te onstuimige zee te gaan zwemmen, maar meestal liet hij haar haren gang gaan, nochtans altijd een oog in het zeil houdend. „Voor die ben ik niet bang," placht hij te zeggen, „dat zwemt als ratten, en ik zou nog wel een lesje bij haar kunnen nemen." Zoo ging het ook dien morgen: Blan chabd liet haar haren gang gaan. Met vroolijke drukte waren zij juist op het middaguur bij moeder Blanchabd het bad huis komen binnenloopen. „Gauw madame Blanchabd, gauw de badmantels van de juffrouwen Blackburn," hadden zij ge roepen, zelf lachend om het malle Fransch dat zij spraken, en dan weer voort snaterend in hare moedertaal. En madame Blanchabd, zonder een oogenblik aarzelens, aanstonds de hand leggend op het gevraagde zij vergiste zich nooit, hoeveel overeenkomst er ook tusschen was, in het goed harer abonnées bad het alles naar het bad koetsje gebracht: de mantels, de hand doeken, de sandalen, de gele gewaste taffen mutsjes. Toen was zij weer naar het wacht huisje teruggegaan, waar zij met man en kinderen altijd het middagmaal gebruikte en waar zij juist het eten op tafel zette, toen de jonge misses waren gekomen. De zee was van negen uur af wassende;, thans was het half een; een half uur nog zou er verloopen eer de jonge Amerikaan- schen gereed zouden zijn om te water to gaan. Op twee honderd meter afstands dus van Blanchabd zouden zij hare zwem- oefeningen houden, twee uren vóórdat do zee hoog was. De wind blies uit het noordwesten en joeg de groene, met witte schuimkoppen bedekte golven tegen het strandsneller,. I driftiger dan gewoonlijk kwamen zij aange rold. Dat kon wel slecht weer geven tegen den avond. Maar daar de lucht voor het oogenblik zoo goed als onbewolkt was en de zon in vollen luister op het strand scheen, kwam de gedachte niet op bij Blanchabd, dat dit briesje in een oogwenk tot een storm kon aangroeien. Niets ook wat dit kon doen vermoeden of vreezen. Dus bleef hij rustig eten. De jonge meisjes, wat vlugger dan gewoonlijk gereed, misschien wel omdat zij de zee onstuimiger zagen worden, liepen op een draf door het zand tot waar de schuimende golven van liever lede het strand overweldigden. Met opge heven armen, zonder zich een oogenblik te bedenken, stortten zij zich in zee, als ware nereïden. (N. R. Ct.) (Slot volgt.) Zélande. Qn parle /rangais. Man spricht Deutsch. English spoken.

Krantenbank Zeeland

Domburgsch Badnieuws | 1904 | | pagina 2